Dagverblijven bieden zwakzinnigen optimale kansen DONDERDAG 16 NOVEMBER 1972 LEIDSE COURANT PAGINA 11 Den Haag Aanstaande zaterdag worden in westelijk Zuid-Holland vier dagverblijven voor zwakzinnigen tegelijk geopend. In Monster, Wateringen, Delft en Vlaardingen. De eerst genoemde is voor oude ren, de andere voor kinderen. Dat er vier verblijven tegelijk ge opend worden is teke nend voor de grote vlucht die deze nieuw ste vorm van zwakzin nigenzorg thans neemt. In 1961 waren er, als experiment, twee dag verblijven, in 1865 13 en in 1971 65. Op dit moment zijn er echter al 150, zodat er dit jaar wekelijks nieuwe dagverblijven geopend werden. En deze ont wikkeling gaat door: er is al behoefte aan vijfhonderd dag-ver blijven! Zorg voor zwakzinnigen, èls die er was, was in de ge schiedenis meestal een zaak van particuliere lief dadigheid. Nauwelijks we tenschappelijk begeleid, niet door de overheid ge steund en geregeld. In 1855 werd in Amsterdam de eer ste „idiotenschool" ge opend. De eerste inrichting dateert van 1891. Daarna zijn diverse vormen van zwakzinnigenzorg ontstaan: onderwijsvoorzieningen, so ciale werkplaatsen, inrich tingen voor langdurige ver zorging, gespecialiseerde geestelijke gezondheids zorg, gespecialiseerd maat schappelijk werk, observa tiekliniek, ouderverenigin gen, gezinsvervangende te huizen en dagverblijven. Mensen met een geestelijk „defect" hoeven niet meer opgesloten te worden in een uitzichtloos gesticht. Er is een duidelijk wetenschappe lijk beeld ontstaan van wat nodig is voor een zwakzin nige. Ook een zv/akzinnige heeft recht op eeir waarde ring als (gehandicapte) mens, heeft'er ook recht op een (relatief) deel uit te maken van de samenle ving, heeft ook recht op een eigen milieu. Wat zijn de oorzaken van zwakzinnigheid? Bij zwak zinnigen met mongolide trekken is de oorzaak onbe kend: zij hebben één chro mosoom meer in hun cellen dan anderen. Bij anderen kan de oorzaak liggen in erfelijkheid, een ongeluk, als baby gevallen zijn, een moeilijke bevalling, ver keerde voeding of drankge bruik door de aanstaande moeder, of een her- sen(vlies)ontsteking. „Sociaal ^edzaam,, Dagverblijven (om ons in verband met de vier-in- één-opening van zaterdag hiertoe te beperken) zijn er voor lichamelijk, geestelijk en dubbelgehandicapten. Voorts is er een scheiding in verblijven voor kinderen van 3 tot 15 jaar en verblij ven voor ouderen. In de dagverblijven wil men, al gemeen gezegd, de per soonlijke en sociale vor ming en ontwikkeling van de gehandicapte ontplooien door een intensieve begelei ding overdag. Men wil er de geestelijk gehandicapte „sociaal redzaam" maken, proberen te bereiken dat hij of zij zichzelf kan red den in de samenleving. Dat kan een zeer lange weg zijn, het kan ook een dood lopende weg zijn. De vorderingen van de ge handicapte, vooral van het kind, kunnen zo klein zijn dat het voor een buiten staonder onbegrijpelijk lijkt dat de verzorgsters die de Er zijn in Nederland circa 200.000 zwakzinnigen. De meeste van hen hebben extra hulp nodig omdat zij door hun handicap, een onvoldoende geestelijk ver mogen, niet volledig in de samenleving kunnen func tioneren, zich vaak niet alleen kunnen redden. Voor hen zijn er 75 kinderdagverblijven en 75 dagverblij ven voor ouaeren met tesamen atuo bewoners, 132 gezinsvervangende tehuizen (2640 personen), 150 in richtingen voor zwakzinnigen en psychiatrische in richtingen (25.000 personen) en 380 onderwijsvoorzie ningen (42.669 leerlingen). Bovendien zijn 15.065 per sonen geplaatst in sociale werkplaatsen, van hen zijn er 2500 ook opgenomen in een andere voorzie ning. Van die 200.000 zwakzinnigen is echter meer dan de helft, 115.000, niet opgenomen in een van de voorzie ningen. Zij zijn doorgaans thuis. Iedere zwakzinnige heeft