Verdachte Hendrik H. geeft toe schot naar agent gelost te hebben MOLUKKERS TROTS OF ZONDER SPIJT VOOR DE RECHTER Laatste beroep van vakbeweging op Kamer ,IK WILDE HEM UITSCHAKELEN" Veerboot slaat om: 268 vermisten Rust rond Haagse Rechtbank WAARSCHUWING TEGEN DREIGING „ENORME SOCIALE ONRUST" KVP-poging tot bemiddeling heeft gefaald -laster •legen) pCPiiU troef an di ikheid IMlIlllI P hot te Zo van DINSDAG 15 DECEMBER 197U LEIDSE COURANT Enkele Ambon nlrolden de Zuid- (Van rechtbankverslaggeve DEN HAAG Het proce: voor de Haagse rechtbank werd vanmorgen voortgezet met de behandeling van de strafzaak tegen de 34-jarige monteur Hendrik J. H.. geboren in Bandoeng en wonende in Capelle aan de IJssel, die het dodelijk schot op de hoofdagent Moolenaar zou hebhen gelost tijdens de bezetting van de residentie van de ambas sadeur van Indonesië op 31 augustus. Verdachte, iemand van niet groot postuur met een zwart baardje en keurig (Van onze rechtbankverslaggever) de Zuidmolukkers gekleed, maakt ;r rustige indruk en zijn ver klaringen worden beheerst en duidelijk afgeli^d. De officier van justitie, mr. Van 't Veer, draagt eerst de dagvaarding voor. Primair wordt verweten hel lossen van het dodelijke schot dat hart en lever van de politieman doorboorde. Voorts het plegen van geweld tegen het ambassadegebouw en personeel en tenslotte het plegen van vernielingen en ook binden van gijzelaars. Verdachte erkent te hebben deelgeno- ter de pilaar op de agent, om welke, tuigen gehoord. Mozes G. S., die gisteren en aan de actie. ..Als het kon hadden reden?" Verdachte: ..Ik heb niet speciaal al terecht stond, zei zich bij hel begin - graag de ambassadeur van Indonesië op het lichaam van de agent gericht, van de bezetting in een bosje verscholen wamt ik wilde hem uitschakelen". Presi- te hebben. Hij zag een politieman hard dent: „Volgens de foto hebt u zonder voorbij lopen en hoorde enkele schoten, meer op de borst gericht van de politie- gevolgd door een kreet. Wie het schot richting liep". ..Toen ik ioste weet getuige niet. in gijzeling genomen", verklaart hij. 'Alle 33 deelnemers zijn de ambassadeurswo ning binnen gegaan. ..Daarbij is een ruit kapot gegaan", aldus verdachte. „Dat is wel erg simpel gesteld", repli ceert de president, „er zijn grote vernie lingen aangericht". Komend tot de dood van de hoofd agent Moolenaar zegt verdachte daarvan via de radio te hebben gehoord. Hoofd inspecteur Rijke verklaart de hoofdagent dwars over de oprijlaan te hebben zien liggen. Kennelijk was hij toen reeds erleden, later hebben twee politie- annen kans gezien het lichaam weg te halen. Het pistool van hoofdagent Moole- werd daarna gevonden. Hoofdagent Moolenaar had tot taak de residentie te observeren, om zes uur was hij in dienst gekomen Met medewerking van de genie is het schot zou op afstand terrein afgezocht naar kogels, die wer- I zijn gelost, den echter niet gevonden. Wel staat vast dat de kogel dwars door het lichaam Hoofdinspecteur Rijken verklaart dat de hoofdagent was gegaan. Uit het verdachte op 3 september vrij positief sectierapport blijkt, dat de hoofdagent j het wapen heeft aangewezen, dat hij had door één kogel is getroffen gebruikt Verdachte antwoordt hierop dat President: ...Nu is het de vraag door hij het .pistool niet met overtuiging had ic dat dodelijke schot is gelost". Ver- gekozen, maar louter omdat het het dachte: ..Ik heb een schot gelost in de grootste wapen was. Raadsman mr richting van de politieman. Ik zag hem Droessen wijst de rechtbank erop, dat er aankomen, toen ik achter een pilaster bij de in beslag genomen wapens er een stond. In het begin liep de agent hard nog groter pistool is. hetgeen de ver- riep ..ho, ho" tegen de jongens Daar- ring