Erfdeel van eeuwen ligt onbewaakt voor het grijpen ÉÉÉéJ ra TONNEN ANTIQUITEITEN VERSCHEEPT IN DIPLOMATEN- TASSEN De archeologische schatten van de wereld worden systematisch geplunderd als gevolg van een goed georganiseerde en gestadig aanzwellende golf van „graf- roof". Getuigenissen van begraven be schavingen en de kleinoden van voor-historische culturen worden gedemonteerd en van de bijbe horende documentatie ontdaan door dieven- en smokkeiaarsben- den, die munt slaan uit de haus se in het particulier en publiek verzamelen. Het probleem, als gevolg waar van ons reeds een onschatbare hoeveelheid kennis over de mens der oudheid is ontnomen, wordt zo brandend (een paar maanden geleden schoten rovers een ar cheoloog dood, die hen stoorde op een uiterst belangrijk Maya- terrein in Guatemala), dat een groep vooraanstaande archeolo gen in een speciaal rapport aan de vergadering van de Ameri kaanse Vereniging voor de Be vordering der Wetenschappen heeft opgeroepen tot snelle inter nationale actie. »,We hebben te maken met een steeds ernstiger probleem", zei dr. Froelich Rainer, professor in de antropologie aan de universi teit van Pennsylvania, op een congres in Philadelphia. „Als we niet snel tot daden overgaan en dit niet met voortvarendheid aanpakken dan zullen er ner gens meer kunstobjecten over blijven". „Dit gezichtspunt mag erg dra matisch klinken het is helaas maar al te waar", is het com mentaar van William Fagg, et nografisch conservator van het Brits Museum. Ook de assis tent-conservator van de Westazia- tische afdeling van het muséum, T. C. Mitchell,herhaalt de waar schuwing. „Deze" vorm van mis daad groeit snel en het is onmo gelijk om te zeggen hoeveel ken nis we al hebben verloren en hoeveel we op het ogenblik aan het verliezen zijn". De plundering heeft over de ge hele wereld plaats. In een aan tal landen in Afrika, Zuid-Ame- rika en het Midden-Oosten ge bruiken de smokkelaars privé- vliegtuigen om de goederen stroom naar de Noordameri- kaanse en Europese markten te versnellen en grenscontroles te vermijden. In tegenstelling tot „-traditione le" kunstwerken, de oude mees ters bijvoorbeeld, is slechts een handjevol van de duizenden ob jecten die elk jaar worden ge roofd, voorzien van een lijst van vroegere eigenaars. „Er zijn zeer weinig manieren waarop bona fide handelaren en musea een gestolen object kunnen on derscheiden van een object dat op volkomen wettige wijze op de open markt is terechtgekomen", zegt William Fagg. „De vraag naar antiquiteiten is zodanig dat de meeste goederen zeer gemak kelijk een markt vinden, als ze al niet gestolen of gesmokkeld zijn door lieden die reeds een koper op zich hebben wachten". In het Amerikaans rapport wordt op sommige musea spe ciale kritiek geleverd. „Een deel van de diefstallen en smokkel heeft plaats voor particuliere verzamelaars, een deel voor de directe verkoop aan toeristen", wordt er gesteld. „Maar veel van de voornaamste musea van n de wereld hebben voor hun col lecties gestolen oude kunstwer ken aangekocht". De meeste mqseumfunctionarissen beamen dat. Ze leggen er wel de nadruk op dat nimmer een kunstwerk is aangekocht waarvan vaststond dat het was gestolen. William Fagg: „Een van de grootste moeilijkheden in dit op zicht is dat handelaren niet zeg gen van wie ze de kunstvoorwer pen hebben. Dat is een stelregel in hun bedrijf. We proberen te handelen met lieden die we ken nen en vertrouwen". Andere functionarissen wijzen er echter op dat wel eens een „onbeken de" handelaar uitermate waar devolle werken aanbiedt. „Dan proberen we uiteraard zo