Dr.Pluizer vraagt
uw aandacht
De domkoppen
van Ried
met de ezel
en de krekel
foor
pnze kleine
ezers
Al
1.
'L !iw 'I8N '9 Uma 'imh
rWWWWT:
m a m n
m m m
T C - C
m m
m s n c
Q n -
- -
mm
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 25 SEPTEMBER 197l
Oplossing puzzel vorige weekDerde prijs: mevr. Heyker-Straat-
De prijzen werden gewonnen door: hof, Dorpsstraat 185a, Hazers-
woude 5
a"Eerste prijs: J. W. Tolido, Heren
weg 368, Lisse 12,50.
Tweede prijs: A. van Teylingen, De prijzen worden binnen 14 dagen
Debussystraat 11, Leiden 7,50. per cheque toegezonden.
[N Zwitserland ligt het kleine,
smalle dorpje Ried op een
hoge richel tegen de berg. De
mensen daar zeggen: „Toen
God de wereld had geschapen,
liep hij door ons dal te wande
len om te kijken of hij net
mooi had gedaan. Toen zag hij
de kale richel boven langs de
berg. Hij nam een handvol
aarde, gooide daar naar toe en
sedertdien groeit er hier het
een en ander en zo kwamen er
ook mensen te wonen." Tegen-
1 voordig is het niet moeilijk
meer om in Ried te komen. Er
lopen slingerende maar goede
wegen naar toe. „Maar vroe
ger", zeggen de mensen van
Ried, „was ons dorp zo eenzaam
en onbereikbaar, dat de men
sen hier nauwelijks wisten wat
er in de wereld te koop is en
daardoor bleef iedereen zo dom
als een ezel."
n die tijd daalde de burgemees
ter weieens langs de steile hel
lingen naar beneden om in het
dal de allernodigste dingen voor
de bewoners van Ried te ko
pen. Hij hoorde dan soms toe
vallig dat hij met een ezel
I werd vergeleken. Maar er wa
ren in Ried geen ezels en de
brave burgemeester had er dan
ook nog nooit een gezien.
|p een dag zag hij op de markt
in het dal een man die kale
bassen verkocht, en- voor zijn
wagen stond
geen paard v
riep. „Wat is
en waar groeit het?" vroeg hij
aan de koopman. „Dit is een
ezel op vier benen", antwoord
de de man. „In Ried groeien
op twee benen."
is niet waar" zei de burge
meester, die niet begryep dat
>or de gek werd gehouden.
Maar de koopman ging voort:
„Die met vier benen, zoals deze
van mij, worden op de mest
hoop uitgebroed uit kalebas-
i. Van regen en zon zwellen
paard dat
dat „I-A"
i beest
"•-mi
9,2!
1
>0,9!
als de augustusmaand
goed heet is, kruipen de ezels
eruit, zoals kuikens uit hun ei.
Maar je kunt ze nog veel vlug
ier zelf uitbroeden, meneer de
Jurgemeester. Als je er maar
gaat zitten net als een kloek
op haar eieren, dan komt de
ezel al in één dag tevoorschijn.
Wat ik er nog bij moet zeggen:
n een ezel kun je veel ple-
r hebben, maar gebraden is
zijn prijs het best
rat kost een ezel en wat kost
ien kalebas?" vroeg de burge-
ïeester. „De ezel kost vijf gou
den daalders, maar de kalebas
dan één gouden daal
der", zei de koopman. Natuur-
"jk kocht de burgemeester van
ied de grootste kalebas van
slimme koopman en hij
iroeg de zware vracht met
noeite de berg op.
Ried aangekomen, riep hij
talebas moesten zitten om hem
lit te broeden. Toen de eerste
likzak al een poos gezeten had,
de tweede hem zou aflossen,
wankelde de kalebas en aange
wen het zo'n prachtige ronde
Was, rolde hij over de richel
fan het dorp naar beneden. De
kie mannen keken hem na en
agen tot hun schrik, dat hij
>4O0een scherpe rotspunt raakte,
ppenbrak en uit elkaar viel.
gebeurde vlak bij een
haasje dat in het gras lag uit
te rusten, maar het schrok van
de kalebas en rende er van-
„Wat een oplichter is die koop
man!", riep de burgemeester.