gemiddeld zeker twee personen (ouders of broers en zusters) in wier leven zijn problemen een zeer belangrijke plaats innemen. Minimaal één mil joen Nederlanders zijn dus rechtstreeks bij de zwak zinnigenzorg betrokken, waarbij de tienduizenden die in de zwakzinnigenzorg werkzaam zijn nog even buiten beschouwing gelaten zijn. hele dag met hen bezig zijn met trots melden: hij kan nu een blokje pakken, een woordje nazeggen, een sok uittrekken. Als kinderen in een dagverblijf komen kun nen ze soms helemaal niets, zelfs niet zitten. Maar na enkele jaren is men soms zover, dat het kind naar een kleuter school, een debielen- of im- becielenschool kan. Het kind zover opvijzelen, dat het aan onderwijs kan deel nemen. is eigenlijk het hoogste ideaal. Maar dan is er een lange weg afgelegd, bestaande uit uiterst kleine In dagverblijven worden kin deren van drie jaar en ou der opgenomen. In de eer ste drie levensjaren is zwakzinnigheid vaak moei lijk te constateren. Opgave voor plaatsing in een voor ziening geschiedt door gaans via de huisarts, maatschappelijk werkster, kruisvereniging, ouderver eniging of bij de bestaande stichtingen voor zwakzinni genhulp. Dan wordt onder zocht in welke voorziening het kind het meest op z'n plaats zal zijn. Bij plaat sing in een dagverblijf zal een team van deskundigen na een observatietijd een „werkplan" voor ieder kind opstellen. Groepsleidsters krijgen richtlijnen hoe het kind te benaderen en te be geleiden. Wekelijks worden rapporten over de ontwik keling van ieder kind ge maakt en besproken. Het team van deskundigen be staat behalve uit het hoofd van het verblijf uit een arts, een psycholoog, een orthopedagoog, een logope dist, een fysiotherapeut en een sportleraar. Een team werkt voor meer dan één verblijf. In de dagverblijven zijn de kinderen van 's morgens half negen tot 's middags vier uur. 's Avonds en 's nachts zijn ze thuis. De kinderen leven in groepen van 8 of 10 kinderen. Ie dere groep heeft twee leid sters. Elke groep heeft ook z'n eigen groepsruimte, een soort woon- en werkkamer. In een kinderdagverblijf werkt men ondermeer veel met „ontwikkelingsmate riaal": speelgoed, blokken, waardeloze materialen, kleuren, vormen. Een an dere weg is de motoriek, het bewegen van het li chaam. Er is een gym- zaaltje, een zwembadje en een zandruimte. De kinde ren leren er hun armen, benen, vingers beheersen, leren er het verschil tussen op en af, voor en achter onder en boven. Alles wat men de kinderen laat doen, hoe argeloos-speels ook, moet gemotiveerd zijn. Al les moet bedoeld zijn het kind te leren. Doelbewust. Zo is een zwembadje er niet alleen om water te le ren kennen, om ruimte te leren beseffen, zich te leren bewegen, maar evengoed om zich te leren uit- en aankleden. Het vervolg op het kinder dagverblijf is (als het kind tenminste niet naar school kan) het dagverblijf voor ouderen. In het nieuwe ver blijf in Monster, „Wouters hof", ge handicapten. Ook zij leven in groepen van 10. met twee leidsters. Ze hebben eveneens een eigen leef ruimte, waar ze ondermeer thee drinken en de brood maaltijd tussen de middag krijgen. De andere activi teiten gebeuren meestal in andere ruimten. De belang rijkste bezigheden zijn al gemene vorming, hand vaardigheid, huishoudelijke bezigheden en gymnastiek of bezigheidstherapie. De heer A. van Sprang, hoofd van Woutershof: „Een voorbeeld van algemene vorming: we gaan een keer een treinritje met ze ma ken, zodat ze Ieren wat een trein is, wat je doen moet, waarom je een kaartje moet kopen, wat het kost, waarom er controle is. Dat zijn dingen die ze nodig hebben om zichzelf te kun nen redden. Bij de handen arbeid wordt veel met waardeloos materiaal, verf, enz. gewerkt. Het belang rijkste ervan is, dat zij het zélf gemaakt hebben. We doen