PAUL
VAN VLIET
weer
avondvullend programma in
zomers Scheveningen
ODE AAN SCHEVENINGEN
SCHEVENINGEN Met een repertoire, dat zorgvuldig
is afgestemd op een potverterend publiek van Reine
Lufthappers en kleinkunstnippers op vakantie begint
cabaretier Paul van Vliet (verbrande kop, made in Spain,
valt niet af) op 8 juli aan de tweede ronde van zijn
hobbyprogramma „Een avond aan zee". Plaats van
handeling is uiteraard de Scheveningse Kurzaal, die
wederom is omgebouwd tot smeuïg café-chantant.
Tot 22 augustus zullen daar elke donderdag-, vrijdag-,
zaterdag- en zondagavond de kreten klinken van
Bram uit de commune, die het toegestroomde volk warm
hoopt te maken voor zijn nieuwe politieke partij
„BRAM SEVENTY Bram is er ondertussen van
overtuigd, dat de ministers van mooie Barend niet
steekhoudend zijn en half september hun regeringsbevoegdhe^
con amore zullen overdragen aan de maffe boys van Bram
Dat is helemaal te gek, weet je wel.
Bram uit de commune:
„Die Galeries was geen
windscherm voldeed ie
In de tweede ronde van zijn
Schevenings binnengebeuren brengt Paul von Vliet
ook een zuurzoete ode aan de
fletse koningin dei-
Nederlandse badplaatsen.
Om u alvast een idee te geven van dit
zilte epos plukten we er enkele
volzinnen uit:
„Hoor, voor het doven van het licht,
mijn Scheveningse lofgedicht.
Noem mij één badplaats en één strand
met zoveel peuken in het zand.
Waar mag een sloper zoveel doen,
als links van 't Kurhauspaviljoen,
5 kwartjes voor een zak petat,
zeg nou zelf: waar vind je dat?
Waar vindt men zoveel kruiken en kannen.
zo goed gevuld met zoveel plannen
die schuivend langs de lange baan
zo schitterend mooi
te barsten gaan.
Toch breng ik mijn weekend met u door in
Schevenii
niet om de zee, het plein
of het strand van Scheveningen.
dat is verleden allemaal,
het is alleen om deze zaal
het allerlaatste stukje Scheveningen'
Ook Majoor Keet, die in de
PePijnpoduktie OPUS
VIER al een hoogvlieger
bleek te zijn heeft
overplaatsing naar de
Scheveningse branding
aangevraagd teneinde met de
pappenheimers nogmaals de
dienstvoorschriften door te
nemen. Met Bram behoort
hij tot de vaste staf, die Van
Vliet op zijn tocht door de
zomerse golven zal
begeleiden naar de
weemoedige apotheose op 22
augustus. Op die avond hoopt
Van Vliet nog één keer de
oude glorie van
Scheveningen te doen
herleven in een programma
met sterren uit een voltooid
Derleden van de badplaats.
Met Pia Beck, Saridor Vidak,
Gregor Serban en de Millers,
die eens rond het Gevers
Deynootplein voor
legendarisch entertainment
zorgden, zal Scheveningen
zich dan voor het laatst
kunnen wentelen in een poel
van roemrijke vreugde.
Gekke zaal
„Die avonden in
Scheveningen", zegt Van
Vliet, „zijn voor mijn
carrière uiterst belangrijk
gebleken. Vorig jaar had ik
eindelijk het gevoel, dat ik
voor het eerst mezelf was.
Die gekke zaal, die grote
ruimte, dat swingende
orkest, het waren elementen,
waar ik me happy mee
voelde. Mijn optreden werd
losser, gemakkelijker, ik
schreef ook niet meer zo
krampachtig. Vijf, zes jaar
geleden verschool ik me het
liefst achter een muur van
degelijke teksten. Het was
voornamelijk studentikoze
lol, die ik trapte. Compleet
met de gekke bekken. Als ik
nu de nummers hoor, die we
pakweg in 1965 speelden,
denk ik alleen: „Hoe heb ik
het gedurfd?" Het boerse
amateurisme druipt er
Dank zij die serie
voorstellingen in
Scheveningen is ook de
belangstelling voor ons
cabaret groter worden. We
hadden in feite altijd
gespeeld in kleine zaaltjes en
voor geselecteerde fans, die
Paul van Vliet als hun
geestelijk eigendom
beschouwden. Toen ik in de
Kurzaal begon kwam er
opeens een heel ander
publiek. Mensen uit het hele
land reisden naar
Scheveningen om een daggie
uit te bouwen en Paul van
Vliet fungeerde daarbij als
toetje. In de maanden erna
hebben we constant voor
uitverkochte zalen gespeeld.
