KO VAN DIJK ,Als ik het toneel niet meer heb sterf ik van verdriet" DEN HAAG „Mijn God jongen het is de waarheid, die ik je nu ga zeggen. Er valt voor mij nog maar zo bitter weinig te wensen, want ik heb het echt allemaal gehad. Ik sta straks veertig jaar op het toneel. Ik heb gegeten en gezopen, ik heb komedie ge speeld en de liefde gekend. Noem dat maar geen zaligheid. En al die jaren heb ik de I mooiste rollen gehad, applaus gehoord. Ik heb vijftien hoofdrollen in stukken van Shakespeare gespeeld. Ik ben twee keer Othello geweest. Dat betekende elke avond vijf lagen zwarte schmink over mekaar, want anders pakte het niet. Ik had ook graag I Cyrano gespeeld. Cyrano is op mijn lijf geschreven, ik herken er veel van mezelf in. Maar toen het kon nam Guus Hermus die rol op en daarmee was mijn kans verkeken. I Hermus heeft het knap gedaan, maar het blijft verdomd jammer, dat ik die Cyrano niet in mijn poten heb gekregen'. Ik ben nu 55, het kan niet meer. Te laat, mijn God. i Doodzonde". vólar z tiss 1 H van Dijk heft zijn handen laar de zoldering van zijn flat, lie telkens siddert onder zijn Gterbale zweepslagen. Elke zin, |lke bulderende lach, die hij iver zijn lippen stoot, chreeuwt om een open doekje, nder zijn leunstoel ligt een warte wandelstok met zilve- handvat. Hij is nu twee geopereerd aan zijn heup, de pijn blijft terugkomen. Slijtage, doodgewone ordinaire lijtage", zegt hij grommend, ander krijgt het op zijn 5e. Ik heb het nou al. Ik ben Jtijd een dwarsligger geweest, k praat er maar liever niet Het gaat voorbij, het lomt goed. Ik heb vorig jaar et diezelfde handicap een rankzinnig aantal voorstellin- en gedraaid. Er zijn maanden weest, dat ik zonder injecties het toneel op kon. Ik neem nog steeds voor de voor- Jsllingen wat pillen. Afschu- gelijk, maar ik laat me toch f ucht niet door dat verdomde en van het toneel jagen", lacht over de volle breedte, rinkt de kop van zijn glas ïerry. Roept: „Ik heb een rachtig leven. Haha, ik de Ipi iksnut, die op school geen liksem wilde leren. Ik spreek ngels en Duits op mijn manier manier lijkt nergens op. weten verdomd goed, waar over heb. Ik ben drie j eer geweigerd voor de toneel- chool. Op mijn zestiende, mijn offchttiende en de laatste keer p mijn negentiende. En te- echt zeg ik je. Volkomen te- echt, want ik was een onmo- elijke figuur. Ik sprak een ijzondere plat Amsterdams. Ik on niks helemaal niks. Maar :en mens kon verhinderen, uufct ik bezeten was van dit vak. lat ik ervan hield en er alles oor wilde doen. sias heb trouwens nooit anders ge reten, nooit anders gezien. !t bfii", hele familie zat bij het toneel. Alle ooms en tantes, al- grootvaders en grootmoeders, lijn eigen vader was een inieke acteur. Een tikje be- cheidener dan ik, maar mijn u emel, hij speelde de sterren l( 'an de hemel. Ik heb hem ook I „Schakels" gezien. Een schit- erende voorstelling. Ik ben er log steeds van overtuigd, dat lij het beter deed dan ik. heer stierf, toen hij 57 'as. Hij kreeg een hartverlam- van de zorgen. Een ac- leefde toen nog op de rand de afgrond. Toen hij in 937 dood ging waren er hon- erd gulden in huis. Dat was lies. Je speelde in die dagen is voor tien, twaalf mensen, had geen droog brood te i, maar dat donderde niet. heb zelf in het Rika Hop- theater een voorstelling ge raaid voor drie mensen, van twee met de trein uit ussum waren gekomen. Dat fcren mijn aanstaande choonouders, die wel eens wil- wat Ko uitvrat. Een sar later was ik gescheiden, laha. >lle hond ben dankbaar, dat ik die tijd leb meegemaakt. Ik verdiende gulden en daar leefde ik aaar lachte ik me rot van. •n je kon ook nog je borreltje rinken. Vraag me niet. hoe je at lapte, maar het gebeurde. herinner van die tijd J. dat je altijd lachte. Je had tezier in je werk, je ging als dolle hond tekeer. Nou leeft iedereen, wat zijn hart «geert, maar niemand gunt de tijd meer om te lachen. Alles gebeurt bloed serieus, ook in dit vak, niemand heeft meer pret in zijn leven. Ik vind dat doodzonde. Ik probeer nog steeds om de