EIGEN (GAS)HAARD IS
NOG STEEDS GOUD WAARD
„Open haard
Ondanks de opmars van de CV
Mistig weer.
kachel hoger
Warm baden..
SNIK-VLOEK-SNIK-VLOEK
GRAAG, MAAR WEL MET
BEHOORLIJKE VENTILATIE
oergezellig meubelstuk
LEIDSE COURANT
(Van een onzer verslaggevers)
DEN HAAG Centrale verwarming of niet: dat is tegenwoordig de
kwestie. Voor de nieuwbouw is dit overigens geen vraag meer. In
1969 werd in de nieuwbouw 90 procent van de woningwetwoningen,
57 procent van de premiewoningen en 61 procent van de woningen
die in de vrije sector gebouwd werden, voorzien van centrale ver
warming. Landelijk bezien betekent dit 70 procent van het totaal
aan nieuwbouwwoningen. Het betekent ook, dat de centrale ver
warming in een pijlsnelle opmars geraakt is. In 1962 nog maar
16 procent van het totaal aan nieuwbouwhuizen, in 1965 reeds
47 procent en in 1968 al bijna driekwart van de toen nieuwgebouwde
Nederlandse woningen. Met de bestaande huizen ligt het natuurlijk
nog anders. Daar komen kwesties als kosten, mogelijkheden, plannen
voor sanering en dergelijke al gauw om de hoek kijken. Toch is ook
in deze sector de opmars van de centrale verwarming merkbaar, zij
het dan wat schoorvoetend door al die beperkende factoren, die nu
eenmaal rond bestaande woningen aanwezig zijn.
Hoe men het ook keert of wendt: de moderne
aewoner heeft zich ingesteld op de centrale ver
verwarming. Daarvoor zijn cijfers of statistieken
feitelijk niet eens meer nodig. Want iedere wille-
teurige huisvrouw zal misschien wel eens met wat
ïostalgie terugdenken aan de gezellig ronkende
ïaard. Maar zij zal niet graag meer terug willen
laar de tijd dat zij bij iedere vulling in de haard
net haar stofdoek liep te zwaaien.
is dat alleen maar schijn?
Er zijn ook andere cijfers. In vijf jaar tijd namelijk
steeg de verkoop van het aantal gashaarden, be-
I Brandstoffenhandelaren, die hun omzet
I vat kolen betreft enorm zien dalen,
gebruiken tegenwoordig de STER-
reclame om de aandacht te vestigen
op hun zo snel teruglopende produkt.
Ze doen dat met een aantrekkelijke
spot van bibberende mensen, die geen
kolen stoken en een gezellig bij elkaar
zittend echtpaar, dat zo „verstandig"
is, nog wel kolen te stoken. Koud en
naargeestig weer nodigt echt uit tot
het lekker aansteken van de kachel.
Mistig weer is echter bijzonder bevor
derlijk voor het ontstaan van kolen
damp. Zet bij mistig weer de kachel
wat hoger. Doet u dat niet, dan bestaat
de kans, dat de schoorsteen niet goed
trekt en de giftige verbrandingsgassen
de kamer inkomen, met alle gevolgen
van dien. Het kan bezwaarlijk zijn, een
haard, die wat hoger staat, vooral in
verband met de warmte. Zet dan liever
een deur of raam op een kier, zodat
de overtollige warmte naar buiten kan.
Bovendien krijgt u zo ook nog wat
extra frisse lucht.
In badkamers worden verschillende
soorten verwarming gebruikt. In geval
er in huis c.v. aanwezig is kunt u dit
stukje gerust overslaan. Voor hen, die
in de huiskamer nog een haard hebben
(wat voor soort dan ook) en die zitten
te smachten om een lekker warme bad
kamer, is er de laatste tijd toch niet
veel veranderd. Het blijft bij de bekende
straalkacheltjes. Ze zijn er met ver
schillende soorten glasstaven. Aan te
bevelen zijn die met een staaf van
kwartsglas. Deze hebben geen last van
aanslag op het glas. Andere soorten
hebben dit. nog wel eens met als ge
volg kortsluiting. Dit laatste is vooral
in de badkamer, waar het altijd wel een
beetje vochtig is, levensgevaarlijk.
Knoei ook nooit zelf aan de verwar
ming van de badkamer, het kan zo
verkeerd uitpakken!
stemd voor zogenaamde lokale verwarming, met
maar liefst 95 procent. In nuchtere getallen betekent
dit een verkoop van 10.000 gastoestellen in 1960 en
570.000 in 1968.
Goed: de „stofboel" verdwijnt dan wel met het
sluiten van de kolenmijnen en dus ook met de
terugval van de gezellige kolenhaard (van 350.000
in 1962 tot 2000 in 1968), feit is echter dat heel wat
Nederlanders de voorkeur blijven geven aao de
eigen haard, die voor hen altijd nog goud waard is.
