HANS OTJES
AMSTERDAMMER OTJES
EEN NIEUWE HARLEKIJN
Arts Ben Korsten
wordt niet vervo lgd
„Ook al gooi je je rode
dopneus weg.
Een clown blijf je toch"
mensen
wat een
mensen
Intomen van
talent nodig
Meer kapingen
van schepen
aangekondigd
Slawomir Mrozeks
Watslaf" valt tegen
Wedstrijd
170 DONDERDAG 19 MAART 1970 DE LEIDSE COURANT PAGINA 7
ut
ikli
DEN HAAG Een ovaal
hoofd, geboetseerd uit vloei
bare rubber. Daarboven han
denvol krullen, waarin alleen
nog de papillotten ontbreken.
Daarin spottende, half ont
wijkende ogen, een smalle
mond, die onverwacht als een
mirliton kan uitdijen, voorts
twee goedwillende oren en een
huid van standaard Bio-vakan-
tieoord-wit. Daaronder een
smal geschapen, slungelig lijf
met taps bevestigde armen, die
in eigen beheer manipuleren.
Het geheel heet sinds 23 jaar
Hans Otjes en is kortgeleden
begonnen aan zijn opmars naai
de top van het Nederlandse
cabaret.
De eerste bekentenis is er al na
één minuut. ..Ik ben een geheide
dwarsligger, ik ben een ontzet
tende krioeler. die altijd twijfelt en
nooit weet, of het leuk is. Ik schrijf
een tekst en ik laat hem lezen aan
mijn vrouw. Als ze er niet om kan
lachen, zit ik gelijk tot aan mijn
strot in de ellende. Dan ben ik
verschrikkelijk ter neer geslagen.
Weet je, wat de jongens zeggen,
waar ik mee werk? „Je gebruikt
ontzettende cliché s, maar we
lachen ons te pletter". Ik neem
aan, dat het ook zo is. Ik moet
het hebben van de sfeer, van een
persoonlijk contact met de zaal. Ik
heb een sterke mimiek, dat durf
ik rustig te zeggen. Ik heb daar
bij een verdomde slechte stem, dat
durf ik ook te zeggen. Maar dat
dondert niet in mijn geval. Ze
pikken me alleen, omdat ze mé
mogen, omdat ik zo'n gekke jon-
Safe job
Dat had ik al op school. Ik zat op
de uts. Ik zou even gauw bouw
kundig tekenaar worden, want dat
vonden ze in de familie een safe
job. Voor me zelf zag ik het niet
duidelijk zitten, want ik ben
„Ik houd van
een lach uit
de buikstreek.
Niet uit
het hoofd"
een broeder, die zich op scholen
rot moest knokken om de zaak
te begrijpen. Ik heb op mijn
examen twee blauwe wallen onder
mijn ogen geschminkt en daar zijn
ze toen ingetrapt. Otjes moest dat
examen halen vonden ze. Otjes
had zo zijn best gedaan.
Ik heb twee jaar op een architec
tenbureau gezeten en ben daarna
het vak ingedoken. Ik had een
•talentenjacht gewonnen en bij het
humorfestival in Heyst in België
een enorme klapper gemaakt. De
BRT gaf me gelijk een kwartier
televisie en dat betekende, dat ik
er nog een liedje bij moest schrij
ven, want ik had maar tekst voor
tien minuten. Ik was in het Micro
theater in Amsterdam ook altijd
de jongen, die twee nummers
bracht. De anderen hadden er drie,
maar ik had niet meer.
Daar ging de glorieuze zoon. In
plaats van een fatsoenlijke car
rière te bouwen, ging hij vieze
dingen doen. Ik kom uit een ge
slacht. dat al tientallen jaren in
het kruidenierswezen zit. Mijn
ooms en tantes, mijn grootvader,
noem maar op. Allemaal tussen de
bruine suiker. En: ..mag het ook
tien gram meer zijn". Die types.
Ik heb zelf jaren van mijn leven
gegeven aan het wegbrengen van
de bestellingen. Op zo'n hoge
transportfiets. Dat zijn dingen, die
er voor je toekomst enorm in
hakken.
