THE ARISTOCATS voltreffer van Disney Studio's ZATERDAG 18 DECEMBER 1971 dgar aangevallen door O'MaHey's vrienden moet even stil zijn, zodat Roquefort de combinatie Tuid«j°n letterslot kan vinden in Disney's „The aristocats". Den Haag De Walt Disney- studio's hebben het 'm wéér gelapt. Toen drie jaar geleden de tekenfilm-experts voor spelden, dat de grote dagen van de „oude Walt" met zijn lieve konijntjes en vogeltjes voorbij waren, verraste de studio de wereld met een geheel nieuwe, onweerstaanbaar komische aanpak in de getekende hoofdfilm „Jungle book". Het leek moeilijk, zo niet onmogelijk dit succes nog eens te evenaren. Maar ziet, na vier jaar noeste ar beid en zo'n 350.000 tekeningen ligt er alweer een geteken de hoofdfilm klaar, die qua karaktertekening en aantal ko mische vondsten weinig of niets voor zijn roemruchte voorganger onderdoet De tweelingzusters Abigail en Amelia met oom Waldo Disney's „The aristocats". Parijs, kostelijke creaties uit Walt I De muis Roquefort in moeilijkheden met Jazzkat. „The Aristocats" - of om lie B. Bommel te spreken ,,de katten van stand" - zoals de hoofdfiguren in deze film heten, hebben hun schaduw al vooruit geworpen in de vorm van dag bladstrips en speelgoedartikelen. Het zijn de keurige witte poes Duchess en haar kroost bestaan de uit de romantische Marie, de muzikale Berlioz en Toulouse, die - hoe kan het anders - zich meer voor schilderen interes seert. Hun vredig leventje in het grote huis van „madame" dreigt wreed verstoord te wor den als de butler Edgar ver neemt, dat mevrouw haar hele fortuin heeft nagelaten aan haar katten en dat hij. Edgar, pas na de dood van de lieve huisdier tjes aan de beurt komt. Edgar besluit zich van de katten te ontdoen en het zou slecht met Duchess en haar gezin zijn afge lopen als de potige zwerfkat O'Malley zich niet over hen had ontfermd. Dank zij de hulp van deze kordate beschermer en diens luidruchtig musicerende vrienden krijgt de lelijke butler tenslotte ook nog zijn verdiende loon. Hem treft het lot dat hij voor het gezin van Duchess in zijn hoofd had. RAZEND TEMPO Meer willen wij u niet over de irihoud van deze verrukkelijk dwaze tekenfilm vertellen. „The aristocats" komt in zijn intro ductie van de hoofdfiguren wat moeizaam op gang zoals steeds levert de animatie van de gra cieuze bewegingen (van mada me) meer moeilijkheden op dan die van de meer caricaturale ty petjes maar nadat de muis Ro quefort ten tonele is verschenen, is er geen houden meer aan en volgen de gebeurtenissen elkaar in razend tempo op. De ontwerpers hebben het daar bij de tekenaars niet gemakke lijk gemaakt. Het wilde gevecht tussen de butler op zijn motor fiets en de straathonden Napo leon en Lafayette is een gecom pliceerd brokje animatie en het jazzconcert van O'MaHey's kor nuiten zal in de uitwerking ook wel de nodige hoofdbrekens ge kost hebben. Het verhaal spc-lt zich af in het Parijs van 1910. Het Parijs dus van de nu grijze Maurice Chevalier, die dan ook voor deze gelegenheid nog eens uit zijn retraite werd gehaald om de titelsong te zingen. De bij de hoofdfiguren behoren de stemmen zijn weer met grote zorg gekozen. Bandleider P^iil Harriss de vaderlijke panter Baloo uit ..Jungle book'' spreekt nu de even vaderlijke rol van O'Malley en het is zelfs opvallend hoeveel O'MaHey's mimiek op die van Baloo lijkt. Sterling Holloway in de jaren dertig een schaapachtig jong- menss in tal van twee-acters voorziet het muisje Roquefort van een stem. Holloway is met zestien gesproken tckenfilmrol- len nu een van de veteranen van de Dlsnay-studlo's. Hij begon als ooievaar in „Dumbo, het vlie gende olifantje" was de Cheshire cat in „Alice in wonderland" en siste als Kaa de slang in Dis ney's „Jungle Book". Eva Ga- bor debuteert in dit soort .onge ziene rollen" als de super-be schaafd sprekende Duchess. Kostelijk zijn ook de musiceren de straatkatten, de Engelse gan zen Abigail en Amelia nvt hun dronken oom Waldo, terwijl de straathonden Napoleon en La fayette een komisch duo vor men, dat een hoofdstuk apart is. W00LY Een ander hoofdstuk apart is wel regisseur Wolfgang Rcither- man. Wooly Rcithermnn, zoals men hem in de studio's noemt, kwam 37 jaar geleden bij Walt Disney en zijn eerste opdracht was om de spiegelscène in „Sneeuwwitje en dc zeven dwer gen" te realiseren. Na het ver trek van Ub Iwerks, die voor zidizelf begon, en dc dood van „de oude Walt" ontpopte Rel- therman zich meer en meer als de grote man van de getekende hoofdfilm in de Disney-studio's en tevens als de grote vernieu wer. die het vriendclljk-spcelse steeds meer naar het slapstick- effect trok en het ontwerp van zijn hoofdfilm The Arlstoruts" Is daar 'n voorbeeld van. Bijv. de sekwentic, wanrln de butler l-dgar de krakomtkkige notaris Hautecourte dc trap ophelpt. Deze scène werd eerst door een aantal medewerkers van de film voor de camera gespeeld en ver volgens in meer vloeiende lijnen gecopicerd. CIJFERS ft „Dat is beter dan lopen" zegt Lafayette tegen zijn kameraad Napoleon als zij de motorfiets de butler Edgar hebben bemachtigd. Voor wie nog wat in cijfers wil weten liefst 200 man werkten 4 jiuir aan d>- voltooiing van „The aristocats". Met potloodschetsen mee mankten 35 unimators in die tijd 325 000 tekeningen, op 55 kilometer filmband vastgelegd. Tenslotte bleven er 108 300 beeldjes over, verdeeld in twin tig sekwentiea met 1125 came ra instellingen. Niet minder dan 900 achiergrond-schetsen moes- icn het Parijs van 1910 In beeld brengen. Voor de film werden bi) het in kleuren 200 tinten en tussentin ten gebruikt. Als èèn man in staal zou zijn per week drie me ter tekenfilm af te leveren, dan zou hij er toch nog veertien jaar over doen om geheel alleen een werkstuk van dit formaat af te leveren. O ja, en de koaten'' Vier miljoen dollar omgerekend tegen dc huidige koers zo'n slor dige veertien miljoen gulden. Welbestede guldens Dat zult u na het zien van „TYie aristo cats" moeten toegeven. De film gaat met Kerstmis In Nederland met II copiefn in premiere Dat is nog niets ver geleken bij Frankrijk, waar liefst 110 bioscopen tegelijk „The aristocats" op het pro gramma hebben staan. OTTO MILO

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 15