Door niets en niemand ben ik te intimideren
KAN
HET
BETER"
„HORN
KON
SHOW
MAKEN,
MAAR
IK
LEIDSE COURANT
Negenenveertigjarige Nederlandse scheidsrechter
leeft als een topsporter
Terwijl suppoosten de toeschouwers terugdringen, geniet Leo Horn met zijn handen op de rug van
de opwinding. Hij kon een show maken, maar Van Ravens ook.
Het karwei zit erop. Van Ravens blaast voor de laatste maal. Binnenkort zal de man, die dit doet, Van Ravens in het nauw. Twee
een herinnering zijn. spelers eisen tekst en uitleg.
DEN HAAG We zouden ons waarschijnlijk nimmer
bewust zijn geworden van ene Lau van Ravens, ware
het niet dat deze Schiedammer 24 jaar geleden in een
opwelling besloten had een zwart pak te kopen en
scheidsrechter te worden.
Lau leek immers voorbestemd
om z'n leven, met een zwar
te veeg over de wangen,
sleutelend onder auto's door
te brengen. Na de lagere
school bezocht hij 3 jaar de
ambachtsschool en in die da
gen vermoedde niemand
ook Lau zelf niet dat hij
nog ooit zou voorgesteld wor
den aan prinses Alexandra
van Kent. Het was de oorlog
die aan Lau's leven de eer
ste wending gaf. Hij was 19,
toen de Duitsers hem oppak
ten en „abtransportierten".
In die dagen ook nog onbe
wust van Lau's kwaliteiten'
als scheidsrechter, duwden
ze hem een grote schop in de
handen en daar stond Lau in
een loopgraaf.
Achter tralies
AI schoppend rijpte in Lau's
brein na een uur al het plan
er vandoor te gaan, want dit
karweitje was maar niks.
Met een vriend zette hij het
op een lopen. Helaas be
schikte hij nog niet over de
conditie en wendbaarheid die
hem vandaag de dag op de
grasmat sierèn.
Zodat hij na luttele ogenblik
ken achter tralies zuchtte.
Te midden van Russische
krijgsgevangenen met luizen
werd Lau's hoofd van z'n ei
gen zakcenten kaalgeschoren
en een paar dagen later viel
zelfs het woord concentratie
kamp. Nu kreeg Lau het
echt benauwd. Maar met de
zelfde souplesse waarmee hij
later tussen horden woeden
de voetbalsupporters zou
schrijden, redde Lau zich
ook uit deze precaire situa
tie. Hij liet zich eenvoudig
op de grond vallen en sloeg
schreeuwend met armen en
benen.
Nooit rust
Een dokter kwam, zag zelfs
wat schuim op Lau's lippen
en constateerde „hartkram-
pen". Van hem kreeg Lau
een bewijs en kwam hij vrij
om meteen naar Zuid-Frank
rijk te verdwijnen waar hij
2,5 oorlogsjaar met ontbloot
bovenlijf in telefoonpalen
klom en kapotte draden aan
elkaar knoopte.
Tussen haakjes: zijn vriend
vond de dood in een concen
tratiekamp. Eenmaal terug
in Nederland kon Lau niet
meer in een besloten ruimte
wennen. Van zichzelf vertelt
Lau: „Ik heb nooit rust" en
daarom werd hij vertegen
woordiger en scheidsrechter.
Laatbloeier
Nu wij zijn voorgeschiedenis
kennen, verdient het aanbe
veling twintig jaar over te
slaan, want Lau is als
scheidsrechter een „laat
bloeier". Net als wijn werd
hij hoe ouder hoe beter.
En fanatieker, want Lau leeft
als een topsporter. „Twee
keer per week train ik in
m'n eentje", zegt hij, „en
zondags voor een wedstrijd
loop ik me minstens 2 km.
warm. Regelmaat is ook be
langrijk. Zo ga ik elke dag
precies om 8 uur 's morgens
naar het toilet en dan de
hele dag niet meer. Kleinig
heden man, maar het hoort
erbij." Behalve Lau's stoel
gang verneemt men bij een
bezoek aan hem ook nog an
dere' activiteiten. Lau wees
plotseling op een witte kooi
met een parkiet erin. „Van
de week heb ik een vogelten
toonstelling geopend. Ik
kreeg hem mee." Toen zijn
ster begon te stijgen deed
Lau alles voor niets. Ze
vroegen hem in alle uithoe
ken van het land voor spreek
beurten. Lau deed het graag,
hij praatte immers graag,
maar op een dag werd het
toch te gek.
„Heren", zei hij, op z'n auto
wijzend, „dacht u dat dit
ding op pepernoten loopt?"
Sindsdien houdt hij 100 gul
den aan zo'n avond over,
hoewel hij ook nog veel voor
nop doet.
