„IK VERDIENDE IN ACHT MAANDEN MEER DAN 100.000 MARK „De meeste kerels hier hebben wel iets op hun kerfstok" Hasjiesjverkoper Raddi (19 jaar): HIPPIES IN STOCKHOLM 0) OP ZWARE HARLEY- DAVIDSON NAAR POOLCIRKEL Jerry (of Gerd) M., (28) uit Bremen zit op zijn hurken muntjes te gooien te gen de koperen balustrade van de „Stockholmsterrassen' hoog boven het verkeer in het glazen hartje van de Zweedse hoofdstad. Blue jeans, groen ongewassen truitje op een getatoeëerd bovenlijf, kleffe haardos tot over ziin sleutelbeenderen. Het is 'n spel met zijn vriendje, 'n stille jongen met stoppel baard, die op commando „rapport Manfred!" de öres weer opraapt en ze Jerry ter hand stelt voor een nieuwe worp. Een kromme, slaafse hond. „Je merkt wel, dat ik net weer ge rookt heb", zegt Jerry. „Zo'n sigaretje hasj geeft me een kick voor twee tot drie uur. Kost tien kronen, dat is bijna acht mark. Een stuk of vier per dag is mijn normaal gemiddelde. Ik voel me, alsof ik zweef. Ik heb geen gewicht meer". Hij staat voortdurend op de punt van zijn kapotte schoenen, lijkt de lucht in te willen. En hij praat, een vol uur zonder ophouden, zonder vermoeid te raken. „Als ik high ben. kerel, kan ik eindeloos filo soferen. Dan is mijn geest niet te stuiten. En mijn vermogen om het allemaal te formuleren is onbegrensd. Dat is het fijne van hasj. In zo'n toestand race ik het liefst op mijn zware Harley-Davidson twaalfhonderd c.c. naar Nordland, waar de poolcirkel begint. Jongen, wat is het daar mooi! En dan afstappen. „In Frankfurt word ik door de politie gezocht. Ze denken, dat ik iets te maken heb gehad met een grietje, dat zich dood gespoten heeft. Maar ik had er geen moer schuld aan. Ik heb het gewoon zien gebeuren, verder niks. Die „dumme Gans", helemaal gek. Eerst rookte ze een stick hasj, toen slikte achter elkaar, en daar deed ze nog een spuit heroïne bovenop. Ze sliep in, morsdood. Wat kon ik eraan Eén van mijn makkers is gegrepen, hij wacht op het proces. Mij hebben ze niet gekregen, ik ben er tijdig vandoor per maand tegen de twintig kilo hasj naar Duitsland, dat was een koud kunstje". „Als je binnenschippers of chauffeurs goed betaalt, zijn ze de douane altijd te slim af. - De drughandel is even hard als de Maffia. Je hebt syndica ten, die elkaar uitmoorden. Ik ken dat van Hamburg. Op zekere dag mis je iemand, hij is verdwenen. Niemand praat er meer over. De hasjmagnaten rijden in de duurste limousines. Ik heb twee puike auto's gehad. Na deze zomer hou ik ermee op, ik ga doorstu deren in Wenen. In Frankfurt laat ik me niet meer zien, want daar ben ik in april nit het politiebureau ontsnapt. Ik liep op straat met twee kilo. Ie mand moet het verraden hebben. Ge luk gehad". Op de „Stockholmsterrassen" was het iedere dag hetzelfde beeld: lome hip- piejeugd, herinnerend aan de zitpar- tijen op de Amsterdamse Dam, flessen jus d'orange leegslurpend, fruit met elkaar delend, vreedzame coëxistentie. „Hoofdthema van hun gesprekken is altijd hasj of trips", zegt groothande laar Raddi, de Oostenrijker. „Van mij vanaf. En spuiten doe ik al maanden niet meer. Al dat gezwets over scha delijk of niet: als je flink op de toer gaat, ben je binnen drie weken een kwaad tot e Eigen merken Zijn schuldenaars kwamen niet, dié middag. Hij kreeg gezelschap van een nors grietje, dat met hem mee wilde. Het was snel geregeld. Ze liet zich aan een van de tafeltjes een stick verkopen. Raddi: „Het spul heeft alle maal zijn eigen merken. Je hebt Zwarte Nepal en Blauwe Turk, of Groene Marokkaan. De beste hasj is Zwarte Afghaan. Ook in de trips heb je soorten. Je vraagt niet naar lsd: je vraagt Purple Dream, of Yellow Ex plosion. Wou je mijn koffie betalen? Niets daarvan ik zorg gewoonlijk voor mezelf". Iedere maand wordt, volgens Raddi, tussen de 700 en 1000 kilo hasjiesj West-Duitsland. binnengesmokkeld. iofdstad Stockholm slechte betekenis van het woord. De drughandel bloeit Hippies in het kille decor dus oerdegeijke wereld, verdoofd. Bij weemoedige n ziek van gitaren. Een vreemde, onv zenlijke sfeer. Jerry: „Met negentien jaar was afgestudeerd als chemisch laborr zijn mei lan het begin van een dat betekent de komst van 500 tot 1000 buitenlandse hippies, demonstra ties, relletjes, vernielingen in Hötorg- city, het onleefbare, bijna angstwek kende koopcentrum van glas, beton en aluminium. Het hoge plateau van de ingepalmd, het was overdag hun ver- Gewone mensen voelen weg. We mochten blijven, konden drie dagen in hun wereldje rondkij ken. maar het bleef bij wat opper vlakkige waarnemingen. Want de Stockholmse hippieconcentratie is een gesloten circuit. Drughandel Ze hadden er geen bezwaar tegen, dat