„AZ moet het nog kunnen redden" ROBERT HEINZ: Mees Dapper vecht tegen papieren muur mm BS ZATERDAG 20 MAART 1971 ALKMAAR Robert Heinz is nu bijna twee jaar in dienst '4 bij de Alkmaarse eredivisievereniging A.Z. '67. Een periode h waarin de Duitse oefenmeester heel wat heeft meegemaakt. ~+Neem het eerste jaar, waarin A.Z. belabberd slecht startte maar via een verrassende tussensprint zich opwerkte naar een veilige positie. De hosannazingers voor Heinz waren [oen nauwelijks stil te krijgen. Dit seizoen is het hosanna- ed echter vervangen door de tophit „weg met Heinz". A.Z. '67 is namelijk nog niet van de laatste plaats afgekomen, n met nog elf wedstrijden te spelen, lijkt degradatie vrijwel onafwendbaar. Er is rrog een, zij het moeilijke, ontsnap pingsroute. A.Z. moet én Excelsior én Haarlem achter zich louden, dan is weer een jaar eredivisieschap gewaarborgd. lok trainer Robert Heinz beseft dat ontsnappingsroute een heel moei- t is. De sympathieke Duitser, op de zorgen van het laatste seizoen uidelijk hun stempel hebben gedrukt, grijs aan de slapen en nog rimpels in het expressieve ge- icht) blijft echter optimistisch. „Het m knokt momenteel geweldig, ar het vergeet te voetballen. Dat is fout. Je moet knokken als de te enstander de bal heeft, maar voet- allen als je zélf aan dé bal bent". mijn eigep lijn. Het is toch in het eerst^ jaar gebleken dat ér toen wel successen kwamen. Dat ook het voet bal sterk vooruit ging". Erg moeilijk van het seizoen dat we het dit jaar erg moeilijk zouden krijgen. Ik had gezien hoe andere clubs zich hadden versterkt. Ik zat niet direct te voor spellen dat we via een 12de plaats naar een 8ste plaats zouden opklim men om daarna de top te bereiken Daarvoor ontbreekt gewoon kwaliteit bij AZ. We hebben goede spelers, maar niet meer dan om een veilige plaats in. de eredivisie te kunnen be reiken". En Heinz graaft dieper als hij zegt: ..Momenteel hebben we mis schien wel te veel goede voetballers op het middenveld. Echter te weinig mensen die kunnen afstoppen. Mis schien is door het vertrek van Chris Dekker die verhouding tussen verde digers en aanvallers wel verkeerd ko men te liggen. Het blijkt ook wel uit het aantal doelpunten dat we tegen hebben. Dat ligt erg hoog. Hoger dan de aantallen tegentreffers bij Excelsi or en Haarlem. En dan hebben wij nog het geluk dat we een i-elatief goede doelman hebben. Verder hebben we weinig mensen in het B-team die we direct kunnen inzetten. Daardoor is bijna iedereen bijna te zeker van zijn plaats. Dat werkt niét stimule- Het gezin Heinz „possert" in de tuin van zijn Alkmaarse woning. bij AZ te weinig voetballers hebben die een professionele instelling heb ben. Daaronder versta ik spelers die er echt van maandag tot zondag voor leven. Die om half elf naar bed gaan. Zich goed instellen. Spelers zoals een Bob van Rijssël er een was (het is nog altijd een groot gemis, dat hij is weggegaan). Spelers zoals een Visser en Vonk nu nog zijn. Werkers die van Te groot 'asklaar Het zijn algemeenheden. Direct pas- elke club in nood. Trainer obert Heinz weet echter met de situ- niet goed raad. Voor het eerst in zeventien jaar dat hij trainer Is, ^windt hij zich met een club adatiegevaar. „Het is een verschrik- ilijke gewaarwording", geeft hij di- toe. Nerveus aan een sigaret coP' nd komt hij er pas langzaam toe toorzaken voor de terugval de doeken te doen. „Het 1 1 el. 01 is vanaf