A. SEELAND
,VAN MIJN
EIGEN
TOEKOMST
ZIE IK
GEEN BAL''
Helderziende
„Ik beschouw mijn werk
als een roeping.
Ik ben net 'n verpleegster'
„IK GA ZELF
NOOIT NAAR
EEN
MEDIUM. MIJ
TE ENG''
Met onhygiënische gewoontêr
is het slecht kamperen
ZATERDAG 26 JUNI 191:
Voor het staatsieportret doet het medium eerst zijn zonnebril op. „Dan lijk ik tenminste wat ouder". Zijn stenen evenbeeld l%ijkt nors toe.
is vanmiddag bedroevend weinig
10 bij het Haagse publiek om in
de toekomst te blikken en op die
Ier zekerheid te krijgen over een
nakend erfenisje of de intenties van
een blonde bijzit. Zodoende Helder
ziende A. Seeland moet trouwens
bekennen, dat hij persoonlijk onder
druilerige weersomstandigheden even
een beperkt zicht heeft op
de daverende dingen, die voor zijn
cliënten in het verschiet liggen. Een
kwestie van ontvankelijkheid, meent
hij. Overdrijvende wolkenvelden
doen zijn mediamieke gaven geen
goed en als hij heel eerlijk is, ziet
hij op dit moment geen donder. Het is
allemaal modder, wat de klok slaat.
Kan hij de heren van dienst zijn
een sigaretje?
De helderziende ontvangt zijn gasten
de kraakzindelijke achterkamer,
die voornamelijk in roze boudoirtin-
ten is gehouden. Vandaar loodst hij
hen na enige tijd naar de salon aan
de voorzijde van het sombere heren
huis, waar hij a raison van 25 gul
den per consult zijn verbale rond
vluchten maakt door tijd en ruimte.
Het maximumaantal zoekenden, dat
op één dag over de binnentrap naar
zijn éénmanstempeltje klom, be
droeg tot nog toe 47. Daarna heeft
hij uitgeput twee dagen het bed
moeten houden. Een helderziende is
maar een mens. Onder het ge
sprek klikt het automatische ant
woordapparaat bij het raam in con
stante regelmaat. Hij heeft vastge
steld, dat per dag tussen de 140 en
180 dolende zielen telefonisch con
tact met hem zoeken en dat vond hij
even te gortig. .Ik speelde de
hele dag telefoonjuffrouw en de
klanten kwamen niet aan de beurt.
De één wilde weten, waar d'r man
uithing en de ander was zijn poesje
kwijt. En of meneer de helderziende
maar even gauw wilde vertel-
waar het beestje zich verscholen
had. Ik kreeg er schoon genoeg van,
want het leverde niks op. Wat heb
ik nou aan een lachebekje, dat voor
de lol effe in de toekomst wil kij
ken? „Lief kind", zeg ik dan. ..weet
je wel, dat zoiets 25 gulden kost?"..
Nou dan weten ze niet, hoe vlug ze
weer op moeten hangen".
Schuttingtaai
Aanvankelijk had hij een antwoord
apparaat. waarop men ook nog een
boodschap voor het medium kon
achterlaten. Maar met die extra-ser
vice is hij gekapt, nadat hij drie
maanden lang geluisterd had naar
een eindeloze monoloog vol scabreu
ze schuttingtaai. Sindsdien heeft hij
de sterke indruk, dat het aantal
normale mensen in onze samenle
ving beduidend geringer is dan men
algemeen veronderstelt. Als de heren
nog een sigaretje willen, ze staan er
Seeland is de jongste helderziende in
Nederland. Hij is nu 32 en alleen
daardoor onderscheidt hij zich reeds
van zijn praktizerende collega's, die
doorgaans al op de rand van hun
eigen toekomst zijn aangeland. ..In
Den Haag', zegt hij„zijn er mis
schien nog een stuk of zeven. Precies
weet ik het niet. want de rij wordt
regelmatig uitgedund. De meesten
zijn krakepoten, die nog een ex
traatje bij hun AO W willen ver
dienen. Ik gun ze het van harte,
maar ik beschouw ze alleen niet als
echte media
Ik ben zelf zeven jaar geleden pro
fessioneel begonnen. Vóór die tijd
deed ik het wel. maar meer voor
vrienden en kennissen. Als je op een
feestje was, dan hadden ze al gauw
in de gaten, dat er wat bijzonders
met je aan de hand was. Ik had het
trouwens al op de lagere school. Ik
kon precies zeggen, wie er met voet
ballen zou Winnen. Nee, niet het
aantal doelpunten. Zover was ik
toen nog niet. Ik had in die tijd
trouwens geen flauwe notie, dat ik
bijzondere gaven had. Ik beschouw
de het als stom geluk, dat ik het
wist.