„Hij heeft me een haze-ei ver
kocht inplaats van een ezel-ei.
Dat zal ik hem betaald zetten.
Als het weer markt is, schiet
ik een haas en zal hem die te
koop aanbieden. Hij zal de
prijs voor een ezel moeten be
talen." Je ziet, zó dom was die
man nu ook weer niet.
Toen het weer markt zou zijn,
schoot de burgemeester een
haad. Maar hij vond het wel
vervelend zélf naar die kale-
bassenverkoper te gaan en
daarom liet hij de gemeente-
schrijver het werkje opknap
pen.
„Ga naar de man die de grote
kalebassen verkoopt. Hij heeft
een wagen waarvoor een soort
paard staat met lange oren en
het roep „I-A". Dat is een ezel.
Je vraagt hem eerst: Hoeveel
kost die ezel? Dan zal hij zeg
gen: vijf gouden daalders. En
dan moet jij antwoorden: Hier
is de ezel die mijn burgemees
ter heeft uitgebroed. Hij is
klaargemaakt om in de pan
gebraden te worden, want dan
is hij zijn geld het meest
waard. Geef mij de vijf gouden
daalders."
De schrijver vond het een ge
wichtige opdracht. Op weg
naar het dal herhaalde hij
steeds wat hij zeggen moest.
Die schrijver had een klein
spraakgebrek. Hij kon het
woord Drie niet uitspreken en
daarvoor zei hij altijd Krie. Hij
zei wel vaker een K in de
plaats van een D. Als hij erg
zijn best deed, maakte hij die
fout niet, maar het woord Drie
kon hij onmogelijk goed uit
spreken. Gelukkig maar dat hij
nu moest spreken over Vijf en
niet over Drie daalders. Als
maar repeterend wat hij tegen
de koopman moest zeggen,
kwam hij aan op de markt.
Daar stond de man met het
paard dat geen paard was en
het riep „I-A".
„Hoeveel kost die ezel?" vroeg hij
aan de verkoper. „Vijf gouden
daalders", lachte de man, die
zag dat hij er een uit Ried
voor zich had. „Hier is de ezel
die mijn burgemeester heeft
uitgebroed. Hij is klaar ge
maakt om in de pan gebra-
kenik bedoel gebraden te
worden, want dan is hij zijn
geld het meest waard. Geef mij
de vijf gouden daalders." De
koopman was zó verbaasd, dat
hij werkelijk vijf gouden daal
ders aan de schrijver gaf en de
haas, die panklaar was ge
maakt, aannam. Opgewekt stak
de gemeenteschrijver het geld
in zijn beurs en klom de berg
op naar boven.
Op de terugweg kwam hij voor
bij een diepe bergspleet waarin
een krekel zat te sjirpen:
„Krie, krie, krie". „Hou je
mond, leugenaar!" riep de
schrijver boos. „Ik heb niet
Krie, maar Vijf daalders ge
kregen voor de haas."
De krekel verstond hem niet en
sjirpte lustig door „Krie, krie,
krie". De schrijver werd toen
zo driftig, dat hij de beurs in
de spleet smeet en schreeuwde:
„Tel zelf na, stomme lummel,
het zijn er geen Krie maar
Vijf". Bij de burgemeester aan
gekomen vertelde hij hoe de
krekel hem had getergd en hoe
hij dat die schreeuwlelijk had
betaald gezet: die zat daar nu
gouden daalders te tellen en
dat kon hij niet eens.
„Goed gedaan, beste schrijver",
prees de burgemeester. „Ik wed
dat die krekel vannacht geen
oog dichtdoet van de geldzor
gen, en dat is zijn verdiende
loon."