Je gooide de kassa open en
een uur later was er geen
kaart meer te krijgen. Dat is
een zalige basis om op voort
te bouwen".
25 mille
Aan zijn eerste serie
Avonden aan Zee hield hij
één langspeelplaat, een
televisieshow en een nadelig
saldo van zo'n 25 mille over.
Iedereen riep om het
hardst, dat ze het een
geweldig plan vonden.
Eindelijk was iemand
opgestaan, die iets reeëls
voor Scheveningen wilde
doen. Maar toen puntje bij
paaltje kwam kon niemand
zich meer herinneren, dat er
enige steun was toegezegd.
Dat fraaie gemeentebestuur
van Den Haag bijvoorbeeld.
Al die nijvere ambtenaren.
Van Vliets teksten zijn
losser geworden, vluch
tig als de mobiel,
die rusteloos ronddraait
voor zijn schrijfmachine-
ijn
die de ene siertegel na de
andere op de boulevard
leggen en dan serieus
denken, dat Scheveningen
daardoor gered is. Ik had
van die hoogmogende heren
de garantie, dat Den Haag
bij een eventueel deficit
show zou subsidiëren tot een
bedrag van 25 mille. Na
afloop bleek er inderdaad
een dergelijke schuld te zijn.
Dit ondanks het feit, dat de
voorstellingen een enorm
succes waren geweest. De
ellende was alleen, dat ik
alles zelf had moeten
betalen. Ze vonden me een
geweldige jongen, maar die
hele aankleding van de
Kurzaal kon Van Vliet wel
uit eigen knipbeurs
Stijve kaft
Ik heb de gemeente een dik
boekwerk gestuurd met
stijve kaft en ringetjes in de
rug. Met een verklaring van
een registeraccountant, dat
ik geen moer verdiend had
aan mijn Schevenings
avontuur. Neen, erger nog.
dat ik er zwaar op verloren
had. Ik kreeg na weken een
brief terug, waarin stond,
dat de voorstellingen een
geweldig succes waren
geweest en dat daarom het
project niet voor subsidie in
aanmerking kwam. Ze
schreven er ook nog bij, dat
ik verdiensten uit andere
bronnen had. Dat ik een
plaat had gemaakt en een
televisieshow had gedaan.
Hetwelk doende enz. enz.
Ik heb onmiddellijk
teruggeschreven: „In
antwoord op uw onthutsend
schrijven deel ik u
ik aan de voorstellingen in
Scheveningen niet één cent
i'erdiend heb. Uw opmerking,
dat ik verdiensten uit andere
bronnen had en daardoor
niet in aanmerking kom voor
een garantiebedrag berust op
een smartelijke denkfout. Als
de burgemeester van Den
Haag in zijn vrije tijd een
krantenwijk gaat lopen,
wordt dit bedrag toch ook
niet in mindering gebracht
op zijn wedde". Ik heb er
daarna niets meer van
gehoord. i
rekening zouden
vonden ze een redelijke
verdeling. Er iverd
meegedeeld, dal die 12'
mille op 1 januari
overgemaakt zou worden
daarna schoof de datum
steeds een maand verder
Nu is het juli en ik heb n
geen cent gezien. Ik hoop
dat Zwolsman de eerste
avond in de zaal zit en In
geld bij zich heeft. Ik zal
dan zeker n
hemte verzoeken zijn
portemonnee te voorschij
te halen".
vorig jaar lieten
aanmodderen, sprint Van
Vliet op 8 juli opnieuw in
het zilte Scheveningse wak.
Met telkens wisselende
gasten, onder wie zijn eigen
uw Liselore Gerritsen,
Liesbeth List, Rosita Bloom,
Lenny Kuhr en Thérèse
Steinmetz. Met een
programma, dat voor
driekwart bestaat uit
nagelnieuwe teksten en
liedjes, die hij speciaal voor
zorgeloze zomeravond
gemaakt heeft. Daaronder
een gave meestamper „Jet
ga je mee met de Jumbojet",
die de mogelijke opvolgster
wordt van Alie van der
Zwan, de Scheveningse
redersdochter, die vorig jaar
met haar bedsermoenen de
zaal tot spontaan meedeinen
en inhaken verleidde. Met
een handvol licht gepekelde
conferences, waarin de
afgang van Scheveningen op
de voet gevolgd wordt. Van
Vliet: „Er worden in deze
badplaats beslissingen
genomen, die onbegrijpelijk
zijn. Wie haalt het nou in
zijn hoofd om midden in het
oen in het hart van
Scheveningen een gebouw te
slopen? Akkoord, de Galeries
is geen creatie, waar je
l van werd, maar het was
n prima windscherm."
Paul van Vliet: klein
kunst uit eigen punt
zak betaald.