Veel later heb ik pas gemerkt, dat
ik mediamiek was. Zo na mijn pu
berteit trok het opeens met vlagen
sterk op. Ik zag alles glashelder en
dat wond me zo op. dat ik de ene
zenuwinzinking na de andere kreeg.
Nou ja, ik hoefde er niet voor naar
de spyehiater hoor. Of hoe zo'n
man ook mag heten. Psychiater zeg
je. Hha. Je zult wel zeggen: een
mooie helderziende, die niet eens
weet, hoe zo'n vent heet. Maar dat
heeft er niks mee te maken. Ik kan
alleen maar voor anderen in de toe
komst kijken. Ik zie van mijn eigen
leven geen bal. Ik weet alleen, dat
ik lekker draai. Ik heb mijn vaste
klantjes, ik drink mijn borreltje met
de vrienden. Mag ik asjeblieft tevre
den zijn?
Haar van Boven
Het automatisch antwoordapparaat
klikt instemmend. Daarboven staat
de monddode telefoon, die door de
helderziende verrast is met een zelf
de hoogpolig dekje. waarmee oudere
dames hun gladde tekkels vrijwaren
voor borstaandoeningen en kou
op de blaas. „Ik vind dat gezellig
staan", verduidelijkt Seeland met
het smeuïg manuaal van Haar van
Boven, „en ik hoef nou tenminste
niet met die kouwe hoorn in mijn
hand te staan."
Hij werpt er een schalkse glimlach
tegenaan en onthult vervolgens, dat
zijn leeftijd de geloofwaardigheid
van zijn mediamieke nering aanvan
kelijk sterk heeft aangetast. „Als de
klanten me boven aan de trap zagen
Helderziende A. Seeland,
zoekt' voor zijn privé-
collectie
KRISTALLEN BOLLEN
staan riepen ze gelijk: „Hé, broer, is
je vader thuis?" Ze konden niet
geloven, dat die blaag met dat
strakke broekje en dat hippe hemd
iets zinnigs kon zeggen over hun
toekomst. Haha. Ik kan daar best in
komen. Ik zou me ook zwaar geno
men voelen. a}s ik met mijn proble
men bij een knul van amper 25 uit
moest huilen. Maar nou komt de
grote grap: de eerste klant, die ik
gehad heb, komt nog steeds bij me.
Ik nam toen waar voor een helder
ziende in Antwerpen, die op vakan
tie was, ik herinner het me nog als
de dag van gisteren. Die man heeft
een hoop sores aan zijn kop. Zijn
zaken gaan niet best en hij heeft
een hele moeilijke verhouding met
een dame. Van mij wilde hij alleen
maar weten, wanneer zijn eigen
vrouw uit zijn leven verdween. Dat
is nou zeven jaar geleden en hij is
nog steeds nieusgierig. Van mij
mag zijn eigen vrouw nog even blij
ven. Als de heren nog een sigaretje
willen? Dan maak ik wel eerst de
asbakjes leeg, want ik heb een
bloedhekel aan vuile asbakken. Ik
houd van netjes, ik houd van
De klanten, die hier voor het eerst
komen, zijn ook altijd verbaasd, dat
de gordijntjes gewoon open zijn en
dat er geen rooie lampen branden.
