Verdachte Hendrik H.
geeft toe schot
naar
agent gelost te hebben
MOLUKKERS
TROTS OF
ZONDER
SPIJT
VOOR DE RECHTER
Laatste beroep van vakbeweging op Kamer
,IK WILDE HEM UITSCHAKELEN"
Veerboot slaat
om: 268
vermisten
Rust rond
Haagse
Rechtbank
WAARSCHUWING TEGEN DREIGING „ENORME SOCIALE ONRUST"
KVP-poging tot
bemiddeling
heeft gefaald
-laster
•legen)
pCPiiU
troef
an di
ikheid
IMlIlllI
P hot
te Zo
van
DINSDAG 15 DECEMBER 197U
LEIDSE COURANT
Enkele Ambon
nlrolden de Zuid-
(Van
rechtbankverslaggeve
DEN HAAG Het proce:
voor de Haagse rechtbank werd vanmorgen voortgezet
met de behandeling van de strafzaak tegen de 34-jarige
monteur Hendrik J. H.. geboren in Bandoeng en
wonende in Capelle aan de IJssel, die het dodelijk
schot op de hoofdagent Moolenaar zou hebhen gelost
tijdens de bezetting van de residentie van de ambas
sadeur van Indonesië op 31 augustus. Verdachte, iemand
van niet groot postuur met een zwart baardje en keurig
(Van onze rechtbankverslaggever)
de Zuidmolukkers gekleed, maakt
;r rustige indruk en zijn ver
klaringen worden beheerst en duidelijk afgeli^d. De
officier van justitie, mr. Van 't Veer, draagt eerst de
dagvaarding voor. Primair wordt verweten hel lossen
van het dodelijke schot dat hart en lever van de
politieman doorboorde. Voorts het plegen van geweld
tegen het ambassadegebouw en personeel en tenslotte
het plegen van vernielingen en ook binden van
gijzelaars.
Verdachte erkent te hebben deelgeno- ter de pilaar op de agent, om welke, tuigen gehoord. Mozes G. S., die gisteren
en aan de actie. ..Als het kon hadden reden?" Verdachte: ..Ik heb niet speciaal al terecht stond, zei zich bij hel begin
- graag de ambassadeur van Indonesië op het lichaam van de agent gericht, van de bezetting in een bosje verscholen
wamt ik wilde hem uitschakelen". Presi- te hebben. Hij zag een politieman hard
dent: „Volgens de foto hebt u zonder voorbij lopen en hoorde enkele schoten,
meer op de borst gericht van de politie- gevolgd door een kreet. Wie het schot
richting liep". ..Toen ik ioste weet getuige niet.
in gijzeling genomen", verklaart hij. 'Alle
33 deelnemers zijn de ambassadeurswo
ning binnen gegaan. ..Daarbij is een
ruit kapot gegaan", aldus verdachte.
„Dat is wel erg simpel gesteld", repli
ceert de president, „er zijn grote vernie
lingen aangericht".
Komend tot de dood van de hoofd
agent Moolenaar zegt verdachte daarvan
via de radio te hebben gehoord. Hoofd
inspecteur Rijke verklaart de hoofdagent
dwars over de oprijlaan te hebben zien
liggen. Kennelijk was hij toen reeds
erleden, later hebben twee politie-
annen kans gezien het lichaam weg te
halen. Het pistool van hoofdagent Moole-
werd daarna gevonden. Hoofdagent
Moolenaar had tot taak de residentie te
observeren, om zes uur was hij in
dienst gekomen
Met medewerking van de genie is het schot zou op afstand
terrein afgezocht naar kogels, die wer- I zijn gelost,
den echter niet gevonden. Wel staat
vast dat de kogel dwars door het lichaam Hoofdinspecteur Rijken verklaart dat
de hoofdagent was gegaan. Uit het verdachte op 3 september vrij positief
sectierapport blijkt, dat de hoofdagent j het wapen heeft aangewezen, dat hij had
door één kogel is getroffen gebruikt Verdachte antwoordt hierop dat
President: ...Nu is het de vraag door hij het .pistool niet met overtuiging had
ic dat dodelijke schot is gelost". Ver- gekozen, maar louter omdat het het
dachte: ..Ik heb een schot gelost in de grootste wapen was. Raadsman mr
richting van de politieman. Ik zag hem Droessen wijst de rechtbank erop, dat er
aankomen, toen ik achter een pilaster bij de in beslag genomen wapens er een
stond. In het begin liep de agent hard nog groter pistool is. hetgeen de ver-
riep ..ho, ho" tegen de jongens Daar- ring nog vergroot, want het blijkt niet op
op zag ik hem schieten, op wie weet ik de lijst van de gemeentepolitie te staan,
niet". Verdachte Hendrik H. verklaart, dat de
President: „Voorzover u kon nagaan aanwezigheid van politie bij de residentie
schoot hij niet op u, want u stond v er- j verwacht werd en dat men de opzet had
scholen". Verdachte antwoordt bevesti- de bewaking uit Je schakelen,
gend. President: „Dus u schoot van ach- Na de koffiepauze worden div
schoot hoorde ik een kreet", aldus
dachte.
