AMATEUR SCHNEIDER GEEFT STRIJD ERKENNING NIET OP S II Jim Ryun werkt aan come-back en de 19 art Olympia Waldi sploeg, zich te finales. tldkam- Slobbe werden ectieve- nd) Aukji danie draitite tken. »ld)—Vai 1-19: v.d 12-21. 13 -21. 21-1 K. J ia (Joeg 13: SW slav O 21-13. ï-i. -j-é Grofo A lex an ir f 75w- 20.- ir f 30.- ijs of lewijs blijkt aoekje) et NS ZATERDAG 22 APRIL 1972 Zege op Hendel stimulans voor EK: DEN HAAG Toen Theo Schneider na zijn zege, tij dens de open Nederlandse judokampioenschappen, op Europa's sterkste halfmid- dengewicht Hendel werd gehuldigd, straalde zijn ge zicht een en al triomf uit. Voor hem was de Aschi-Gu- ruma, waarmee hij de Oostduitse reus velde meer dan alleen het bewijs voor een „come back". In zijn eenzame strijd om erken ning had de Haagse judoka ein delijk diegenen en dat waren er velen die hem internatio naal „onmachtig" noemden, in het ongelijk gesteld. Schneider, ook al eerder dit seizoen in Fiirth en Boedapest opvallend, had zich geen betere rehabilita tie voor kunnen stellen. De drie voudige nationale kampioen grinnikt als hij terugdenkt aan Brunssum, waar alle bondsbe- stuurders verbaasd, of liever verbouwereerd de partij tegen de immer onverslaanbare Hen del aanschouwden. Het 24-jarige talent van Guan Lin, dat voor heen nooit de juiste instelling had getoond, spotte daar met een traditie. Immers, de Oost bloklanden waren in de lichtere gewichtsklassen al jaren een klasse apart. „Ik heb nu einde- li" '-ewezen, dat ik er bij hr In n luxe groene fauteuil, die wonderwel past bij de Oudhol landse stijl, waarmee Schneider zyn fraaie huis aan de Hugo Verrieststraat heeft opgesierd, geniet „Het zwarte schaap" van de Budo Bond nog na. De zege is voor hem ook een stimulans voor de Eurooese kampioen schappen in mei. Want, Schnei der is de eerste die dat toegeeft, zijn internationale prestaties stelden vroeger inderdaad niet veel voor. „Logisch, we ziin nooit goed omgevangen. 0":.e vroegere bondscoach Anton Cee- sink had rog rooit ve^'o-er. Het is belangrijk om te weten, hoe je je dan voe't. Geesmk kon dus geen goede coach zijn". Argumenten De voormalige bondstrainer is er volgens Schneider ook de hoofdoorzaak van, dat hij vorig jaar uit de ploeg voor Ludwig- hafen werd gelaten. Voor Schneider, de Nederlandse kam pioen in de plaats, ging ie^rftd die zelfs nog nooit aan een na tionale titelstrijd had' meege daan naar de wereldkampioen schappen. „Ze moesten naar ar gumenten zoeken en ze vonden er drie. Allereerst had ik niet meegedaan aan de open Neder landse kampioenschappen. Er werd niet bijverteld, dat ik een voetblessure had. Mijn interna tionale resultaten waren te slecht geweest, zei men. Boven dien was ik volgens de Bond maar drie of vier keer on de centrale training geweest". Over het laatste „argument" kan de Haagse topjudoka zich nog. steeds kwaad maken. „Geesink had dat volgens anderen verteld. Toen ik hem ernaar vroeg, wist hij van niets. Eerlijk, het was een leugen, maar één keer was ik door die blessure niet op de centrale training". Theo Schneider en Anton Gee sink lagen elkaar niet. Vooral daarom kon het Haagse talent, ondanks zijn titels maar niet uit de schaduw van anderen komen. LEIDSE COURANT „Geesink groot judoka, maar als mens niet fijn is opgevolgd door Van der Horst. „Tussen de Europese ti telstrijd en Ludwigshafen In, liet hij de jongens zomaar barsten. Hij ging een toemee maken. Zo goed als het ging, verving Ruska hem. Nog Iets: voor zwaarge wichten was zijn training uitste kend, maar voor ons niet. Zijn technieken waren vooral bestemd voor grote krachtige mensen. Als judoka was meneer Geesink een zeer groot iemand maar als mens was hij niet zo fiin. Maar wie ben ik In belangrijkheid ten opzichte van Geesink? Schneider is een technisch begaafde judo ka, die door middel van een zwaar dieet het maximum van een halfmiddengewicht (tot en met 70 kilo) kan halen. Hij wil de top halen, maar op zijn eigen manier. „Ik heb gelukkig zoals vele andere ploeggenoten nooit in Ja pan gezeten. Dat is trouwens voor mij niet weggelegd. Je bent veel te lang van huis en je vrouw. Ik heb altijd gesteld, dat het beter zou zijn ons naar de Oosteuropese hinden