HORIZONTAAL:
127 broodsuiker
1 ontstekingskoord
129 gebladerte
5 Atheense held
131 cilindervormig
10 geslacht
voorwerp
13 lichaamsslagader
132 gezamenlijk
15 graansoort
134 vaartuig
16 schuifdak
135 rechtsstrijd
18 te voeden persoon
136 wijnsoort
20 kelner
138 streep
22 plaats in Gelderland
139 diepte tussen twee
24 vlaktemaat
zeebanken
25 gas
140 buitendijks land
26 vrucht
142 vlek
28 leren band
144 prul
29 wilde haver
145 toon
30 vogel
147 dochter van Cadmus
32 begrip
149 bijbelse figuur
34 meeltrechter
150 combinatie van
36 indien
instrumenten
38 dun
152 interest
40 kenteken
154 kwinkslag
41 paard
156 gluiperig kijken
42 vragend voornaamw.
158 windvrij
44 openbaar register
159 eenheid van energie
46 recht stuk vaarwater
161 doen Splijten
47 Frans departement
163 kaasstremsel
48 weekdier
164 aanwijzend
49 door twee deelbaar
voornaamwoord
51 staat in Azië
165 smerig
53 grondsoort
167 honingdrank
54 pompbuis
168 metalen punt
57 bijbelse figuur
169 zoogdier
59 zindelijk
170 mohammedanisme
60 mannelijk dier
172 spoedig
61 palmmeel
174 spinnewebdraad
64 tijdrekening
175 aanwijzend
66 ondersoort
voornaamwoord
67 langs
176 honderas
69 sluiskolk
178 bijbelse figuur
70 grondvlak
179 verpakkingsmiddel
72 sterk stralend
181 naam van de eerste
74 dwingeland
mens
76 vogel
183 vis
78 vorst van Algiers
185 zoogdier
79 mythologische figuur
186 stimulerend middel
81 vogel
187 niets
82 vreemde munt
188 equator
84 uniek
189 op voorwaarde dat
86 adellijk persoon
190 langzamerhand
88 platte houten schep
191 mijnbak
90 vulkaan
91 uit-panning in muur
93 bijbelse figuur
95 asvaas
96 plaats in België
VERTIKAAL:
1 kleur
97 tappelings neerstromen
2 schadelijk
99 sierplant
3 gesloten
100 sierplant
4 delfstof
101 kleur
6 raamscherm
102 soofrt lasso
7 volksoverlevering
103 opgewekt
8 wisselgebruik
106 boertige nabootsing
9 mohammedaans
109 vreemde inhoudsmaat
vrouwenverblijf
112 bijwoord
10 stel
113 afstandsmaat
11 drieklankdicht
114 Balt
12 orgaan
116 touw
14 deel van element
117 hachelijke toestand
15 palen inslaan
119 vulmateriaal
17 vogel
121 uitbouw
19 eenjarig dier
123 muziekteken in
21 hersens
psalmen
23 mythologische figuur
125 stoot
26 metalen slagbord
126 slaghout
27 geplaveide weg
31 conus
33 6taat in Azië
35 uitwisseling
36 toon
37 glijdend onderstel
39 vreemde munt
42 flauwhartig
43 licht breekbaar
45 opstootje
48 grotsalamander
50 waternimf
52 specerij
53 krokodil
55 gas
56 rivier in N.-Brabant
58 oude vochtmaat
60 tocht
62 spil
63 de mond opensperren
65 de geboden som
68 nauwelijks
71 rivier in SchoUand
72 vlasafval
73 onderricht
75 Stormloop
76 eiland in de Noordzee
77 oude vochtmaat
79 muze
80 sluiskolk
82 dierenverblijf
83 vaderlands
85 toon
87 been in de onderarm
89 versieringsmotief
90 plaats in Gelderland
92 reeks
94 bouwstof
96 kaartspel
98 bijwoord
100 wier
104 vertoning
105 prul
107 overal
108 uit Ierland
110 oogvormig touw
111 snaarinstrument
113 strohoed
115 het tellen
118 dun gebak
119 toiletartikel
120 vogel
121 boom
122 gard
124 lang smal tapijt
126 danspartij
128 verkwikken
130 in goede conditie
133 bittere afgunst
135 ondergevel
136 Oudnoors hofdichter
137 symbool voor calcium
140 voorzetsel
141 stoombad
143 aanhouden
144 zwemorgaan
145 dwang
146 hecht
148 zeezoogdier
149 haast
151 snavel
152 Oudgermaans
schriftteken
153 mythologische figuur
155 bergweide
157 sierlijk
158 uitzoeken
160 vertering
162 vraag
164 makker
166 slagwapen
168 amfibie
169 rijkelijk
171 droog door
overrijpheid
173 zoogdier
174 lijstwerk
177 regelmaat
180 kerf
182 onjuist
184 uitwas op planten
Oplossingen dienen uiter
lijk woensdag 29 sep
tember 12 uur met ver
melding PUZZEL 17 te
zijn ingezonden aan het
bureau van ons blad.
