JACHT OP LIMIETEN MÜNCHEN BEGINT Den Bosch vertrouwt op goede structuur y I IK KOCHT HET HELE GRENSPERSONEEL OM Pintens in Gent nog wat meters over Zwemwedstrijd niet alleen voor titel JOHN BRASPENNINCX III Koning van de kermiskoersen Koning van de smokkelaars In 1942 werd ik kampioen met de glas splinters in m'n lijf DONDERDAG 1 APRIL 1971 PAGINA (Van onze zwemmedewerker) ►EN HAAG. In zwembad lorgenstond aan de Loevestein- laan in Den Haag zullen de beste Nederlandse zwemsters en zwemmers vrijdag, zaterdag en zondag moeten bewijzen dat zij deze winter hard genoeg hebben getraind. De nationale zwemelite gaat uitmaken wie zich op de 26 programmanum mers winterkampioen 1971 mag ioemen. Veel deelnemers vinden dit echter niet zo belangrijk. De Zwembond heeft begin februari limieten bekendgemaakt waaraan de veelal jeugdige, zwemtalenten moeten voldoen om verzekerd te zijn van een plaats in de kernploeg, die zich gaat voorbereiden op de Olympische Spelen van München. Dat zal nog niet voldoende zijn, want de bond stelde: „Afhankelijk van de prestaties die worden geleverd in de periode na de Winterkampioenschappen 1971, kunnen eventueel nieuwe kandidaten aan de ploeg worden toegevoegd, dan wel kandidaten, die in de ploeg zijn opgenomen, daaruit worden ver wijderd". De olympische zeef wordt compleet gemaakt door het N.O.C.. dat de uiteindelijke beslissing ovei de afvaardiging in handen heeft. Het gaat er in de zes 25-meterbanen van het fraaie zwembad, dat bekend staat als het snelste overdekte van ons land, dus om spannen. Weliswaai liggen slechts drie limieten onder de bestaande nationale records alle drie op herennummers, wat weei eens aantoont, dat Nederland met het dameszwemmen internationaal minder zwak staat dan met de heren maar op die recordlijst komen nog steeds de namen voor van Ada Kok en Klenie Bimolt en die zullen niet min. De in Australië wonende Neder- zijn. Roger van Hamburg is er even eens als toeschouwsters aanwezig lander heeft momenteel drie records op zijn naam staan rugslagzwemmer Bob Schoutsen de enige „Hollandse" watermatador, die enigszins aan de internationale weg mag timmeren. Schoutsen komt op 2 april terug van een trip door Rus land. Het is de vraag of deze reis, die hij maakte met trainingsadviseur Jo Schreurs, die de van een been breuk herstellende Dolfijntrainer Joop Bartelsman verving. voor Schoutsen niet te inspannend is ge weest. Hoge ogen Met de Nederlandse dames gaat het traditioneel minder slecht dan de heren. Meisjes als Linda de Boer. Hansje Bunschoten en Anke Rijnders zijn ook buiten Nederland bekend. Annemarie Groen, Jozien Elzerman en Marianne Vermaat en de toch weer redelijk „draaiende" Henny Pentermann, kunnen zich net onder dit niveau weliswaar als gevestigd beschouwen. Bij de heren kunnen Arnold Rood (vlinderslag), Hans Elzerman (schoolslag) en Ton van Klooster (vooral 1500 vrij met Henk Mulder als belangrijkste concurrent) ook hoge ogen gooien. De kring Den Haag is met zeven verenigingen op deze titelstrijd niet slecht vertegenwoordigd. ZIAN levert de meeste deelnemers, onder wie enige serieuze kampioenskandidaten Henk Mulder, Peter Prijdekker, Tineke Hofland, Wilma van Beek en de zwemfamilie Elzerman. Evelien Lonte is met Hansje Bun schoten de jongste deelneemster, terwijl Eddie de Wit als dertienjarige 