goed als we kunnen na te gaan wat voor vlees we in de kuip heb ben. Maar dat wil wel eens enorm moeilijk zijn". In het Amerikaans rapport, „Roof van het verleden een internationaal schandaal", noemt men de moord in Guate mala een bewijs van de risico's die de dieven bereid zijn te ne men. Op een Maya-terrein nabij La Naya verliet een lid van het team van de Britse deskundige Ian Graham op een nacht zijn tent. Hij wandelde naar de af graving. Een moment later schoten rovers hem met een machinepistool neer. Een grote hoeveelheid tegels, die bijzonder belangrijke voorbeelden bevat ten van het enige schrift uit de oude Amerikaanse beschaving, werd geroofd. Zuid-Amerika, met zijn grote af standen en tientallen half nage vorste terreinen, en West-Afrika zijn de voornaamste operatiege bieden voor de dieven. „Nigeria en Ghana zijn hoofddoelen", zegt William Fagg. „Beide zijn buitengewoon rijk aan uiterst belangrijke en waardevolle kunstvoorwerpen en beide trek ken de dieven en smokkelaars aan als vliegen naar een jam pot". rendeel is 300 1000 jaar oud. De objecten worden daarna naar Mali (Bamako, de hoofdstad van Mali, is het centrum van de ille gale handel), Senegal en Ivoor kust gevlogen. Van daaruit wor den ze hetzij direct naar Parijs gezonden, hetzij aan plaatselijke handelaren verkocht die de goe deren naar de VS verschepen. Dit patroon herhaalt zich in het Nabije en Midden Oosten. Tur kije alleen al heeft ongeveer 8500 archeologische terreinen. Westafrikaanse benden worden beheerst door handelaren in de voormalige Franse kolonies: Mali, Ivoorkust en Senegal. Die verkopen in veel gevallen direct naar Parijs. Hun handelswaar is houtsnijwerk en gouden en bronzen kunstvoorwerpen. „Tien vijftien jaar geleden be gon het pas goed en sindsdien is het steeds erger geworden", zegt William Fagg. „Hun gelief de doelen zijn het land van de Yoruba-stammen in West-Nige ria. het gebied van het Benin-ko- ninkrijk en nu ook het centraal gebied van de Ibo's wat vroe ger Biafra was. Achter de staart van het federale leger kwamen de handelaren en smokkelaars Biafra binnen en vervolgens ge bruikten ze alle mogelijke mid delen om de hand te leggen op het houtsnijwerk en de artefac ten van de lbo's en om ze ille gaal naar het buitenland te ver schepen". Gebruikmakend van kleine vliegtuigen om grenspatrouilles te ontwijken (net als een aantal andere naties kent Nigeria zwa re straffen op de illegale uitvoer van historische objecten, maar de historische terreinen worden niet bewaakt) spelen de rovers hetzelfde spelletje in de Yoruba- en Beninlanden. Van daaruit zijn duizenden schitterende bron zen en houten kunstvoorwerpen gestolen of gesmokkeld. Het me BIJ DE FOTO'S Boven: De overblijfselen van de oude Incastad, Machupicchu. Dergelijke overblijfselen moeten goed bewaakt worden willen zij niet ten offer vallen aan de roofzucht van malafide handelaren, die weten waar de lief hebbers van oude kunst voorwerpen te vinden zijn. Rechts onder: Een Afri kaans initiatiemasker zo als dit, kan heel wal op leveren, als men de juiste verzamelaar maar weet. Rechts: Een tempel in India. Het is voorgekomen dat een bende rovers de tempelbewaking overviel en alles van zijn gading meenam. Uiteraard voor verkoop aan musea en particuliere verzamelaars. Links: Voor oud aarde werk is altijd wel afzet gebied te vinden. Een paar jaar geleden ontdekten westerse deskundigen nabij Kul- tepe, in centraal-Turkije, een hoeveelheid graven die waren verbonden met een Assyrische handelsvestiging. Het terrein vertegenwoordigde een cultuur die omstreeks 1800 voor