A
H c
K
symbolen
©O@O©0O®
©©0©O©
0© 0©
I Jf
0 I "f?
HIERCGLIEFEN VAN
TWINTIGSTE EEUW
-1
X"
?fc
DE -
MENS
WERKT
MET
SINDS
HIJ
KOEIEN
MERKT
1ÜL
II 1
Illlllllllllllllllllllllllllllll
BE»
ZATERDAG 19 AUGUSTUS 1972
„De mens werkt al met symbolen sedert hij koeien merkt".
Dat is een uitspraak van graficus Jaap Drupsteen. Uit onder
meer een gesprek met hem kwam het verhaal over tekentalen
tot stand Hoewel beeldtalen internationaal en bovenal voor
iedereen duidelijk willen zijn, is er toch verwarring. Daarover
in bijgaand artikel.
Jaap Drupsteen is er van overtuigd, dat voor een goed inter
nationaal functioneren van symbolen in plaats van teksten in
verschillende talen, de tijd rijp is voor internationale afspra
ken. Eigenlijk vindt hij de gestyleerde symbolen maar stom
vervelend. „Het is allemaal zo steriel en koud. Ik laat liever
echte plaatjes zien", zegt hij. Daarmee houdt hij zich bij de
VPRO dan ook bezig, hoewel hij ook daar gebruik maakt
van min of meer grafische symbolen, zij het dan, dat die
speelser zijn en kunnen wisselen in kleur, vorm en afmeting.
Maar daarvoor werkt hij dan ook voor het medium televisie.
Bovendien kan er bij televisie ook nog iets met geluid worden
gedaan. Wat met elektronische grafiek want zo zou je z'n
werk kunnen noemen mogelijk is, was te zien bij de tv-pro-
duktie van De zeven hoofdzonden van Bertholt Brecht, dit
voorjaar op de buis. De VPRO bereidt voor de wintermaan-
den een satirisch programma voor, onder de titel „Het gat
van Nederland". Daarvoor ontwerpt Jaap Drupsteen thans
grafisch/elektronisch beeldwerk. Tv-kijkend Nederland-het-
zij zwart-wit of kleur kan In oktober het eerste „gat" zien.
Jaap zit overigens een beetje met het ambachtelijk in de
kunst en dus ook in de grafiek in zijn maag. „Jaarlijks ko
men er honderden afgestudeerde grafici op de markt", zegt
hij. „Het is een probleem voor die lui om allemaal werk te
vinden. Het is jammer dat velen van hen niet verder komen
dan alleen maar, zoals ik dat oneerbiedig noem, het prutsen
met stijlen en stijlkenmerken. Je komt ze wel eens tegen.
Dan vraag je: wat doe je tegenwoordig? „O, ik maak kubus
sen. Die vlakke vlakken, die intrigeren me bijzonder, weet je
wel." Drupsteen: „Verkopen is er meestal niet bij, maar hij
gaat stug door met kubussen maken. Een ander maakt ook
kubussen, maar doet nog iets meer." „Ik maak kubussen en
die plaats ik her en der in het land, maar dan zo, dat de bo
venkant van elke kubus precies op Amsterdams peil ligt, weet
je wel. Dat betekent dat de ene kubus helemaal in een kuil
staat en een andere half uit de grond steekt, weet je
wel." Drupsteen: „Die knaap is behalve „kubist" ook nog
landmeter. Maar ik geloof toch dat die lui een beetje ver
dwaasd zijn, vastgelopen in het ambachtelijke. Het idee heb
ben ze er met de haren bijgesleept. En volgens mij gaat het
juist om de ideeën. Stijl en uitvoering zijn bij mij bijzaak."
HILVERSUM „Ver
boden te roken". Als je
de mensheid dat duide
lijk wil maken, kan dat
door evenveel bordjes
als er talen zijn te la
ten fabriceren. Maar je
kan ook een tekeninge
tje maken. Bijvoor
beeld een rokend siga
retje met een streep er
door. En dan maar ho
pen dat iedereen het
overal snapt. Over de
duidelijkheid van dat
soort tekeningetjes
(ook wel pictogram
men genoemd) zijn de
meningen net zo sterk
verdeeld als er ontwer
pers van pictogram
men zijn.