1500 meter voor de boeg heeft. RZV, Vitesse, Die Haghe, DES en ZIOS brengen met Ruud Beaufort, David Schaddenhorst, Woudi de Ruiter, Peter van Os en Atie Radersma enige talentvolle jeugdzwemmers aan de start. Dick Langerhorst (HZPC) gaat het ook nog eens proberen. Na het zwemprogramma van zater dagavond kan men bovendien getuige zijn van de waterpolo wedstrijd ZIAN 1landskampioen HZC/De Robben. De aanvangstijden en toe gangsprijzen zijn: vrijdagavond 19.30 uur (alleen 800 vrij dames en 1500 vrij heren), gratis; zaterdagmiddag 16.00 uur, 1,-; zaterdagavond 19.30 uur f 1,50; zondagmiddag 14.30 uur f2,-. WEVELGHEM Concluderen dat het grootste nieuws van de weg wedstrijd GentWevelghemGent is dat Eddy Merckx niet heeft gewonnen, is weinig elegant tegenover triomfator Georges Pintens. Maar het werd door iedereen wel zo aangevoeld, ook door de renners die opluchting tonen als één van hen, het geeft nitt wie, het fenomeen eens een halt toeroept. De meters die Georges Pintens De „meester" kan ook zijn dag niet hebben, of, en niet eens onwaarschijn lijk, wil die soms niet hebben. Het koers verloop verschaft in deze kwestie geen duidelijkheid. Van de 147 renners die onder een be wolkte hemel uit Gent vertrokken, arri veerde een zèer groot gedeelte in geslo- Gent-Wevelghem-Gent- ten gelederen aan de eindstreep in d Off Heii 19 Schoo ■V strijde Ikin: p). Jol Marijk (Quick n Otti Jearuit i Marl Inek E Halter i (HBS (Bato A(K1\ Halter DEN BOSCH De klop op de deur naar de ere divisie duurde vier jaar voor het ongeduldige FC Den Bosch. Dat is een erg lange periode voor een club, die al jaren de naam heeft in de eerste "divisie de dienst uit te maken. Voor dat eindeloze geduld an de aanhang van FC Den Bosch zal de komende maanden waarschijnlijk pas een beloning in zicht komen. Door de betrekkelijke rust, waarmee de laat- Doorstoten naar het voetbalwalhalla is niet zon enorme moeilijkheid. Clubs als SVV, Heracles en Volendam hebben dat in het verleden genoegzaam be wezen. Omdat voldoende financiële middelen ontbraken tuimelden de be trokken verenigingen meestal weer net zo hard omlaag als ze gestegen waren. De kwaliteit van het elftal, waar alles om draaide, bleek dan „onvoldoende" te zijn voor de eredivi sie. De vraag, die zich na de afgelopen zondag opdring,, is daarom voor de hand liggend: wacht FC Den Bosch hetzelfde lot als zijn illustere voor gangei's? De realiteit gebiedt te veron derstellen, dat daarvoor in dit geval geen angst behoeft te bestaan. Door de lange aanlooproute van FC Den Bosch is de zekerheid gerezen dat de organisatie in de club ..pieko-bello" voor elkaar is. Joop van der Klink, de directeur van FC Den Bosch, zegt daarover: „Het is natuurlijk zo, dat we ons geen gekke bokkesprongen kunnen veroorloven. Dat weet ieder een. Maar eredivisievoetbal moet hier, in Den Bosch mogelijk zijn". Het lijkt ook haalbaar. Hij heeft berekend dat Den Bosch met een sluitende ex ploitatie voor de dag kan komen, wanneer het volgende seizoen de wed strijden door gemiddeld dertienduizend beozkers zullen worden bezocht. En dat is een verwachting, die stoelt op realiteit. In de contreinen van de Rijn en de Maas is het publiek zoals be kend nu eenmaal zeer voetbalmin- wel. Deze club bezit een van de meest fanatieke supporterslegioenen van ons ste tijd aan de zakelijke