Christus moet hebben gebloeid. „Terwijl de archeologen in de graven werkzaam waren, ontvin gen ze berichten over zeer waardevolle spijkerschrifttegels die op de zwarte markt versche nen en kennelijk uit dat gebied afkomstig waren", zegt de heer Mitchell. „Uiteindelijk ontdekten ze dat deze tabletten waren ge stolen uit een andere oude vesti ging, vlak bij waar zij werkten. Geen bewakers, geen controle de tabletten belandden gewoon op de zwarte markt en de ge schiedenis van het gebied ging verloren". Clifford Evans, de voorzitter van de archeologie-afdeling van het Smithonian Institute, vertel de het congres in Philadelphia dat het Amerikaanse diplomatie ke korps en militaire functiona rissen tenslotte verantwoordelijk waren voor een groot deel van de verliezen uit het Nabije en Midden Oosten. In diplomatieke tassen en met het militair post- systeem hebben zij „tonnen" an tiquiteiten van onschatbare waarde naar de VS verscheept. Evans zei dat hij en andere ar cheologen hadden geprobeerd om het Amerikaans ministerie van buitenlandse zaken ertoe te bewegen een verdere plundering van historische terreinen door Amerikaanse diplomaten te voorkomen. Ze kregen te horen dat daarmee de persoonlijke rechten der diplomaten zouden worden aangetast. De georganiseerde plundering van de terreinen, vooral in Zuid en Midden-Amerika, beïnvloedt vaak de economie van onderont wikkelde naties. Volgens officië le cijfers van de Costaricaanse politie en regering vinden in dat land ruim 4000 mensen werk in deze „bedrijfstak"; de economie van Costa Rica wordt er jaar lijks ruim 4.225.000 gulden rijker door. Andere voorbeelden van diefstal op grote schaal vinden we in In dia. Begin vorig jaar werden in één enkele overval 118 hoogst waardevolle beelden gestolen uit tempels te. Khajuraho. Uit een andere, naburige tempel nam men een bronzen beeld" van. buitengewoon en historisch be lang" weg. Een aantal weken later werd een gewapende over val gepleegd op een oudheidkun dig museum. Veel van de gesto len Indiase kunstschatten vinden hun weg naar plaatselijke verza melaars. De rest wordt aan Noordamerikaanse en Europese handelaren en verzamelaars verkocht. De smokkelaars zijn goed geor ganiseerd in groepen van des kundige transporteurs, handela ren en tussenpersonen. Kortgele den is een aantal Maya- en Az teken-zuilen van ongeveer 3 me ter hoog en 1,20 meter breed verdwenen van terreinen in Mid den-Amerika. De rovers zaagden de objecten voorzichtig in 15 cm grote blokjes. Deze werden in kleine hoeveelheden het land uitgesmokkeld en vervolgens langzaam en nauwgezet weer samengevoegd, alvorens in New York, Parijs en Los Angeles te koop te worden aangeboden. Een aantal tempels in Ecuador die de archeologen nog niet had den onderzocht is volledig ge plunderd. „Ze zien er uit alsof er een bombardement heeft plaatsgevonden", zegt het Ame rikaans rapport. De deskundigen menen dat „in ternationaal bewustzijn" over dit probleem een onmiddellijke noodzaak is. Landen met waar devolle en afgelegen archeologi sche terreinen behoren hun schatten te bewaken. Op het ogenblik zijn veel van de terrei nen ofwel verlaten ofwel ze wor den buiten het seizoen dat op gravingen plaatsvinden in de ga ten gehouden door één enkele nachtwaker. „Het is onze ge schiedenis die we aan het verlie zen zijn, de kennis van ons ver leden, de juwelen van onze zich ontwikkelende samenleving: dit zijn de zaken die we aan het verliezen zijn. Ze zijn het toch stellig wel waard om te worden beschermd". (Copyright The Guardian)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 13