3 GOUDSE PIJP ROOKT ZWARE PIJP VOOR LANGE GOUWENAAR IS UUR /AN DE WAARHEID AANGEBROKEN OP WAT DOOR SUKKELEN NA IS DE LANGE STENEN PIJP GEDOEMD MUSEUMSTUK TE WORDEN Dagelijks sterven in Australië 5500 kangoeroes 19" I GOUDA Nog is het respect II voor „de lange Gouwenaar'' de specifiek Goudse stenen pyp niet helemaal verdwenen. Nog zit aan dit artikel een traditie en j folklore verbonden om van te i likkebaarden. Maar helaas I niet lang meer. Gouda's beste ambassadeur met een onvoorstel- bare wereldreputatie rookt mo menteel een zware pyp. Een. en soms twee, bejaarde „casters" pas seren 's morgens nog de poorten I' van de koninklykc aardewerk fabriek Goedewagcn. officieel de laatste pypenmakery in de we reld. Meer zyn er niet. Het on vermijdelijke klokje van afscheid heeft daarom al heel lang geleden geslagen. Zy de laatsten der Mohikanen kunnen het vak, waarin ze hun ziel en hun leven hebben gelegd, nog steeds niet los laten. Het zal echter weinig meer baten. Het uur van de waarheid is nauwelijks meer te ontlopen De handenarbeid is gebeurd. De oven moet de definitieve status aan „de lange Gouwenaar" geven. Ook het inleggen in het droogrek vereist zeer veel zQrg- vuldigheid. Dat is aan het gezicht van Leen de Jong wel te merken. .Wij sukkelen nog wat door", zegt directeur Goedewagen. „Meer niet. De hele kwestie is, dat we de mensen die nog werken, eigenlijk niet voor hun hoofd willen stoten Dat komt overi gens niet door de vraag, want die is nog steeds erg groot. Maar het am bacht is gewoond dood. Er zijn in deze tijd geen vakmensen meer, die de ste- pijp nog kunnen maken." In 1969 kwamen Gouda en de stenen pijp op initiatief van oud-VVV-direc- Van der Wall weer dichter bij. elkaar. Op de wekelijkse ambachten markt vormde de pijpenmaker met- al zijn zonderlinge attributen een van de grootste attracties. Voor de meeste ooral jonge) toeristen was deze be zienswaardigheid een opwindende er- aring. Ook deze een van de aller laatste manifestatie zal in 1971 erloren gaan. De krasse Leen de Jong, met zijn tachtig jaar de oudste, nog in leven zijnde man van het vak, heeft het bestuur van het VVV na de jaarwisseling definitief laten weten met- demonstreren te stoppen. De tra van de Goudse pijpenindustrie is door dit besluit compleet. Zijn handen en gereedschap herbergden een ge schiedenis van bijna vierhonderd jaar en dat alles zal binnen één a twee jaar nooit meer te bewonderen zijn. Of. het zou moeten zijn. in het veel te weinig bezochte pijpenmuseum de Moriaan, waar men in de antieke pijpenmakerswerkplaats nog iets van de vergane glorie proeft. Leen de Jong was een „aparte" vak man. Op de wekelijkse demonstraties in het kader van de historische kaas markt viel zijn intentie en zijn ambi tie van z'n gegroefd gezicht af te lezen. Oude tijden kwamen onmiddel lijk in herinnering zodra de handen van de Goudse demonstrateur hun werk deden. In de open lucht toonde hij hoe „de lange Gouwenaar" van het embryonale stadium in zijn eigen lijke vorm veranderde. Een zeldzaam vakwerk waar iedereen versteld van stond. Afgelopen Van 1900 af zijn drastische pogingen in het werk gesteld om door mechani satie de produktie te gen. Goedewagen: „Mijn vader dacht er al hard over na. In al die jaren is echter nooit een bevredigende oplossing ge vonden. Het gaat wel. dat is het punt niet. Maar het wordt nooit dé pijp. Handwerk is eenvoudig niet te over treffen. Reactie van Leen de Jong: „Ook ik