Tactisch is de onderstaande partij
van bijzondere allure. De jeug
dige en talentvolle witspeler
Planinc laat er in de opening
geen gras - -r groeien door snel
en fel een aanval op de vijan
delijke koningsvleugel te onder
nemen. Prachtig is vooral de
doorbraak op de h-lijn, die ge
volgd door een dame-offer de
witte troepenmacht in volle pa
raatheid brengt. Tegen de directe
matdreigingen kan zwart alleen
olie op de golven gooien door
enkele stukken, waaronder de
dame, terug te offeren. Als ten
slotte de balans wordt opge
maakt, heeft zwart geen andere
keus dan zich gewonnen te
geven. Het is niet alleen een zeer
boeiende partij, maar ook een
leerzaam d'- 1 door de fijne wijze
waarop de witspeler de vele
aspecten bij de aanval onderkent
en op de juiste waarde schat.
Wit: PlanJne - Zwart: Marangunic
Pircverdediging.
1. e2-e4, d7-d6; 2. d2-d4, Pg8-f6;
3. Pbl-c3, g7-g3; 4. Pgl-f3, Lf8-
g7; 5. Lfl-e2, 0-0; 6. Lcl-e3,
Lc8-g4; 7. Ddl-d2 (De voorkeur
verdient 7. 0-0, Pc6; 8. e5); 7
Pb8-c6; 8. d4-d5, Lg4xf3 (Juist
was 8Pb8); 9. g2xf3!,
Pc6-e5; 10. h2-h4, c7-c5; 11.
DOOR W. J. MUHRING
h4-h5!, b7b5 (Een slag in de
lucht); 12. Le3-h6. Pf6xh5; 13.
Lh6xg7, Kg8xg714. 0-0-0, I7-I5;
15. Tdl-gl, Kg7-h8; 16. Dd2-h6,
Pe5-f7.
17. Dh6xg6! (Een prachtig dame
offer); 17h7xg6; 18. Tglx
g6, Pf7-h6; 19. Thlxh5 (In feite
is zwarts positie reeds hopeloos);
19Tf 8-f 720. Tg6xh6t,
Kh8-g7; 21. Th6-h7t, Kg7-g8 (Op
21Kf6 beslist 22. T5h6t,
Ke5; 23. Tf7:); 22. Th7-h8t, Kg8-
g7; 23. Th5-h7t, Kg7-g6; 24.
e4xf5t, Tf7xf5; 25. Th8xd8, Ta8x
d8; 26. Le2-d3, Kg6xh7; 27.
Ld3xf5t, Kh7-g7; 28. Pc3xb5,
Kg7-f6; 29. Lf5-g4 en zwart gaf
zich gewonnen.
Schaakraadsel
De nevenstaande positie is ontleend
aan de partij Larsen—Kortsnoj,
gespeeld in het toernooi te Palma
1968. Kortsnoj, die met zwart aan
zet was, dwong de winst af met
een prachtige combinatie. Een
combinatie, die met een schoon
heidsprijs bekroond werd.