Omdat het zo'n chaos
op het gebied van de
tekentalen is er zijn
er talloze: verkeeTS-
oorden, spoorwegaan
duidingen, wasvoor
schriften heeft men
ter gelegenheid van de
Olympische spelen in
München, Otl Aicher
speciaal voor de spelen
en alles wat daarmee
te maken heeft, ook
nog eens een tekentaal
laten ontwerpen. De
zoveelste.
Vanwaar deze zo lang
zamerhand chaotische
behoefte aan beelden
in plaats van teksten?
No-a bene in dezelfde
tijd dat in China, als
klapstuk van de cultu
rele revolutie, de Chi
nese tekentaal (de ka
rakters) wordt vervan
gen door hetzelfde Ro
meinse schrift waarin
ook dit verhaal is ge
schreven en gedrukt.
Een gigantische onder
neming trouwens, die
Chinese taalhervor
ming. Men wil er het
analfabetisme mee pro
beren te bestrijden en
bovendien in de rest
van de wereld voor
„vol" worden aange
zien.
Modegevoelig
De Chinezen zijn dus
van hun beeldschrift
afgestapt, maar tegelij
kertijd ontwikkelen
zich óveral in de we
reld tal van nieuwe
beeldtalen, die de pre
tentie hebben interna
tionaal te zijn: ieder
een begrijpt immers
dat doorgestreepte si
garetje wel. Maar de
duidelijkheid gaat ver
loren als er net zoveel
verschillende doorge
streepte sigaretjes als
gewone schrijftalen
zijn. Ondanks dat de
nieuwe beeldtalen in
ternationaal willen
zijn, bestaan er geen
internationale afspra
ken. De beeldtalen zijn
bovendien hinderlijk
mode- en stijlgevoelig.
Ieder zichzelf respecte
rend bedrijf laat zich
door een grafisch ont
werpbureau een „huis
stijl" aanmeten, die
begint met een merk-
beeld en die, als het
een beetje bedrijf is,
eindigt met een eigen
beeldtaal, waarin te
kens voor gevaar,
werkvoorschriften,
aanduiding van bepaal
de ruimten, toiletten
bijvoorbeeld, zijn opge
nomen. In het bedrijfs
leven wordt iedere fu
sie en elk nieuw pro-
dukt aangegrepen om
de huisstijl aan te pas
sen of te vernieuwen.
Ford heeft zijn merk-
Illustratief voorbeeld van de verwarring op het gebied van beeldtalen. Verschillende ontwerpen voor van links naar rechts: verboden te roken, niet
aanraken, verboden toegang, giftige vloeistof, brandbare stoffen, explosieven, ogenbescherming verplicht, helmdragen verplicht en ademhalings-
apparatuur verplicht. De bedoeling van de tekens is dat ze zonder verklarende tekst duidelijk zijn.
beeld in „lopend
schrift", vervangen
door „stilstaande"
vierkante letters. Fyf-
fes bananen heten al
weer een tijdje chiqui-
ta. Ford- en chiquita-
merken zijn weliswaar
geen echte pictogram
men, maar de woorden
zijn zodanig gestyleerd
(in een bepaalde stijl
gebracht en vereenvou
digd) en vormen zo'n
geheel met het schild
of wapen waarop ze
zijn afgebeeld, dat ze
zelfs zonder dat de
tekst leesbaar is, al op
afstand herkend wor
den. Dat is ook precies
de bedoeling van merk-
beelden, tekentalen en
alle andere in beelden
omgezette begrippen.
Bekende vormen zijn
de politieke sportprent,
die, indien goed ge
maakt, meer duidelijk
kan maken dan een pa
gina tekst. Er worden
meer stripverhalen dan
romans gelezen. De
tweede helft van de
twintigste eeuw staat
trouwens helemaal in
het teken van het te
ken en het beeld.
Karakteristiek
Beelden kunnen, als ze
goed ontworpen zijn en
karakteristiek zijn, (de
Chinese lettertekens
worden karakters ge
noemd) veel meer uit
beelden dan met veel
woorden te zeggen is.
Het is niet nieuw om
begrippen uit te beel
den. Sommige primitie
ve volkeren vroeger en
nu gebruikten en ge
bruiken beeldschrift.