Maar beste jongens, die flauwekul
heeft een helderziende in 1971 toch
niet meer nodig. Al die hokus-pokus
en die zogenaamde tovenarij, daar
gelooft toth geen zinnig mens meer
in. Een echt medium heeft die onzin
trouwens niet nodig. Die kan in een
gewone leunstoel ook wel zeggen, of
u nog eens met dat blonde stuk in
het huwelijk treedt. Haha.
Gemene vragen
Wacht even. Nou willen de heren
natuurlijk weten, waarom ik dan
toch in de kranten advertenties zet,
waarin ik om kristallen bollen
vraag? Moet ik eerlijk zijn? Goed. ik
zal het zeggen, omdat ik me bij
jullie niet nerveus voel Gisteren
had ik iemand van Libelle bij me
voor een interview en dat mens
stelde zulke gemene vragen, dat ik
er helemaal van ondersteboven
raakte. Je kent dat type wel. Een
pruimemondje en dan maar listige
strikvragen stellen. Na twee uur
was ik bekaf.
Goed. ik zal het zeggen. Dan steek
ik eerst nog even een sigaretje op.
Zo. Nou komt de waarheid. Ik vraag
alleen om die kristallen bollen, om
dat de meeste kranten geen adver
tenties van helderzienden opnemen
Haha. Zo ouderwets zijn ze wel.
Maar een onschuldig tekstje van een
verzamelaar kunnen ze niet weige
ren. Toevallig staat erbii. dat hel
derziende A. Seeland die bollen
zoekt voor zijn privé-verzameling en
op die manier breng ik eventuele
klanten toch op een idee. Die bollen
neem ik dan wel op de koop toe. Ik
heb nou tachtig van die krengen,
maar ik werk er nooit mee. Het
duurt me te lang. het is me te
inspannend. Als ik twee. drie klan
ten op een dag had. zou ik misschien
ook op mijn dooie gemak in zo'n bol
staren. Maar lieve mensen, ik moet
opschieten. Ik kan me zo'n lange
inwerkperiode niet permitteren. Bij
mij moet het contact zonder bol of
speelkaarten tot stand komen.
Ik heb ook geen bol nodig. Ik krijg
hier veel businessvrouwen, die een
hoop liefde te kort komen. Je kent
dat wel. De zaak gaat voor het
meisje en voordat ze het weten, zijn
ze oud en eenzaam. Ze komen niet
bij me om een oplossing. Ze willen
alleen maar even lekker uithuilen.
Klaagmuur
Ik beschouw mijn werk als een roe
ping. Ik ben net een verpleegster,
een kunstenaar, die een schilderij
afmaakt, de scherpe kantjes bijvijlt.
Ik krijg hier jongens met zwaar
liefdesverdriet, die me een foto van
hun meisje laten zien. Dan willen ze
van mij weten, of het wat wordt. De
volgende week komen ze terug met
een foto van een ander meisje, maar
met hetzelfde verdriet. Zo'n jongen
hoef ik echt niet te zeggen, dat het
niks wordt. Die wil alleen maar een
klaagmuur. Nou, voor 25 gulden
krijgt ie die. Haha.
Anders ligt het met personen, waai
de dood omheen hangt. Ik krijg hier
een moeder met haar zoon en' zijn
meisje. Of het wat werd, wilden ze
weten. Ik zag iets afschuwelijks in
de toekomst en daarom zweeg ik.
„Ziet u niks meneer Seeland?",
vroeg die moeder toen. Ik heb haar
maar in die waan gelaten, want een
week latei reed die jongen zich met
zijn meisje dood.
Moet ik zulke dingen tijdens een
consult gaan vertellen? Als ik nu
zie. dat u nog twee dagen te leven
hebt, kan ik het natuurlijk vertellen.
Maar dan heeft u twee dagen de
zenuwen. Daarom stop ik, zodra ik
de dood ontmoet. Ik vertel u ook
niet, dat het allemaal rozegeur en
maneschijn is. Dat zou oneerlijk zijn.