het begin Van de corrtpe- eenhéid geweest. Er waren oepen in het veld en dat kon je in ït spel mei-ken. Bovendien gaf "men ij als trainer niet de rust die ik tdig had om te wei-ken. Men ging beknotten in mijn bevoegdheden Lay relatie tussen spelers en "trainer helemaal vrij moet zijn, zonder it daar andere mensen tussen zitten, am daardoor ook niet meer goed zijn recht. De spelers gingen praten, bestuursleden gingen praten, en les kwam in de pers. Dat is fout iweest. We hadden minder moeten Hazf e*s®n- maar wel meer doen", te E <ja» geeft hij toe, „ik heb veel fouten 5"5Jemaakt, maar eigenlijk drie grote. Ik :b driemaal ja gezegd toen ik eigenlijk had moeten zeggen. Toen ik et- inlijk had moeten zeggen: hij eruit ik. Driemaal ben ik weliswaar voor i{ belang voor AZ door de knieën :gaan. Maar dat is mijn grote fout ;weest ik had moeten doorgaan met Persoonlijk Als de A.Z.-spelers bezig zijn met veldoefeningen doet de ex-trainer van Luxemburg alles zelf voor. Zij x deren hem zeer daarom. MAARTENSBRUG Jlees Dapper was het afge- ipen weekeinde de grote iomfator bij de eerste koer en op de Alkmaarse zand- iste. Drie van zijn paarden raafden als eerste over de nishlijn. Van dat trio baarde ;bf|liza Harvester het meeste pzien door met groot lachtsvertoon het hoofd- Alkmaarder Meer- iïujrijs op haar naam te schrij- Die zege was voor mij liet zo verrassend. Eliza en fair; ok Hans die daarna de Hei- ,t°B aoprijs won, staken in epn "'„J' loede vorm. Ik had alleen 3 oor Eliza meer tegenstand 'erwacht". Dapper zegt het wat bitter. Bit- rheid, die verklaarbaar wordt, als even later fel uitvalt, bij een ibetreffendc vraag: „Natuurlijk, de keurs hebben gelijk als zij betere ito, vrfmstandighedcn eisen. Dat is gewoon tlisee: n noodzaak. Maar wat zal ik er van Cgen. Ik ben toch maar een jongen wat bijhangt." cha® dan vertelt hij in sobere bewoor den het probleem waar hij meer worstelt dan met het in optimale Leto; nditie houden van zijn paarden. „Ik nd.Z "n geen vergunning krijgen als be- t 'epstrainer. Daardoor mag ik maar Ct vijf paarden in koersen uitkomen, us dan nog mijn eigen gefokte en in leukgeheer gehouden dieren. Dat betekent het grootste gedeelte van de 25 ?arc*en die momenteel in mijn stal- staan, in feite werkeloos moeten ijven. Ik ben nl. eigenaar-trainer. man dus, die alleen met eigen 'arden mag uitkomen. Die geen 'arden van andere eigenaren mag ^non en berijden." 'k'ïk S DaPPer beeft er alles aan ge- jp, aan nm wel het papiertje van be roepstrainer in handen te krijgen. Twee winters lang ging de 36-jarige ex-boer braaf naar school, waar hij met glans slaagde voor de vakcursus. Daarnaast richtte hij regelmatig ver zoeken aan de stichting Nederlandse Draf- en Rensport (NDR). Om zijn status van eigenaar-trainer veranderd te krijgen in die van beroepstrainer. Tot dusver tevergeefs. Want de NDR die in, deze kwestie altijd advies vraagt aan de pikeurvereniging in Nederland, moest met de hand op het reglemcntenboek altijd weigeren. Mees Dapper: „Ik snap wel waarom ze tot dusver weigeren. De fJcderland- se beroepstrainers willen gewoon niet al te veel concurrentie hebben. Dat is ook wel begrijpelijk. Want als ze hun beroep niet zouden beschermen, dan zou iedereen die bijvoorbeeld een café heeft of een ander nevenberoep, zo maar een paar paarden kunnen gaan trainen. Op die manier zou er weinig brood overblijven voor de echte vak- datie, sinds