Indiaan sterft
aan ziekten van
blanke mens
INDIANENMOORD DUURT
AL HONDERDEN JAREN
WERKGROEP
INDIANEN
sla Rato' n
Grote Indianenhut: slechts een deur, geen
acht tot tien families.
De Indiaan sterft uit. De totale ondergang van deze
bevolkingsgroep is een proces van eeuwen. De be
schaafde mens houdt al-ecu wen zijn ogen en oren dicht
voor deze wetenschap. Vierhonderd jaar geleden was
de Zuidamerikaanse bisschop Bartholomeo de las
Casas ooggetuige van het bloedige begin van de
slachting, die acht tot twaalf miljoen slachtoffers zou
gaan kosten. Wetenschappelijke onderzoekers hebben
bewijzen in handen, dat grootgrondbezitters, farmers
en veeboeren in hun egoïstische zucht naar steeds meer
land, een systematische jacht houden op de oerwoud
bewoners. Zij deinzen hieibij niet terug voor gruwe
lijke massamoorden op vredelievende Indianendorpen.
Men maakt gebruik van radicale middelen als gra
naten, vergift en napalm. Het wordt de moordenaars
niet al te lastig gemaakt: zij krijgen vaak alle mede
werking van regering en leger. „In 1980 zal er in dit
land geen Indiaan meer in leven zijn", aldus de
Braziliaanse etnoloog proiessor Darci Ribeiro.
Massamoord op Indianen is. de onder
gangsdreiging van buitenaf. Maar er
is ook een dreiging van binnenuit. De
Indiaan sterft aan de ziekten van de
blanke mens. Dagelijks richten tuber
culose, kinkhoest, mazelen en roodvonk
ook een slachting aan. Met honderden
sterven de Indianen in Zuid-Amerika
zelfs aan griep en verkoudheid.
De Indiaan sterft onherroepelijk, omdat
hij niet resistent is. Op plaatsen waar
medische hulp geboden word. staat men
machteloos, omdat er in de wijde om
geving geen opvangcentra zijn. Vaak
wil de blanke de Indianen niet eens
hebben in de ziekenhuizen, anderzijds
weigeren de mensen zelf om te gaan.
In Argentinië lijdt 80 procent van de
Indiaanse bevolking aan tuberculose.
Var. alle baby's die geboren wórden
sterft 44 procent.
De verzorging door de medicijnmannen
is tergend slecht. Wanneer een kind
mazelen heeft, omwikkelt hij de borst
met touwen uit angst dat het lichaam
barst. Wanneer de Indiaan koorts heeft,
springt hij in ijskoud water om zijn
lichaam af te laten koelen. De Indiaan
haalt zijn eigen „drugs" uit een be
paalde boombast, die hem uiterst vat
baar maakt voor ziekten.
Hun levenswijze bevordert het ontstaan
van ziekten. In Venezuela leven de
Indianen met acht tot tien families bii
elkaar in grote, zorgvuldig afgesloten
ronde hutten.
Wanneer de blanke voor het eerst door
de kleine opening van zo'n hut kruipt,
krijgt hij neiging flauw te vallen: er
hangt een loodzware, benauwde lucht.
Het is vrijwel duister, want de hut
heeft geen ramen: de Indiaan is doods
bang voor boze geesten. In een wijde
kring branden er op regelmatige afstand
van elkaar kleine vuurtjes. Bij elk
vuurtje hoort een familie. Het is de
meest volmaakte commune ter wereld.
Om de vuurtjes evenveel hangmatten
als er familieleden zijn. De mannen
zijn meestal op jacht. De vrouwen be
reiden het voedsel: zij raspen de yuka.
een knolgewas, dat bij de bewerking
giftige dampen verspreidt. De vuurtjes
branden zonder dat er een spiraaltje
rook ontsnappen kan.
Zieke mensen blijven dagen, soms
wekenlang in dezelfde hut en dragen
bij tot de volledige verpesting van de
atmosfeer. Een epidemie verspreidt zich
ogenblikkelijk. Pas dan neemt de In
diaan zijn maatregelen. Bij een malaria
epidemie onder de Wyca's in Venezuela
ging het hele dorp op tocht „omdat
hun woonplaats besmet was door een
boze geest". Reizigers ontdekten de
stam bij toeval kilometers verderop in
het oerwoud. Op een open plaats in
de hete zon lagen vijf lijken, op kleine
afstand van de rest van de stam.