structuur van de kersverse eredivisiedevutant kon worden gewerkt, durft FC Den Bosch het aan zich het nieuwe seizoen in de „etalagekast" van het Nederlandse voetbal te presen teren zonder dat er een accuut gevaar dreigt. Na het uitbundig gevierde promotiefeest in de Brabantse hoofdstad is deze wetenschap de grote geruststelling. >a Veronderstel vooral niet dat de uit- J bundigheid in Den Bosch de komende maanden zal resulteren in een onver antwoord aankoopbeleid. Directeur I Van der Klink benadrukt dat in de transferperiode geen schokkende da- van de FC mogen worden ver- wacht. „Sterspelers zijn voor ons niet betaalbaar. Dat is snel uit de doeken J gedaan". Maar natuurlijk moet FC (1—1 Den Bosch iets doen. Het publiek eist en daaraan zal ook gehoor worden i gegeven. Men hoopt met steun van de gemeente, het bedrijfsleven en de achterban een bedrag van ongeveei ton in te zamelen. Daarmee wil 28-> Den Bosch de vaste keren van vijftien si—; lot twintig potentiële eerste-elftalspe- Iers uitbreiden om steviger in de schoenen te staan in de eredivisie. Trainer Remmers vindt namelijk dat zijn club dit seizoen niet over geluk te klagen heeft gehad. Van het beperkte spelersmateriaal, dat tot zijn beschik king stond, was er maar zelden een geblesseerd. Dat is een zaak, die niet veel voorkomt. De man achter het grote succes van FC Den Bosch is zonder enige twijfel trainer Jan Remmers. Deze beschei den Brabander heeft zijn praktische opleiding bij NEC gevolgd, waar hij ook de gevierde man was. Van de tweede divisie hielp hij deze club in recordtijd naar de eredivisie. Maar na een staat vn dienst van zeven jaar bij NEC was het onvermijdelijke moment van afscheid in zicht gekomen. Waar na Remmers prompt de weg insloeg, die verwacht werd. Zijn grote erva ring bood hij FC Den Bosch aan dat maar net niet kon volbrengen wat hij allang achter de rug had. DEZELFDE Wat trainer Remmers in Den Bosch, aantrof was dezelfde stituatie van het NEC-van-vroeger. De FC was geen full-profclub, waar trainen overdag de gewoonste zaak van de wereld was. Daar was hij blij om. Spelers, die geen salaris verdienen, waarvan ze kunnen leven, moeten hun maat schappelijke carrière niet opofferen, zo redeneert hij. Dat veroorzaakt al leen maar wrevel. Niettemin was er veel werk aan de winkel voor Jan Remmers, de Bossche procuratiehou der. Hij kreeg de beschikking over goed spelersmateriaal. Leo Óuwens (ex-Sint-Truiden), Hans Verhagen (ex-Vitesse), Wim Wolbers (ex-PSV) en Leo Kreekels (ex-Helmond Sport) zijn stuk voor stuk spelers, die weten wat scoren is. Ook bezit FC Den Bosch in Leo van Straaten een doel man van allure. Zelfs Go Ahead aasde de laatste transferperiode nog op deze speler. Dat hij in de huidige basis opstelling er toch niet in staat, bewijst alleen maar, dat de nieuwe ere divi sieclub meer achter de hand heeft dan men vermoedt. Hans van der Pluym, zijn jonge opvolger, is een van de meest belovende doelverdedigers in Toch heeft FC Den Bosch de laatste seizoenen ook spelers moeten verko pen. De belangrijkste was zonder twijfel de dartele Mulders, de Cruyffie van Brabant, die zijn geluk zocht bij PSV. waar hij in ijltempo naam HANS DE BRUYN Wevelghem. Niettemin is ervoor gereden. Talrijke ontsnappinspogingen konden worden gesignaleerd, maar steeds kwam het peloton weer