Kreatief kamperen in Drente populair BESTE VLEES GAAT NAAR BUITENLAND VET IS UIT DEN BOZE ZATERDAG 15 APRIL 197? een kreatief kamp daarentegen komen de mensen met de be doeling iets te doen. Voorna melijk zijn het beginnelingen. Mensen, die vroeger iets ge daan hebben, maar die er la ter nooit m«er aan toe kwa men. Zoals vrouwen die in hun gezin de tijd niet meer vinden voor handenarbeid en zo. Ze komen uit allo delen van het land. Het vreemde is. dat wij dach ten dat de moesten handarbeid zouden doen. Maar dit bleek anders in de praktijk. Ze zijn meer bezig met spel, film en bewegingsexpressie. De men sen werken zich eerder over de kop, dan dat ze te weinig doen. In de tweede week vallen ze wat terug. Dan gaan ze uitrusten. Een kreatief kamp is bij mijn weten uniek in Europa. In de toekomst wil len we kleine kampjes houden in het buitenland. En Drente blijft dan het grote kamp voor gezinnen. De mensen vernietigen veel van hun werk, omdat ze het niet goed genoeg vinden. Soms kunnen wij het nog niet eens uit handen nemen. De mensen worden bijgestaan door be- roeps. Dit zijn kunstenaars die voor zich zelf het gevoel heb ben dat ze dat contact nodig hebben. Ze willen af en toe met anderen iets maken. Ook krijgen we wel kreatieve do centen, wier vak het is om plezier te hebben in dit soort zaken". Een kreatief kamp is een El dorado voor een psycholoog. Pier van Brakel: „Vorig jaar kwam een man die een week wilde blijven. Hij was bang dot wij alles zouden bepalen. Hij wou een veldoven maken om potten te bakken en zo. Hij ging aan het werk, zeg maar dat hij zich uit de naad werk te. En allemaal in zijn oude bedrijfsDempo. Na een week was de oven nog niet klaar. Hij bleef nog een week. Toen kon hij de oven pas gebruiken maar daar moest hij weer eeni week voor blijven. Hij vond het zo'n belevenis dat hij de gedachte niet kon verdragen dat een ander ook lol aan zijn oven zou beleven. Hij kon zich namelijk niet voorstellen dat,i wat hij deed, helemaal niet zo uniek was". niet oppassen, dan zouden we ze allemaal leiden. Het contact onderling lijkt verschrikkelijk belangrijk. Heel veel plezier beleven de mensen aan de voorgesprekken. Soms vragen ze zelfs of wij een gespreks groep organiseren, maar dat doen we persé n'et. En dan lo pen ze toch nog zwaar te rede neren door het bos. Of ze ma ken een cabaretje. Op gewone campings is er niet zo'n behoefte aan dat soort ac tiviteiten. Je kunt wel zeggen dat van het doorsnee camping- publiek tien procent tot activi teit te brengen is en één pro cent is ook nog kreatief. Je hoeft in een gewone camping geen kreatief beleid te voeren. Dat wordt niet gewaardeerd. Velen zeggen: ,,Geef mij maar een pilsje in de kantine. Ik stuur de kinderen wel naar het rekreatieprogramma". We krijgen ook wel eens be roepsartiesten. Laatst was er een decormaker van Teleac. Die ging met zand werken. Op zijn werk gebruikte hij lijm en hout, maar hier verschillende kleuren zand. Die man ging heel tevreden naar huis". Tijdens het kreatieve kamp van vorig jaar werd een en quête gehouden. Als speciali teiten voor aparte kampen werden genoemd: kreatief spel, beweging, poppen, film, yoga en sensitivity. Haast nie mand had behoefte aan een reünie, wel zij die de gemaak te filmpjes wilden zien. De stemming, leiding en natuur werden geprezen. Soms kwam er kritiek zoals: te vrijblijvend weinig stimulerend heren teamleiders te sloom een eenling m6et het maar uitzoe ken teveel kinderen. Kritiek hadden de deelnemers ook op hun eigen samenstel ling. Te elitair, te duidelijk uit de „betere" beroepen. Te wei nig gewon® arbeiders. Te veel VPRO, te weinig TROS, teveel schouwburgpubliek. Te weinig voetbalkijkers, teveel oudeTS van nu, te weinig Libelle-le- Het zelf maken van filmpjes blijkt een bezigheid vele kreatief-kampeerders plezier beleven. Het kamp 1972 is hetzelfde op gezet als het jaar daarvoor. Wie met wat duurder mate riaal wil werken of met inge wikkelder technieken, kan dit jaar terecht in de kreatieve ateliers van Orvelte. In dit oud Saksische dorpje. 