ook veel met thema's: Sinterklaas. Kerstmis, of met bijvoorbeeld het thema „huis" of „Olympische Spe len". Zo halen we onder werpen naar binnen, die ook voor hen belangrijk zijn. Verder doen we aan muziek, zingen, dansen, ge zelschapsspelen, lezen, schrijven, rekenen, ze zet ten thee en doen andere werkjes". Zo'n dagverblijf wil de zwak zinnigen niet alleen bezig houden, maar ook hun zelf standigheid bevorderen, ze contact geven met anderen, een zinvoller leven geven. „V/ij zijn met onze werk wijze altijd al vóór geweest op het gewone onderwijs. We hebben geen klassikaal systeem, we werken met „projekten", geven de pu pil (een beetje onplezierig woord) precies wat hij no dig heeft, en maken erg veel visueel, met foto's, dia's enz." „Zwakzinnigen zijn, naar af lopend IQ, te verdelen in zwakbegaafden, debielen, imbecielen en idioten. Wij hebben hier imbecielen. De zwakbegaafden zijn tussen haakjes een groep die in de samenleving tussen wal cn schip valt". De mensen in een dagverblijf voor oude ren zijn afkomstig uit kin derdagverblijven. psychia trische inrichtingen en so ciale werkplaatsen en BLO. De heer Van Sprang: „Bij ons staat de pedagogie:; voorop. Maar in de sociale werkplaatsen is de produk- tie het belangrijkste. De pupil moet zich aan de werkplaats aanpassen. Hier is het andersom. De sociale werkplaatsen waren in de dertiger jaren wel sociaal. Maar ik dacht dat het so ciale er nu vaak ver te zoe ken is. Ook in de inrichtin gen krijgen de mensen niet altijd de behandeling die hen toekomt. Daar staat de verzorging voorop. Mensen uit werkplaatsen en inrich tingen die hierheen komen, komen tot bloei, zeg!" De dagverblijven en inrich tingen zitten vol. Er zijn wachtlijsten. Daardoor ook wordt een onderlinge uit wisseling tussen de diverse voorzieningen, zodat de pu pil op de beste plaats komt, belemmerd. Een belangrijk punt in de zwakzinnigenzorg is het contact met de ouders. Zij worden op de hoogte gehou den van de vorderingen van hun kind, zij moeten weten waar hun kind is en wat het doet. Ook de des kundigen hebben contact met de ouders, omdat zij er belang bij hebben te we ten hoe het kind buiten het dagverblijf wordt opgevan gen. Het contact tussen dagverblijf en ouders ge schiedt meestal via een maatschappelijk werker van de sociaal-pedagogi sche dienst. Voor deze is het tevens een taak het ge zin te begeleiden, omdat de aanwezigheid van een zwakzinnig kind immers een zware belasting voor de cuders en de rest van het gezin kan betekenen. Ook in het beginstadium is een goede begeleiding be langrijk in verband met de reactie van ouders als ze tot de ontdekking komen dat ze een zwakzinnig kind hebben. Voor velen is het Stichting Nationaal Or gaan Zwakzinnigen zorg, Maliesingel 55, Utrecht, tel. 030— 12114. Landelijke Stichting Dagverblij ven en Stichting Dagverblijven Gees telijk Gehandicapten west Zuid-Holland, Vlietweg 12, Naald wijk, tel. 01740—4869. Oudervereniging Voor 't Zorgenkind, Bureauschip Oude Leidseweg t.o. zwem bad Den Hommel, postbus 3045, Utrecht, tel. 030— 93.68.23. Oudervereni ging Philadelphia, Dillenburgstraat 33, Utrecht, tel. 030— 51.23.41. Oudervereni ging Helpt Elkander, Maliesingel 57, Utrecht, tel. 030 17-45.5- moeilijk dat te aanvaarden. Het werken in de zwakzinni genzorg is erg zwaar, zegt mej. Zwarts, hoofd van het nieuwe „Zonnehof" in Delft. „Je moet er erg veel geduld voor hebben en er tegen kunnen dat je weinig of geen resultaten ziet van je inspanning. Je moet er iedere keer weer aan kun nen beginnen alsof het de eerste keer was". Er moe ten aan het personeel flinke eisen gesteld worden. Men moet, behalve intensief met de kinderen om kunnen gaan, ook cursussen vol gen, literatuur bijhouden, rapporten maken, een in breng in het deskundigen team hebben. Het