ECHT voorzn AP PAUL VAN VLIET: „Om met Bram te spreken: gewoon het absolute einde. Oehhh" Ik laat mij niet in een vakje stoppen" p t Veel kritiek op festival van Venetië JAZZFLUITIST CHRIS HINZE: O WOENSDAG 2 SEPTEMBER 1970 LEIDSE COURANT PAGINA II J&tg<mboek voor hippe en andere Vogels JBram alias; P<xuKVliet A,W.SfithoH -1kten- 1070 Bram uit het alternatieve tentenkamp: „Recht voor de raap. Dat is al te gek joh". DEN HAAG. Rascommunard Bram uit het alternatieve tenten kamp, Bram van „wham", „hip zonder kop" en „recht voor de raap", heeft nu ook kans gezien om met zijn grollen door te drin gen tot het establishment van de vaderlandse platenindustrie. Per soonlijk acht hij dat een ijzer- sterke. Een erge goeie vindt hij zelf. Eén van de beste. En dat wilde hij gistermiddag ook met alle liefde komen vertellen in het Haagse theater PePijn. Bram, die toch in Den Haag moest *ijn om nieuwe ritsen voor de slaap zakken te kopen (..dat krijg je van al die in's and out's) was eerst bij het ministerie geweest, waar een ambte naar hem vertelde, dat hij jammerlijk abuis was en dat hij voor slaapzakken ergens anders het groezelige oor te luisteren moest leggen. Waarop Bram uitriep: „Wat maak je me nou man? Wat vertel Je me nóu? Het hele ge bouw hier zit vol met ouwe slaapzak- In Pepijn viel Bram met de neus in de boter, want daar kreeg „de beken de Haagse mafkikker Jaap van Vliet juist het eerste exemplaar van zijn nieuwe langspeelplaat". Om de verni- sage compleet te maken sprong Bram met hemd en hoofdband ook maar op het toneel om het bij eengestroomde incrowdvolkje zijn visie op het Dam- gebeuren in Amsterdam te geven. Bram is van oordeel, dat Samkalden geen potentiële Damkampioen is. „Die man heeft natuurlijk een hint gekre gen van de plaatselijke VW. Zo van: ,,Sam, het toeristenseizoen loopt af en we hebben nog behoefte aan een stuntje, een trekkertje". Toen dacht Sam: „wacht effe, ik heb nog een oud idee van Van Hall liggen". IJzersterk Wat die langspeelplaat „Een avond aan zee met Paul van Vliet" betreft: een belangrijk deel daarvan wordt volgepraat door een ijzersterke Bram, die zijn avonturen uit het tentenkamp vertelt. Dit met loyale toestemming van Paul van Vliet, die Bram vorig jaar in zijn OPUS 4 de geest heeft gegeven. Bram is moeiteloos uitge groeid tot de grote steunpilaar van theater PePijn en sinds de succesvolle theaterspektakels van Paul van Vliet in de Scheveningse Kurzaal heeft hij daarbij ook nog de status van natio nale figuur gekregen. Het is duidelijk: Bram maakt het. Voor zichzelf en voor zijn geestelijke vader Paul van Vliet. Bram is het symbool van de opzienbarende meta morfose, die Van Vliet de laatste twaalf maanden heeft ondergaan. Van keurige Haagse cabaretier in de nette smoking van de Haagse maatkleerma- ker is hij uitgegroeid tot een artistie ke volksmenner, die menigten be zweert en smeuige meezingers bij voorkeur in zalen met meer dan 1200 stoelen stampt. Die spectaculaire ver andering is ook hoorbaar op Van Vliets nieuwe, kostelijke langspeel plaat, waar de echo's van 't Scheve- nings binnengebeuren licht doorpekeld de groeven uitspringen. Gesteund door een gul publiek en opgezweept door een voortreffelijk orkest onder leiding van de vaste PePijnvleugeladjudant Rob van Kreeveld speelt Paul van Vliet ruim een uur de op zijn lijf gesneden rol van de grote magiër, die onder de kleurige dekmantel van Bram zijn definitief hoogtepunt be reikt. Terecht schrijft producer Gerrit den Braber op de met veel foto's verluchte platenhoes: „het was om met Bram uit de commune te zeggen: „gewoon het absolute einde oehhh". Sinds Scheveningen staat voor mij vast, dat Paul van Vliet wordt be mind. De oude toneelmeester van het Kurhaus zei het al: „Ik ken de arties ten meneer. Ik heb ze hier allemaal gehad. De grootsten van de wereld. Het typische is, dat artiesten van de bovenste plank ook altijd vriendelijk zijn en geen kapsones hebben. Paul Op de rug van Bram is Paul van van Vliet nu definitief in de branding van het vaderlandse amusement terecht gekomen. Het is een mening uit het vak, die van harte gedeeld wordt door de Haagse haringhandelaar Bram, die het echtpaar Van Vliet onder