IWINDHONDENRENSPORT
Topturnen voor dames
moet NU
uit de schaduw treden
gMet een toto kan
tot volle ontwikkeling komen
ZATERDAG 27 MAART 1971
Als een koers-
hond uit het
starthok
komt, ziet
hij alleen
het haas
iit )EN HAAG Op de lijst van organisaties die
»ij de Nederlandse Sport Federatie zijn aange-
loten, ontbreekt de windhondenrensport. Niet
>mdat er slechts elf verenigingen zijn met een
ikke vijfhonderd leden geregistreerd, maar
liet alle actief maar omdat de NSF geen
aanwezig acht om de sport te erkennen
i_g als sport, een opvatting waarmee de eigenaars
whippets, greyhounds en afghanen het vol-
omen oneens zijn. „Geen sport? Als ze maar
isten wat ervoor moet worden gedaan om een
ond te laten koersen. Laten ze pu jaiet, zeggen:
SE
Je koopt een hond en je laat hem achter 't haas
lopen want dan zitten ze er radicaal naast. Op
leiding, training, wedstrijden, dat alles vergt
niet alleen tijd en geld maar moet wel degelijk
tot sport worden gerekend, ook voor de eige
naars". Wie de eigenaars van renhonden diep
in de ziel kijkt, ontdekt een weinig wrevel dat
de paardesport wel erkend is en de windhonden
rensport niet. Nico Goes uit Amsterdam, die aan
de wieg heeft gestaan toen zo'n acht jaar geleden
met het ontstaan van de rassenvcrenigingen
(whippets, greyhounds en oosterse rassen) het
windhondenrenwezen de status kreeg die het
thans bezit, merkt dan ook op „dat een toto op
onze banen de mogelijkheden niet alleen sterk
zal vergroten maar ook het publiek in groter
aantal zou trekken". En hij voegt eraan toe: „In
Engeland wordt op de hondenbanen meer geld
omgezet dan op paardenkoersen en in voet
baltoto bij elkaar". Waaruit de conclusie kan
worden getrokken dat de windhondenrensport
,i> een moeilijke hoek zit.
gekomen dat het zeer moeilijk
zal zijn een toto te realiseren."
„Ware dat wel het geval, dan
zouden ook de prijzengelden
verhoogd kunnen worden. Er
starten een tachtig honden en
na series en finale bedraagt
de eerste prijs veertig hele
guldens terwijl er nog een in
schrijfgeld van zeven-en-een-
halve gulden efmoef. Soms is
er nog een sierdek bij
De geringe prijzengélden zijn
ook een van de redenen dat op
het continent vrijwel nooit
honden uit Engeland zijn te
vinden. Afgezien van de qua
rantainebepalingen die in En
geland gelden en het. over
brengen van honden bemoei
lijken. voelen de Engelsen er
ook weinig voor om naar het
vasteland te komen met hun
tophonden die een waarde
kunnen vertegenwoordigen
van een halve ton. En zonder
toppers hoeven de Engelsen
niet te verschijnen want de
Nederlandse honden zijn de
sterksten in Europa. Duitsland
België, de Scandinavische lan
den. Frankrijk. Oostenrijk,
Zwitserland. Italië en Spanje
komen vrijwel niet tot hoge
klasseringen in de internatio
nale ontmoetingen waarin Ne
derland de toon aangeefl.
en als het dan weer mis is,
wordt het rencertificaal inge
trokken. De hond is dan onge
schikt voor de sport. Halve
maatregelen worden niet ge
duld bin de rennen.
Zeven jaar
En dan blijven de eigenaars
van de in onderhoud bepaald
niet goedkope honden toch
kijken naar Engeland waar
een tophond in enige jaren
een halve ton bij elkaar kan
lopen voor zijn baas. De heer
Pleysier: „Een hond gaat aan
de top maar een jaar of drie
mee. Bovendien is het defini
tief afgelopen als een hond
Windhondenrenneneen puur
amateuristische sport maar
met professionele resultaten,
de beste van het vasteland.
Een kwestie van fokken, trai
ning. onderhoud en voeding.
Dat alles staat in ons land op
het hoogste niveau. De Engel
sen zijn er beducht voor en
wellicht niet eens zó bedroefd
over de quarantainebepalin
gen. Een confrontatie op brede
wel
Tijdens de koers wil er nog wel eens wat gebeuren. Maar het koersreglement is zo
streng en wordt even streng gehanteerd dat „driemaal fout" voor de hond
onherroepelijk het' einde van het seizoen betekent.