ik in 1968 het entraine- ment van Bram Nottclman heb over genomen. De prestaties die ik met mijn paarden bereikt heb liegen er niet om. Bovendien kan ik, omdat ik te oud ben, niet meer de normale procedure volgen om beroepstrainer te worden. Dat houdt in, dat je een paar jaar als leerling-pikeur werkt, tege lijk wat cursussen volgt en een be paald aantal overwinningen boekt. Maar je mag alleen leerling-pikeur worden, als .je beneden de 25 bent. Dus ik kan dat met mijn 35 niet meer doen. Bovendien heeft men dc laatste tijd toch de mond zo vol van omscho ling. Ik ben nu zo'n geval. En boer die zich heeft omgeschoold tot paardetrai- Laatste zet Mees Dapper heeft als laatste zet in zijn strijd voor de erkenning een brief aan de minister van Landbouw, Lar- dinois, geschreven, waarin hij zijn ge val heeft uifgelegd. Het ministerie heeft de briel' weer doorgespeeld naar de NDR. waar het schrijven nog in behandeling is. Mees Dapper: „Ik ge loof dat dc NDR wel wil. Alleen weten ze nog niet goed, hoe ze het in liet vat moeten gieten. De pikeursver eniging, die houdt het tegen. Dat is in mijn ogen niet goed. Als je zo bang bent voor concurrentie, kan dat fataal zijn. Voor mij wordt het door het uitblijven Van een beslissing een on houdbare zaak. Ik heb nu al een soort zwarte handel moeten plegen. Ik heb een contract met een andere trainer afgesloten, waardoor tien van mijn paarden op zijn naam draven. Daar door kan ik ze nog zelf berijden, maar dat is geen oplossing." Nieuwe toekomst Maar daar ben ik het Heinz vervolgt somber: „Het verschil tussen semi-profvoetbal en het prof voetbal dat door de meeste andere clubs wordt bedreven, wordt ook te groot'. Dat blijkt gewoon bij AZ. Wij ziin een van de weinige eredivisiever enigingen die 's avonds nog trainen. En ook het verschil in organisatie en opbouw gaan ons parten spelen. Wij hébben in het bestuur maar weinig mensen die veel verstand van voetbal hebben. Toch praat iedereen er over mee. Zoals een Van der Ben en Mole naar die ronduit zeiden: „Heinz, wij laten niets kapot maken wat wij heb ben opgebouwd. „Maar dan vraag ik me af wat Van der Ben vorig seizoen dan wel heeft opgebouwd". Verwijt Het is de enige rtiaal in het gesprek «lat Robert JSeiiw, pVsoroiijk wqrdt. Hij is d*. .aanval van fee} d«9 Van der Ben-Molenaar met hét doel hem te wippen, nog niet vergeten. Hij blijft echter te veel heer om verder terug te katten. Zoals hij misschien ook te veel heer blijft in het voetbal? Heeft AZ immers al niet de bijnaam dat het te lief speelt? „Ik sta goed voetbal voor. Dat mag hard zijn maar niet gemeen. En ik geloof dat juist dit seizoen veel clubs die grens van het ontoelaatbare hebben overtreden. Bij AZ, al zouden we gemeen willen spelen, kan dat niet. Daarvoor hebben we de spelers niet. Dat kost ook veel kracht. Dat hebben we hier bij AZ niet". En' hij voegt er aan toe: „Het lijkt wel of je in Nederland alleen een goede trainer bent als je maar kei hard schreeuwt. Als je maar goed het entrainement van Nottelman over te nemen is er „goed mee aan". Al 'jaren botst hij op de papieren muur van de reglementen. En die muur blijkt tot dusver nog ijzersterk. Dat geeft ook de NDR. bij monde van perschef Berg. grif toe. Berg: „Al lereerst wil ik echter wel stellen, dat Mees Dapper, toen hij in 1968 het entrainement van Nottelman overnam, volledig op ile hoogte was van de reglementen. Nu zit hij met de