nog vergroot, want het blijkt niet op op zag ik hem schieten, op wie weet ik de lijst van de gemeentepolitie te staan, niet". Verdachte Hendrik H. verklaart, dat de President: „Voorzover u kon nagaan aanwezigheid van politie bij de residentie schoot hij niet op u, want u stond v er- j verwacht werd en dat men de opzet had scholen". Verdachte antwoordt bevesti- de bewaking uit Je schakelen, gend. President: „Dus u schoot van ach- Na de koffiepauze worden div schoot hoorde ik een kreet", aldus dachte. President: ..Dus u realiseerde zich de agerit te hebben getroffen?" ..Dat is zo", gaf do verdachte toe. Hij liep na het schot te hebben gelost naar de woning en ging naar binnen. Verdachte zegt nooit eerder oen vuurwapen te hebben ge hanteerd. Als getuige-deskundige wordt dan ge- j hooid di A. H. Witte van het gerechte- j lijk laboratorium, die een onderzoek heeft i verricht naar de dodelijke kogel. Getuige is tot de conclusie gekomen, dat het een kogel van 7.65 mm is geweest, waardoor agent Molenaar werd getroffen. Het j iim drie meter Getuige Alex J. S., woonachtig in Ca- pele aan de IJssel was in het bezit van een Ceska 7.65 mm-pistool. „Ik vond het niet nodig de politie te overmeesteren, want dan kreeg je een schietpartij. Ge tuige zag wel de hoofdagent met een vuurwapen in de hand. In het huis heeft I deze getuige een keer geschoten, omdat hij iets zag bewegen in een kamer. De 32-jarige lasser Wijnand R.. eveneens uit Capelle aan de IJssel had horen schieten en zag de politieman vallen. R. verklaart verder: „Er klonken achter me drie schoten en een kreet. Ik keek om en de agent lag op de grond. Ik heb zelf niet geschoten Volgende getuige is Desiderius K. De president wijst hem erop dat hij twee verschillende verklaringen afgelegd heeft. K. zegt „We gingen gedrieën voorop in de oprijlaan. We verwachtten politie. Inderdaad zag ik aan het einde van de oprijlaan een agent. Ik heb me verdekt opgesteld achter een boom. Toen de agent "oorbij was. riep hij tegen iemand, godverdomme, blijf staan, ik weet niet legen wie. Toen hoorde ik voor het eerst een schot. Ik dacht dat het van de agent afkomstig was. Er kwam rook uit zijn pistool. Er volgden meer schoten. Ik zag de agent vallen. Wie gescholen heeft, weet ik niet. Ik heb Hendrik H. niet gezien' De president roept Mozes terug om hem te ondervragen over een bespreking in het huis van bewaring tussen een vijftal bezetters: „Ik heb de officier van justitie laten weten dat ik hem wilde helpen de man te vinden die het dodelijke schot heelt gelost. Hij stond toe, dat we op 4 september drie kwartier met elkaar zouden praten. Aanleiding was het feit. dat Hendrik HR. tijdens de bezetting van de residentie tegen de jongens had gezegd dal hij in de richting van de politie had geschoten. Ik heb H, toen bewogen dil toe te geven aan de officier van justitie." De verdachte geeft deze zaken toe. Inmiddels is de heer C. van Brakel van DEN HAAG. Paul en Jacob, de Mozes en Matheus, de leiders. Gevieren waren zü op 31 augustus de mannen achter de bezetting van de ambtswoning van de Indonesische ambassadeur in Wassenaar en gevieren moesten z(j zich daarvoor gisteren op de eerste dag van het proces in een uitpuilend zaaltje van de Haagse rechtbank verant woorden. Toen voelden ze zich helden de profeten en apostelen van het heilige hiernamaals der vrije Molukken. Nu waren ze alledaagse mannen, eenvou dig in het pak, moeilijk met hun woorden, die raison van gemiddeld een uur per persoon dooi de nuchtere molen van het recht gingen. Vóór de overval hadden ze luid-op met hun volgelingen ge beden. Nu kwam er van hun getuigenis bar weinig terecht. Wat rechtbankpresident mr. VV. F. C. van Hattum met zijn Uitputtende ondervraging