President: ..Dus u realiseerde zich de
agerit te hebben getroffen?" ..Dat is
zo", gaf do verdachte toe. Hij liep na
het schot te hebben gelost naar de woning
en ging naar binnen. Verdachte zegt nooit
eerder oen vuurwapen te hebben ge
hanteerd.
Als getuige-deskundige wordt dan ge- j
hooid di A. H. Witte van het gerechte- j
lijk laboratorium, die een onderzoek heeft i
verricht naar de dodelijke kogel. Getuige
is tot de conclusie gekomen, dat het een
kogel van 7.65 mm is geweest, waardoor
agent Molenaar werd getroffen. Het j
iim drie meter
Getuige Alex J. S., woonachtig in Ca-
pele aan de IJssel was in het bezit van
een Ceska 7.65 mm-pistool. „Ik vond het
niet nodig de politie te overmeesteren,
want dan kreeg je een schietpartij. Ge
tuige zag wel de hoofdagent met een
vuurwapen in de hand. In het huis heeft I
deze getuige een keer geschoten, omdat
hij iets zag bewegen in een kamer. De
32-jarige lasser Wijnand R.. eveneens uit
Capelle aan de IJssel had horen schieten
en zag de politieman vallen.
R. verklaart verder: „Er klonken achter
me drie schoten en een kreet. Ik keek
om en de agent lag op de grond. Ik heb
zelf niet geschoten
Volgende getuige is Desiderius K. De
president wijst hem erop dat hij twee
verschillende verklaringen afgelegd
heeft. K. zegt „We gingen gedrieën
voorop in de oprijlaan. We verwachtten
politie. Inderdaad zag ik aan het einde
van de oprijlaan een agent. Ik heb me
verdekt opgesteld achter een boom. Toen
de agent "oorbij was. riep hij tegen
iemand, godverdomme, blijf staan, ik
weet niet legen wie. Toen hoorde ik voor
het eerst een schot. Ik dacht dat het
van de agent afkomstig was. Er kwam
rook uit zijn pistool. Er volgden meer
schoten. Ik zag de agent vallen. Wie
gescholen heeft, weet ik niet. Ik heb
Hendrik H. niet gezien'
De president roept Mozes terug om
hem te ondervragen over een bespreking
in het huis van bewaring tussen een
vijftal bezetters: „Ik heb de officier van
justitie laten weten dat ik hem wilde
helpen de man te vinden die het dodelijke
schot heelt gelost. Hij stond toe, dat we
op 4 september drie kwartier met elkaar
zouden praten. Aanleiding was het feit.
dat Hendrik HR. tijdens de bezetting
van de residentie tegen de jongens had
gezegd dal hij in de richting van de
politie had geschoten. Ik heb H, toen
bewogen dil toe te geven aan de officier
van justitie." De verdachte geeft deze
zaken toe.
Inmiddels is de heer C. van Brakel van
DEN HAAG. Paul en Jacob, de
Mozes en Matheus, de leiders. Gevieren waren zü
op 31 augustus de mannen achter de bezetting van
de ambtswoning van de Indonesische ambassadeur
in Wassenaar en gevieren moesten z(j zich daarvoor
gisteren op de eerste dag van het proces in een
uitpuilend zaaltje van de Haagse rechtbank verant
woorden. Toen voelden ze zich helden de profeten
en apostelen van het heilige hiernamaals der vrije
Molukken. Nu waren ze alledaagse mannen, eenvou
dig in het pak, moeilijk met hun woorden, die
raison van gemiddeld een uur per persoon dooi
de nuchtere molen van het recht gingen. Vóór de
overval hadden ze luid-op met hun volgelingen ge
beden. Nu kwam er van hun getuigenis bar weinig
terecht. Wat rechtbankpresident mr. VV. F. C. van
Hattum met zijn Uitputtende ondervraging vooral
boven wilde woelen, waren de strafrechtelijke feiten,
met de dood van de door hart en lever geschoten
hoofdagent Johan Moolenaar van de Wasseuaarse
politie voorop. En aan die feiten viel niet te tornen.
