ZUIDWEST-AFRIKA OPNIEUW EEN TWISTAPPEL Is VN IBARSTEN IN DE 'ESTDUITSE VOORGEVEL opvolger van volkenbond? ZATERDAG 23 JANUARI 1971 (Van onze correspondent) LONDEN Deze week is door het Internationale Gerechtshof in Den Haag voor de vijfde maal in twintig jaar ,,de zaak Zuidwest Afrika" in be handeling genomen. De vorige ronde in de voornamelijk juridische touw trekkerij om het recht op onafhanke lijkheid van deze voormalige Duitse kolonie, eindigde in 1966. De partijen die toen voor het hof tegenover elkaar stonden, waren Liberia en Ethiopië aan de ene kant als eisers, en Zuid-Afrika aan de andere kant dat zichzelf ver antwoorden moest voor het bestuur dat zij toen ruim 40 jaar over Zuidwest Afrika uitgeoefend had. De strijd in 1966 eindigde juridisch gezien in een gelijke stand. Het hof wilde de juist heid van de Zuidafrikaanse uitoefe ning van het mandaat, dat de Volken bond haar in 1920 gaf, bevestigen noch ontkennen. De rechters konden dat volgens hun zeggen ook niet, om dat de eisers in het geding, Liberia en Ethiopië, geen enkele rechtsbetrok- kenheid in Zuidwest Afrika hadden. Het kostte de rechtbank overigens zes jaar om tot de conclusie te komen dat zij geen uitspraak kon doen. De zaak mocht dan in 1966 juridisch doodgelopen zijn, in de praktijk was zij dat beslist niet. De uitslag werd alom als een zege voor Zuid-Afrika beschouwd en dat was het in zekere zin ook. Het bestuursmandaat dat het voor voorlopige periode over Zuidiwest- Afrika gekregen had, was opnieuw niet een tijdsbeperking onderhevig De initiatiefnemer van de nieuwe procedure is de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. In juli vorig jaar de raad een motie aan waarin hij het Internationale Gerechtshof ver zocht de „wettelijke gevolgen te onder zoeken van Zuid-Afrika's weigering om zijn mandaat over Zuidwest- Afrika op te geven". De moderne geschiedenis van het gebied begint met de conferentie van Berlijn in 1884, als het eengeworden en mach tige Duitsland zijn deel opeist op de koloniale wereldmarkt. Maar na de nederlaag in de eerste wereldoorlog wordt het verslagen Duitsland niet lan ger in staat geacht om voldoende zorg te dragen voor de ontwikkeling van de 450.000 inwoners van Zuidwest-Afrika. De Volkenbond besluit een bestuurs mandaat te geven aan Zuid-Afrika. Ar tikel 2 van dit mandaat zegt „dat Zuid- Afrika alles in het werk zal stellen om het materiële en morele welzijn en de sociale vooruitgang van de bevolking te bevorderen". De Zuidafrikaanse staat van generaal J. Smuts, onder wiens leiding enige jaren daarvoor de Duitsers uit Zuidwest-Afrika verjaagd waren, schrijft echter in die tijd: „Het man daat verschilt in feite niet veel van een annexatie". Mandaat Het juridische slop waarin de zaak nu verkeert, vindt zijn directe oorzaak in het verdwijnen van de Volkenbond. Zuid-Afrika's „opdrachtgever", bij het uitbreken van de tweede wereldoorlog. "Want. staat het inderdaad vast dat Zuid-Afrika verplichtingen heeft aan de naoorlogse Verenigde Naties, die misschien naar doelstelling wel, maar naar interne structuur en bevoegdheden in ieder geval niet als opvolger van de Volkenbond beschouwd kan worden? Berust de controle op de uitvoering van het mandaat na het verdwijnen van de Volkenbond dus inderdaad bij de Ver enigde Naties? Omdat Zuid-Afrika. zoals te verwach ten viel, in 1949 van mening was dat het aan de Verenigde Naties geen ver antwoording meer schuldig was. scha kelde de Verenigde