Ik hou op zo'n moment liever mijn
Ik krijg een vrouw uit Rotterdam
bij me, die een foto van haar man
laat zien. Ik hou niet van foto's,
maar ik zag toch duidelijk, een borst
vol gaten en daaruit kwam bloed. Ik
heb twee dagen niet kunnen wer-
Op die stoel, waar jij nou zit heeft
eens een dftodsjiek vrouwtje gezeten.
Helemaal in het slangeleer. Die
opent haar tasje en schudt honderd
duizend gulden op de salontafel. Ik
zeg zo voor de grap: „Is dat voor
mevrouwtje? Hartelijk dank". Waar
op ze roept: „Niet zo inhalig. U kunt
het krijgen, maar dan moet u
zorgen, dat mijn man verdwijnt".
Ik kijk haar aan en zeg: „Ik zal het
leuk met u maken. Ik doe geen
aangifte bij de politie, maar u n
die centjes wel rap weer in uw tasje
doen. want toevallig zit hier geen
persoon, die zijn geld verdient
chanteren en moorden. Ik heb allang
gezien, dat u betrekkingen onder
houdt met een Afrikaans persoon,
maar dat is uw eigen zaak". Waarop
dat mens antwoordt: „U bent abuis,
het is^geen Afrikaans persoon, het is
een Turk". Haha. Als de heren nog
een sigaretj willen.
Ouder
Als Seeland ziet, dat de fotograaf
zijn lens op hem richt, grijpt hij
nerveus een zonnebril uit zijn borst
zak en plant die op zijn clean
shaven gezicht. „Voor de familie",
•zegt hij. „ik kom uit een Amsterdamse
horeca-familie. Ze hebben er niks
mee te maken. Met die bril lijk ik
trouwens ouder.Hij poseert blij ver
rast achter een vaasje babyrozen, dat
hij haastig op de tafel heeft gezet.
Voor de sfeer heeft hij ook nog een
beelhouwwerkje aangesleept, waarin
men met enige goede wil de gelaats
trekken van heet medium kan ont-
Bij de deur zegt hij nog: „Ik ga zelf
nooit naar een helderziende. Mij niet
gezien. Ik vind het veel te eng".
Achter hem klikt het automatisch
antwoordapparaat.
Misschien weer iemand, die
kristallen bol te vergeven heeft.
LEO THURING.
„Dit jaar gaan we
naar Majorca", heeft
Truus over haar
vakantie aangekon
digd. „Ik begin van
het kamperen sja-
grijnig te worden
en Sjarreltje heeft
vorig jgar aan één
stuk lopen grijnzen."
Onder „grijnzen"
verstaat zij het tonen
van een slecht
humeur. Truus en
haar man zijn geen
ruige kampeerders
die erop uittrekken
de
vrue
natuur hun tenten op
te slaan. Zij horen
daarentegen tot de
geciviliseerde soort
met een vaste plaats
zorg dat er een dokter bij de hand i
Wol, waterafstotend, isolerend
toch luchtig, is onder regenkledij
ideaal bij het kamperen.
plus zuster en zwa
ger nu al ettelijke
zomervakanties ach
ter elkaar hebben
doorgebracht.
Zonder ruzie en dat is een knap staal
tje. Toch was Truus van jaar tot jaar
meer opgelucht na de genoten vrijheid
weer terug te keren in het alledaagse
leven thuis. Waar zij sjagrijnig van
is geworden? Van het huishouden dat
doorgaat in de tent.
Zij had geen reden het te worden over
de toestand van het kamp. Zo slim was
zij wel geweest, of ze had nog vóór de
eerste vakantie links en rechts pools
hoogte genomen om te weten waar het
„zuiver" was. Maar de niet aflatende
zorg over het „werken" en het voort
durend verwennen van het enig kind
dat niet at door het snoepen, niet wou
slapen voor de ouderen sliepen, 's mor
gens toch de volwassenen voor dag en
dauw wakker maakte en zich niet al
leen kon of wqu vermaken, heeft haar
van het kamperen doen afzien. (Of
Sjarreltje handzamer zal zijn tijdens
een 14-daagse all-in reis naar Majorca,
is de vraag).