?tf
Voor deOlympische Spelen München 1972 is een speciale beeldtaal ontworpen. Die beperk» zich
niet tot een „sport-alfabet", maar bevat ook symbolen voor gevonden voorwerpen, tram, bus,
taxi, kapper, zwembad, geldwisselkantoren, café, restaurant, dames- en herentoiletten enz.
Iedereen heeft wel
eens gehoord van de
Egyptische hiëroglie
fen. In Nederland her
kende men de drogist
vroeger gemakkelijker
aan de gaper tegen de
gevel, dan aan de
tekst „drogist" op het
raam.
Zo'n gaper was eigen
lijk een vrij traag ge
val, maar hij paste in
de tijd waarin hij bete
kenis kreeg. Volgens
de vormgevers van
onze snelle tijd is zijn
geeuw een aanfluiting
van de haast en de
stroomlijn waarmee we
onszelf hebben opge
scheept. Het mocht
eens aanstekelijk wer
ken. Voor de drogist is
een ander beejd (ima
ge) ontworpen. Zo ook
voor de Spoorwegen,
waarvoor het gevleu
gelde wiel van eertijds
niet snel genoeg meer
was. Prestige-belangen
en consumptie-overwe
gingen spelen daarbij
een belangrijke rol.
Maar het is voor
de „historici" onder
ons wel gemakkelijk
am een bepaalde tijd
te herkennen. Iedereen
weet wel zo ongeveer
in welke tijd hij het
ontstaan van het gram-
mofoonplatenmerk His
Masters Voice (dat zie
lige hondje voor de
ouwe grammofoon met
toeter; moet plaatsen.
Enig werkelijk nut'
heelt de zowat vijfjaar
lijkse gezichtsverande
ring van het bedrijfsle
ven waarschijnlijk niet.
Maar het is leuk dat
het gebeurt. En dan
niet alleen uit oogmer
ken van werkverschaf
fing aan allerlei ont-
Trefzeker
Voor de serieuze be
doelingen van de
beeldtalen, zoals die
bij de Spoorwegen en
ten behoeve van de
veiligheid in de bedrij
ven worden toegepast,
mogen zo langzamer
hand andere maatsta
ven gaan gelden. Wan
neer er over een Ver
enigd Europa wordt
gedacht, heeft het ook
zin tot internationale af
spraken te komen wat
betreft de uniformiteit
van beeldtalen. Op zich
is het misschien niet
erg wanneer de mens
op twintig verschillen
de manieren duidelijk
gemaakt wordt, dat hij
z'n hoofd niet buiten
mag steken of iets niet
uit het raam mag
gooien. Als het idee en
de uivoering van het
daartoe ontworpen pic
togram maar trefzeker
zijn. Maar dat zijn ze
lang r.iet allemaal.
Ook de voor München
'72 ontworpen teken
taal bevat enkele on
duidelijkheden. Men
kan zich niet aan de
indruk onttrekken dat
het bij het ontwerpen
van tekentalen in eer
ste aanleg om een be
paald? stijl gaat. Dat
prutsen met stijl en
stijlkenmerken is ei
genlijk helemaal niet
leuk. Het is ambachte
lijk werk dat voor
scheppend door moet
gaar. Maar het gaat
juist om 'de vondst;
het glasheldere idee.
dat de beelden in een
tekentaal zo herken
baar maakt. Stijl moet
om het idee heen ont
staan Goede ideeën op
dit gebied zijn tamelijk
blijvend.
Branches
Hoever moeten de
beeldtalen gaan? Han
gen de winkelstraten
van de toekomst even
vol met gestuleerde
aanduidingen van
branches, als vroeger
met gapers, hoeden,
schoenen, scharen, ha
mers en andere uit
hangborden? Herken
nen we straks de bak
ker op dezelfde manier
als we nu dames- en
herentoiletten van el
kaar onderscheiden?
De mannetjes en de
vrouwtjes van de toi
letten zijn er trouwehs
In duizenden uitvoerin
gen. Maar eigenlijk
zijn ze niet eens zo
heel duidelijk.
Gé Tol
In de rand van
deze pagina staan
symbolen voor de
verschillende Olym
pische sportnummers,
zoals die door Otl
Aicher speciaal voor
de spelen in München
ontworpen zijn. Ook
die zijn niet allemaal
even duidelijk. Met
gewichtheffen hebben
sommigen nogal
moeite en ook over
volleybal en zwemmen
moet even nagedacht
worden.