Naties het Inter nationale Gerechtshof in. In juni 1950 oordeelde het hof echter dat Zuid- Afrika zich wat zijn bestuur over Zuidrwest-Afrika betreft, wel moet on derwerpen aan het gezag van de Ver enigde Naties. Ook besloten de rechters dat de status van Zuidwest-Afrika niet veranderd mag worden zonder toestem ming van de V.N. Zuid-Afrika ging met het vonnis niet akkoord Ondertussen gingen de Zuidafrikaanse bestuurders in het mandaatgebied door met het uitvoeren van' de ODdracht die de Volkenbond hun gegeven had. Dat wil zeggen: naar beste weten hot heil van de bevolking bevorderen. Zij deden dat uiteraard wel op een Zuid afrikaanse manier. Zuid-Afrika's natio nale filosofie luidt nu eenmaal dat hel heil van een bevolking er het meest mee gediend is, als men blanke en zwarte mensen van elkaar scheidt Het spreekt vanzelf, dat Zuid-Afrika voor de bevolking van zijn mandaatgebied geen uitzondering maakt. In de jaren '50 liet het hele stammen naar zwarte woongebieden verhuizen, voerde een paspoortensysteem in voor wie naar een» ZUID-AFRIKA WEIGERT MANDAAT OP TE GEVEN •mm Het waterprobleem in Zuidwest-Afrika is groot. Maar zelfs de woestijngebieden komen prachtige gekleurd of een ongekleurd gebied wilde en voerde ook de bestuursïnspraak op Zuidafrikaanse leest. Dat is immers het beste voor iedereen. Het sleutel argument van de eisende partij voor het Internationaal Gerechtshof in 1960. Liberia en Ethiopië;, was dat het man daat door Zuid-Afrika misbmikt is door de politiek van rassenscheiding in het mandaat in te voeren. Ook aan hun argumenten verbonden deze beide tin- den de eis dat Zuid-Afrifta 'zijn man daat moest teruggeven aan de Ver enigde Naties. Bevoogding Het merkwaardige van „de zaak Zuid west-Afrika" is. dat de bevolking van het gebied in de internationale juridi sche bevoogding van haar belangen ge durende nu bijna een eeuw zelf nooit mee heeft mogen spreken. Van het begin af zijn er in de bevolking groepen geweest die regelmatig te kennen gaven, dat ze daar wel prijs op stelden. Reeds tijdens het Duitse bewind kwam de meest militante van de vijf stammen, de Herero's. in opstand. In weefwii van de gedachte dat de Duitsers pas in de tweede wereldoorlog hun eerste genocide begingen, achtte de Duitse generaal Von Trotha het toen nood zakelijk om meer dan 75.000 Herero's •de dood in te jagen. Ook onder het Zuidafrikaanse bestuur "voor de oorlog bleven opstanden zich voordoen, zij het met minder bloedige afloop. Het ongenoegen van de inlandse be volking in Zuidwest-Afrika werd bijna vijftig jaar vertolkt door de Herero Hosea Kutako, die vorig jaar op een leeftijd van 105 jaar stierf. Zijn ver zet was echter niet georganiseerd. Het verzet in Zuidwest-Afrika begon pas na de tweede wereldoorlog enigszins georganiseerd te worden, toen de Zuidwest-Afrika, voor een belangrijk deel bestaande uit steppengebied, levert fraaie staaltjes natuur. Hier een rots van honderden miljoenen jaren oud, onder de bevolking bekend als Vingerklip, ruim 34 meter hoog. SWAPO, de organisatie van het volk van Zuidwest-Afrika opgericht werd Met steun van communistische landen hebben de leden van de SWAPO zich de laatste jaren bekwaamd in de guerrilla. In augustus 1966. na het von nis van het Internationaal Gerechtshof, verklaarde de SWAPO openlijk de oor log aan de blanke meesters. Sindsdien heeft er in Zuidwest-Afrika weer veel bloed gevloeid. Bij een aanval van (te SWAPO op een militaire basis in Mpacha