vooral boven wilde woelen, waren de strafrechtelijke feiten, met de dood van de door hart en lever geschoten hoofdagent Johan Moolenaar van de Wasseuaarse politie voorop. En aan die feiten viel niet te tornen. Een arsenaal aan geweren, pistolen, handgranaten, munitie (1100 patronen) en slag- of steekwapens lagen op tafel. Plus een dik pak vol bekentenissen. Daar waren allereerst Mozes S. en Matheus S., van wie althans de eerste aan hel hoofd had gestaan van hef commando-Zuidamerikaanse stijl, dat Nederland in de vroege ochtend van 31 augustus verbijsterde. 34 en 21 jaar oud. Ondanks hun Castro- en Guevara- baarden zo beleefd en gezeglijk, dat de tientallen agenten in het rechtbankgebouw, de argwanende con troles van toegangsbewijzen, de incidentele fouil leringen een grap leken helemaal in de stijl van het valse bomalarm in de ochtend, dat de negentig uitverkorenen, die het proces mogen volgen, nauwe lijks weg wist te houden van de bedreigde telefoon- cellen en de koffie-automaat. Maar op de dag van de overval waren Mozes en I Matheus letterlijk levensgevaarlijke lieden geweest. Mr. Van Hattum probeerde daarover door de wijze waarop hij de zitting leidde, geen twijfel te laten bestaan. Deze verklaring van Mozes S. ter illustratie „Als we gijzelaars hadden doodgeschoten, zou het bevel van mij uit zijn gegaan. Ik zou het geven van zo'n bevel hebben laten afhangen van de omstandig heden. maar principieel zou ik er geen bezwaar tegen hebben gehad". Bliksemactie Mozes S. afkomstig uit het Molukkenkamp IJssel- oord en vice-voorzitter van de radicale organisatie, j die zich K.P.K. noemt gaf zonder trots of spijt toe. i de bliksembezetting („In zeven minuten waren we allemaal binnen'") te hebben geleid. Hij had uitge maakt wié van de drieëndertig overvallers wélke wapens zou krijgen. Hij was als eerste de oprijlaan van de residentie van de ambassadeur ingerend. Hij zei daarover: „De anderen volgden mij. Wie het waren weet ik niet. Ik keek pas om toen ik, na een paar schoten, de noodkreet van agent Moolenaar hoorde. Ik zag hem vallen. Toen hij niet opstond, ben ik doorgelopen en via het achterbordes en de serre het gebouw binnengedrongen" Over de dood van hoofdagent Moolenaar zei leider Mozes overigens: „Toen ik over de radio voor het eerst hoorde dat hij dood was, voelde ik me diep getroffen en had ik veel spijl. Ik had zelf niet do moed om het aan de politiemensen buiten mee te delen. Ik heb gevraagd of Jopie S. dat voor me wilde doen". Geen berouw daarentegen over de gijzeling van dertien personen. „Ik vind het jammer dat do ambassadeur zelf is ontsnapt". Gezicht redden Matheus S., de tweede van het commando, die op de eerpte dag van het proces terechtstond, is afkom stig uit het Molukkenkamp Moordrecht en had opdracht, daar geschikte mensen voor de overval te zoeken en met vuurwapens uit te rusten. Zijn groep had oorspronkelijk de Indonesische ambassade in Den Haag moeten bezetten, maar toen dit plan niet doorging, was hij meegegaan naar Wassenaar. „Ik wilde mijn gezicht redden: ik heb mijn prin cipes". zei hij daarover ter zitting. Toen talloze bij de overval gepleegde vernielingen ter sprake kwa men. vroeg hij (voor het eerst op hoge toon): „U verwacht toch niet. dat wij de deuren netjes met sleutels open zouden hebben gedaan?Het verweer van Matheus S „Ik zou "hier nooit geslaan hebben Nederland als president Soeharto r gekomen". Het bezoek van het Indonesische staatshoofd aan Nederland daar draaide het allemaal om. Dit werd vooral in de ochtenduren van dé eerste procesdag duidelijk, toen Paul T. terechtstond, de 41-jarige voorzitter van meergenoemde K.P.K. en de man. die Ier zitting de ten laste gelegde uitlokking subsidiair medeplichtigheid