gekke, dwaze dingen van het leven te zien. Ik ben ervan overtuigd, dat je alleen vanuit de ontspanning de wezenlijke opdracht van het toneel waar kunt maken. Mijn God, wat een volzin is dat. Maar ik meen het. Saalbom zei altijd tegen me: „Ko jongen, als je een dramatische rol speelt, zorg dan voor een paar momenten, waar het publiek kan lachen. En omgekeerd, als je een komische rol opneemt, zorg dan ook voor wat drama tiek. Laat ze even medelijden met je hebben. Al ls het maar één seconde. Dan pas gebeurt het wonder". Saalborn had natuurlijk het grootste gelijk van de wereld. Dramatiek heeft altijd een lichte kant. En zelfs Strindberg heeft niet kunnen verhinderen, dat er op een gegeven moment een lach doorbreekt. En laten we ook even eerlijk wezen: dit is en blijft een gek vak van ijdele mensen. Stel je voor: een man in Rusland schrijft over iemand, die niet bestaat. Daarna gaat iemand twee, drieduizend kilometer verderop die tekst serieus uit zijn kop leren. Voor de man, die elke dag van negen tot vijf op kantoor zit moet dat een aan eenschakeling van krankzinni ge handelingen zijn. Die acteur gaat zelfs zover, dat hij met alle geweld probeert om die niet bestaande man in Rusland te worden. En daarvoor is hij bereid zijn eigen natuur ge weld aan te doen. Hij zet een pruikje op, schminkt zijn eigen trekken weg, gaat anders lo pen, praten, lachen en pas als na drie uur de tranen over zijn smoel lopen is hij tevreden. van het publiek was lacherig en dan kost het een rib uit je lijf om in het laatste bedrijf alle emoties over te dragen. Na afloop was ik hondsmoe, maar toch is zo'n uitputting voor mij geen temptatie. Je weet tevo ren donders goed, dat het een loodzware opgaaf is. Iedereen praat tegenwoordig over poli tiek toneel, over getuigend to neel. Maar voor mij zijn dat nikszeggende etiketten. Ze zeg gen ook: „We moeten het vak dichter bij de mensen brengen". Onzin, waardeloos geleuter. Ze bedoelen, dat er meer mensen in de schouw burg moeten komen en daar voor zul je verrekte goeie voorstellingen moeten bren gen. Waarom is „Schakels" nog steeds een ongelooflijk succes? Omdat het een schitterend stuk is, dat voor iedereen herkenbaar en begrijpelijk is. Ik was blij, dat Wim van Rooy, die het geregis seerd heeft „Schakels" nog niet eerder gezien had. Want daar door stond hij er frisser tegen over. Hij heeft zijn eigen op vattingen over Heijermans en die heb ik con amore van hem overgenomen. Ik ben op zo'n moment makkelijk, ik laat me graag leiden, ik ben een open boek. In dat geval was er trou wens geen enkel probleem, want die rol van Pancras Duif is zo verdomd duidelijk, dat er geen misverstanden over kun nen bestaan. Het ging deze keer alleen om de stijl van het stuk. Van Rooy heeft erg knap met het snoeimes gewerkt, hij heeft de overbodige franje Ko van Dijk met zoon Peter-Jan: „Dat kind, ge loof me, is voor mij het eindeloze einde. De vol maaktheid is bereikt". Houd me asjeblieft ten goede. Als je tot dat alles in staat bent, dan moet je toch wel een tikje gefrustreerd zijn. Scharow die grote Rus heeft me eens ver teld, dat er in Moskou een acteur was, die de Othello speelde. Die man kwam drie uur vóór de voorsteling naar het theater en begon daar heel langzaam aan zijn metamorfo se. Hij zette zijn pruik op, liep naar het toneel, keek rond, ging weer terug naar zijn kleed kamer, bracht de eerste laag schmink op, slenterde weer naar het toneel, liep terug, trok zijn pak aan, liep weer naar het to neel. Dat hield hij vol tot vlak vóór de voorstelling. Op dat mo ment was hij Othello. Ik geloof daar in. Ik geloof in het wonder van een ander worden. Er zijn tegenwoordig steeds meer mensen, die daar om la chen. Maar ik niet. Als ik Pan cras Duif speel in „Schakels" dan laat ik me ook meeslepen door de emoties van die man. Dan zijn mijn tranen echt, dan is mijn ellende niet gespeeld. Ik heb mijn eigen ontroering nodig om mijn rol aanvaard baar te maken. Ik vind het vak gewoon te eerlijk en te lekker om met allerlei foefjes een fi guur neer