Een arsenaal aan geweren, pistolen, handgranaten,
munitie (1100 patronen) en slag- of steekwapens
lagen op tafel. Plus een dik pak vol bekentenissen.
Daar waren allereerst Mozes S. en Matheus S., van
wie althans de eerste aan hel hoofd had gestaan van
hef commando-Zuidamerikaanse stijl, dat Nederland
in de vroege ochtend van 31 augustus verbijsterde.
34 en 21 jaar oud. Ondanks hun Castro- en Guevara-
baarden zo beleefd en gezeglijk, dat de tientallen
agenten in het rechtbankgebouw, de argwanende con
troles van toegangsbewijzen, de incidentele fouil
leringen een grap leken helemaal in de stijl van
het valse bomalarm in de ochtend, dat de negentig
uitverkorenen, die het proces mogen volgen, nauwe
lijks weg wist te houden van de bedreigde telefoon-
cellen en de koffie-automaat.
Maar op de dag van de overval waren Mozes en
I Matheus letterlijk levensgevaarlijke lieden geweest.
Mr. Van Hattum probeerde daarover door de wijze
waarop hij de zitting leidde, geen twijfel te laten
bestaan. Deze verklaring van Mozes S. ter illustratie
„Als we gijzelaars hadden doodgeschoten, zou het
bevel van mij uit zijn gegaan. Ik zou het geven van
zo'n bevel hebben laten afhangen van de omstandig
heden. maar principieel zou ik er geen bezwaar
tegen hebben gehad".
Bliksemactie
Mozes S. afkomstig uit het Molukkenkamp IJssel-
oord en vice-voorzitter van de radicale organisatie,
j die zich K.P.K. noemt gaf zonder trots of spijt toe.
i de bliksembezetting („In zeven minuten waren we
allemaal binnen'") te hebben geleid. Hij had uitge
maakt wié van de drieëndertig overvallers wélke
wapens zou krijgen. Hij was als eerste de oprijlaan
van de residentie van de ambassadeur ingerend. Hij
zei daarover: „De anderen volgden mij. Wie het
waren weet ik niet. Ik keek pas om toen ik, na een
paar schoten, de noodkreet van agent Moolenaar
hoorde. Ik zag hem vallen. Toen hij niet opstond,
ben ik doorgelopen en via het achterbordes en de
serre het gebouw binnengedrongen"
Over de dood van hoofdagent Moolenaar zei leider
Mozes overigens: „Toen ik over de radio voor het
eerst hoorde dat hij dood was, voelde ik me diep
getroffen en had ik veel spijl. Ik had zelf niet do
moed om het aan de politiemensen buiten mee te
delen. Ik heb gevraagd of Jopie S. dat voor me wilde
doen". Geen berouw daarentegen over de gijzeling
van dertien personen. „Ik vind het jammer dat do
ambassadeur zelf is ontsnapt".
Gezicht redden
Matheus S., de tweede van het commando, die op
de eerpte dag van het proces terechtstond, is afkom
stig uit het Molukkenkamp Moordrecht en had
opdracht, daar geschikte mensen voor de overval
te zoeken en met vuurwapens uit te rusten. Zijn
groep had oorspronkelijk de Indonesische ambassade
in Den Haag moeten bezetten, maar toen dit plan
niet doorging, was hij meegegaan naar Wassenaar.
„Ik wilde mijn gezicht redden: ik heb mijn prin
cipes". zei hij daarover ter zitting. Toen talloze bij
de overval gepleegde vernielingen ter sprake kwa
men. vroeg hij (voor het eerst op hoge toon): „U
verwacht toch niet. dat wij de deuren netjes met
sleutels open zouden hebben gedaan?Het verweer
van Matheus S „Ik zou "hier nooit geslaan hebben
Nederland
als president Soeharto r
gekomen".