heb mijn ervaring met de machine Mijn conclusie is. dat alleen de grove pijpen machinaal verwerkt kunnen worden. Al het fijne, gave werk kan slechts met handenarbeid verricht worden". Tegenwerking van de ..cas ters" (pijpenmakers) was In het begin van 1900 ook van invloed op de ont wikkeling. Ouderen wilden geen ver nieuwing. Zij dachten dat het goed zou gaan als ze maar op de oude voet bleven werken. Dat was een fallkante misrekening heeft de geschiedenis ge- De afwezigheid van Jonge, stimuleren de vaklui heeft het gilde van de pijpenmakers uiteindelijk de nek om gedraaid. De heer Goedewagen herin nert zich nog, dat de firma alle moei te heeft gedaan om het tijdperk van verval te ontlopen. „In dit vak is een vaardigheid van enkele jaren min stens noodzakelijk om aan het loon te komen. Dat geduld hebben de .jongeren niet willen opbrengen. Zij wilden meteen geld zien en stapten daarom op een andere branche over. Die besluiten waren niet helemaal aanvechtbaar. Maar Amerika, Canada en Australië schreeuwden om het hardst om Goudse pijpen. Vooral studenten zijn er gek op. Zij vinden dat de stenen pijp beter absorbeert en daardoor gezonder is. Daarbij komt nog, dat „de lange Gou wenaar" altijd iets heeft gehad van statigheid en deftigheid, wat ook aan spreekt." 1617 was het jaar waarin alles begon. William Barends, een Britse onder daan, kwam naar Holland om dienst te doen in het huurlingenleger van prins Maurits. Toen de kruitdampen optrokken, ontstonden er moeilijkhe den. Tijdens de oorlog had ons land zijn „gasten" leren kennen als goede, gedisciplineerde soldaten. Daarna brak echter de hel los. De Engelse huurlin gen sloegen aan het muiten omdat ze geen bron van inkomsten meer had den. De vroedschappen in Holland grepen daarna in. Om de burgers te beschermen. In het vervolg mochten alleen zij de stadspoorten in. die in het bezit waven van een brevet van een eerlijk beroep. De meeste Engelse huurlingen waren pijpenmakers en trokken daarom naar Gouda om daar in samenwerking met de aardewerk fabrieken hun ambacht uit te oefe- Voorzieningen Het ging crescendo met deze nijve: heid. Het hoogtepunt werd bereikt De 9teel van „de lange Gouwenaar" is een kwetsbare zaak. De afwerking vereist daarom veel deskundigheid. Tot het afgelopen zomerseizoen was deze handarbeid te bewonderen op de kaasmarkt in Gouda. Maar dat is nu ook over. De oudste pijpenmaker van de wereld: Leen de Jong stopt dit seizoen met zijn drukbezochte, wekelijkse demonstraties. 1750. Twaalfduizend van dc twintig duizend inwoners waren werkzaam in de pijpenmakerijen. De Gouden Eeuw van Gouda werd die tijd genoemd Sociale voorzieningen, waarvan men in die tijd in andere beroepen alleen maar droomde, werden in Gouda doorgevoerd Zo kwam et een ziekenfonds, een eigen dokter en een weduwe- en we zenfonds Het verval bleef niet uit. De concurrentie elders werd aldoor groter en in het midden van de vorige eeuw waren de symptonen daarvan al merkbaar. De vroede vaderen wilden door het stichten van een collectieve fabriek de onvermijdelijke werkeloos heid voorkomen. Deze poging liep op niets uit. De meest noodlijdende be- drijven zochten daarna een oplossing van de moeilijkheden in een nauwere samenwerking. Het is aan dit initia tief te danken, dat de firma Goede wagen nog steeds werkgelegenheid biedt voor pijpenmakers. Museumstuk liet pijpenmuseum „de Moriaan" is een antieke tabakswinkel, zoals Gouda er vele kende in