toegaf met de woorden: „Ik ben verantwoordelijk. Ik neem op me wat de jongens gedaan hebben". Waaraan hij echter in één adem toevoegde: „Ik vraag om ontslag van rechtsvervol ging; ik beschouw me als een politieke gevangene" Zijn secretaris, de 36-jarige Jacob U., die hem latei- in de beklaagdenbank opvolgde, zou hem kenschetsen als „een goed mens, die geweld wil voorkomen" Hoe had de voorgeschiedenis van een ééndagsguerrilla zich dan ontwikkeld? Uit de verklaring, die Paul T. in haperend Nederlands aflegde, bleek hot volgende. Er was een groep jongeren, die een aanslag op presi dent Soeharto beraamde. Dat wilde hij niet. In plaats daarvan was hij met het voorstel gekomen, de Indo nesische ambassade in Den Haag. de ambassadeurs- residentie in Wassenaar en het Indonesische consulaat in Amsterdam te bezetten en alle aanwezigen te gijzelen, teneinde de Nederlandse regering een ge sprek met Soeharto af te dwingen en'-de zaak van de in ballingschap levende, voor een vrije republiek vechtende Molukkers voor het forum van de wereld te brengen. Hij had met dit doel in de nacht vóói het drama een zestig bewapende radicale jongeren om zich heen verzameld, maar schrok voor de conse quenties terug en besloot van de bezetting van het ambassadegebouw in Den Haag en het consulaat in Amsterdam af te zien. om zoveel mogelijk geweld te voorkomen. Zijn teleurgestelde volgelingen maakte hij wijs. dat de betrokken plannen bij de politie waren uitgelekt. Schoten op ambassadeur Rechtbankpresident mr. Van Hattum geloofde niet zo erg in al die afkeer van geweld. Hij citeerde de toespraak, die Paul T. vóór de overval had gehouden' We zijn klaar voor de grote dag. Dit is geen avon tuur. geen romantiek, maar een gevaarlijk karwei Vermijd zo mogelijk vuurcontact. maar gebruik desnoods uw wapens, want als u alleen de blote vuist gebruikt, wordt u doodgeschoten". Vervolgens ver weet mr. Van Hattum de K.P.K.-leider „U liet twee lege kantoorgebouwen ongemoeid maar koos een huis. waarin vrouwen en kinderen waren En toon de ambassadeur in zijn blauwe pyjama op het nip pertje door de struiken kon wegvluchten. Is er vel schillende keren op hem geschoten. Dat gebeurde niet uit verdediging". Paul T. kwam met het verras sende antwoord: „Hij is een laf man. Hij liet zijn vrouw en kinderen in de steek". Hij noemde zijn arrestatie op 15 oktober, toen 1100 man politie nu t pantserwagens het kamp IJsseloord binnentrok „ontzettend een onmenselijke behandeling, niet '"fk"1 teg6n m''n Persoon m£>ar tegen mijn hele Tenslotte stond gisterochtend, eveneens verdacht van uitlokking subsidiair medeplichtigheid, Jacob U. terecht, secretaris van de K.P.K. Hij had de vuur wapens gekocht, die de overvallers gebruikten het waar en hoe bleef buiten beschouwing: cn het ultimatum vertaald en gestencild, waarin Paul T. aankondigde, om het uur een gijzelaar te zullen laten doden, wanneer de eisen van de Zuidmolukkers niet zouden worden ingewilligd. „Ik acht me niet verantwoordelijk voor Wassenaar", verklaarde hij timide. „Alleen voor de actie tegen de ambassade in Den Haag. die niet is doorgegaan. Mr. Van Hnthfm: „Maar toen u het stencil maakte, wist u dat het om de residentie in Wassenaar ging. Jacob U. bandieten. Het (loos) bomalarm in het Haagse gerechtsgebouw dreef gisteren journalisten, familieleden van ver dachten en belangstellenden bijeen. „Zeker, en ik was teleurgesteld. Ik wilde dat alle drie de bezettingen doorgingen". Verdediging Hoe verdedigde het viertal zich? De zeer alert na-erende raadsman mr. H. Droesen ontlokte mot zijn vraag- en antwoordspel nu reeds verklaringen, die hii in zijn pleidooi op 5 januari ongetwijfeld uit zal spinnen. Paul T zei onder meer: „Wij zijn Maar er ontstond