Er zijn immers altijd nog een paar miljoen huizen,
die geen centrale verwarming hebben, en waar,
volgens deskundigen, „bewust een duidelijke vuur
gloed, ook bij laagstand" te zien moet zijn.
Cijfers kunnen tot allerlei gissingen, maar ook ver
gissingen leiden. Want de bewoner anno 1970
staart zich lang niet meer zo blind op zijn centrale
verwarming als de cijfers zouden doen geloven. Hij
is er al aan gewend en zoekt wat anders. Naast de
centrale verwarming bijvoorbeeld een plekje in
huis, waar de gezelligheid hoogtij kan vieren bij een
haardje met hout, gas, olie en zelfs nog met kolen.
Sommige deskundigen noemen het al de nieuwe
mode: die open haard bijvoorbeeld, of dat gas
haardje, dat het bij een gloedvol ingericht hoekje
zo goed doet.
Het gaat namelijk niet alleen meer om de brandende
vraag: centrale verwarming ja of nee. riet gaat
steeds meer om de kwestie: een lekker vlammetje,
ja of nee.
Het is immers hoe men het zelf wil bekijken. De
efficiënte mens bij wie wasautomaat, automatisch
koffieapparaat, stereo-pick-up, centrale verwar
ming past. En daarnaast diezelfde mens, maar dan
in zijn vrijetijdskleding, met al of niet zijn tweede
huis, zijn romantisch tuinhoekje, zijn wensen en
dromen gesymboliseerd in die „vuurgloed, zelfs bij
laagstand." Woningen in etappes beter leefbaar
maken is een facet in het leven anno 1970 dat vol
gens enkele psychologen een nieuw verschijnsel
wordt bij het gecompliceerde wezen, dat mens ge
noemd wordt. Want ook al kan men zich in cijfers
vergissen, de gegevens ever de stijgende verkoop
van alle mogelijke sierlijke haardjes liegen er be
paald niet om. Eeri stijging, die mede gebaseerd is
op de aanschaffing van deze haardjes door mensen,
die in het hele huis alleen maar een knopje behoe
ven om te draaien om volop warmte te hebben.
Leven zonder een behoorlijk verwarmde
woning: is in onze streken ondenkbaar
geworden. Wjj mensen hebben in de
loop van de eeuwen alle soorten ver
warmingen geprobeerd en toegepast. Nu
is het centrale hetelucht- olie- en
gasverwarming, de kolen-, gas- en olie-
haard, de open (blokken) haard. Precies
zoals ieder van ons zelf kan betalen
of in zijn woning voorgezet krijgt. Maar
één ding is zeker: zonder een behoor
lijke ventilatie wordt de behaaglijk
verwarmde woning een onbehaaglijke,
onplezierige omgeving.
Droge warmte, te vochtige warmte
beide werken onplezierig op ons
lichaam en daardoor op onze gesteld
heid, ons humeur. Te droge warmte
slaat op de keel en veroorzaakt loom
heid, te vochtige warmte is oorzaak van
een nare klamme toestand. Evenmin
behaaglijk voor het lichaam en dus
voor ons humeur.
Het Bouwcentrum Rotterdam heeft het
ons met een grote ruimte van aan
passingsmogelijkheden voorgerekend
De relatieve vochtigheid van de lucht
ui een verwarmde omgeving moet lig
gen tussen de 30 en 70 procent. Is het
vochtgehalte in de woning te laag. dan
zal men moeten zorgen voor een kunst
matige vochtigheid, anders krijgt men
te droge warmte.
Voor de centrale verwarming zijn daar
voor alle mogelijke bakjes beschikbaar,
voor haarden kan men kannetjes, ketel
tjes e.d. gebruiken, die het dikwijls nog
bijzonder goed doen. Maar bedenk wel
hoe groter de opening van bakjes,
keteltjes, kannetjes e.d., des te meer
water verdampt, des te sneller is het
Is de lucht te vochtig, dan beslaan de
ramen. Ventileren is daartegen het beste
middel. Trouwens: men moet altijd zor
gen voor voldoende frisse (zuurstofrijke)
lucht in de verwarmde ruimte. Het
hinderlijke geeuwen is dikwijls een
teken, dat de lucht onfris geworden is
Gebruikt men een ventilator, dan moet
deze niet alleen verbruikte lucht af
voeren. maar ook frisse lucht toevoeren.