Contactstoornis
Mijn vader zag dat liedjes zingen
niet zo zitten. Hij is inmiddels van
woest sceptisch geworden, maar
echt gelukkig is hij nog niet met
mijn keuze. Ik begrijp hem ergens
wel, want ik ben altijd een stille,
rare jongen geweest, die enorm
bang was voor de mensen. Ik ont
week ze ook, ik bleef het liefst
thuis om wat met mijn marionet
ten te spelen. Het was een levens
grote contactstoornis, die ik later
met gekke bekken heb overspeeld.
Ik voel me aangetrokken tot het
clowneske, ik probeer die ouwe
figuur nou in een nieuwe jas te
steken. De jongeren pikken het
niet meer. als je over elke stoel
valt en met je kop tegen de muur
loopt. Maar een schlemiel blijf je
Mijn ouders zijn langzamerhand
wat bijgetrokken. Ze hebben mijn
naam een paar keer in de krant
gelezen en dat helpt. Het zijn ge
weldig lieve mensen, die hun
hele leven hebben zitten schrapen
om hun vijf kinderen aan een
boterham te helpen. Ik wilde op
een gegeven moment priester wor
den. want dan had je immers con
tact met de mensen. Mijn moeder
vond het best. „Priesters moeten
er ook zijn", zei ze. Toen ik zei.
dat ik in het cabaret verder ging
vond ze het ook best. „Artiesten
moeten er ook zijn", zei ze
Op de pof
MÜn vader is een kruidenier van
de ouwe stempel. Niks geen flau
wekul met zelfbediening en
en chroom. In de glorietijd heeft
hij er wel een zootje nieuwe bak
ken bü gekocht, maar verder wil
de hij niet gaan. We hadden de
hele Van Ostadestraat als klant,
want bij Otjes kon je de hele reut
op de pof krijgen. Nou gaan ze
naar Albert Heyn om de hoek.
waar ze alles contant moeten be-
Pa weet, dat hij nqar de kelder
gaat, maar hij vindt het best. Ik
heb een hekel aan kruideniers,
maar hém mag ik. Hij draagt nog
zo'n ouderwets grijs jasje en een
streepjesbroek met klem. Hij is
ook voorzitter van de Amsterdam
se biljartbond en spreekt voor
grote zalen, Als ik hem vroeger
op hel podium zo'n menigte zag
Amsterdamse
kruidenierszoon
ruilde tekentafel
voor cabaret
toespreken, werd ik helemaal
warm Dan dacht ik: „Nou is het
een echte pa". Die man ls gewoon
goed. Misschien had hij me ook
liever een daverende jeugd gege
ven, maar het zat er voor hem
ook niet in. Toen heeft hij het
maar zo gezellig mogelijk ge
maakt.
Ik heb zelf van dat kruideniers
vak ook een tic meegekregen, want
ik voel me het jofelst als kleine
zelfstandige. Ik hoor niet bij het
geijkte rijtje. Ik doe dingen, die
niemand doet. Ik trek een bek, ik
vertel een witz Daarom lag ik er
bi.i de Werkwinkel ook gelijk de
eerste minuut uit Otjes zong geen
luisterliedjes en dat kon dus niks
zijn. Al die anderen dansten naar
de pijpen van Nico Knapper, want
die was immers het grote opper
hoofd. Die wist. hoe. het hoorde
en had van die beste contacten.
Van mij zou hij wel eens eventjes
een clown van formaat maken,
maar toen hij een tijdie met me
bezig was, merkte ik. dat ik alles
hetzelfde deed als Herman van
Veen. Dezelfde gebaartjes, dezelf
de pasjes. Ik voelde me doodon
gelukkig, want ik kan geen grap
van Knappert brengen. Ik vind hem
trouwens helemaal niet komisch.