Het bezoek van het Indonesische staatshoofd aan
Nederland daar draaide het allemaal om. Dit werd
vooral in de ochtenduren van dé eerste procesdag
duidelijk, toen Paul T. terechtstond, de 41-jarige
voorzitter van meergenoemde K.P.K. en de man. die
Ier zitting de ten laste gelegde uitlokking subsidiair
medeplichtigheid toegaf met de woorden: „Ik ben
verantwoordelijk. Ik neem op me wat de jongens
gedaan hebben". Waaraan hij echter in één adem
toevoegde: „Ik vraag om ontslag van rechtsvervol
ging; ik beschouw me als een politieke gevangene"
Zijn secretaris, de 36-jarige Jacob U., die hem latei-
in de beklaagdenbank opvolgde, zou hem kenschetsen
als „een goed mens, die geweld wil voorkomen"
Hoe had de voorgeschiedenis van een ééndagsguerrilla
zich dan ontwikkeld? Uit de verklaring, die Paul T.
in haperend Nederlands aflegde, bleek hot volgende.
Er was een groep jongeren, die een aanslag op presi
dent Soeharto beraamde. Dat wilde hij niet. In plaats
daarvan was hij met het voorstel gekomen, de Indo
nesische ambassade in Den Haag. de ambassadeurs-
residentie in Wassenaar en het Indonesische consulaat
in Amsterdam te bezetten en alle aanwezigen te
gijzelen, teneinde de Nederlandse regering een ge
sprek met Soeharto af te dwingen en'-de zaak van
de in ballingschap levende, voor een vrije republiek
vechtende Molukkers voor het forum van de wereld
te brengen. Hij had met dit doel in de nacht vóói
het drama een zestig bewapende radicale jongeren
om zich heen verzameld, maar schrok voor de conse
quenties terug en besloot van de bezetting van het
ambassadegebouw in Den Haag en het consulaat in
Amsterdam af te zien. om zoveel mogelijk geweld
te voorkomen. Zijn teleurgestelde volgelingen maakte
hij wijs. dat de betrokken plannen bij de politie
waren uitgelekt.
Schoten op ambassadeur
Rechtbankpresident mr. Van Hattum geloofde niet
zo erg in al die afkeer van geweld. Hij citeerde de
toespraak, die Paul T. vóór de overval had gehouden'
We zijn klaar voor de grote dag. Dit is geen avon
tuur. geen romantiek, maar een gevaarlijk karwei
Vermijd zo mogelijk vuurcontact. maar gebruik
desnoods uw wapens, want als u alleen de blote vuist
gebruikt, wordt u doodgeschoten". Vervolgens ver
weet mr. Van Hattum de K.P.K.-leider „U liet twee
lege kantoorgebouwen ongemoeid maar koos een
huis. waarin vrouwen en kinderen waren En toon
de ambassadeur in zijn blauwe pyjama op het nip
pertje door de struiken kon wegvluchten. Is er vel
schillende keren op hem geschoten. Dat gebeurde
niet uit verdediging". Paul T. kwam met het verras
sende antwoord: „Hij is een laf man. Hij liet zijn
vrouw en kinderen in de steek". Hij noemde zijn
arrestatie op 15 oktober, toen 1100 man politie nu t
pantserwagens het kamp IJsseloord binnentrok
„ontzettend een onmenselijke behandeling, niet
'"fk"1 teg6n m''n Persoon m£>ar tegen mijn hele
Tenslotte stond gisterochtend, eveneens verdacht van
uitlokking subsidiair medeplichtigheid, Jacob U.
terecht, secretaris van de K.P.K. Hij had de vuur
wapens gekocht, die de overvallers gebruikten het
waar en hoe bleef buiten beschouwing: cn het
ultimatum vertaald en gestencild, waarin Paul T.
aankondigde, om het uur een gijzelaar te zullen
laten doden, wanneer de eisen van de Zuidmolukkers
niet zouden worden ingewilligd. „Ik acht me niet
verantwoordelijk voor Wassenaar", verklaarde hij
timide. „Alleen voor de actie tegen de ambassade in
Den Haag. die niet is doorgegaan. Mr. Van Hnthfm:
„Maar toen u het stencil maakte, wist u dat het
om de residentie in Wassenaar ging. Jacob U.
bandieten.
Het (loos) bomalarm in het Haagse gerechtsgebouw
dreef gisteren journalisten, familieleden van ver
dachten en belangstellenden bijeen.
„Zeker, en ik was teleurgesteld. Ik wilde dat alle
drie de bezettingen doorgingen".
Verdediging
Hoe verdedigde het viertal zich? De zeer alert
na-erende raadsman mr. H. Droesen ontlokte mot
zijn vraag- en antwoordspel nu reeds verklaringen,
die hii in zijn pleidooi op 5 januari ongetwijfeld uit
zal spinnen.