zijn clientèle heeft. ..Een geweldig mens meneer, geen kouwe drukte. Altijd tijd voor een haring en een praatje'*. Het is een mening, die zeker ook gedeeld wordt door mensen, die de nieuwe langspeelplaat van Van Vliet op hun draaitafel leggen. Ook zij zul len na een uur verrast uitroepen: „Dit is een openbaring". ELPEE BRENGT ZILTE INSTUIF RECHT VOOR ZIJN RAAP Bram is ondertussen nog een stap verder gegaan en heeft zijn „recht voor de raap" ook uitgeleend aan de uitgeverij Sijthoff in Leiden, die een jargonboek voor hippe en andere vo gels op de markt heeft geworpen. In de voorpubliciteit werd de indruk ge wekt, dat het boekje berstens vol zou zitten met saillante uitwerpselen van Bram en zijn vaste mafkikker Paul van Vliet, maar dat blijkt achteraf een commerciële misvatting te zijn geweest. Bram is alleen de dunne vlag, die de lading dekt. Een foto op bijgedragen. Daarin zegt hij: „Dit te gek joh. Boekje met hippe woord jes. Weten ze veel. Is meer kip zonder kop. Ik sta op de cover. Dat is het helemaal. Publicity weet je wel. Te gek joh. Bram in de boekwinkel. Is het voor een cadeautje? Ja. dus laat het prijsje maar zitten juffrouw. U kan het ook nog net leesbaar uitgom- men. En dan gewoon geven, weet je wel. Hier is Bram in zilver en roze voor vier gulden en negentig cent. Gisteren heb ik weer een foto laten maken, helemaal opgeblazen, met bol le wangen, weet je wel. Voor de cover van de Dikke van Dalen. Ja joh, een goeie grap is nooit weg". De hippe Bramfans, die „Recht voor de raap" kopen in de stellige overtui ging, dat het bol staat van de goeie grappen, komen ondertussen nauwe lijks aan hun trekken. Wat samenstel ler Rouke G. Broersma heeft bezield is een groot raadsel, maar misschien weet de uitgever er meer van. Bram zei het gisteren trouwens zelf al; „Ik kom er nauwelijks in voor, maar wat geeft dat. Ik ben van de royalty family en de rest is silence". VENETIc Een aantal critici is var oordeel dat het filmfestival van Venetië, dat gisteravond is geëindigd, een mis lukking is geweest. Sommigen wensen dat de directeur van dit 31ste festival moet verdwijnen, en dat een (Italiaan se) parlenmentaire commissie het ge heel eens moet gaan doorlichten. Men had onder meer kritiek op de directeur Ernesto Laura, de vroegere filmcriticus van het dagblad van het Vaticaan, l'os- servatore romano, omdat deze liet ver tonen van werk van middelmatige kwa liteit had toegestaan. Werken Brancusi in Den Haag DEN HAAG 25 van de ruim 50 werken, die de komende maanden op de Brancusi-tentoonstelling geëxposeerd worden, zijn intussen in Den Haag ge arriveerd. Zij kwamen met een speciaal transport van de Roemeense regering per trailer uit de Roemeense hoofdstad Boekarest. Het transport staat onder leiding van de Amerikaanse Brancusi- deskundige M. Riley, die medewerker is van het Guggcnheimmuseum in New York. De heer Riley verzorgde indertijd eveneens de transporten van de vorig jaar in Amerika en dit jaar in Boeka rest gehouden Brancusi-exposities. De Amerikaanse deskundige kwam naar Den Haag om er op toe te zien, dat het uit- en inpakken van de werken met de grootste zorg gebeurt. De heer Riley zal eveneens aanwezig zijn bij de aankomst van werken uit de Franse en Ameri kaanse musea en particuliere verzame lingen, welke in de loop van de volgen de week per vliegtuig zullen arriveren. De opening geschiedt op 18 september. Enige leden van de club van filmcri tici waren van oordeel, hetgeen zijn wereldkundig maakten in een commu nique, dat zij "pijnlijk waren getroffen" door het bijzonder lage artistieke en culturele_peil" van het festival. De Itali aanse minister van vrijetijdsbesteding en toerisme Matteotti, hield dinsdaga vond de slotredevoering van het festival en zei daarbij dingen waaruit ook bleek hoe hij erover dacht. Hij vond onder meer dat de lage kwaliteit van de vertoonde films "een probleem was van de cinematografie in het algemeen, waarvan het festival tenslotte een weerspiegeling was" Kritiek op direc teur Laura had hij niet en als hij afwist van de eis dat men wilde dat deze aftrad, deed hij alsof zijn neus bloedde. Er zijn op het festival 17 films officieel uitgebracht. Slechts een paar kregen een goede kritiek. De meester werden betiteld als "vervelend" of "technisch ongerijmd". Dit was het tweede festival dat onder leiding van Laura stond en tevens het tweede waarbij geen officiële prijs werd uitge reikt. Ernesto Laura had verleden jaar besloten dat er geen "gouden leeuwen" meer beschikbaar zouden worden ge steld nadat van linkse zijde met veel misbaar te kennen was gegeven dat de prijs aan de makers van films van hoge kwaliteit was onthouden, dat hier spra ke was van regelrechte discrlminatie.De Italiaanse vereniging van filmrecensen ten gaf wel een prijs aan Federico Fellini's t.v.