•leui 'sun 'oi Usia
'6 '^31 '8 '-WX '1890
s UkPa ';sqa -s^az
'.(*3T 8 1UJM :gpa '8 ®N)
iSh '8 m|:zpx '-zm z
I jSjoa sje uom 1-ibmz
iasp«ej)|v«qas 8u|ssoi«lo
Aan de vooravond van de vijfde
landenontmoeting tussen Rusland
en Nederland, in juli te Tallinu
gespeeld, werd een sneldamtoer-
nooi gehouden waaraan door
alle Russische- en Nederlandse
spelers, met uitzondering van
Wiersma en Bronstring, werd
deelgenomen. Bij het ingaan van
de laatste ronde had Andreiko
de leiding met 25 punten vóór
Sijbrands met 24 punten. De
wereldkampioen verloor zijn
laatste partij van zijn landgenoot
Korchov, terwijl Sijbrands in de
laatste ronde tot winst kwam en
hierdoor winnaar werd met één
punt voorsprong. In Rusland
wordt aan sneldammen een hoge
waarde toegekend. Deze wed
strijd kan men mogelijk als het
officieuze wereldkampioenschap
sneldammen beschouwen.
Van de 15 partijen in dit sneldam-
tournool won Sijbrands er 11
en speelde viermaal remise.
Vanuit de diagramstand ging hij
tegen Tsjegolev als volgt op de
winst af: 35. 33-28, 14-19; 38.
25-20! dreigt schijfwinst door
TSJEGOLEV
16 5 'S: 5*
m h m
26 yg m m B
B Q d
36 u R m B
- - p
46 H g >7
SIJBRANDS
DOOR F. GORDIJN
40-34. Zwart vervolgde nu mee
11-17? Hij had moeten spelen
29-34, 12x23, 11-17, 13x31, 36x27,
6x7. Nu volgde: 37. 22x1, 6x17;
38. 28-22, 17x28; 39. 16-11, 7x16;
40. 40-34, 29x40; 41. 20x7, 2x11;
42. 32x3! 40-44; 43. 37-31, 44-50;
anders dwingt wit toch met
45-40; 44. 38-33, 50x28; 45. 3-21,
16x27; 46. 31x33 en zwart gaf
het óp.
De nederlaag van Harm Wiersma
in de eerste ronde van de lan-
denwedstrijd kreeg zijn beslag
in de stand in het tweede dia
gram. Zwart vervolgde met 45
11-16? Hier had zwart zich van
zijn topzware lange vleugel kun
nen ontdoen door 24-29, 33x24,
20x29. Op nu 35-30, dreigt 39-33,
kan zwart 29-34, 39-33, 19-24!
spelen. Nu dit niet kan is er
voor wit niets meer te halen. Na
de tekstzet volgde: 46. 22*
16x7; 47. 28-23! 19x28; 48. 33x22,
en nu wordt de opstelling van
de lange vleugel zwart fataal.
7-11; 49. 36-31, 24-29; 50. 31-27,
20-24; 51. 27-21, 14-19; 52. 37-32,
13-18; 53. 22x13, 19x8; 54. 25-20,
WIERSMA
SB8R
5
8
~;j
- m - - -
15
16
- m - m m
25
28
35
36
45
46
-
GANTWARG
8-13; 55. 20-14, 11-17; 56. 21-16,
12-18; 57. 32-27, 18-23; 58. 27-22,
17x28; 59. 16-11, 28-32; 60 38x27,
23-28; 61. 11-7, 29-33; 62. 39-34,
33-38; 63. 7-2, 13-18; 64. 2x30,
38-42; 65. 14-9, 42-47; 66. 27-21,
28-32; 67. 9-3, 15-20; 68. 3x25,
32-3769. 25-14, 37-42; 70- 14-10
18-22; 71. 21-16, 22-27; 72. 30-25,
47-36; 73. 10-15, 36-47; 74. 34-29,
27-32; 75. 25-48, 32 -37; 76. 29-23,
en zwart gaf het op.