Het kamp kan nog zo goed ingericht
zijn. men moet er de juiste mentaliteit
voor hebben en anders thuisblijven of
elders vertier zoeken. Een stuk menta
liteit is Truus ontglipt. Maar het be
grip „zuiverheid" is onaangetast be
waard gebleven en kan dan ook op
Majorca nog ernstig geschokt worden.
Wie een vakantiewoning gaat opzetten
of huren, moet allereerst letten op
WC, wasgelegenheid en aanrecht of
kookplaats, want zijn die voorzienin
gen slecht dan is de kans op ziekte
aanwezig en ziek-zijn in een kamp is
de armoedigste ziekte die er bestaat.
Een dokter in de omgeving voorkomt
die niet, maar helpt wel vlugger gene
zen. vooral als men tevoren heeft
genïformeerd wie en waar die dokter
is en wanneer hij spreekuur heeft.
Naarmate we primitiever leven,
neemt de kans op vervuiling toe. Was-
en badgelegenheid moeten dan ook fer
vent gebruikt worden en hoe meer
kampeerders er zijn, des te groter
dient de accommodatie te wezen en des
te vaker moet die worden schoonge
maakt. Gladde vloeren zijn daar te
prefereren boven vlonders die voet
schimmel in de hand werken (de eni
ge huidaandoening die snel geneest
met jodium!).
WC betekent water-closet; met water
voldoet hij beter dan droog. De norm
is 1 WC op 25 kampeerders. Als die
norm wordt overschreden, komt ofwel
de afvoer in gevaar, ofwel men zoekt
een ander plekje op, hetgeen de
hygiëne bepaald niet ten goede komt.
Er zijn „chemische" toiletten waaraan
een desinfecterende stof te pas komt.
De toepassing is er duidelijk bij aan
gegeven. maar. niet altijd de waar
schuwing dat het desinfectans vergiftg
is en dus niet in handen van kleine
kinderen hoort. In welhaast volmaakt
ingerichte campings kan men beschik
ken over wasmachines en centrifuges,
was- en strijkvertrekken en droog
ruimten. Truus kreeg er genoeg van
alsmaar kleren te wassen en daarbij
de keuken- en handdoeken „mee te
nemen", maar zij kon hét niet laten
want dat zou in strijd geweest zijn
met haar natuur van zuiverheid. Dit
innerlijk conflict veroorzaakte sja-
grijn. Haar zus, gemakkelijker van
aard, liet dit en ander noodzakelijk
kampwerk graag aan de redderende
Een tweede knelpunt werd langzaam
aan hel luchten van de tent, waarbij
zij elke morgen een soort grote voor
jaarsschoonmaak hield: alles moest
naar buiten, zelfs het grondzeil eruit
zodat de grond ook kon luchten. Dub
bel rampzalig werden de regendagen
omdat -zij dan die huishoudelijke
plicht (welke elke goede kampeerder
zal loven) niet kon uitvoeren en bo
vendien hel nog harder grijnzende
Sjarreltje zoet moest houden. En dat
is nu eenmaal haar fort niet, het kind
is overal gemakkelijker dan thuis.
Een goed dagverblijf om zulke regen
dagen te slijten was juist deze cam
ping helaas niet rijk.
sas?
de kans op ziektes neemt gevaarlijk toe
hij op vrije dagen voor zijn familie
kookt, daarbij niet zoals de amateur
kok een janboel achter latend waarom
de huisvrouw hem op de Mookerhei
wenst (waar het misschien heerlijk
kamperen is!).