Paul T zei onder meer: „Wij zijn
Maar er ontstond onder ons grote onrust toen we
hooiden dat Soeharto naar Nederland zou komen,
want wij weten allemaal dpt hij de moordenaar van
onze president Soumokil is en de onderdrukker van
ons volk
Jacob U. verklaarde: „Onze strijd gaat niet tegen
Nederland maar tegen Indonesië. De republiek der
Zuid-Molukken ginds moet vrij wol-den".
Mozes S. zei: „Ik verlang terug naar mijn land, maal
ais ik nu zou gaan, zou ik spelen met mijn leven.
De bevolking heeft geen vrijheid meer. Vroeger
woonde er 93 procent christenen tegen de rest
moslims. Nu is die verhouding omgedraaid. De Java
nen stromen de Molukken binnen om de idealen van
onze bevolking te verstikken".
Matheus S. tenslotte: „We moesten wel iets doen
toen Soeharto kwam. Als we niets gedaan hadden,
zouden we het bewijs geleverd hebben dat onze
republiek niet bestaat c»n dat is precies wat de
Nederlandse regering wil".
Nadat het proces vandaag is voortgegaan met de
34-jarige Hendrik H., die ervan wordt verdacht het
dodelijk schot op hoofdagent Moolenaar te hebben
gelost, komen morgen en donderdag de overige dertig
bezetters aan de beurt, waarna vrijdag een aantal
getuigen a décharge wordt gehoord.
het gerechtelijk laboratorium na een
spoedtelefoontje gearriveerd om te trach
ten, opheldering te brengen in de puzzle
der pistolen. Deze slaagt er slechts in de
verwarring nog groter te maken tot
zichtbaar genoegen van de verdedigers.
Pistolen gaan van hand tot hand en er
wordt gegoocheld met kalibers, merken
en nummers.. Het maakt alleen maar dui- I
delijk. dat het onderzoek „vlug en niet i
erg uitvoerig is gedaan", zoals de presi- j
dent het uitdrukte.
De zitting duurt voort.
KITAKJOESJOE (Reuter) Bij de
Zuidkoreaanse oostkust is vanmorgen
een Zuidkoreaanse veerboot omgesla
gen, die met 276 opvarenden op weg
was van hel eiland Tsjedjoe naar de
havenstad Poesan. Tot dusver zijn acht
personen, onder wie drie vrouwen, ge
red. De rest wordt vermist. De kans is
uitermate klein dat er nog veel overle
venden zullen zijn.
(Van een ondzer verslaggevers)
DEN HAAG Rond de rechtbank
Den Haag. waar vandaag de be
langrijkste verdachte in het proces
tegen de Zuidmolukkers is ver
schenen. heerste vanmorgen vol
strekte orde en rust. Dat gold
tegen het einde van de ochtend
spits niet voor het verkeer dat bij
de twee grote afzettingen
Wa
veel
ioeite
moest worden omgeleid. Dc
massa's auto's vormden rjjen van
honderden meters, waarin som
mige bestuurders hun geduld ver
loren en luid begonnen te
claxoneren.
Intussen is iedereen binnen de af
zetting weer even paraat als gis
teren. Ook de ambulance van de
GG en GD staat weer „stand by"
voor het geval dat er mensen on-
wel worden of gewond raken bij
eventuele acties. Er rijdt ook een
politiecombi in het afgesloten ge
bied met een team van EHBO'ers.
(Van
i parlementaire redactie
gebalde vuist arriveerde vanmorgen deze verdachte op
het Haagse gerechtsgebouw voor de tweede dag van het
proces .tegen de Ambonnezen.
DEN HAAG De drie vakcentrales hebben
gisteravond een allerlaatst beroep op de
Tweede Kamer gedaan om de regering te
bewegen de loonmaatregel in te trekken. In
politiek Den Haag groeide de spanning over
de vraag hoe het Kamerdebat vandaag over
de loonmaatregel zou verlopen. De dreiging
van een kabinetscrisis hing gisteren boven het
Binnenhof. Die dreiging werd groter, toen een
poging van de KVP om werkgevers en werk
nemers alsnog tot elkaar te brengen, mislukt
bleek te zijn.