bijeen. Vluchten van Bracke, Aimar, Reybroeck, Karstens, Godefroot, Hezard, Ritter en Tschan lie pen op niets uit. Ook Merckx probeerde het, op de helling van de Kemmel- heuvel, maar op de top had Verbeeck, die zondag de Gold Race won, hem achterhaald. Tijdens de rit deden zich verscheidene valpartijen voor, alle zonder ernstige ge volgen, al moest de Belg Wilfried David de strijd staken wegens verwondingen aan zijn knieën. In de slotfaze was Pintens het meest actief. Twintig kilometer voor de finish demarreerde hij en kreeg zijn landge noten Rosiers en De Schoenmaecker aan het wiel, benevens de Westduitser Tschan, vorig jaar winnaar van Bordeaux Parijs, en de Deen Ritter. Dit kwartet kon Pintens niet volgen en de Belg had aan de „meet" in Wevelghem nog juist genoeg voorsprong op de fel jagende hoofdmacht (enige lengten) om de eerste plaats te bemachtigen. De uitslag: 1. Pintens (Belg.) 234 kilometer 2. R. de Vlaeminck (Belg.),' 3. Karstens (Ned.)! 4. Mortensen (Denr>. Van Rijckeghem (Belg.). 6. Karremans (Belg.), 7. C. Guimard (Belg), 13. Reybroeck (Belg.), Uerckx (Belg 15. Vandenberghe (Belg.). De klasseringen van de overige Nederla Iers waren: 17. Krekels. 18. Vianen, 21. Wai nans. 22. Rentmeester. 24. Dolman. 25. V Katwijk. 30. Pijnen. 35. Schepers. 4 Joego-Slavië sterk gewijzigt BELGRADO. Het Joego slavische elftal, dat zondag in Split tegen Nederland zal spelen, is in vergelijking tot de wedstrijd op 11 oktober 1970 ingrijpend ge wijzigd. In de vermoedelijke op stelling komen slechts vijf spelers voor die ook in Rotterdam (11) uitkwamen. De basisopstelling is naar alle waar schijnlijkheid: Vukcevic; Pavlovic, Pum- panovic, Antonijevic en Paunovic; Holcer en Petkovic; Jerkovic, Bukal, Acimovic en Dzjajic. De Joego-Slavische Voetbalbond heeft aan de schorsirig door de Europese Voet bal Unie van Dzajic en Antonijevic, naar aanleiding van de incidenten in de Europese bekerwedstrijd tussen Carl Zeiss Jena en Rode Ster, de uitleg ge geven dat die schorsing alleen betrek king heeft op Europa Cupwedstrijden voor clubs. Mocht dit uitgangspunt niet juist zijn, dan zullen Antonijevic en Dzajic worden vervangen door Oblak en Voorts zijn de volgende spelers als reserve aangewezen: Dujkovic, Rajkovic, Djocivoski en Bjekovic. De Joego-Slaven, die ook in Rotterdam speelden, zijn: Pavlovic, Paunovic, Hol cer, Petkovic en Dzajic (Bukal kwam in het veld als vervanger voor Pavlovic en moest op zijn beurt weer plaats maken voor Oblak). Totocijfers DEN HAAG Bij de stichting sport- •totalisatoi waren gisteren twee meldin gen voor de eerste prijs van sporttoto nummer 37 binnengekomen. De aantallen gegadigden voor de ove rige prijzen rijn: tweede prijs: 29; derde prijs: 377; extra prijs: 864. door Peter Heerkens Rond de bevrijding en kort daarna, haalde ik een van mijn grootste smok- keistunts uit. Het werd mijn glorietijd met een organisatie die sloot als een bus. Ik werkte met tientallen tipgevers op be langrijke posten in het militaire en burgerlijke leven, ik kocht het hele grenspersoneel om, ik schafte walkie talkies aan en ik nam een serie boeren in de arm, zodat ik met materiaal en vracht altijd wel ergens een schuur binnen kon als het misliep. Belangrijkste was natuurlijk mijn talent voor dit soort zaken. Ik kon organiseren en re gelen als geen ander. Schema's en