te sturen. Daar zijn ze blij als je komt en wat betreft conditie en instelling .kun je er veel leren. Het ver schil met Japan, dat bovendien veel geld kost. ligt zo ver uiteen •dat het geen zin heeft. Je knn ook niet met iemand studeren, die veel beter Is". Geld verspild Theo Schneider geeft zijn strijd om erkenning niet op. Hij weet, dat de kwaliteiten aanwezig zijn. De zege op Europees kampioen Hendel was daarvoor het beste bewijs De nationale kampioen werd hoe dan ook altijd ais de nummer twee beschouwd. „Ik heb Gee sink blijkbaar de indruk gege ven niet te veel voor judo over te hebben". Theo Schneider is eerlijk genoeg om te erkennen, dat hij in het verleden inder daad te weinig tijd aan zijn sport besteedde. Maar hij kon het zich veroorloven; zijn eerste twee titels de derde voegde hy er pas aan toe veroverde hij met een minimum aan trai ning. „Ik moest een maatschap pelijke positie veroveren. Dat was belangrijker, want topjudo is zo vergankelijk. Ik vind het voornamer, dat mensen mij mo- Amateur Judo betekent veel voor de half middengewicht, maar niet alles. Met die instelling is Schneider de enige echte amateur in de se lectie. „Ze hebben allemaal een sportschool of zijn judoleraar. Als je de wetten van De Couber- tin bekijkt, ben ik nog de enige amateur. Mij kost het geld". Toch zou de zo miskende ama teur de sport, waarin hij al meer dan elf iaar thuishoort, niet kunnen missen. „Als je nuchter denkt, ben je natuurlijk hardstikke gek, dat je er zoveel tijd aan opoffert. Maar je doet het toch uit eerzucht en omdat je de sterkste wil zijn. Boven dien geelt het een fijn gevoel, als ie in de belangstelling staat". De technisch vertegenwoordiger in de meet- en regeltechniek is ijdel, maar bovenal eerzuchtig. Dat verklaart ook zijn tevreden heid over de geslaagde rehabi'i- tatie. De houder van de eerste dan veroverde dit jaar voor de derde keer in successie de natio nale titel. „Toen ik werd uit sloten voor Ludwigshafen, heb ik bij mijzelf gezegd: ik kom te rug. d. t is geitklg g< lukt. IIet pioen te worden dan te blijven". De technische judoka - techniek is zijn sterksie wapen - schaafde net dat doel voor ogzn zijn con ditie bij. En nu. met de Europe se kampioenschappen in de Voorburgse Vliegermolen in zicht, is Theo Schneider wat be treft trainingsijver onherken baar. Twee keer per week werkt hij aan zijn conditie en drie keer staat judotraining op het programma. Heftig gebarend vanuit de groene fauteuil zoekt Schneider naar oorzaken van de plotselinge ommekeer. „Mijn in stelling is anders geworden. Vroeger lag bij mij de nadruk op de maatschappelijke positie. Met de meeste sportmensen is het nu eenmaal zo. dat wanneer het met de prestaties is afgelo pen, zij aan hun lot worden over gelaten. Jammer, dat de moge lijkheden er niet zijn. Maar daarom moet je wel met beide benen op de grond blijven staan". Theo Schneider doet dat letter lijk en figuurlijk. Nuchter en te gelijk met inzet, leeft hij toe naar de Europese kampioen schappen in mei. Niet naar MUnchen, waarvoor hij toch nor maal gesproken ook de kandi daat moet zijn. „Nee, Mllnchen is geen haalbare kaart. Voor Eddy van der Poll, mijn enige concurrent in Nederland is zo veel geld uitgetrokken. Als li miet i.s gesteld een plaats bij de eerste acht in Voorburg. Berei ken we dat allebei niet, dan gaat Eddy." Het toekomstvi sioen van de Haagse topjudoka wil niet zeggen, dat hij bij voor baat de moed opgeeft. Vol over tuiging zegt hij: „Ik ben nog lang niet aan mijn toppunt, het gaat nu pas beginnen". Theo Schneider, altijd zo bekriti seerd, durft ook zelf kritiek te uiten. Over het bewind van An ton Geesink bijvoorbeeld, die nu Schneider lijkt soms wat eigen zinnig, hij heeft overal „zijn" mening over. Met de interland tegen België van vorige week is er volgens de vertegenwoordiger, voor wie alleen maar verkoop- ciifers belangriik zijn. geld ver spild. „Natuurlijk was ik wel hlij met de selectie, maar de Bond moet de trips anders op zetten. Bij zo'n interland kom je maar een keer uit en klnnr is Kees. Daarna een etentje, bij el kaar kost het handenvol geld. Ze kunnen veel beter een vierlan- dentoernooi organiseren". De or ganisatie bij