onder ons grote onrust toen we hooiden dat Soeharto naar Nederland zou komen, want wij weten allemaal dpt hij de moordenaar van onze president Soumokil is en de onderdrukker van ons volk Jacob U. verklaarde: „Onze strijd gaat niet tegen Nederland maar tegen Indonesië. De republiek der Zuid-Molukken ginds moet vrij wol-den". Mozes S. zei: „Ik verlang terug naar mijn land, maal ais ik nu zou gaan, zou ik spelen met mijn leven. De bevolking heeft geen vrijheid meer. Vroeger woonde er 93 procent christenen tegen de rest moslims. Nu is die verhouding omgedraaid. De Java nen stromen de Molukken binnen om de idealen van onze bevolking te verstikken". Matheus S. tenslotte: „We moesten wel iets doen toen Soeharto kwam. Als we niets gedaan hadden, zouden we het bewijs geleverd hebben dat onze republiek niet bestaat c»n dat is precies wat de Nederlandse regering wil". Nadat het proces vandaag is voortgegaan met de 34-jarige Hendrik H., die ervan wordt verdacht het dodelijk schot op hoofdagent Moolenaar te hebben gelost, komen morgen en donderdag de overige dertig bezetters aan de beurt, waarna vrijdag een aantal getuigen a décharge wordt gehoord. het gerechtelijk laboratorium na een spoedtelefoontje gearriveerd om te trach ten, opheldering te brengen in de puzzle der pistolen. Deze slaagt er slechts in de verwarring nog groter te maken tot zichtbaar genoegen van de verdedigers. Pistolen gaan van hand tot hand en er wordt gegoocheld met kalibers, merken en nummers.. Het maakt alleen maar dui- I delijk. dat het onderzoek „vlug en niet i erg uitvoerig is gedaan", zoals de presi- j dent het uitdrukte. De zitting duurt voort. KITAKJOESJOE (Reuter) Bij de Zuidkoreaanse oostkust is vanmorgen een Zuidkoreaanse veerboot omgesla gen, die met 276 opvarenden op weg was van hel eiland Tsjedjoe naar de havenstad Poesan. Tot dusver zijn acht personen, onder wie drie vrouwen, ge red. De rest wordt vermist. De kans is uitermate klein dat er nog veel overle venden zullen zijn. (Van een ondzer verslaggevers) DEN HAAG Rond de rechtbank Den Haag. waar vandaag de be langrijkste verdachte in het proces tegen de Zuidmolukkers is ver schenen. heerste vanmorgen vol strekte orde en rust. Dat gold tegen het einde van de ochtend spits niet voor het verkeer dat bij de twee grote afzettingen Wa veel ioeite moest worden omgeleid. Dc massa's auto's vormden rjjen van honderden meters, waarin som mige bestuurders hun geduld ver loren en luid begonnen te claxoneren. Intussen is iedereen binnen de af zetting weer even paraat als gis teren. Ook de ambulance van de GG en GD staat weer „stand by" voor het geval dat er mensen on- wel worden of gewond raken bij eventuele acties. Er rijdt ook een politiecombi in het afgesloten ge bied met een team van EHBO'ers. (Van i parlementaire redactie gebalde vuist arriveerde vanmorgen deze verdachte op het Haagse gerechtsgebouw voor de tweede dag van het proces .tegen de Ambonnezen. DEN HAAG De drie vakcentrales hebben gisteravond een allerlaatst beroep op de Tweede Kamer gedaan om de regering te bewegen de loonmaatregel in te trekken. In politiek Den Haag groeide de spanning over de vraag hoe het Kamerdebat vandaag over de loonmaatregel zou verlopen. De dreiging van een kabinetscrisis hing gisteren boven het Binnenhof. Die dreiging werd groter, toen een poging van de KVP om werkgevers en werk nemers alsnog tot elkaar te brengen, mislukt bleek te zijn. liet initiatief tot die bemiddeling was geboren in Breda, waar zaterdag de partijraad van de KVP bijeenkwam. Het partijbestuur heeft in het week einde intensief overleg gevoerd om met enige I „wijze mannen" te proberen alsnog tot een vrij willige loonmatiging door werkgevers en werk nemers te komen. In