liet initiatief tot die bemiddeling was geboren in
Breda, waar zaterdag de partijraad van de KVP
bijeenkwam. Het partijbestuur heeft in het week
einde intensief overleg gevoerd om met enige
I „wijze mannen" te proberen alsnog tot een vrij
willige loonmatiging door werkgevers en werk
nemers te komen. In dat geval zou eventueel het
Kamerdebat kunnen worden uitgesteld en had de
regering gevraagd kunnen worden de al van
racht zijnde loonmaatregel in te trekken. Het
j nee voor de bemiddeling was afkomstig van de
he«e Fsang ven da*- Gan. vioe-voorzitter van de
KVP, en loondeskundige van het Nederlands Ka
tholiek Vakverbond. Nu de poging tot bemidde
ling niet is geslaagd, vraag: het partijbestuur
van de KVP aan de Tweede Kamerfractie om de
regering te bewegen, de loonmaatregel te wijzigen
een meer reële loonstijging in het begin van het
volgend jaar te verzekeren.
Voor de vakbeweging is dat onvoldoende. In een
adres aan de Tweede Kamer hebben de drie
vakcentrales het parlement gevraagd de regering
af te brengen van „haar heilloze weg", de loon
maatregel in te trekken en vrije loononderhan
delingen voor 1971 mogelijk te maken.
Gisteravond hebben de voorzitters van de drie
vakcentrales hun brief toegelicht tijdens een hoor
zitting in het gebouw van de Tweede Kamer,
waar de voorzitters van de Kamerfracties en de
sociale deskundigen luisterden naar de bezwaren
van de vakbeweging tegen de loonmaatregel
NVV-voorzitter Kloos noemde de loonmaatregel
„sociaal onverantwoord en economische dwaas
heid". Hij voorspelde een loonexplosie voor het
tweede halfjaar 1971, als de loonmaatregel afloopt.
Het risico is groot, dat de loonkostenstijging na
1 juli 13 tot 14 procent zal bearagen. De aankon
diging van de loonpauze op Prinsjesdag noemde
hij een „psychologische fout van de eerste orde"
De heer Kloos waarschuwde andermaal tegen de
dreiging van een „enorme 'ociale onrust". De
verontwaardiging van de vakbeweging is groot
omdat in de loonmaatregel van de regering van
een reële loonverbetering geen sprake is. NKV-
voorzitter Mertens zei, dat de regering in feite het
standpunt van de werkgevers heeft gekozen. Over
de inhoud van de maatregel was geen overleg van
de regering met de Stichting van de Arbeid ge-
Op de vraag van AR-fractievoorzitter Biesheuvel
hoe de vakbeweging denkt op basis van vrijwillig
heid in 1971 tot de gewenste matiging te komen,
antwoordde de heer Kloos, dat de vakcentrales
hebben gezegd met hun looneisen binnen de pro-
duktiviteitsstijging (3li; procent) te zullen blijven.
Omdat de vakcentrales het verloop van de con
junctuur niet kunnen overzien, willen zij zich
echter pes se niet op een bepaald percentage
vastleggen. „De werkgevers moeten maar zeggen
dat een bepaalde loonstijging niet door de beugel
kan. Dat is niet de taak van regering, parlement
of werknemers", aldus de heer Kloos. KVP-fractie-
leider Schmelzer herinnerde eraan dat werk
gevers en werknemers in 1964 ook matiging over
een waren gekomen en dat toen juist een grote
toongolf is losgeslagen. Op de vraag van drs. Aar
den of de vakcentrales benaderd waren door be
middelaars („wijze mannen") van de KVP, luidde
het antwoord van Kloos: „WU zijn niet benaderd
en weten van niets"-
Toen PvdA-fractieleider Den Uyl vroeg wat de
vakbeweging doet als de regering zou instemmen
roet verwerking in de loonschalen van de 400 gul
denuitkering per 1 januari, antwoordde CNV-voor
zitter Lanser: „Dan blijft ons bezwaar tegen de
loonmaatregel bestaan, want die 400 gulden hoort
helemaal niet in de loonmaatregel thuis". Op de
opmerking van WD-fractieleider Geertsema dat
men met de enige miljoenen kostende stakings
actie om het parlement te waarschuwen een bij
zonder gevaarlijke weg op gaat. antwoordde de
heer Kloos, dat de vakbeweging voor een keus
tussen diverse kwaden staat. Met name de keus
tussen wilde, ongeorganiseerde acties of de een
uur staking. Mr .Geertsema: „Deze vorm van druk
bewerkt het tegengestelde van intrekking van de
loonmaatregel".