-film „De Clowns". Dc Ve- netiaanse journalisten hebben hun Pasi- netti prijs toegekend aan de Amerri- kaanse film "Wanda" van Barbara Lo den.Tot slot van de biennale van Vene tië is de Amerikaanse acteur en regis seur Orson Welles uitgeroepen tot "meester van de cinema 1970". De on derscheiding was bedoeld voor het hele oeuvre van Welles. Omdat hijzelf niet aanwezig was, werd de onderscheiding namens hem in ontvangst genoemen door de Italiaanse actrice Alida Valli. (Van jazzmedewerker) DEN HAAG Dc Haagse fluitist Chris Hinze (32) heeft sinds korte tjjd de wind in de zeilen gekregen. Producers uit de grammofoonplatenindustrie, machtige mannen in het wereldje van radio en televisie etc. hebben zjjn talent ontdekt, of liever erkend. Wie dan ook een afspraak maken wil met deze tengere en typische muzikant moet wel enig geduld bezitten, want hi) is een druk bezet man geworden. In z\jn snelle wagen rijdt hij van opnamestudio naar een Bühne ergens in Nederland of daarbuiten, voert gesprekken omtrent komende tournees voor de tweede helft van volgend jaar en strijkt dan amechtig even neer in de Haagse Beukstraat om vrouw Annemarie en kind te groeten. Tournees voor volgend jaar? Jawel, want eerst vliegt hij naar Amerika om een tweede jaar te studeren aan de Bcrklee School of Music te Boston, betgeen wordt mogelijk gemaakt via een studiebeurs van C.R-M. „Voor de tweede maal", vertelt Chris Hinze ons „ga ik naar Boston omdat aan deze school de studiemogelijkhe den zo enorm groot zijn. Men for meert daar uit de ruim duizend leer lingen big-bands, grotere formaties en combo's om langs deze weg praktisch alle facetten in het vak onder de knie te krijgen. Niet alleen de beheersing van het instrument, doch vooral het componeren, arrangeren en het schrij ven van volledige partituren wordt hier grondig geleerd. Dit is voor mijn toekomstplannen noodzakelijk, want ik kan er moeilijk tegen, wanneer men mij in een vakje zou stoppen. Daarom ben ik erg blij met deze beurs, omdat ik nu een all-round- opleiding kan volgen waardoor ik straks zal kunnen doen waar ik zin in heb. Altijd studio-arrangementen schrijven of, zoals vroeger toen ik als pianist en organist werkzaam was, elke avond je partijtje spelen in één of ander orkest, zou mij stapelgek maken. Ik heb dit vanaf mijn twintig ste jaar gedaan, doch ineens kon ik deze leefwijze niet meer aan". Hij strijkt het zwarte lange haar in de plooi en formuleert op ons verzoek wat hij nu precies wil. „Wat ik nu wil en altijd gewild heb zie je nu gebeu ren, namelijk muziek creëren waar ik zelf volledig achter sta, muziek waar in mijn gevoelens en ideeën tot uiting komen. Indertijd bewonderde ik de speltrant en techniek van Frank Wess, een groot fluitist en een goed jazzmu sicus. Ik kocht een fluit en studeerde in de schaarse vrije uren die ik toen had als beroepspianist, thuis om dit instrument te leren beheersen. Twee jaar heeft dit geduurd en daarna heb ik mijn fluitstudie voltooid op het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, waar ik les kreeg van Frans Fester. Naar aanleiding van de goede resultaten die ik behaalde werd mij een studiebeurs toegekend. Als fluitist ben ik in feite begonnen bij het trio van bassist Dick v. d. Capellen, waar mede ik onder andere de l.p. „The present is past" heb gemaakt Vier jaar ben ik bij Dick gebleven, doch ik vond hierin uiteindelijk toch geen vol doening. Als solist werkte ik ook nog mede aan de opname van Boy's Big Band „Finch eye", benevens een plaat met pianist Cecyl Taylor. Drie jaar geleden ben ik begonnen met een eigen