wij toekeken bij de handel in verdo- ten tafeltjes en achter de betonnen zuilen van „Stockholmsterrassen". De politie weet het, maar grijpt zelden in: de politie heeft alleen belangstel ling voor de grote dealers, niet voor de kleine afzetters met een paar gram van het goedje op zak. Daarom was gaan Ik hun geest in een andere India en in de States. In drie, vier weken kun je erheen liften. Voor vijfhonderd mark zit je daar. Mijn ouwe heeft geld, dat ie barst, maar daar heb ik nooit van geprofiteerd", jerry vertelt, dat hij in Frankfurt in de hasjhandel ging. Hij zat goed, want volgens officiële gegevens heeft de stad met zijn 670.000 inwo-r ners meer dan 22.000 hasjgebruikers. Jerry noemt ook prijzen: 1 gram (goed voor één sigart (Uitdrukking voor twee cc). „Als je boven de zes spuiten komt, raak je aan de rotzooi verslaafd. Ik kijk wel uit, ik wil geen wrak wor den. En Jerry is nog lang geen wrak; wat jij, Manfred?''. De stille hond met het stoppelbaardje knikt afwezig, duidelijk versuft. Jerry laat zijn rechterarm zien, doorzeefd van de prikken, geel opgezwollen. Hij zegt: „Er zijn hier kerels en meiden, die tien keer op een dag spuiten. Om interessant te doen. Kinderen van veertien jaar doen 't al, zonder benul van het leven. Daar spuug ik op. Als ik een trip neem, doe ik dat bewust. Ik heb er God mee ontdekt. Ik heb heel Bremen wel eens onder mijn voeten zien liggen, zo ruim wordt mijn geest ervan. Dit is mijn derde zomer in Stockholm. Ik zal er zeker op tijd uitstappen, anders word ik zo'n vermoutvrijer" als die zuiplappen bij het centraal station" Was Jerry M. werkelijk betrokken geweest bij een drugmoord in Frank furt? Rudi („mijn achternaam gaat je niet aan"), 19 jaar, student economie uit Wenen, bevestigt het. Een slim, schriel kereltje, niet het type van een „Angeber". Volgens hem hadden ze Jerry begin dit jaar gepakt met an derhalve kilo hasj. Hij zat twee dagen vast, maar werd voorlopig op vrije voeten gesteld, omdat hij discjockey was in een Bremer bar. Hij nam meteen de benen naar Stockholm. Rudi blijkt in de groothandel te zit ten; in die kringen heet hij Raddi of „der Oesterreicher". Hij vertelt, dat er ook vier Nederlandse hippies in Stockholm ondergedoken zitten: „Ze hebben in Rotterdam een grietje doodgeprikt. Trouwens, de meeste ke rels hier hebben iets op hun kerfstok, ze worden allemaal in hun eigen land gezocht. Zweden levert niet gauw ie mand uit. Als ze Jerry in Duitsland grijpen, draait hij voor die anderhalve kilo zeker twee jaar de cel in. Mijn vriendje Chris is drie weken geleden in Stockholm gesnapt met tien kilo. Hij krijgt minstens vier jaar. Ik heb eigenlijk weinig tijd vanmiddag, want ik moet nog vierhonderd mark vangen van knapen, aan wie Chris verkocht heeft. Als ze niet over de brug kom ben ze het niet beroerd". Hij vertellen, hoeveel hij precie; handel verdiend heeft, maar zegt hij het i elk eval aanzienlijk méér dan DM 100.000. „Ik heb een gedeelte geïn vesteerd in een Hamburgse discotheek, tevens verkooppunt. En de rest staat op twee banken, eentje in Zwitser land. Mijn ouders zijn rijk, ze weten hier niets van. Ik heb in mijn leven vijf maanden in de cel gezeten, waar van twee voor drugs. Dat is niet veel. In de Stockholmse hippiewereld ben je met zo'n strafregister maar een kleine jongen". Maffia Vervolgt: „Ik was eerst een kleine roker, uit belangstelling. Ik studeerde toen aan de Hochschule in Frankfurt. Later kreeg ik kleine commissies van een dealer; twee-, driehonderd gram. Toen heb ik me zelfstandig gemaakt, holmse dealers zitten op geheime adressen, het vuile werk wordt door de hippies opgeknapt. Zij leuren, met drie of vier stickjes, op de „Stock holmsterrassen". En de burger, die er zijn kopje koffie durft te komen drin ken, kijkt de andere kant op. Ieder leeft hier in zijn eigen wereldje. In de Stockholmse zomer werpt Jerry uit Bremen muntjes tegen de balustra de. zoekt God op zijn filosofische trips, spuit vier heroïne-injecties per dag in zijn vergeelde arm, scheurt in de weekends op zijn Harley-Davidson 1200 cc naar de poolcirkel. Het meisje, dat drie drugsoorten achter elkaar gebruikte en dood bleef, iit hem niet dwars: hij heeft Manfred, die zijn muntjes opraapt. En Rudi, de ex- groothandelaar uit Wenen, zegt: „Als je meer over hasj en lsd wil weten, moet je naar Hamburg gaan. Stap een willekeurige discobai altijd. Wiedersehen". Het i je gaat met hem mee, sigaretje half op. Om de hoek staat ickers betaler of ze nd. Ik wil Chris irden „Ze hebben lie Verdoofd op een bank in het park. Buitenlandse hippies op de Stockholmsterrassen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 12