de Gouden Eeuw. Het is nog helemaal intact. Tot wat er te bewonderen is behoren een gilde- bord met daarop alle erkende merken uit de historie, een antieke werkplaats en natuurlijk een legio aantal zeer zeldzame exemplaren. Het zal niet lang meer duren, of de stenen pijp uit Gouda zal alleen nog maar een mu seumstuk zijn Hans de Bruyn (Van onze correspondent) Hoeveel kangoeroes er in Australië zijn is bij geen benadering te schatten. En, vreemd genoeg, evenmin of de kangoeroes of sommige soorten kangoeroes daardoor dreigen uit te sterven. De uitvoerige rapporten die door de federale en staatsregeringen, door zoölogische departementen van de universiteiten, door de C.S.I.R.O. (zoveel als T.N.O. in Nederland), door de Australian Conservation Foundation spreken elkaar allemaal tegen: resultaat van gebrek aan mankracht en geld voor een wer kelijk diepgaand onderzoek. „Het is gemakkelijk er emotioneel over te spreken. De kangoeroe is een lief dier, hel is dociel, het brengt zijn jongen met zorg groot in zijn buidel. Het is het populaire symbool van Australië, het is niet vechtlustig. Waarom wordt er dan op gejaagd? In 1958 werd de kangoeroe big business, en dat is het jaar dat de strijd ontbrand de op alle fronten. Is de kangoeroe een bedreiging, of wordt hij bedreigd? Is de kangoeroe schadelijk wild dat uitgedund dient te worden, of moet hij be schermd worden? De situa tie is verschillend voor de verschillende staten. Het lijkt wel vast te staan dat in Queensland en in West- Auslralië het dier inder daad als schadelijk wild beschouwd moet worden. In dc veeteeltgebieden waar dc boeren per jaar miljoe nen uitgeven aan verbete ring van de grond door kunstmest en uitvoerige ir rigatieprojecten voedt de kangoeroe zich ten nadele van de schapen, de koeien, het slachtvee en de beurs van de boer; in Nieuw Zuid Wales en Zuid-Australië is de toestand niet duidefijk, in Victoria is de kangoeroe beschermd. In de laatste staat komen 8 soorten al niet meer voor, en mét de kangoeroe zijn 50 soorten buideldieren daar al zeld zaam geworden. Volgens het onderzoek van de CSI- RO komen ei gemiddeld over heel Australië 8 kan goeroes voor per vierkante mijl, tegen 200 schapen. Nauwelijks een bedreiging, zou men zo zeggen. Ze eten wel dezelfde planten, ze ge bruiken ongeveer dezelfde hoeveelheid water, wat in een land dat veel droogte kent belangrijk is. Maar toch: 8 op de 200. Juist in de streken waar de kan goeroe als schadelijk wild beschouwd wordt, is het water schaars. En juist daar maken de boeren een erg moeilijke tijd door: er zijn streken die al jaren lijden onder droogte en waar de schapen met mil joenen de hongerdood ge storven zijn. Er zijn ook veel veeboeren die een ui terst klein bedrijf hebben en die vrijwel permanent op de rand van bankroet leven, omdat het nóch met de wol, noch met de zuivel goed gaat. De prijzen zijn gekelderd en er is een overschot: de export is een fractie van wat ze eerst was, Is het een wonder dat die boeren de beroepsjagers maar al te graag hun gang laten gaan? Als economisch produkt is de kangoeroe per jaart 25 miljoen dollar waard, maar daarvan wordt s-lechts ongeveer 3 miljoen dollar geëxpor teerd. Voornamelijk in hui den, al dan niet bewerkt als bont of leer. 