9 kilometer van het kampeerterrein, zijn drie goed geoutilleerde ateliers, speciaal ingericht voor groe pen. Men kan hier terecht voor grafische technieken, houtsnij den, lino, etsen, lithograferen en boekbinden, keramische technieken (pottendraaien, ver sieringstechnieken. g arrur maken, enz.) en tenslotte tex- tielwerkvormen (weven, kno pen, stofverven, spinnen, wandkleden maken, enz.). Duizend man (Van een onzer verslaggevers) Vakantie. Voor de een: lekkef lui liggen in een ligstoel in de tuin. Volstrekt niets doen. Uit slapen, tv-kijken, een niet te zwaar boek lezen en na veer tien dagen geeuwend uit de stoel komen met een brandend verlangen om weer aan de ar beid te gaan. Voor de ander: vroeg op. De natuur in. Primitief leven. Nieu we gebieden ontdekken, andere taal spreken, bus in, auto uit, dia's schieten, en na veertien dagen met grote verhalen weer naar huis. Tussen deze twee uitersten zit ten eindeloze mogelijkheden. De vakantie is een tijd, die in elk geval volstrekt moet afwij ken van de sleur van het dage lijkse leven. Een van de nieuwste vormen is het kreatief kamperen. In de vrije natuur iets maken met je handen, je fantasie. Iets waar je geen geld mee hoeft te ver dienen dat niemand mooi hoeft te vinden, dat na een week, veertien dagen zonder spijt kan verdwijnen in de vuilnisbak. Kreatief is een modewoord, be last met dat onzichtbare, angst aanjagende aureool dat kun stenaars omringt. Maar dat hoeft niet zo te zijn, zegt Pier van Brakel, direc teur van de Stichting Kreatie ve Rekreatie. Van 1 juli tot 12 augustus wordt in een houtvesterij van Staatsbosbeheer, gelegen aan de weg Schoonloo-Elp in Dren te, een kreatief kamp gehou den. Dit wordt het tweede jaar. Vorig jaar was het een compleet succes, zo sterk zelfs, dat nu ook een kamp in de Peel wordt opgezet. Pier van Brakel: „Dit jaar verwachten we zo'n duizend man in Drente. Zes weken lang 175 man. Meer niet, want daar is het kamp te klein voor. De eerste twee weken zijn nu al volgeboekt door mensen van het vorig jaar- Dit jaar komt er ook een groep van derde jaars studenten van de acade mie voor lichamelijke opvoe ding een soort werkweek hou den. Ze willen nagaan wat de raakvlakken van sport en kreativiteit zijn". In het krea tieve kamp is overigens nie mand verplicht kreatief bezig te zijn. Liggen in de ligstoel mag. Van Brakel: „We organiseren zelf niets. De mensen komen vaak naar ons toe en vragen of we iets willen opzetten. Maar het moet uit henzelf ko men. Op een gewo.ie c.: ping is het een zwaar en ondank baar werk om de mensen be zig te houden. Zo gauw je bin go organiseert, is het goed. Maar als je iets meer wilt doen wordt het moeilijk. Op W. L. Harmsen, een man, die pogingen in het werk stelt om te komen tot een opwaardering van de vleesproduktie in Nederland. Ir. Harmsen zegt: „Eigenlijk is WAGENINGEN Vlees is. duur, erg duur. En het ziet er. niet naar uit dat de prijs binnen, korte tijd naar beneden zal gaan. Echte biefstuk is voor ve len niet of nauwelijks meer te, betalen en soms is het zelfs he lemaal niet te koop. Hetzelfde is van toepassing op kalfsoesters, en ossehaasjes. En toch worden in Nederland jaarlijks tien mil joen varkens vcor de consump tie geslacht en een mUjoen kal veren. Voeg daar aan toe de 900.000 runderen en de ettelijke schapen, lammeren en paarden en u