De positie in het laatste diagram
kwam voor in een partij tussen
de Russische spelers Koeperman
en Agafonov in 1964 en signa
leerden wc in het Franse dam-
blad L'Effort van maart/april
1971. Wit speelde hier 26-21!
Verhinderd zijn nu 6-11 (wegens
21-17 en 31-26) en 9-14 door
33-28. Zwart dacht nu een goede
verdediging te hebben gevonden
in: 24-29; 33x23, 9-14; maar wit
nam toen een prachtige combi
natie door: 34-29, 23x25, 24*29,
15x24; 32-28, 22x33; 38x9. 13x4;
35-30, 25x34; 43-39, 34x43; 42-38,
43x32; 27-x38, 16-27; 31x2!
AGAFONOV
-
5
6
-
15
16
25
26
d©
3 P 5 o c
35
36
o c --
o -
45
46
r a a
KOEPERMAN
In onderstaand spel wordt op on
dubbelzinnig- manier gede- Zuid gever,
monstreerd dat een goed voor
stellingsvermogen en goed op
letten op de kaarten die wor
den bijgespeeld tot verrassende
resultaten kan leiden, verras
send althans voor de niets ver
moedende tegenpartij. Natuur- V B 7
lijk is het lang niet altijd mo- v A V 10 8
gelijk een zo briljante verdedi- ^853
ging te vinden als de westspe- 10 9 6
Ier in dit spel, maar bieden en
spelen geven doorgaans toch
méér aanwijzingen en kansen
dan er in de praktijk worden
benut.
Allen kwetsbaar.
Aan beide tafels werd na een
identiek biedverloop zuid de
leider in een vier schoppencon
tract. Zuid opende met een
schoppen, noord bood twee
schoppen en oost kwam met de
„ongebruikelijke SA" in de
baan waarmee hij tenminste
twee vijfkaarten in de lage
kleuren aangaf. Zuid liet er
geen gras over groeien en bood
vier schoppen, waarna werd
rondgepast. West kwam met
klaver 10 uit, in noord geno
men met het aas. Zuid moet nu
proberen niet meer dan één
schoppenslag en twee harten-
slagen te verliezen, zodat de
aanval in harten moet worden
begonnen alvorens troef te trek
ken. Een kleine harten uit noord
werd gedekt door de boer en
genomen met de vrouw. West I
speelde nu een klaveren te
rug, die door zuid wertj ge
troefd. Een kleine harten Werd
door oost met de 9 gewonnen
en een troef werd nagespeeld.
Zuid nam, troefde een harten,
een klaveren en nog een har
ten, ging naar de hand met
ruitenaas en stond slechts een
schoppen af, waarmee het con
tract was gemaakt. West II
wilde, na met hartenvrouw aan
slag gekomen te zijn, noords
aftroefmogelijkheden beperken
en vervolgde direct met schop
penvrouw, waaronder oosts 8
viel. Zuid won en speelde een
kleine harten. Dit was het mo
ment waarop west de gang van
zaken eens nader onder de loep
nam. Oost had 2 SA geboden
en bezat derhalve ten minste
tien' kaarten in de lage kleu
ren. Zuid kon er dus niet meer
dan twee hebben, waarmee te
vens vast stond dat hij 11 kaarten
in de hoge kleuren in handen
had, waaronder waarschijnlijk
een zeskaart schoppen. Oosts
harten 7 was gevallen en om
niet het risico te lopen dat oost
met de 9 aan slag zou komeit,
nam west de slag met harten
10 en vervolgde met.... schop»
penboer! Dit tegenspel maakte
de zuidspeler kansloos. Het eni
ge wat hij kon doen was een
harten aftroeven met noords
schoppen 10, maar daarmee
werd wests 7 een winnende
slag. Zou zuid de harten niet
troeven, maar troef trekken
dan zou west nog twee har
tenslagen maken. Een bepaald
niet alledaagse verdediging,
mogelijk gemaakt door naar
het bieden te luisteren en op
de kleintjes te letten.