't Kangoe roevlees is hoofdzakelijk voor binnenlandse con sumptie bestemd: niet voor de mens, maar voor de mil joenen huisdieren Want Vandaag worden 5500 kangoeroes doodgeschoten. Gisteren ook. morgen weer. Elke dag sterven er vijfeneenhalf- duizend: ruim 2 miljoen per jaar. Een derde daarvan wordt verwerkt door één Queensland firma, die het vlees en de huiden verkoopt. Het vlees als voedsel voor huisdieren, zowel voor binnenlands verbruik als voor export; de huiden voornamelijk voor export. geen gezin in Australië is compleet zonder 'n „pet", een hond of een kat en het woord „pet" heeft een an dere gevoelswaarde dan het Nederlandse woord „huis dier". „Pet" heeft een lief kozende betekenis, en de huls- „pet" wordt bijna be schouwd als een eigen kind. dat vooral goed ge voed, zo niet verwend moet worden. Niets is te goed voor de hond of de poes en liever met biefstuk dan met afval of kangoeroevlees. Maar wat niet weet, dat niet deert, en de enorme ,.pet-food"-industrie maakt daar dankbaar gebruik van door in de blikken kangoe roevlees te doen. Per jaar wordt 2000 ton kangoeroe vlees Ingeblikt, en in de handel gebracht door fir ma's die elkaar met moord lust beconcurreren. shops. De Australiër griezelt ervan, maar veel immi granten nemen graag het risico en kopen voor 20 cent per pond de malse kangoeroesteaks, zoals in Nederland mensen ook wel paardevlees eten. De kan goeroejagers - in - 't - groot, die per nacht zo'n honderd beesten schieten en die ter plaatse de karkassen ont doen van kop en ingewan den, zijn niet de brute, wrede individuen .zoals ze dikwijls afgeschilderd wor den. Ze werken met speci aal ingerichte wagens met sterke spotlights en telesco pen op hun geweren. Ze martelen de dieren niet, en wat Is het verschil tussen het afslachten op deze ma nier en die op de abattoirs van jonge lammeren en ander slachtvee? Neen, lk wil het ongebrei deld jagen op kangoeroes niet goedpraten, maar elke munt heeft twee kanten. In Europa werden toen het wild zich sterk vermeer derde en een bedreiging ging vormen voor land bouw en bossen op grote schaal drijfjachten gehou den; Australië, dun bevolkt, droog, onvruchtbaar, waar veel in de grond gestopt moet worden eer er iets uitkomt, moet zijn wildbe- stand (en dat zijn voorna melijk de kangoeroes en zijn kleinere broer, de wal laby) onder controle hou den. Voordat de beroepsja gers de bush ingingen ver giftigden drinkplaatsen kangoeroes in ochtend kwam nog vindt de boeren de ivaar de Je vroege i drinken, honderden Op televis pet-food dan voor welk ander pro dukt ook, en sedert enkele jaren geleden de pers het publiek attent maakte op de slachting claimen be paalde merken dat zij geen Uijngoeroevlees meer ii) htln blikken doen.Maar wat dan wel? Rundvlees is te duur, schapevlees te vet, en ledereen kan begrijpen gemiddeld 15 dollarceni (60 cent) verkocht worden er kangoeroévlees in moet zit ten. KangoeroevleeB wordt niet gekeurd; het is weJ vers te koop op dê inarfcten en in de zogenaam»"e -pet- plaatsen kangoeroeskeletten struikgewas liggen. Wat wél moet gebeuren is dat de federale regering de zaak" in de hand neemt en een effectieve controle gaat uitoefenen na een uitge breid onderzoek over waar de kangoeroe uitgedund en waar hij beschermd moet worden. Maar in september van dit jaar werden voor stellen daartoe in een vak je gelegd in de kast „van later zorg". Voorlopig zit ten, ondanks het natuurbe schermingsjaar. de inblik- kers en huidenexporteurs nog op rozen. Huisdieren leven van brokjes buideldier Kangoeroes: acht exemplaren op tweehonderd schapen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 7