Nader onderzoek wees uit dat er nog
drie dode kinderen waren en dat er
vier mensen op sterven lagen. Het dorp
telde zeventig inwoners.
De Indiaan zal nooit toegeven dat hij
zelf ziek is. Hij zegt: een ander wenst
mij deze ziekte toe. De Indiaan aan
vaardt dat hij eraan sterft.
RATTENEILAND
Op zoek naar mogelijkheden om ver
betering te brengen in deze onhoud
bare situatie stuitten de Nederlanders
pater Herman Feddema, broeder Piet
Uiterwaal en broeder Jan Finkers
negen jaar geleden op een totaal ver
waarloosde missiepost bjj het Ratten-
eiland in de Rio Orinoco, Venezuela.
Van de wereld verlaten, te midden van
primitieve Indianenstammen staat er
een, voor het oerwoud, kostbaar ge-
In een gebied van twintig keer Neder
land, met 80.000 Indianen, maken de
drie mannen een moeizaam begin met
het geven van onderwijs. Zij statten
met een internaat waar de kinderen
van de verschillende stammen de
eerste beginselen van het lezen en
schrijven worden bijgebracht. Een
onoverkomelijke moeilijkheid blijkt het
wantrouwen van de bevolking. In
vroeger tijden werden hun kinderen
gestolen door de Creolen en als slaven
gebruikt. Na lang aarzelen besloten
enkele ouders hun kinderen naar de
school te laten gaan. De meesten komen
van zeer ver. Maar ze hebben er veel
voor over. Voor velen is het een nor-
male! zaak om negen dagen met een
kano onderweg te zijn. Daarbij moeten
Ze grote stukken weg door het oer
woud kappen met de kano op hun
schouders.
Pas na jaren wonnen de drie blanken
definitief het vertrouwen van de India
nen. Negen jaar zwoegen in het oer
woud met veertig graden Celsius, mus
kieten en slangen heeft zichtbaar
- resultaat opgeleverd. Er is nu een
internaat, waar honderd tien jongens
en zeventig meisjes landbouwonderwijs
krijgen. De jeugd leert verschillende
gewassen verbouwen om straks van
het eenzijdige voedsel af te zijn. Zij
leren hoe de ziekten ontstaan en hoe
ze deze zelf- tegen kunnen gaan. Zij
doen kennis op die ze direct in praktijk
kunnen brengen.
De opzet van de school is dat de kinde
ren na zeven maanden-internaat terug
gebracht worden naar de ouders. Do
Indianen blijven dus leven in hun eigen
stamcultuur en primitiviteit. De prak
tijk is. dat de Indiaan niet vervreemdt
van zijn stam. Hij keert graag terug
om zijn nieuwe kennis aan anderen
over te brengen.
De grootste moeilijkheid bij de start
van het onderwijs was, dat de Indianen
van al die verschillende stammen met
elkaar móesten leren leven. Eeuwen
lang beschouwden de stammen elkaar
als vijanden, want ze vonden alleen
zichzelf meester van het oerwoud. De
jacht en de verdediging van hun eigen
land brachten met zich mee, dat ze
ook elkaar altijd uitgemoord hebben.
De Indiaan is iemand die zelf geen
medelijden opwekt. Hij wordt opgevoed
tot een zwijgzaam mens zonder emoties.
Een geëmotioneerde Indiaan is geen
Indiaan. Vanaf zijn geboorte kent hij
geen blijdschap of verdriet. Huilen of
boos worden is er niet bij. De Indiaan
schuwt elk uiterlijk vertoon. Hij camou-
Het is november 1755. In naam van George II
koning van Engeland, Verdediger van het
Geloof, is een proclamatie uitgevaardigd,
waarin de Noordamerikaanse Penobscot-
Indianen tot „vijanden, opstandelingen en
verraders van Zijne Majesteit" zijn verklaard.
Zij moeten uitgeroeid worden. Hiervoor kan-
men beloningen krijgen: veertig pond voor de
scalp van elke mannelijke Indiaan, die wordt
ingeleverd en twintig pond voor de scalp van
vrouwelijke en mannelijke Indianen onder
de leeftijd van twaalf jaar.