komt op een respectabel aantal staakjes en andere exqul-i se vleessoorten. Al die geslachte koetjes en kalf jes komen echter niet bij de Ne derlander op het bord terecht. Want het is de vleesgrossiers gebleken dat Wiestduitsers en Fransen meer geld over hebben voor een biefstuk-om-te-zuigen dan de van natura wat zuinig uitgevallen bewoner der lage landen. Daarom wordt een be langrijk deel van het edele rood- vlees geëxporteerd, terwijl een ander deel zijn weg vindt naar de betere restaurants. Wat de gemiddelde Nederlander over blijft zijn de karbonades (al dan niet van de haas), de dagelijkse sudderlap, de slavinken en de verse worst. Jaarlijks verorbert de doorsnee Nederlander 19 kilo rundvlees, 28 kilo varkensvlees, een kilo kalfsvlees en heel, heel weinig lams- en (oh huiver bij alles wat Brits is) paardevlees. Dat is betrekkelijk weinig in vergelij king met de ons omringende EEG-landen, waar het vlees al even duur en schaars is als bij ons. Vorig jaar was de vleespro duktie in Nederland voor 80 pet. behoeftedekkend. Maar omdat we d® beste stukken naar het buitenland verkopen was .de vleesimport uit Ierland, Argenti nië, Denemarken en de Oost- blok-landen hoger dan die ont brekende 20 procent. Wanneer in Nederland het aantal geslachte vleesstieren van 110.000 opge voerd kan worden tot 300.000 per jaar, is de vleesproduktie nage noeg behoeftedekkend. Een be langrijk punt hierbij is, dat er in ons land een overschot van 50 procent aan varkensvlees is, dat veelal in blik wordt geëxpor teerd, o.a. naar de Verenigde Staten. Op dit ogenblik klinkt overal ter wereld met name in die lan den, dia kunnen bogen op een zeker welvaartsniveau - de roep om vers, mager rundvlees. Vlees dreigt zelfs een schaars artikel te gaan worden. In de EEG-landen blijft de produktie van jong rundvlees steeds ver der achter bij de behoefte. En ook wa>nneer er straks een EEG-van-de-tien zal bestaan met vleesexporterende partners als Ierland en Denemarken, blijft er een tekort aan vlees. Een land Ms Japan weert zich ook geducht om te trachten de beste brokken voor zich zelf in te pikker» Want de welgestelde Japanner heeft, nadat hij het vreemde artikel kaas heeft leren eten, ook de smaak van vlees te pakken gekregen. In het Wageningse proefstation voor de rundveehouderij zit ir. Een koelvitrine met vlees en vleeswaren. Bij de slager gaat het nog volgens het systeem „vers van de bout". De si/permarkt biedt de klant het vlees voorverpakt aan. In beide gevallen liegen de prijzen er niet om. prijs voor de consument zeker niet lager worden, maar aan de andere kant hoeft dae ook niet hoger te worden". Hij legt ui>t dat bij het fokken van kruislingen zoals van de Charolais-stier het arbeidsinko men van de boer per koe toe neemt. De kruislingen (een kalf van een zwart-bonte moeder en een Charolais-stier) zijn name lijk 4 tot 5 kilo zwaarder bij de geboorte dan een zwart-bont kalf, een meer-gewicht dat gedu rende de levensloop van het dier in gelijke mate blijft toenemen. Het ontwikkelings- en sanerings fonds gaf in het verleden subsi die op kruising van zwart-bonten met Charolais-stieren. Daardoor werden er in het voorjaar van 1970 5.000 kruislingen geboren. Toen echter de subsidie ver dween, liep ook het aantal kruis lingen terug, omdat er nogal wat geboortemoeilijkhedfen op treden bij de wat zwaardere kal veren, hetgeen extra veterinaire kosten meebrengt. Het Wageningse proefstation heeft echter een nieuw wapen achter de hand in de strijd voor meer vlees. Dat is de rode Li- mousin-stier. In juni worden de kalveren verwacht em ir. Harm sen hoopt dat bij deze kruislin gen de geboortemoeilijkheden achterwege zullen blijven. Moge lijk dat ook