groep, die met Peter Ypma en Rob Langereis eigenlijk pas goed van de grond kwam". Victorie in Montreux Er is in het leven van de rusteloze Chris Hinze een duidelijk keerpunt aan te wijzen: het jazzfestival in Montreux dat in juni van dit jaar werd gehouden. Hier werd hem door de Internationale pers een solisten- prijs toegekend. De groep werd dooi de NOS afgevaardigd als Nederlandse vertegenwoordiging. Hij zegt hierover het volgende: „Die persprijs heeft mij veel werk bezorgd. Je bent ineens bekend en daar heb ik gebruik van gemaakt. Voor concerten, plaatopna men of werken voor de televisie stel ik mijn eisen. Die zijn beslist niet buitensporig, doch ik moet kunnen musiceren zoals ik dat zelf wil en met eigen arrangementen. Aanvankelijk gaf dat moeilijkheden maar nu schikt men zich daarin. Voor de TROS-tv is een programma Stoned Flute (ge noemd naar mijn l.p.) opgenomen en een Vivaldiprogramma. Door ge sprekken met John Vis van C.B.S. is namelijk het idee ontstaan om Barok muziek te koppelen aan ons eigen idioom. Deze combinatie is succesvol gebleken. De N.C.R.V. maakte met ons een programma Bamboo-feelings, waarin ik bamboefluit speel. Dit is ook de titel van mijn nieuwe single die dezer dagen zal verschijnen. Ik ben zeer benieuwd hoe de tienerjeugd hierop zal reageren, omdat in deze opname het beatritme is verwerkt, vermengd met geluidseffecten. Ook voor de radio heb ik nu veel werk. En op 11 september kom ik in de Vuist van Willem Duys. Daarna ga ik naar Amerika. Maar ditmaal gaan vrouw en kind mee. Zonder hen is het prak tisch niet te doen". Is jazz werkelijk dood? Zijn levendig enthousiasme en een niet aflatend zoeken naar nieuwe mo gelijkheden in dit genre deed ons de vraag stellen of de jazzmuziek nu werkelijk wel zo dood is als somslijds wordt gezegd. „Belachelijk". zegt Chris Hinze resoluut. „Er is tijdens die roemruchte televisieuitzending omtrent jazzmuziek, nu enige tijd ge leden, ook iets dergelijks beweerd. Doch iets constructiefs kmam er niet uit. Doodzonde van de dure zendtijd. De kwestie is wat men er voor wil doen. Vast werk voor radio en t.v. of in de studio, dan wel je volledig inzetten om jazz te willen spelen. Nu zit ik „in de lift", maar dat is pas van de laatste tijd. Voorheen had ik het ook niet breed. Voorts zijn er voldoen de mogelijkheden in deze muziek te vinden, waarin je voldoening kunt vinden. Dixielandjazz bijvoorbeeld trekt me beslist niet meer, wat niet wil zeggen dat deze stijl niet goed meer zou zijn. Daarom heb ik een andere opzet gezocht en gevonden. Misschien klinkt het vreemd maar mijn composities schrijf ik in zoals ik dat zelf noem chaos en anti-cha- os. Het eerste systeem omvat een to taal vrije speltrant voor mijn musici vermengd met een vrije melodie voor fluit. Anti-chaos wil zeggen dat een bepaald tempo wordt gehanteerd, bij voorbeeld het beatritme, dat echter in de soli kan worden gewijzigd. Boven dien produceer ik geluidseffecten door middel van elektronische apparatuur. Slechts de basisthema's in de vertol king heb ik op papier gezet. Voor dit soort muziek heb je musici nodig die praktisch alles kunnen spelen. De hoofdzaak is dat men mij begrijpt, da' men mijn bedoelingen kan verklan ken. Ik meen dat ik die mensen ge vonden heb. Mijn bassist Roger Coke bijvoorbeeld doet met zijn instrument wat hij wil. Hij bezit een verbazende techniek en is werkelijk ongeloof waardig muzikaal. Roger komt uit Amerika en is daar als jazzsolist op getreden met hèt Chicago Symphonic Orchestra. Ivan Krill studeerde aar dezelfde school in Boston U.S.A. Ook hij denkt in hetzelfde idioom als ik En dan pianist Henk Alkema ja da's een Nederlander waarmede i' bijzonder fijn kan werken. Hij heef grote kwaliteiten als pianist, ma: ook als collega. Met deze formatie ka ik nu eindelijk de muziek brengen d' mij al zo lang voor ogen heeft ge staan." Een aardige anekdote kwa ons nog ter ore, een gebeurtenis, dii zich in een studio voltrok. Een musi cus beluisterde een opname van Chris Hinze, doch wist niet wie de uitvoe renden waren. Hij verzuchtte: „Wat jammer toch dat wij in Nederland zulke fluitisten niet hebben

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 11