te zetten. Het pu bliek heeft er geen donder mee te maken, hoe ik het doe. Als ze maar zien, dat ik mijn best doe, dat ik dit vak liefheb. Het gaat er om. dat zo n zaal ge grepen wordt, dat ze in de ban komen van het mysterie. Ik doe dat toevallig door om acht uur Pancras Duif te worden. Mag ik me aljeblieft door mijn eigen gevoelens laten meeslepen". Hij heeft gisteravond een moeilij ke voorstelling van Heijermans „Schakels" gehad. „Een deel weggehaald en het dreigende melodrama van dit typische zwart-wit stuk binnen de per ken gehouden. Ik vind dat een niet geringe verdienste. Kritiek De Haagse Comedie is typisch een gezelschap, waar zulke dingen mogelijk zijn. De nieu we directeur, Carl van der Plas, hield gisteren een verga dering voor het hele personeel Ik heb een gloeiende hekel aan vergaderingen, ik denk altijd: „Ik kan mijn tijd beter gebrui ken". Ik begrijp ook niks van inspraak, ik vind het een ver schrikkelijk iets, dat de ver warring alleen maar groter kan maken. Van der Plas had zich voorbereid op een storm van kritiek. Hij dacht echt, dat iedereen hem voor rotte vis zou uitschelden. Maar verdomme, ze waren het met hem eens. Hij had de pech. dat de Haagse Comedie een homogene troep is. Ik voel me in zo'n sfeer buitenge woon prettig. Ik wil best over statuten kletsen, maar ik heb altijd het gevoel, dat niemand me mist, als ik niet kom. Ik doe 't minste kwaad, als ik gewoon met het vak bezig ben, als ik doe, wat er van me verwacht Ik heb als ras-Amsterdammer ook geen enkele behoefte meer om naar die stad terug te gaan Ik wil nooit meer naar Amster dam terug. Oh God, neen. Ik heb er niks te zoeken Ik haat die atmosfeer van rotzooi en vuiligheid. Ik gruw van het geteisem, dat de lakens uit deelt, dat het leefklimaat ver pest. Ik 'ben er ook van over tuigd, dat de stad niet goed gerund wordt. Noem mij één wereldstad als je Amsterdam tenminste een wereldstad mag noemen waar het bestuur er zo'n ge weldige puinhoop van gemaakt heeft als juist in Mokum. Het is een onwaardige en bescha mende gemeenschap geworden, waarin de ellende gepropa geerd wordt. Is het verwonderlijk, dat in zo'n situatie het toneel ook niet langer kan functioneren? De Nederlandse Comedie was geen gering gezelschap en Guus Os- ter heeft het twintig jaar fan tastisch gerund. Helaas had hij het de laatste jaren niet zo best getroffen met zijn mede werkers en dat heeft hem de das omgedaan. Die sfeer van „alles mag" en „leve de rot zooi" is funest voor elke schouw burgtroep. Omdat Oster deson danks tot het laatste moment op zijn post is gebleven, hebben de smeerlappen hem van alles de schuld gegeven. Ze hebben hem behandeld op eén manier, die je je ergste vijand nog niet gunt. Een sensibele vrouw als Ellen Vogel moest en zou kapot worden gemaakt. Ik hoop dat de opvolgers wel de rust en het innerlijk evenwicht vinden, die nodig zijn om echte toneel creaties tot stand te brengen. Werkplaats Misschien kun je je nu voorstel len, waarom ik blii ben. dat ik na al mijn omzwervingen in Den Haag terecht ben geko men Den Haag is goddank an ders. rustiger. Maar het is echt niet de rust van de verveling. Als ik hier de generale repeti tie van „Schakels" speel, leeft iedereen bij de Jlaagse Come die mee. Dan zie ik Frltsje tussen de coulissen staan en Leo. Die zijn geïnteresseerd, die willen weten, of Van Dijk deze keer de reis weer haalt. Wij beschouwen de Koninklijke Schouwburg als een werk plaats, waar we met zijn allen iets tot stand brengen. Dat is een moordgevoel. Ik ben Ko en Frits is Frits. En als het lukt, zoals bij „Schakels", als je die volle zaal met 840 mensen dankbaar hoort en ziet applau- diseren, dan heb je met zijn allen een heerlijke sensatie. Ik vind repetities ook net zo inte ressant en boeiend als het spe len zelf. Je bouwt samen, je praat over je vak, het stuk. Dat met zijn allen creëren geeft mij een enorme voldoe ning. Het is heerlijk om te merken, dat een gezelschap de eisen, die jij aan het vak stelt, even ernstig neemt". Broeierige trots Ko van