En wat de warmte in uw woning
betreft: Het Bouwcentrum te Rotter
dam heeft de volgende berekening ge
maakt:
1022 graden Celsius
woonkamer
slaapkamer
studeerkamer
keuken
badruimte
gang
15—17
15—17
vanTvelzen
VERWARMING
ELEKTRISCHE
en
HUISHOUDELIJKE
ARTIKELEN
LEIDEN
NOORDEIXDE 41 TELEFOON 21168
Maar het blijven algemene berekenin
gen. Een „koukleum" zal er graag een
paar graadjes bovenop willen doen
Een „warm aangelegde" bewoner kan
rustig toe met wat graadjes lager. Het
gaat immers om de behaaglijkheid in
onze woning, die voor iedereen anders-
is. Meer mensen in één woning zullen
omwille van de huiselijke vrede een
algemeen aanvaarde gemiddelde be
haaglijkheid moeten vinden.
Gelukkig dat er alle soorten vrije-
tijdskledimg bestaan. Iedereen in de
woning kan zich aan warm of fris
kleden al naar gelang de gemiddelde-
behaaglijkheid voor deze ..eenling" te
warm of te koud is.
Maar voor iedereen geldtvoldoende
frisse lucht i* de eerete vereiste.
Centrale verwarming is
heerlijk, maar als je na
een dag hard werken een
beetje koud thuiskomt is
een echt vuur veel behaag
lijker. Je steekt het vuur
aan. kijkt in de gloed en
strekt je koude en moede
benen naar de koesterende
warmte uit.
Dat alles is te verwezenlij
ken met een gas-, olie- of
kolenhaard. Toch heeft
vrijwel iedereen liever een
open haard. Maar ach. hoe
krijg je die? Tenslotte zijn
er wel andere dingen, die
eerst in huis opgeknapt
moeten worden. En zo
komt er maar niets van.
De laatste tijd schijnen er
echter steeds meer mensen
te zijn. die het behang in
de slaapkamer en de ka
potte broodrooster
ten
stap wagen naar dat grote
ideaal: de open haard.
Daar komt dan in de eerste
plaats vreselijk veel breek
werk bij kijken. De huis
vrouw grijpt al in vertwij
feling naar het hoofd en
meldt, dat toch ook het be
hang in de kinderkamer al
lang aan vernieuwing toe
is. Haar echtgenoot houdt
echter stug vol, hoe kan hij
ook anders, en neemt per
soonlijk na al dat puin de
stofzuiger ter hand. Dit
ziende verzoent zijn vrouw
zich
met de gang van zaken.
Ze geeft in stilte na plaat
sing van het mooie karkas
haar man gelijk en nodigt
de buurvrouwen op de kof
fie. Onmiddellijk treden al
lerlei geheimzinnige vrou
welijke wapens in werking
en 's avonds worden zekei
vier echtgenoten geconfron
teerd met de noodzaak van
een open haard in huis.
Feestelijk wordt de nieuwe
open haard ingewijd en
kijk, hij trekt voortreffe
lijk! De asla schoonmaken
is ook al niet zo'n groot
probleem, want deze fami
lie was zo verstandig een
inbouwhaard met uitschuif-
bare asla te nemen. Alleen
had Jopie zijn autootje la
ten slingeren, toen pa de
volle la na die gezellige
avond naar de vuilnisbak
wilde brengen. Opnieuw
neemt hij naar aanleiding
van zijn open haard de
stofzuiger ter hand en er is
de volgende dag ook nau
welijks meer iets van te
En dan. na weken wachten,
komt die mistige herfsta
vond na de onafzienbaar
lange en vermoeiende
werkdag. De houtblokken
liggen droog klaar in de
Interieurarchitect J. A. Han
haard en wat let je om het
ding aan te steken? Weldra
schieten dan ook de eerste
vlammen op. Daarmee
komt de allereerste werke
lijke ellende. Door het mis
tige en windstille weer wil
de schoorsteen - niet trekken
en hangt er binnen geen
tijd een grote zwarte roet
wolk over de meubelen. Al
leen een flinke emmer wa
ter dooft de vlammen en
nu helpt echt geen stofzui
ger. De vrouw huilt op de
maat van het vloeken van
haar man. Ze roepen tegen
elkaar op, dat ze dat snert-
ding nooit hadden moeten
kopen. Na herstel van de
schade, ziet de haard er
nog net zo mooi en gezellig
uitnodigend uit, maar
waarschijnlijk zal het wel
een tijdje duren eer aan
die uitnodiging weer gevolg
wordt gegeven.
Toch zou iedere openhaard-
bezitter moeten weten met
welke weersomstandighe
den hij rekening dient te
houden. Meestal heeft hij
bij een beetje prijzige
haard ook nog de beschik
king over een verstelbare
afzuigkap, zodat vrijwel al
tijd gestookt kan worden.
Een open haard is beslist
een oergezellig meubel
stuk: vereiste is natuurlijk
wel dat je ermee om moet
kunnen gaan.