in 1969 vielen 90 doden. Waren het voor de oorlog voornamelijk Herero's die tegen de vreemde be stuurders hun ongenoegen-over de aan wezigheid kenbaar maakten, na. de oor log zijn ook leden van de Ovambo's en andere stammen zich tegen de Zuid- Afrikanen gaan keren. In 1969 werden 5 Ovambo's door Zuid-Afrika wegens ..terrorisme" ter dood veroordeeld. Of de nieuwe procedure voor het In ternationaal Gerechtshof verder bloed vergieten in Zuidwest-Afrika kan voor komen, is lang niet zeker. Bij ver schillende gelegenheden in het verle den heeft Zuid-Afrika verklaard dat het er niet aan denkt het mandaat op te geven en dat het het evenueel met geweld zal verdedigen. Dat doet het op dit ogenblik dus al tegen de SWAPO Desalniettemin wordt Zuidt Afrika voor het hof in Den Haag weer verdedigd door een team van zeer bekwame ju risten onder leiding van mr. Dawie de Villiers, die Zuid-Afrika in 1966 naar een legalistische overwinning voerde. ALFRED HOOGVELD r dan 1,8 miljoen VVestduitsers en op dit ogenblik in woningen beslist onder de maat zijn. Deze 'oningen lopen uiteen van lekkende iutten en vochtige kelderruimtes tot ^afzienbare rijen van trieste woning blokken die als noodbouw door de itaat gefinancierd zün. De meeste hebben geen badgelegenheid en vaak ontbreekt er een keuken. Als gevolg van de bevolkingsgroei en de krotopruiming zullen er in de ko rtende tien jaar in de Bondsrepubliek Dp zijn minst vijf miljoen woningen (ebouwd moeten worden. Dat wil zeg- ;en dat de Duitsers tot 1980 per jaar retzelfde aantal woningen klaar moe- en krijgen als zij jaarlijks in de perio de oorlog opleverden. Het aantal raoorlogse woningen in West-Duitsland redraagt 11 miljoen. bewoners van de noodwoningen ren met 500.000 mensen de groot te groep die armoedig gehuisvest is. Kelen wonen reeds 15 jaar in hun behuizing. Zij zijn er vaak al zo aan iewend om buiten de samenleving te even, dat ze niet de minste moeite en om zich bij de grote groep aan sluiten die naar wat beters op zoek Als de overheid over het huisves- ingsprobleem spreekt maakt zij ook inderscheid tussen „daklozen" en -mensen die naar woningen zoe- foor de dakloze groep is het geen irobleem van armoede in een land rijkdom. Velen hebben aanzienlij inkomens. Hoewel het woord „a- ociaal" niet langer gebruikt wordt de daklozen aan te duiden komen nieuwe omschrijvingen vaak op letzelfde neer. Een vader van elf kin deren die reeds 17 jaar in zijn nood woning woonde vertelde me onlangs „dat zij (de ambtenaren) ons niet als gezinnen, maar als gevallen zien". Van de 850.000 inwoners van Keulen, wonen er 11.000 in noodwoningen; 11.500 mensen staan geregistreerd als woningzoekenden. In één van de voor steden bezocht ik zo'n „Notunterkunft". In de 69 vertrekken die het gebouw telde woonden 24 gezinnen met een totaal van 118 personen. Er was geen enkele badgelegenheid en sommige gezinnen hadden zinken wasbakken gekocht die zo hier en daar in de vochtige gangen stonden. Ieder gezin had een toilet dat net zoals in een kazerne op een rij naast andere toiletten gebouwd was. De verwarming van het gebouw gebeurde met kachels. Voor deze woningen wordt geen huur gevraagd. In plaats daarvan wordt er van de bewoners verlangd dat zij een fooi geven die van 60 cent tot één gulden vijfenzeventig per vierkante meter kan uiteenlopen. Het gezegde ..mijn huis is mijn kasteel" „mv home is my castle" gaat voor deze- huizen echter niet op. De huizen val len onder wettelijke