Het blanke ras had zijn dieptepunt bereikt.
Het superieure gedrag van de blanken ten
opzichte van de Indianen liep over vaVt
sadisme en moordzucht.
Nu is het november 1970. Systematische
inbeslagname van Indiaans territorium door
grootgrondbezitters, farmers en veeboeren
leidt tot een regelrechte slachting onder de
talrijke primitieve Indianenstammen in de
oerwouden van Zuid-Amerika. Al jaren wordt
deze moord op Indianen oogluikend toegestaan
door de betreffende regeringen, legers en
politie.
Het economisch motief voor deze uitroeiing
is onder meer de aanleg van nieuwe koffie
plantages jn Brazilië Zonder dat de planters
voldoende ingelicht zijn over de kwaliteit van
de terreinen gaan zij over tot ontbossing van
de uitgestrekte wouden in het noordwesten
van Brazilië. Herhaaldelijk blijkt, dat de
grond ongeschikt is voor het vestigen van
koffieculturen. Niettegenstaande deze mis
lukkingen wordt de aanval op het oerwoud
voortgezet, wat een directe bedreiging be
tekent voor de daar wonende stammen.
Meestal is de regering eigenaar van de grond,
die voor een lage prijs van de hand gaat.
Men kiest de percelen vanuit een vliegtuig.
De hoeveelheid aanwezig bos bepaalt de aan
koop. Er zijn tussenhandelaren, die weten dat
hun cliënten niet het risico willen lopen
aggressieve mede -eigenaars als buren te heb
ben. Zij bieden daarom hun terreinen
„gereinigd" aan. De Indianendorpen zijn
gemakkelijk te lokaliseren. Een klein vliegtuig
gaat naar de streek, waarover de handelaar
en de toekomstige eigenaar het eens zijn
geworden. Tegelijkertijd vertrekt een expe
ditie van 20 tot 40 man al naar behoefte
naar die plaatsen Het dorp wordt omsingeld
en met mitrailleurs beschoten. Deze mitrail
leurs, klein en goed hanteerbaar, worden
clandestien door het Braziliaanse leger
De weg Brasilia-Acre doorsnijdt de terreinen
waar men nieuwe plantages wil vestigen. Bij
werkzaamheden aan deze weg hoorden ar
beiders dat er veel slachtoffers vielen bij
gewapende overvallen op de Indianen in die
streek. De slachtingen werden op touw gezet
door de ondernemingen belast met de wegen
aanleg.
Waarnemers getuigen van walgelijke prak
tijken van de moordenaars. Er zijn foto's
gevonden van een Indianendorp na het bloed
bad. Op één ervan was een jonge vrouw
afgebeeld, aan haar voeten opgehangen, een
beeld van weerzinwekkende gruwelijkheid.
fleert zijn
lij een afscheid of
wordt er niets gezegd. Een
moeder die haar kind voor lange tijd
weg ziet gaan doet geen mond open;
er zal alleen een traan langs haar
wang biggelen. Met dit flegma voedt
de Indiaan zijn kinderen op. Tot zeven
jaar tenminste. Daarna is het kind
volledig vrij.
Hun levenswijze is niet strak. Er zijn
bijvoorbeeld geen vaste tijden om te
etei De Indiaan eet wanneer hij
honger heeft. Hij maakt dan alleen
voor zichzelf een portie klaar. Geza
menlijke maaltijden kennen ze niet.
Maar de Indiaan is leergierig. Wanneer
hij ziet dat iets rendabel en effectief is,
zal hy het in praktyk brengen. Voor
waarde is alleen dat hy in zyn eigen
primitiviteit kan leven. Hy moet in
diezelfde hut kunnen biyven, maar dan
met genoeg ventilatie, ramen en deuren.
De Indiaan moet. van zün eenzydige
voeding af. Hy moet rijst leren ver
bouwen, vee en kippen leren houden.
Hü moet leren, dat de vrouw geen
werkpaard is. maar dat er ezels voor
de zware arbeid zyn. De Indiaan moet
zichzelf in le.ven weten te houden, maar
zpn stamcultuur moet onaangetast
blijven.