dat geval zou eventueel het Kamerdebat kunnen worden uitgesteld en had de regering gevraagd kunnen worden de al van racht zijnde loonmaatregel in te trekken. Het j nee voor de bemiddeling was afkomstig van de he«e Fsang ven da*- Gan. vioe-voorzitter van de KVP, en loondeskundige van het Nederlands Ka tholiek Vakverbond. Nu de poging tot bemidde ling niet is geslaagd, vraag: het partijbestuur van de KVP aan de Tweede Kamerfractie om de regering te bewegen, de loonmaatregel te wijzigen een meer reële loonstijging in het begin van het volgend jaar te verzekeren. Voor de vakbeweging is dat onvoldoende. In een adres aan de Tweede Kamer hebben de drie vakcentrales het parlement gevraagd de regering af te brengen van „haar heilloze weg", de loon maatregel in te trekken en vrije loononderhan delingen voor 1971 mogelijk te maken. Gisteravond hebben de voorzitters van de drie vakcentrales hun brief toegelicht tijdens een hoor zitting in het gebouw van de Tweede Kamer, waar de voorzitters van de Kamerfracties en de sociale deskundigen luisterden naar de bezwaren van de vakbeweging tegen de loonmaatregel NVV-voorzitter Kloos noemde de loonmaatregel „sociaal onverantwoord en economische dwaas heid". Hij voorspelde een loonexplosie voor het tweede halfjaar 1971, als de loonmaatregel afloopt. Het risico is groot, dat de loonkostenstijging na 1 juli 13 tot 14 procent zal bearagen. De aankon diging van de loonpauze op Prinsjesdag noemde hij een „psychologische fout van de eerste orde" De heer Kloos waarschuwde andermaal tegen de dreiging van een „enorme 'ociale onrust". De verontwaardiging van de vakbeweging is groot omdat in de loonmaatregel van de regering van een reële loonverbetering geen sprake is. NKV- voorzitter Mertens zei, dat de regering in feite het standpunt van de werkgevers heeft gekozen. Over de inhoud van de maatregel was geen overleg van de regering met de Stichting van de Arbeid ge- Op de vraag van AR-fractievoorzitter Biesheuvel hoe de vakbeweging denkt op basis van vrijwillig heid in 1971 tot de gewenste matiging te komen, antwoordde de heer Kloos, dat de vakcentrales hebben gezegd met hun looneisen binnen de pro- duktiviteitsstijging (3li; procent) te zullen blijven. Omdat de vakcentrales het verloop van de con junctuur niet kunnen overzien, willen zij zich echter pes se niet op een bepaald percentage vastleggen. „De werkgevers moeten maar zeggen dat een bepaalde loonstijging niet door de beugel kan. Dat is niet de taak van regering, parlement of werknemers", aldus de heer Kloos. KVP-fractie- leider Schmelzer herinnerde eraan dat werk gevers en werknemers in 1964 ook matiging over een waren gekomen en dat toen juist een grote toongolf is losgeslagen. Op de vraag van drs. Aar den of de vakcentrales benaderd waren door be middelaars („wijze mannen") van de KVP, luidde het antwoord van Kloos: „WU zijn niet benaderd en weten van niets"- Toen PvdA-fractieleider Den Uyl vroeg wat de vakbeweging doet als de regering zou instemmen roet verwerking in de loonschalen van de 400 gul denuitkering per 1 januari, antwoordde CNV-voor zitter Lanser: „Dan blijft ons bezwaar tegen de loonmaatregel bestaan, want die 400 gulden hoort helemaal niet in de loonmaatregel thuis". Op de opmerking van WD-fractieleider Geertsema dat men met de enige miljoenen kostende stakings actie om het parlement te waarschuwen een bij zonder gevaarlijke weg op gaat. antwoordde de heer Kloos, dat de vakbeweging voor een keus tussen diverse kwaden staat. Met name de keus tussen wilde, ongeorganiseerde acties of de een uur staking. Mr .Geertsema: „Deze vorm van druk bewerkt het tegengestelde van intrekking van de loonmaatregel".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 5