systemen zaten muurvast in m'n kop, ik kwam altijd op de seconde gelijk en kon bij onraad razendsnel improviseren. Routes stippelde ik blindelings uit, want de bossen kende lk als geen ander. Ieder pad, elke boom, alle uitvalswegen. Ik wist het allemaal. Daarom knalde ik zonder moeite in 'n vrachtwagen zonder verlichting met 'n gang van tegen de 90 km per uur door de grensstreek. Bo vendien was ik niet bang. Ik douwde altijd door. Zo heb ik eens keihard voor de douane uitgefietst, terwijl die in het wilde weg op me schoot. Ik demarreer de verschrikkelijk hard weg, dook langs de kant in 'n bosje, trok een dunne berkeboom van de overkant naar me toe en op het moment dat die 3 commie zen bij me waren, liet ik de stam los. Als raketten vlogen ze door de lucht, met fiets en al. Bang? Neen, nooit. Met de „puddingkop" was ik op een nacht twee keer op-en-neer te voet naar Meerseldreef geweest. Steeds 50 kilo tabak op onze nek. Afgemat kwamen we thuis. Zullen we 't nog even naar Breda brengen, zei ik. Wij weg. Ik met m'n racefiets voorop, zonder smokkel waar, om de aandacht van ,,de pud dingkop" af te leiden. Ineens werd er achter me geschoten. Ik draaide me om en ik zag ,,de puddingkop" slingerend over de weg gaan. In een flits keerde ik m'n fiets. Ik reed terug, ik ging naast 'm rijden en ik riep: Hou mijn trui vast en rijen. Stop, gilde ,,de pud dingkop". ze schieten ons dood. De kogels floten langs m'n oren. Rijen, rijen, brulde ik en ik zigzagde zo hard als ik kon over de weg. Ze bleven schieten, zowat de spaken uit mijn wiel, maar ontsnapt zijn we. Bang kregen ze me van z'n leven niet. Ik kon overal tegen. Keihard was ik. In 1942 bijvoor beeld, werd ik Nederlands kampioen bij de profs, met de glassplinters in m'n lijf. Ik was helemaal niet van plan geweest mee te doen, want door het smokkelen had ik bijna geen koers gereden. Ie mand daagde me uit, ik begon te trai nen 3 weken intensief en ik startte. Met Joop Demmeni, Toon Steenbakkers, Kees Bakker en Cor Bak ker zat ik in half koers in de kopgroep. Schulte komt eraan, riep mijn vader langs de kant. Ik keek om en ja hoor, de verte zag ik Gerrit. Vanaf dat hield ik het tempo zo hoog. dat vaart genoeg hadden en er toch niemand hoefde te lossen. Dat mocht niet gebeuren. Als er een af had moe ten haken, zou die Schulte steun heb ben kunnen geven. Zo hield ik Gerrit 80 kilometer achter me. Ten lange leste gaf ie op. Toen moest ik nog met de rest afrekenen. Op de Cauberg demar reerde ik alles en iedereen los behalve Keesje Bakker. Die kreeg ik niet weg. Hij deed geen meter werk, alleen berg af! Zo komen we van de Dalmerberg naar beneden, zeker met 70 km per uur, toen het wiel van Bakker weg sloeg. Kees smakte tegen de weg, ik vloog met een boog de etalage van een juwelierszaak binnen. Daar lag ik, tus sen de horloges, de kettingen, de ringen en de armbanden. Wonder boven won der kon ik uit de ravage kruipen en wat zag ik: Bakker was overeind ge krabbeld en reed door. Hij had natuur lijk gezien hoe ik onder het bloed zat en dat m'n fiets als oud ijzer tegen de pui lag. Ik maakte me kwaad, ik pulkte de grootste glassplinters uit mijn armen en benen en ik ging zo hard als ik kon over het parcours lopen. Komt me 'n gedubbelde renner achterop, Marinus Buron. Mag ik jouw fiets, vroeg ik. Hij gaf 'm en ik bén