Het wordt duidelijk dat Lau
een populair man is. Hij
voelt dat zelf ook aan.
„Vroeger zelden ze: je bent
nummer 23 op het veld.
Maar dat kan nu niet meer.
Tegenwoordig heet het: Van
Ravens fluit. Natuurlijk zijn
er een heleboel mensen, die
als ze dit lezen, zeggen: Die
Van Ravens is gek. Als ze zo
denken, moeten zij dat we
ten."
Lau heeft namelijk tastbare
bewijzen dat het wel degelijk
zo is: „Als ik in de stad loop
of op vakantie ben en zelfs
als ik in Scheveningen m'n
zonnebril opzet, overal her
kennen de mensen me. En ik
moet eerlijk zeggen dat ik
het wel fijn vind. Ik ben een
beetje ijdel, weet je."
Toppers
Voor wie dit nog niet wist
kwalificeert Lau een aantal
scheidsrechters als de top
pers van Europa. Hij noemt
de Italiaan Lo Bello, de
Schot Davidsson, de Brit
Taylor (zelfs nu nog na Bo-
russia—Inter) en de besnor
de Rus Bahkrahov. En zegt
erbij dat hij zich in dit gezel
schap niet de mindere voelt.
Lau was Immers als „enige
Hollander" in Mexico. Maar
zelfs dit is geen verklaring
voor zijn populariteit. Veel
eerder moet die gezocht wor
den in z'n persoonlijkheid en
in de onweerlegbare samen
hang tussen Het Incident en
Lau of Lau en Het Incident.
Enige voorbeelden. Februari
'70 wordt Sparta—Holland
Sport gespeeld. Lau is leids
man en oogst voor z'n in
spanningen een klap op zijn
kalende schedel. Na de fatale
slag ligt hij enige weken met
een hersenschudding uitge
teld in bed. 14 april van dit
jaar wordt in Eindhoven het
cupduel PSVReal Madrid
gespeeld. Een blerblik velt
een grensrechter. Toevallig
zit Lau op de tribune. In
burgerkleding grijpt hij de
vlag en de wedstrijd kan
doorgaan. Precies een week
later zit Lau weer op de tri
bune. Ditmaal in het ADO-
stadion bij de halve finale
om de KNVB-beker tussen
Ajax en NEC. Een grens
rechter verstuikt een duim en
valt uit. Terwijl hij het veld
verlaat roepen de mensen al
om Lau. En Lau komt. De
wedstrijd kan doorgaan.
Tijd is tijd
Op 3 november jongstleden
laat Lau na afloop van het
onbeslist geëindigde cup-duel
Sporting Lissabon—Glasgow
Rangers (dat de Rangers
volgens het nieuwe UEFA-re-
glement al gewonnen hadden
omdat zij in de verlenging
gescoord hadden) nog straf
schoppen nemen.
Pas later blijkt zijn vergissing.
De volgende dag is Van Ra
vens weer goed voor grote
krantekoppen. Een krant
brengt het nieuws zelfs in
grote opmaak op de voorpa
gina onder de kop: Van Ra
vens blundert. Nog dezelfde
week oogst hij veel lof voor
de uitstekende wijze waarop
hij de onverbiddelijke best
seller Ajax-Feijenoord tot
een goed einde bracht. Ten
slotte TelstarSparta. Even
voor rust stormt Jan KHjn-
jan op het doel van Telstar
af. Hij passeert de verdedi
ging en wil in doel schieten.
Op dat moment fluit Van
Ravens af. Natuurlijk is er
weer de nodige opschudding,
's Avonds spreekt hij voor de
NOS-camera's bestraffend te
gen al dat onbegrip: „Tijd is
tijd".
„Het had nog erger kunnen
zijn", legt Lau uit, sprekend
over het incident bij Telstar
—Sparta. „Nou vertel ik je
iets wat maar weinig men
sen weten. Zelfs als die bal
van Jan Klijnjan al in het
doel had gelegen had ik nog
kunnen affluiten en het doel
punt ongeldig verklaren."
„Want alleen het moment dat
ik op m'n horloge kijk en zie
dat het tijd is, telt. Niet het
moment waarop ik fluit. Als
daartussen één seconde ligt
en de bal zit in doel, keur ik
die goal vanzelfsprekend af."
Zo wordt men door Lau er
aan herinnerd, dat het geluk
of ongeluk in een klein hoek
je ligt.
Sprekend over zichzelf somt
Lau een aantal facetten op:
„Ik hen een vreselijk eer
zuchtig persoontje" en
„dit turbulente leven past bij
mijn aard", en „ik ben
wel wat rustiger geworden,
want vroeger pakte ik de
voetballers beet, dat doe Ik
niet meer."