personeel bestaat in de dagverblijven uit huishou delijke assistenten, groeps leidsters, eerste groepsleid sters en hoofdleidsters. As sistente karj men (vanaf 16 jaar) worden met lager be roepsonderwijs of lavo. Voor groepsleidster zijn de eisen minstens één jaar er varing als assistente, mavo, opleiding pedago gisch medewerker OPM, of kinderbescherming. A. Voor eerste groepsleidster: kinderbescherming B, diplo ma zwakzinnigenzorg, kleu terleidster. onderwijzeres ol OPM. Hoofdleidster (vanaf 25 jaor) kan men worden al-, hoofdkleuterleidster, on derwijzeres, diploma bui tengewoon onderwijs, MO pedagogiek, of diploma zwakzinnigenzorg en kin derbescherming. Wat meis jes beweegt om in dc zwak zinnigenzorg te gaan wer ken is moeilijk te omschrij ven. „Ik kan er gewoon niot buiten - Het is een be paalde liefde voor de ge handicapte - Je wilt je aan hen dienstbaar maken - De vreugde iets te kunnen doen zijn vaak de ant woorden. Alle vormen van zwakzinni genzorg zijn in Nederland georganiseerd in de Stich ting Nationaal Orgaan Zwakzinnigenzorg. Alle dagverblijven worden overkoepeld door de Lande lijke Stichting Dagverblij ven, waarin de plaatselijke en regionale stichtingen deelnemen, maar verder autonoom blijven. In dc LSD zijn vertegenwoordigd 18 afdelingen van de drie ouderverenigingen (Voor 't Zorgenkind - katholiek, Philadelphia - protestant, Helpt Elkander - alge meen) en twaalf stichtin gen voor sociaal-pedagogi sche zorg. Dc zwakzinnigenzorg kost veel geld. Behalve de bouw van nieuwe voorzieningen (de vier zaterdag te ope nen huizen kosten samen zeven miljoen gulden) vra gen de hoge personeelsbe zetting, het materiaal en het vervoer grote bedra gen. Aanvankelijk werd 25",, door het rijk betaald en de rest door gemeente en provincie. Dat percenta ge liep op tot 90 terwijl sinds 1 januari 1971 de fi nanciering voor 100% valt onder de wet bijzondere ziektekosten. Onderzoek De zwakzinnigenzorg via dag verblijven is eigenlijk voortgekomen uit de nazorg BLO. Mej. Zwarts: „En Het kinderdagverblijf .Zonne hof" In Delft, dat zaterdag geopend wordt. Architect L. P. van der Gaag uit Den Hoorn heeft er een plezierig gebouw van gemaakt, dat bestaat uit zeshoeken, dat tot zelfs in de tegeltjes In het zwembad is doorgevoerd. daar wil Ik m'n collega's van vroeger nog wel eens voor in liet zonnetje zet ten". Een groot manke ment in de zwakzinnigen zorg is volgens haar dat men nog zo weinig weet over de afwijking bij het heel jonge kind. Als een kind 1, 2, 3 jaar is, is het vaak niet mogelijk afwij kingen te constateren. Als een kind wat langzaam is hoeit dat nog niets te bete kenen. „Maar hoe vroeger de problemen ontdekt wor den. hoe beter het kind be- hardeld kan worden en met mee" kans op resultaat. Er is nog veel te doen. Er moe' veel wetenschappelijk onderzoek geschieden. En er moet wat gebeuren aan de begeleiding van de art sen die soms niet verder komen dan: er is toch niets aan te doen, of: dat zal vergroeien, en zelfs niet weten waarheen ze verwij zen moeten". In de dagverblijven heerst een rustige. plezierige sfeer. Wie door een dagver blijf wandelt (Van Sprang: „Iedere ouder of andere belangstellende Is altijd welkom". Bovendien is er zaterdag van half drie tot half zes open huls in de vier verblijven) bemerkt de rustige, plezierige sfeer. Het is soms aandoenlijk te praten met een kind dat er in z'n spel opgaat. Met ple zier kun je kijken naar ou deren die achter een sport leraar aan door de gym zaal hollen en er ook zelf veel plezier in hebben. Maur op hetzelfde moment besef je, dat dat meisje je eigen kind zou kunnen zijn, dut er leeftijdgenoten vun je lopen, dat die vrouw je moeder had kunnen zijn. Het zijn er 200.000 in Ne derland WILLIBRORD RUIGROK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 11