Zuivere sport
eil het hoogste
op vasteland
van Europa
ttemlri beweegt hel peil
de sport zich in ons land
de Europese top met
leland en met trots wordt
ezen op de mooiste baan
Europa, in het Amster-
se sport- en recreatiepark
ikmeer". Met de mede
ding van de gemeente
r niet minder door de of-
aardigheid van de „aan-
gers" van de sport Nico
es: „Er kan geen Neder-
Ise Windhondenrenvereni-
I worden opgericht, er zijn
rassenverenigingen. De
rt wordt in ons land geleid
een Commissie van Toe-
als gemachtigde van de
1 van Beheer op Kynolo-
Gebied" kon een
•ermoderne accommodatie,
t elektrisch-pneumatisch te
nen start hokken en foto-
ktrische tijdmeting, in ge-
iik worden genomen. Het is
1 van de acht vaste banen
Nederland. De andere zijn
Utrecht. Rotterdam, Den
ijssen, Tilburg, Breda
Oss. Daar leven de eige-
hun hobby uit die niet
w»>rt -saLd*. ^kead.
„Maar", zegt de heer N. Pley
sier uit Vlaardingen, die al
meer dan veertig jaar zijn
sport bedrijft „ze weten niet
wat je ervoor moet doen om
een hond in conditie te krij
gen en te houden. Of je nu
zo'n kleine, kittige whippet
hebt of zo'n greyhound of zo'n
harige Afghaan, die voor mij
meer een tentoonstellingshond
is, dat doet er niet toe. Als je
een jonge hond hebt, moet je
hem eersti spelenderwijs met
een bal of een vel gaan af
richten. Dat gebeurt met drie.
vier maanden. Een hond van
het type dat voor de rennen
geschikt is, wordt dan fel op
alles wat beweegt en boven
dien uiterst attent. Dat is een
volstrekte eis want op de baan
zal die hond achter het haas
moeten lopen. Waarom het
haas en niet de haas? Omdat
het een afkorting is van haze-
vel. Iedere sport heeft zijn ei
gen benamingen en wij spre
ken van het haas, dat aan een
lange draad over de baan
wordt getrokken en waarop de
honden jagen. Er zijn appara
ten waarmee je dat hazevel
kunt voorttrekken, elektrische
dingen, maar de meeste van
ons zweren bij handbediening.
Dat vel wordt dan een meter
of tien voor de honden voort
getrokken"
haasvkst is, bréngen we hem
alleen op de baan. Dan moet
hij zich thuis gaan voelen in
het starthok en vervolgens
gaat hij met een geroutineer
de betrouwbare hond de baan
op. Koersklaar is de hond dan
nog niet maar het begin is er.
En als je dan eindelijk een
hond zo ver hebt, dat hij in de
koers kan^ moet je de zaak
.bijhouden. Dat betekent elke
dag trainen. De hond moet lo
pen en de eigenaar ernaast, in
een fikse pas. Er moet ge
traind worden op de baan. Ik
kan zeggen dat wij meer in de
buitenlucht vertoeven en meer
inspanningen moeten leveren
dan menig sportbeoefenaar".
Er klinkt weer iets door van
het gevoel van achterstelling
omdat wordt gemeend dat
windhondenrennen geen sport
is. Dan conformeren de beoe
fenaars zich aan Engeland, dal
als de bakermat wordt be
schouwd hoewel de sport in
Noord-Amerika ontstond, waar
tweehonderd stadions zijn en
jaarlijks meer dan dertig mil
joen kijkers dc verrichtingen
van de honden volgen
De sterksten
Trainen
Aantallen die de Nederlanders
het water in de mond doen
komen. Nico Groes (ook al
dertig jaar „hondenman"): „We
willen er geen gokbeweging
van maken. Met lage inzetten
zijn we al lang tevreden.