tekeer gegaan... Niet mooi meer. Als 'n duvel vloog ik over het circuit. Ik haalde Bakker in en ik werd met een minuut voorsprong kam- Ik was helemaal niet van plan om mee te doen aan het kampioenschap van '42. Door het smok kelen had ik bijna geen koers gereden. Iemand daagde me uit. Ik ging, en ik won. pioen van Nederland. De volgende dag smokkelde ik weer, net als daarvoor. Ik had in die eerste oorlogsjaren de groot ste organisatie opgezet die ooit bestaan heeft aan de Nederlandse grenzen. Ik kocht een ambtenaar om, daar begon 't mee. Mijn auto stond bij een boer onder het stro. In die tijd mocht je immers niet rijden en daar wilde ik wel onderuit. Voor veel geld gaf die ambtenaar papieren. Ik zal je militair maken, zei ie. Hij gaf me een officiers uniform, een workticket en een plaat „Departement van Oorlog" op mijn wa gen. Er kon me niks meer gebeuren. Het geld wat ik aan die vent kwijt was verdiende ik om te beginnen al dik terug doordat ik met die papieren en het bordje DVO in alle steden, tot Antwerpen en Parijs toe, gratis mocht tanken. Eerste voordeel. Toen ik dat goed geregeld had, begon ik de militai re grenswachten om te kopen. Verder zocht ik mijn chauffeurs ook onder de militairen en zo reden mijn wagens zonder moeite van België naar Neder- Het is voor John, riepen de chauf feurs aan de grens en dan zwaaiden de bomen meteen open. Ze reden voor me op hun vrije dag. Ik had een compleet plan-bord met de verlofdagen van die kerels. Ze verdienden goud aan me. We deden in tabak en dat leverde nogal wat op. Ik liet kisten maken In Harel- beke, daar gingen nummers op en die vulde ik, logisch, in op het workticket. We konden dus gerust aangehouden worden, vrachtbrief en lading klopten. Die kisten gingen naar een tabaksfa briek in Wevelghem waar ze de partij en in dik papier wikkelden, zodat de tabaksgeur ons nooit kon verraden bij controle. Er zat steeds 3 ton in iedere vrachtwagen, dus dat loonde. Om alle risico's uit te sluiten lichtte ik de grens posten steeds in over het tijdstip waar op we over kwamen en zo ging dat ruim een jaar goed. Tot er zich op een nacht een accident voordeed waarna ik besloot te stoppen omdat het iets te link werd. Zoals meestal, was ik met de luxe wagen gevolgd en bij de grens binnendoor naar huis gereden. Wachten, wachten, er kwam geen mens. 't Zit fout, dacht ik. En jawel. Wie zie ik op de fiets aan komen hijgen? „De pud dingkop". Hij was intussen vrij geko men uit Bergen-Belsen en ik had hem als bijrijder in dienst. Ge zijt de wagen kwijt, riep ie. Wat was er gebeurd: ze hadden de douane gekruist. Die mannen loerden allang op me omdat ze machte loos toe moesten zien hoe die grens wachten het spel met mij meespeelden. In m'n eentje knalde ik er ook nogal eens over, dan met een Pools legeruni form, dan met een Amerikaans. Ze wisten niet meer hoe ze het hadden en ze zochten duidelijk naar een gat om me te vangen. In plaats van dat „de puddingkop" en de chauffeur gestopt waren wat ze makkelijk konden omdat alle papieren klopten hadden ze vol gas gegeven. De douane schoot hun radiator aan flarden. Alle twee waren ze ontsnapt en „de puddingkop" wist bij een boer een fiets te lenen. Hij staat net voor de grens op België zei „de puddingkop". Ik reageerde meteen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 11