WAHARI
Drie Nederlanders zijn op weg dit
ideaal te verwezenlijken. Het land-
bouwschooltje draait. De plaats is
haast onvindbaar en ontzettend ver
van de beschaafde wereld. Na Caracas
drie uur vliegen over oerwoud tot een
klein vliegveldje in Puerto Ayacucho.
Een stoffig stadje van 10.000 inwoners,
toevluchtsoord van bannelingen, mis
dadigers en oud-SS'ers. De beschaving
is hier nauwelijks meer merkbaar. Na
een rit per auto tot de rivier, volgt een
boottocht door het grootste moeras van
de wereld. Dan is er het Ratteneiland.
Hier is „Wahari", genoemd naar de
god van de tapir.
Er staat een stenen gebouwtje (hout
wordt door insekten opgevreten) met
twee slaapzalen. Een armoedige neder
zetting met een verzorgingsgebied van
onvoorstelbare grootte. Maar in een
straal van honderden kilometers weten
de Indianen dat de drie blanken op
het Ratteneiland te vertrouwen zijn
Herman Feddema, Piet Uiterwaal en
Jan Finkers hebben handen vol werk
Nog niet zo lang geleden brak er een
kinkhoest- en mazelenepidemie uit
waardoor tientallen dorpen besmet
werden. Van heinde en ver trokken
de Indianenfamilies naar de nederzet
ting. Ze kwamen per kano de rivieren
EÜLL'.
van de Rio Orinoco: bedreigd door de ziekten
Onafhankciyk van di Stichting India
nen Ratteneiland. bestaat in Nederland
de W.I.Z.A. (Werkgroep Indianen Zuid-
Amerika). De doelstelling van deze
werkgroep Is alle activiteiten tegen de
moord op iAdianen in Zuid-Amerika
te bundelen. Zy verstrekt informatie,
vanwaaruit men kan werken naar de
bewustwording, die zou kunnen leiden
tot acties: Secretariaat W.I.Z.A.: Bran-
tingstraat 15, Rüswük.
afzakken. Steeds meer en van alle
kanten. Het was onbegrijpelijk hoe zij
de plaats wisten te vinder.. De Indianen
waren bezield van één gedachte: „In
Wahari sterf je niet....".
NOODKREET
H werk moet doorgaan, maar de
middelen ontbreken. De drie Nederlan
ders hebben een noodkreet geslaakt
in de hoop dat die gehoord wordt
Zij hebben grootse plannen voor het
Ratteneiland. Allereerst moet de school
hoognodig uitgebreid worden. Veel
meer Indianen moeten de gelegenheid
krijgen lessen in landbouw te volgen.
Daarnaast zou er een voorlichtings
centrum moeten komen, midden in het
oerwoud. Levend in hun vertrouwde
primitiviteit moeten zij leren hoe zich
te beschermen tegen de ziekten van
de blanken, anders sterven zy, onher
roepelijk.
Enige Nederlanders hebben de nood
kreet gehoord en het initiatief genomen
om een stichting te vormen: „Indianen
Ratteneiland". Het doel van de stich
ting is binnenkort een actie te starten
om één miljoen gulden bijeen te krygen
voor het bouwen van een landbouw
school op het Isla Raton (Ratteneiland)
in Venezuela.
De stichting wordt gevormd door de
volgende personen: ir. C. Schiebroek
uit Eindhoven (ingenieursbureau), mr.
J. Pesch uit Den Haag (ministerie van
Buitenlandse Zaken). Albert Welling
uit Bloemendaal (hoofdredacteur Nieu
we Revu), Wim Hornman uit Schoor!
(schrijver-journalist), pater J. Raaij-
makers uit Den Haag (provinciaal van
de salesianen) en pater J. Korff de
Gidts uit Den Haag (econoom van de
salesianen).
De stichting heeft nog een tijdelijk
gironummer van de paters salesianen:
„Indianen Ratteneiland", stichting Don
Bosco, giro 714005 in Den Haag.
THEO VAN DER KAAIJ
Broeder Piet Uiterwaal onderzoekt een Indianenkind op het Ratteneiland.
."V.'
>rd dat Wahari aangeeft, genoemd naar de god van de tapir.