ge vol gen van zijn overigens met alle goede bedoelingen gezette stap. Op de lceper beschouwd is er voor hem op dit moment geen ruimte om over te stap" pen naar de rijen van de beroepstrainers. Ook de NDR hoopt echter dat binnen niet al te lange tijd wel ruimte komt. Vroeger ging het nog heel wat ge makkelijker. Toen hoefde een eige naar-rijder Alleen maar 75 overwin ningen te behalen, om de licentie voor beroepstrainer te kunnen aanvragen. Door de bemoeiingen van de pikeurs vereniging in Nederland, die met de vereniging van trainers en jockeys i> gaan samenwerken in de vereniging van draf- en rensportprofessionals, is 'het beroep van trainer echter een beschermd beroep geworden. En daar is natuurlijk weinig verandering in te brengen." „Vooral omdat Mees Dapper niet de enige is die beroepstrainer wil wor den. Diverse eigenaar-rijders willen dat ook. En daar zitten erg bekende namen tussen, denk alleen maar eens aan Sjeng Hendrickx, dat is toch ook niet de eerste de heste. Daarom is het natuurlijk moeilijk een oplossing te vinden. Want, zet je de deur op een kier, dan komt er zo een hele meute binnen. Aan de andere kant voel ik vrij veel voor de argumenten van Dapper. Hij heeft cursussen gevolgd, is succesvol als trainer en heeft een goede accommodatie. Eerlijk gezegd moeten er voor zo'n man toch moge lijkheden worden geschapen." Dat is duidelijk. Ër moet een oplossing gevonden worden voor dit moeilijke probleem. Misschien dat de brief van Mees Dapper aan dc minister wel de mede-aanleiding zal vormen om dit probleem eens uit de wereld te hel pen. Mees Dapper wacht dat moment wat bitter af. Hij is het wachten al moe na drie jaar Hij besluit: „Mis schien helpt het dat ik dit nu qens aan de grote klok héb gehangen." BERT VOSKUIL Heinz antwoordt daarmee zelf al op een veel gemaakt verwijt in zijn rich ting, dat hij zijn enorme kennis van het voetbalspel niet kan overbrengen. Daarom plaatste het AZ-bestuur de ex-international Piet Ouderland naast hem om de spelers mentaal op te peppen. Commentaar van Heinz: „Ik mag die Ouderland als man bijzonder. Maar er is als het goed is maar eén oplossing: een trainer met alle be voegdheden. Alle andere oplossingen zijn noodmaatregelen". Een duidelijke uitspraak van de man. die dikwijls als te zacht voor het steeds harder wordende Nederlandse profvoetbal wordt beschreven. Wiens contract bij AZ aan het eind van dit seizoen afloopt. En waarvan al bijna met zekerheid vast staat dat dit con tract niet verlengd wondt-.. Heinz: -.Daarover wil ik het niet heb|3^n. Dat komt pas aan het eind van het seizoen ter sprake. Eerst moeten we proberen niet te degra'deren. En echt het kan nog. AIS we een goede wedstrijd met een overwinning afsluiten kan het opeens weer gaan lopen. Neem die wedstrijd tegen Twente maar eens, toen hebben we echt niet slecht ge voetbald. Tegen NEC ging het ook redelijk. Er zijn nog mogelijkheden voor AZ". Besluit Heinz verrassend: „Natuurlijk ben ik teleurgesteld. Maar als ik weer voor de keuze stond om twee jaar geleden bij AZ te tekenen, had ik het toch wel gedaan. Zeker met de om standigheden waaronder ik begon". Robert Heinz als jongleur met de bal in actie. Mees Dapper op de sulky in een draverij. Zijn kritiek op de pikeur- wereld blijkt uit zijn opmerking: „Wat zal ik ervan zeggen. Ik ben toch maar een jongen die er bijhangt."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 17