de Britse Soufh-De- von-stier in aanmerking komt voor le produktie van meer bin- dat uniform van kwaliteit mo» mo< zijn en niet van het allerduurst! soort. „En vooral niet te vetl zo voegt ir. Harmsen er aan tol Dq „Want je wordt doodgegooit met vet. Te vette koeien bijvoa j.Qe beeld worden gekort op <K ^er, Prii3"- I Itra Naar mate de roep om goei |jer mager vlees luider klinkt, neen |e de spanning op >e vleesman iyp, toe. Ontwikkelingslanden kome kost niet eens meer toe aan het fol »an ■n van specifieke vleesdiere» oe\ ook al toonden achttien1 Afr- not kaanse en Aziatische staten M lier langstelling voor een Fries pr laai ject, waarbij complete rundvet bedrijven worden oeëxporteert Voorlopig is de oplossing VS |e het vraagstuk van het tekor aan vlees voorbehouden aan 4 ontwikkelde landen. En daar» zal ook het vlees steeds dui/rtM moeten worden betaald. i'jn KLAAS GOlNfll het vee in Nederland (vooral het zwart-bonte) wat te rank voor veel vlees. Dat is een kwestie van produktierichting, waarin deze dieren zijn gefokt. We pro beren deze zaak thans te verbe teren via kruisingen met stieren van specifieke vleesrassen, zoals de Franse Charolaisstier. Van die kalveren mag je meer ver wachten, zowel wat betreft de produktie van kalfs- als die van rundlvlees". Met name de liefhebbers van (het peperdure) kalfsvlees zal dit als muziek in de oren klin ken. want hoewel van de 1.900.000 kalveren, die jaarlijks in Nederland worden geboren er één miljoen naar de kalvermes- terijen gaan, gaat thans 90 pro cent van de geslachte kalveren naar het buitenland: West-Duits- land en Noord-Italië. Deze gi gantische export van Nederlands kalfsvlees is ondermeer te ver klaren door het feit dat de indu strie (b.v. de producenten van kunstmelk) grote belangen heb ben verworven in de kalvermes- terij. En omdat zij tevesis de in ternationale afzetkanalen kent en het feit huldigt dat „business business is", is het alleszins begrijpelijk waarom zoveel kalfs- i -• s en stukken kalfsfrican deau op buitenlandse vleesscha len terecht komen Met het rundvlees ligt de zaak iets anders, hoewel het meren deel eveneens over de grens gaat voor een belangrijk deeL Opmerkelijk is dat 80 procent van alle rundvlees dat in het binnenland wordt afgezet afkom stig is van zogenaamde „uitge stoten" koeien, dieren, die hun bijdrage aan de nationale melk-, plas al hebben geleverd en dei specifieke slachtrijpe leeftijd at lang zijn gepasseerd. Veelzegt gend is in dit verband de term „worstkoeien", die ook voor een belangrijk deel worden gekocht door de vleeswarenindustrie. Vraag aan Ir. Harmsen: „Wordt het vlees straks niet nog duur der, wanneer allerlei research kosten voor wat betreft hét krui sen met vleesrassen in de prij zen wordt verdisconteerd?" Ant woord: „Weliswaar zal de vlees- nenlandse biefstukken. Omdaj Jee het hier om louter gebruik ^ri kruislingen gaat, waar niet mei doorgefokt wordt, staan de stap A boeken in Nederland vrij onver) schillig tegenover deze experi dei menten. ch: Voor een goede vleesstier var ter vijftien zestien maanden krijgi dir de boer ongeveer 6 gulden pt je, kilo geslacht gewicht uitbetaald w0 (koeien liggen ongeveer 1 guldei per kilo lager). Het meesu vlees vindt zijn weg naar dt consument via de slagers. Daan na komen de vleesgrossiers, ter voc wijl de grootwinkelbedrijven eer ^er! kwart van alle vleesaanvoere: var afnemen en voorverpakt te koo; wet aanbieden. Vooral de super ^ar markt roept om jong rundvlees Een vlezige kruisling, gebo ren uit een zwartbonte moe der en een Franse Charolais- stier. De dieren zijn zwaarder dan Nederlandse kalveren en brengen meer op.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 10