de Budo Bond Ne derland, die de steun heeft van een rilke sponsor is volgens Schneider ook nog niet Je-van-het. „Het gaat nog zo rommelig. Dat zeggen alle mensen, die je spreekt. Een voorbeeld: Bij de centrale training heeft nu Peter Snijders de leiding. Officieus echter. Ik vind dat ze nu Peter en Jan Snijders die zich uit de wedstrijdport hebben terugge trokken moeten aanstellen als tweede trainer of Iets derge lijks". De kritiek van het „zorgenkind" van de Budo Rond Nederland is reëel. Het is niet zo, dat Schnei der zich op een dergelijke wijze probeert te wreken. Maar mis kend wordt hij wel. Officieel moet de judoka van Guan Lin nog drie dagen voordat het Euro pese toernooi begint, meedoen nan selectiewedstrijden. Een be lachelijke eis voor de sterkste halfmiddengewicht van Neder land. Maar Theo Schneider zou de uitdaging aannemen. Al was het alleen om weer te bewijzen dat hij terug Is aan de top. Hoe wel, eigenlijk is hij nooit wegge- KEES KOOMAN. Kampioenschap Fierljeppen in Jaarsveld LEEUWARDEN Het pols- stokverspringen, ofwel „Fierljeppen" tot nu toe altijd een Friese aangele genheid, gaat een natio nale zaak worden. Op een vergadering van de Frie se vereniging is een voor stel aangenomen om een Nederlands kampioen schap in te stellen. Dit eerste Nederlands kam pioenschap polsstokver- springen zal op 26 augus tus in Jaarsveld worden gehouden. Een heel be langrijke materie was ook de zaak van de „pol sen". Het privé „pols" toestaan ja of neen lever de veel stof tot discussie op. Het bestuursvoorstel was dit wel te doen, maar met de bepaling erbij, dat alles springers gebruik moesten kunnen maken van de zelfde pols. Al met al betekent dit, dat het polsstokverspringen nu langzamerhand een er kende sport gaat worden. Er is, wat Friesland be treft, reeds aansluiting gevraagd bij de sportfe deratie. Ook in het buiten land bestaat steeds meer belangstelling voor het polsstokverspringen, dat bewijst een verzoek uit Bremen in Duitsland waar op 3 en 4 juni een demonstratie zal worden gegeven. LAWRENCE De man die Jim Ryun het best kent Is overtuigd van diens comeback. Bob Timmons van de univer siteit van Kansas, die negen jaar lang dan weer wel en dan weer niet de coach van Ryun is geweest, bezweert dat het tussen hem en de wereldrecordhouder weer helemaal voor elkaar is. „Fysiek is Jim in orde. Ik denk dat Jim weer naar de top zal klim men. Hij heeft alleen twee of drie ontmoetin gen nodig waarin hij erg goed voor de dag komt om zijn zelfver trouwen te stimuleren", zegt Timmons. Ryun zelf heeft niet veel te zeggen, maar de man die in 1967 het wereldre cord op de mijl op 3:51.1 bracht, werkt fanatiek aan de voorbereiding voor de Olympische Spe len in München waar hij de 1.500 meter hoopt te winnen. Om dit doel te bereiken is Ryun tenslotte in fe bruari naar Kansas te ruggekeerd om te trai nen onder leiding van de man die hem naar de top heeft gebracht. Ryun zei: „Timmy heeft mij per brief en per telefoon gecoached, maar ik moet nauwer met hem kunnen samenwerken". Timmons is zich bewust dat de prestaties van Ryun deze winter op binnenbanen eigenlijk te leurstellend zijn ge weest. „Jim heeft zijn ups en downs gehad, maar wij proberen dit te verhelpen en hem tijdig in goede vorm te krij gen. Wij denken dat we de oplossing voor dit probleem wel zullen vin den. Sommige mensen denken dat hij te hard traint, maar dat geloof ik niet". Behalve het record op de mijl bracht Ryun ook het wereldrecord op de 1.500 meter op zijn naam met een tijd van 3:31.1. Het vorig jaar leek de comeback van Ryun reeds practisch geslaagd toen hij in april de mijl in Kansas in 3:55.8 liep. Het was de snelste tijd sinds Kip Keino van Ke nya op 31 augustus 1968 3:55.5 liet afdrukken. „De jaren, dat ik Jlm nu ken, zijn zowel voor hem als voor mij jaren van hoogspanning ge weest", zegt Timmons. „Ik wil al het mogelijke doen om hem te helpen het doel te bereiken dat voor hem belangrijk is namelijk de gouden me daille. Bij de training loopt Jim goed, muur nog niet in de wedstrij den". Jim bereikte de top, toen hij 20 was. Nu op 24-jarige leeftijd heeft hij moeilijkheden. <89

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 15