Maar we zijn tot de conclusie
„Er wordt", zo willen fluister
stemmen, „op die hondenkoer-
sen natuurlijk wel wat ge
gokt". De heer Pleysier, die
sterk in twijfel trekt of er wel
voldoende aan is gedaan om
zijn sport aan een toto te hel
pen. weerlegt dat met: „Het is
een zuivere sport. Ik heb het
vroeger wel meegemaakt dat
er eens een guldentje stiekem
werd gezel, maar dat mag
geen naam hebben. Voor mij
is het belangrijkste dat in on
ze sport op geen enkele wijze
invloed kan worden uilgeoe-,
fend. Als een koershond uit
het startHolc komt. ziet hij
maar één ding: het haas. Je
kunt een hond niet inhouden,
je kunt hem niet beïnvloeden.
Windhonden hebben scherpe
ogen. de scherpste van alle
hondenrassen en ze jagen
uitsluitend op zicht. Ze willen
dat haas te pakken krijgen".
In die strijd gebeurt er wel
eens wat. Windhonden zijn in
telligent en „onderweg" probe-
concurrentie een hak te zet
ten, vooral in de bochten als
ze dichtopeengedrongen met
tomeloze vaart op de rechte
einden kan een greyhound ze
ventig kilometer halen ach
ter het haas jagen. In wind-
hondenrenjargon heet dat sto
ren en de hond die zich eraan
bezondigt, een stoorder. De
koersreglementen evenwel zijn
zeer streng en worden even
streng gehanteerd. Als een
hond alleen al zijn kop om
draait. wórdt hij of zij gedis
kwalificeerd. Na drie diskwali
ficaties is het seizoen voor
hem afgelopen. Het daaropvol
gende seizqen krijgt hij en
zijn eigenaar nog een
voordeel kunnen uitvallen
de Nederlandse honden en
eigenaars, wier sport niet
volwaardig
Maar begin
het
wordt erkend,
pril begint het
?r niets aan de
Herman van Bergem
DEN HAAG Topturnen. voor dames was één sei-
voor de aanvang van de Olympische Spelen in
Mexico een sport, die meetelde. De Nederlandse ploeg
bezette een plaats op de wereldranglijst overeen
komstig aan „middelmatige" Oostbloklanden, jDat de
reis naar de Middenamerikaanse zon" achteraf toch
niet bleek door te gaan was een gevolg van de reali
teitszin van de nuchtere KNGV-leiders die weigerden
het Nederlands Olympisch Comité in de arm te nemen
voor een zaak, waarvan geen succes mocht worden
verwacht. De „glamour" van de damesploeg bleef
daarna nog wel enkele maanden schitteren. Maar niet
lang. Een aantal wat oudere topturnsters (zoals Jan-
nie Vierstra, Grietje van Essen, Femv Klunder en
later ook Margo Klees) vonden de opoffering voor de
opdracht, die mislukt was, te zwaar worden en ver
zoenden zich langzaamaan met een afscheid van
de wedstrijdsport. Maar de kreet: „Dat geeft niet. In
München zal het Nederlandse turnen zich beter pre
senteren dan ooit tevoren" bleef achter in de sport
wereld.
De geleidelijke „aftakeling"
van de damesploeg heeft
het bestuur van het Ko
ninklijk Nederlands Gym
nastiek Verbond zien aan
komen. Door een aantal
prominente instructeurs
werd in 1969 een ambitieus
plan ontvouwd, waarin de
voorbereiding van „jeugd-
krachten" voor München
werd geregeld. Maanden
lang bleef het stil rond de
ze operatie. Met geen
woord repte men meer over
wat in de bedoeling lag.
Maar dat was schijn. Een
seizoen voor het ontbran
den van de Olympische
vlam lijkt de turntop voor
dames zich op te houden in
de schaduw. Interlands, die
een testcase moeten vor
men, waren het afgelopen
seizoen op de vingers van
een hand te tellen. Dat is
een zeer verontrustend te
ken. In de turnsport zijn de
internationale contacten nu
eenmaal de basis waarop
van verdere uitbouw spra-
Talent in
de breedte
groter
dan ooit
ke moet zijn. In eigen land
zijn de evenementen, die
de allure van een kracht
meting hebben, namelijk
zeldzaam, omdat veel te
weinig atletes de tijdroven
de, intensieve „aanloopperi
ode" kunnen volbrengen.