bepalingen die de bewoners ervan meer plichten opleg gen dan rechten geven. Het wordt als vanzelfsprekend aangenomen dat de politie bij nacht en ontij het gebouw binnenvalt en dat ambtenaren per soonlijke vragen aan de bewoners stellen. Het beheer van het gebouw lag bij een vrouw die op de laatste verdie ping woonde. Voor de moeite die zij zich getroostte, had zij de beste flat gekregen en de overheid had bij haar telefoon aan laten leggen. Er gebeurde Keulen, langzamerhand maar weinig in het gebouw waarva zij geen weet had. „Als ik het uitreken", zei zij „zijn misschien van de 24 huwelijken in d gebouw drie of vier min of me< gelukt". Soms zijn er hevige ruzies. de Rijn. Maar de krotten zijn niet verdwenen. Daklozen vaak met aanzienlijk inkomen percent een inkomen heeft van meer dan 1000 Mark per maand". Een andere vrouw bij wie ik op be zoek ging had voor haar man en twee kinderen twee vertrekken om in te wonen. De kinderen sliepen op de slaapkamer, beiden in een éénper- soonsbed. De ouders op een matras in de keuken". Uit een kast neemt zij de laatste salarisbriefjes van haar man. „Wel, de vorige maand heeft hij 1700 Mark verdiend. Die maand daarvoor maar 1200. Meestal ligt het zo rond de 1300 Mark". Haar man is als kabellegger in dienst bij een onderaannemer van de PTT. Zij waren van het Ruhrgebied waar zij in de huurschuld gezeten hadden naar Keulen verhuisd. Zij hadden een sctiuld van 800 Mark. Toen haar man een boete voor een verkeersovertre ding weigerde te betalen werd hij veertien dagen in de gevangenis ge zet. op zou kunnen brengen, zouden zij in de vrije woningsector makkeljk een betere woongelegenheid kunnen vin den. Tot nu toe betalen zij voor hun noodwoning echter maar 64 gulden Bovenal echter zijn ze door hun apa thie zo afkerig geworden van een aan sluiting bij de rest van de samenle ving dat ze een leven in hun eigen klasse verkiezen boven een betere wo ning. De overheid zegt dat het klas senprobleem altijd zal blijven bestaan en vele gezinnen beschouwen zichzelf als moeilijk geval. Het lijkt er inderdaad op dat deze klasse in de toekomst zal bijven be staan. Veertig percent van de 4000 kinderen die in noodwoningen te Keu len wonen gaan naar speciale scholen De ambtenaren zeggen dat alleen kin deren met leermoeilijkheden die met een test gepeild werden toegang tot deze scholen krijgen. De ouders met wie ik echter gesproken heb, vertel den mij dat ze hun kinderen zonder meer naar deze scholen stuurden. Al leen om de red^n dat zij uit de dakloze gezinnen, uit de „dakloze klasse" kwamen. Niet iedereen in dit weldoorvoede land is blind voor de toestand waarin ..de daklozen" verkeren. In Keulen zijn twee vrijwilligersorganisaties op gericht die verandering in deze toe stand willen. De eerste groep heeft een zeer ideologische basis en bestaat uit een groot aantal sociologen, lera ren en studenten. Zij zijn ervan overtuigd dat de enige wijze om de misère van de daklozen op te lossen te vinden is op de weg van de maat schappijverandering. De tweede groep is een afscheiding van de eerste en bestaat voornamelijk uit bewoners van de noodwijken zelf; het zijn de weinige bewoners die zich niet bij hun toestand neerleggen. Een vrijwilliger van de laatste groep zei tegen me: „Wij willen geen revolutie. Wij willen een fatsoenlijk huis en dat kun je alleen krijgen door praktische midde- NORMAN CROSSLALD (Copyright The Guardian)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 11