Dijk draait zich om in zijn stoel, kijkt naar zijn vrouw, die zijn gulzig uitge sproken clausen met een prijs- vaste glimlach inhaleert. Van zijn vierkant hoofd dampt een broeierige trots. „Een mooie vrouw, een heerlijk kind en een zalig vak", ventileert hij in een glashelder terzijde, „verdomme, dat noem ik bof- Weet ie. wat dat betekent? Als je zoals ik op je 53e vader wordt van een kind Je eerste k'nd. Voor mij is dat de allergrootste sensatie van mijn leven ge weest. Doe me een lol en ge loof, wat ik nou zeg. Die zoon van me, dat gekke wezen is het nobelste speelgoed, dat een mens zich kan wensen. Daar kijk je naar, daar houd je van met elke vezel van je lijf. Voor mij is die kleine figuur het eindeloze einde. De volmaakt heid is bereikt. Helaas is het ook een broos bezit. Ik denk nu opeens na over dingen, die mij nooit hebben geïnteresseerd. Ik wilde geen kinderen, omdat ik dacht, dat ze in het leven van een toneel speler niet pasten, dat ze geen faire kans kregen. Nu denk ik: „Ik ben 55. Als straks die jon gen twintig is, een knul met dromen, zal ik dat nog meema- ,lk vind het vak gewoon te eerlijk en te lekker om met allerlei foefjes een figuur neer te zetten" ken? Dat houdt me bezig. Als mijn vrouw 45 is, ben ik een man van zeventig. Zal ik het zo lang volhouden'' Zal ik haar nog ooit in de bloei van haar leven zien? Op zon moment wordt denken dubben". Hij loopt vooruit naar zijn werk kamer, wijSt op het bruine portret van zijn vader. Hij zegt: „Ook die man was bezeten van zijn vak. Die leefde voor niks anders. En dan had hij nog het geluk, dat hij een groot talent had. Het gekke is, dat anderen, die de reis niet halen, die te karig getalenteerd zijn, toch blijven hangen. Het is nu eenmaal een vak, waar je verdomd moeilijk uitstapt. Wat is er immers makkelijker dan je te laten prostitueren door de overheid? Iedeieen weet, dat er in Nederland hooguit plaats is voor twee ge subsidieerde toneelgezelschap pen. Maar nu er tien zijn kun nen ook de kneusjes een leuk engagement krijgen. En reken er op. dat het een alleraardig. vak is. Met zes weken vakantie en waardevast pensioen en 's morgens tegen twaalven even repeteren, wat praten over het weer, een bak koffie drinken en om 7 uur in de kleedkamer. En dan nog applaus op de koop toe. Mijn liefje wat wil je nog Je moet verschrikkelijk veel moed hebben om er vrijwrll r. uit te stappen. Neem nvw.i maker te worden. Kun je 's mnr- bikkeltje en je leien kn i door een straat kruipen, Nou vergeet het maar. Er i> nie mand, die uit eigen beweging zo'n moedig besluit neemt, [k neem mezelf bij de kop. Ik ben een man, die door zijn vak is opgevreten. Ik heb nauwe lijks :jd gehad voor hobbys, voor zaken, die buiten het to neel lagen. Ik heb wel meege werkt aan reclamefilms, aan radiostrips. En waarom niet? „Schande", roepen de anderen afgunstig, maar van mij kun nen .:e wat. Als ik om 12 uur in een studio kom en ik ga er vijf uur later uit met 9,5 dui zend gulden, omdat ik een ont bijtkoek heb aangeprezen dan zeg ik: „Welke gek roept op dat moment: „Nee, ik doe het Ik ben blij, dat ik populair ge noeg ben om zulke opdrachten te krijgen Kom nou. Toen ik in die radioserie Koek en Ei zat moest ik voor een filmop name in de gevangenis van Haarlem zijn. Ik kom die koe pel binnen en op dat moment schreeuwen alle gevangenen vanaf de gaanderijen:,, Ko van D ik, Ko van Dijk Er werd in de gevangenis ook naar Koek en Ei geluisterd. Probeer op zo'n moment maar eens je tra nen binnen te houden. Natuurlijk blijft het vak, die zaal met 840 mensen voor mij de hoofdzaak. En als er een mo ment komt, dat ik geen kome die meer kan spelen, zal ik in de stad, waar ik dan woon hij een toneelgezelschap aan kloppen en vragen, of Ik de mag bijwonen en i ergens ach'eraf naar de li- me dat niet toestaan dan oi Hei klinkt verrek- pathetisch maar ik meen hpf je geen brood krijgt A sterf i< an de honger Als ik het toneel niet meer heb sterf ik van verdriet". LEO THURING

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 13