Wellicht zal het u verbazen dat
er ook een andere Lau Is. De
man die op zaterdagochtend,
als z'n vrouw Tineke het
druk in de slijterij heeft, de
stofzuiger pakt en de boel
schoonmaakt. „Als ik wan
del", zegt Lau, „is het alsof
ik vlieg." Dat beaamt Tine
ke. „Naast hem is het altijd
hollen." Lau kent z'n tomelo
ze energie. „Ze zeggen wel
eens, waarom praat je toch
zo veel en waarom doe je zo
druk? Maar zo ben ik nu
eenmaal. Ik gooi het eruit.
Zon ik het niet doen, dan
werd ik hartstikke gek."
Het gesprek komt op z'n grote
voorganger Leo Horn. „Vroe
ger wus ik een bewonderaar
van Horn. Maar wat deze
man tegenwoordig schrijft,
gaat te ver. Te negatief. Hij
Door als er tumult uitbreekt
stokstijf op het veld te blijven
staan attendeert Van Ravens
het opgewonden publiek op
de zinloosheid van hun
actie. Met de stopwatch in
de hand neemt hij namelijk
de tijd van het oponthoud
op, die hij later zal laten
uitspelen.
trapt zo na. En altijd tegen
dezelfde mannen."
„Horn maakte veel show.
Maar dat kan ik ook." Tot
zijn vrouw: „Tineke, haal je
pruik 'ns." Tineke komt te
rug met haar reserve-haar
dos en Lau zet de pruik op
z'n hoofd. „Zie je wat Horn
kon, kan ik ook, hier is Horn
niets bij. Dit Is toch
De fotograaf vereeuwigt het
moment (zie de foto op deze
pagina) en het gesprek
krijgt een meer serieuze
wending. „Ons vak wordt
met de maand moeilijker",
meent Lau. „Ik beklaag de
jongens die van de amateurs
naar het betaald voetbal
overstappen. Dat Is stukken
moeilijker dan drie jaar ge
leden. Het wordt daarom tijd
dat er full-tlme-scheldsrech-
ters komen. Echte professio
nals, die elke week twee
wedstrijden fluiten en zich
voor de rest bezighouden
met het opleiden van jonge
arbiters."
Er komt volgens Lau
binnen niet al tc lange tijd
een centrale training voor
topscheidsrechtcrs en er ko
men ook districtstralnlngen.
Waar aan de leidsman steeds
hogere eisen gesteld worden
kan dit niet uitblijven.
Scheidsrechters die 5 tot 8 Jaar
geleden zijn gestopt, weten nu
al nauwelijks meer wat er In
het veld zoul gezegd en ge
daan wordt. „Bij Wageniit-
genHeerenveen", zegt Lau,
„wordt een Fries knock-out
geslagen. Zomaar achter
m'n rug. Ik had het niet ge
zien en er was dus geen be
wijs. Maar Ik zag aun het
gezicht van die knaap dut de
slag hard was aangekomen.
Wat kun je dan doen? Ik ben
langs de vermoedelijke da
der gelopen en heb hem wat
in het oor gefluisterd. Dat
hoeven de mensen niet eens
te merken. HIJ raakte geen
bal meer, maar het voorval
bleef ongestraft."
Er wordt volgens Lau ook zo
veel gespuugd In het veld.
„Er komt vaker een speler
naar me toe en die laat dan
de spuug op z'n shirt zien. Ik
zie het, maar wat kun Je er
aan doen, het gebeurt uchter
je, zo slim zijn ze wel. Niet
gezien is geen bewijs."
„Maar als ik Iets zie gaan ze
voor de bijl. Of ze nu voor
de cup of voor het Neder
lands elftal spelen, het inte
resseert me allemaal niet. Ik
laat me door niets en nie
mand beïnvloeden. Je voelt
natuurlijk de spunnlng in een
stadion aan. Maar Ik fluit
nooit bij de hoofdtribune af
en loop dun hard naur de
kleedkamer. Dat staat niet
in mijn woordenboek. De
mensen zien uun Je houding
of je angst hebt. Daarom
loop ik in een precaire
situatie altijd naar de grens
rechter die het verst verwij
derd is en haal hem op. In
zulke momenten ben ik ge
woon een eigenwijs ventje."
Bescheiden
Lau heeft nu tegen de 800 wed
strijden gefloten. HIJ is al 49
en aan z'n tweede uitzonde
ringsjaar bezig omdat een
scheidsrechter tegenwoordig
eigenlijk (tenminste: als hij
niet Van Ravens heet) met
zijn 47e moet ophouden.
Maar Lau guat gewoon door.
Hij kan niet anders, getuige
zijn laatste (en enige be
scheiden) uitspraak: „Als ik
stop ben ik niemand meer".