Verandering van leefwijze heeft in
vloed op de spijsvertering; de ware
kok weet de levensmiddelen in ver
band daarmee te kiezen. Een heel
eenvoudig voorbeeld: witbrood stopt,
bruinbrood minder. Bij welk kampme
nu dan ook, gepasteuriseerde melk,
fruit en groente (de rauwe zeer zorg
vuldig gewassen) hoort *erin thuis;
vlees, ei of vis ook, maar zoetigheid is
te missen vooral door kinderen die er
eerst een bedorven maag en wat later
bedorven tanden van krijgen.
Drinkwater mag alleen vertrouwd
worden als het leidingwater is. Men
doet goed ander soort water te koken
en 10 minuten te laten dóórkoken.
Soep en bouillon zijn uitgezochte voe
dingsbodems voor bacillen en daarom
is op kamp soep uit pakje of blik wél
zo geschikt. De zuinige huisvrouw
moet het over haar hart kunnen ver
krijgen alle etensrestjes weg te gooien.
Waar zij dat doet is ook belang
rijk: op de afvalplaats die ervoor
Wat trek ik aan?
Hier komt nu eindelijk de mode op de
laatste plaats, de kleren moeten eerst
gezondheid en gemak dienen. Dan nu
even een ode aan de wol, zowel voor
onder- als bovenkleding. Wol isoleert
en is toch luchtig, stoot water af en
kreukt minder dan katoen. Nylon is
funest, sluit af, houdt klam, neemt
niet op. Alleen voor de regenjas ni
ken we een uitzondering. Plastic k
oliegoed beschermt het best, wj|
glijdt erop af, een wollen trui eromj
is lekker en je houdt geen voel»
stinkend goed in d° tent. In rub#
(plastic) laarzen horen wollen sok)
maar natte sokken die jt
laarzen, wel in schoenen oploopt, i
ken voeten en lichaam kouder i
blote voeten in sandalen.
Ruige kampeerders
Wie nog als echte woudloper
kamperen, moet in ons land een
peerpaspoort hebben dat hem
geeft buiten erkende kampeerta I
nen te staan, maar hem verpi
„model" te kamperen. Dat wil j
dat hij zó woont, kookt, eet,
enz. dat al die bezigheden elkaar
storen en niemand anders last I
gen. (Deze regels zijn opgesteld
tijd toen er nog geen sladskam
ders waren die zich installereik
plaatsen zoals de Dam). Het is bofl
in kampeerboekjes te lezen hoe I
vandaag in het voetspoor van
May door bosjes kan sluipen om iM
nes te bouwen, afvalkuilen te graL
een houtvuur aan te leggen en J~
lampjes te gebruiken.
Dan heb je nog de luxekampeer 1<
met caravans en bungalowtenten g
auto bij de hand om er ei
vliegen. Maar Truus gaat na-»
ca. Naarmate echter de vakJ1
nadert, betrekt haar man's gezicht N
zal moeten eten wat 'n ander gel jy
heeft. Met olijfolie. Inktvisjes etn.
Maaltijden
Wat het dagelijks menu aangaat, ver
keerde Truus in een ideale staat: haar
goede man is kok in een grote inrich
ting en houdt zoveel van het vak dat
In ons land kan aan de
vraag naar zomerlaarzen ni
daan worden, aldus de schoenei ij-
branche. Wie zou gedacht hebbi |v
dat de meisjes zich het ongemt
van kruisbanden om de benen zot
den willen getroosten? Wie, dat i
de door korté broekjes vrijgegevt
schoonheid weer in een laarzen «j,
schacht zouden willen verstoppen
Geen fabrikant, voor ivie het levt
toch al hachelijk is, wou met et >g
voorraad blijven zitten! E
de winkelier die al zo gauw rnofcr
uitverkopen. Alleen bij importeu
van duur buitenlands voetenwei i
en bij de enkele haute chaussurfa
handwerkers die wij binnt
grenzen tellen, kan men lang
recht of op bestelling laten aa
ten. Hier een crêpe de Chim
merlaars in oranje, groen en blauln
imprimè van de Franse sc/?oef)e
stilist Vivier.
Toen stadskampeerders zich nog nstelden op plaat
sen zoals de Dam bestonden er al kampeerregels.
En niet ten onrechte