Wie dieper graaft, dan zo
af en toe aan de opper
vlakte treedt, komt tot de
ontdekking, dat het
München-initiatief van des
tijds zijn rendement begint
af te leveren. Alles heeft
nog geen sensationele pro-
Margo Natte-Klees
nog in haar ambitieuze sportdagen
Marian van Zetten
een van de meest belovenden
porties aangenomen, maar
de voortekenen wijzen er
op. dat men op de goede
weg is. Na de „doodse" stil
te van het afgelopen sei
zoen lijkt er een druk in
terlandschema te volgen.
Het bestuur van de sectie
keurjurpen, dat in decem
ber'"na veel stampij' achter
de tafel plaatsnam met de
duidelijke intentie maar
tijdelijk aan te blijven,
heeft vanaf mei wedstrij
den geprogrammeerd, waar
in onder andere de
Italiaanse en de Poolse for
matie als tegenstanders
fungeren. Uitnodigingen
van Zweden en Bulgarije
werden afgewezen, omdat
deze duels ongelegen zou
den komen. Het doel van
dit seizoen zou dan worden
de Europese kampioen
schappen in oktober in
Minsk. „Wij vinden dit in
ternationaal contact vol
doende". aldus Denis Le-
doux. de nieuwe voorzitter
van de sectie keurturnen.
Aanvechtbaar
Deze uitspraak is op zijn
minst aanvechtbaar. In
Oost-Europa, waar de we
reldtop huist, is het de ge
woonste zaak dat er mini
maal om de veertien dagen
tegenstand van importantie
aantreedt. Daardoor krijgen
de turnsters de routine, in
de wedstrijdsport, die zo
broodnodig is voor het „ni
veau-werk". Maar het
KNGV is zich daarvan on
voldoende bewust. Op een
andere wijze trachten de
verantwoordelijke leiders
de „lancune" te omzeilen.
Door in tegenstelling tot
het verleden meer wed
strijden voor de B-ploeg te
houden willen ze zich ster
ker in de breedte maken.
Een theorie, waar voor wat
valt te zeggen. Omdat het
initiatief van 1969 zijn
vruchten afwerpt, en voor
zitter Ledoux onder andere
stelt, dat er nog nooit zo
veel kwaliteit onder de
jeugdturnsters aanwezig
was, is deze oplossing voor
de hand liggend. Het sluit
inderdaad een gevaar uit,
dat dc prestaties vóór
Mexico heeft beïnvloed.
Toen werd de ploeg uitge
teld, omdat voldoende re
servemateriaal bleek te
ontbreken na het uitvallen
van enkele prominente top-
krachten.
Het feit, dat het talent-ln-
breedte aan een opmars
bezig is, wekt optimisme in
de turnbond. De schamele
resultaten van de laatste
tijd zullen dan wel weer
Binnenkort
test voor
„München"
selectie
snel in de vergetelheid ver
dwijnen. Zo redeneert men.
Zorgwekkend is echter, dat
de jeugd nog steeds niet in
handen is van een „full
timer". Het Roemeense duo
Caius Kianu en Livia Costa
tracht zo goed mogelijk de
voorbereiding voor
München af te werken,
maar het staat vast, dat
deze aanpak allerminst ide
aal is. Voorzitter Ledouxt
„Wij zouden gecharmeerd
zijn met een goede trainer.
Hopelijk komt deze maand
een definitief bericht af in
deze zaak".
Lange weg
Het eerst moet blijken dat
de München-ploeg op de
goede weg is gedurende de
halve finales van de Ne
derlandse kampioenschap
pen. die zondag 4 april in
Hoorn en zondag, 18 april
in Leiden worden gehou
den. „Een deel van het ta
lent. dat dan blijk geeft
voldoende wilskracht Ie
kunnen opbrengen, zal
worden geselecteerd voor
de weg, die nog heel lang
duurt", voegt Ledoux er
i toe.
Ans vaa Garwen op de lage legger in spreidstand. Zij is momenteel de beste turnster van ons land.
Een gunstige uitzondering
vormt Ans van Gerwen, de
Eindhovense verloofde van
oud-kampioen Cor Smul
ders. Zij heeft in overleg met
PSV-trainer Ton Meijnen
haar vooruitgang rustig
doorgezet door in het bui
tenland incidenteel aan
wedstrijden deel te nemen.
De resultaten waren zeer
bemoedigend. In Barcelona
en in Londen, waar de Eu
ropese middentop aantrad,
werd de „elastische" Ans
van Gerwen glansrijk eer
ste.
Hans de Bruyn