En als je aan de anderen vroeg:
„Hoe vond je nou. wat ik deed?",
bleek, dat ze niet eens de moeite
hadden genomen om naar je te
kijken. Die hele Werkwinkel was
één grote walgelijke kliek, waar
in ze elkaar allemaal zaten te jen
nen. Ik heb in die tijd geen poot
aan de grond gekregen, omdat ik
niet deed. zoals het hoorde. Nou
ik ze stuk voor stuk in mijn zak
steek, komen ze In eens wel infor
meren. hoe het met die gekke Ot
jes gaat Nou met Oties gaat het
best. Ik heb een repertoire van
zo'n zes. zeven kwartier en het
materiaal voor het volgend jaar
zit al in mijn tas. Ik probeer de
keiharde nummers van de grote
Franse komieken te krijgen. Die
reizen met dezelfde gage iaien
lang door Frankrijk, maar in
Nederland hebben we ze nog nooit
gezien Volgend jaar moet ik de
grote stoot maken. Dan kom ik
met een volkomen uitgebalanceerd
programma met eigen teksten en
eigen liedjes.
van kruidenier moet je ergens in
geloven om het te kunnen doen.
Ik merk. dat ik altyd contact heb.
Ik kan een slechte avond hebben,
barsten van de zenuwen, maar de
zaal luistert. In hel begin wilde ik
alleen maar nieuwe dingen bren-
Als ]e jong bent. wil je elke dag
afrekenen met wat gisteren was.
Ik heb inmiddels begrepen, dat
het bij een elownsfiguur als Otjes
niet opgaat. Je kunt die lange ja*
uittrekken en dat rode dupneusje
wegdonderen. maar je blijft de
clown Ik merk het ook aan mijn
onderwerpen. Ik zit op een terras
je in Amsterdam en er komt een
stomdronken man met een hondje
binnen. Zo'n man iteresseert me
Er zijn duizenden dronken mensen,
maar deze was zo intens triest,
dat het dwars door mijn ziel ging
Hij had een hekel aan alle an
dere mensen op het terras en dat
liet hij via zijn hondje merken
Hij sprak alleen maar met dat
hondje, want dat was het enige
levende schepsel wat ie vertrouw
de. Ik heb meteen een nummer
over zo'n man met een hondje ge
maakt. maar dat deugde niet. De
zaal nam het doodserieus en cr
kon geen lachje af. Pas toen ik
het had omgewerkt, werd het een
giller. Ze herkennen nou een
karikatuur en dan hindert het niet
meer. Zolang ze het zelf zouden
kunnen zijn. is er alleen maar
ergernis, want ie gaat toch niet
je zelf zitten uitjouwen.
Naar de kelder
I* geloof, dat er voor mij wel een
plaatsje ls als cabaretier Ik houd
van een lach. die uit de buikstreek
komt Niet uit je hoofd.
Als blijkt, dat zc er niet aan wil
len. is het tenminste aardig ge-
nrobeerd Als ik toch naar de kel-
,4-.,. ronot. doe Ik het lievpr alleen.
Eens kruidenier, altijd kruide-
ELF GULDEN MEER
LOONADVIES
IN TUINBOUW
DEN HAAG (ANP) In de speciale
commissie tuinbouw van het Landbouw
schap is overeenstemming bereikt over
en loonadvies voor te tuinbouw. Gead-
iseerd wordt tot verhoging van de week
lonen van alle categorieën arbeiders met
elf gulden, alsmede tot verwerking van
een deel van de prestatietoeslag in het
basisloon. Tevens zal een indexerings
clausule met het oog op prijsstijgingen in
de CAO's worden opgenomen. De ar
beidstijden worden verkort met 35 uur
per jaar. Voorts werden nog enige ver
beteringen van secundaire aard overeen
gekomen. Onder meer zal de vakantie
met één dag worden uitgebreid.
Arrestaties in
T s jecho-Slo wakije
PRAAG (Reuter) In Bohemen en
Moravië zijn van 12 tot 14 maart op
grote schaal razzia's gehouden. Gisteren
werd officieel bekendgemaakt, dat daar
bij 2.834 mensen voor ondervraging sijn
aangehouden.
Een soortgelijke actie had in januari
plaats, kort voor de datum waarop het
een jaar geleden was dat de student
Jan Palach zich door zelfverbranding
het leven benam. Toen werden 1.740
personen aangehouden.
Waarnemers geloven, dat de razzia's
ten doel hadden eventuele anti-Russische
betogingen de kop in te drukk'en, die men
voor mogelijk hield in verband met de
ijshockeywedstrijd, die gisteren tussen
ploegen van Tsjecho-Slowakije en de
Sovjet-Unie in Stockholm is gespeeld en
door Rusland met 31 is gewonnen.
Het Tsjecho-Slowaakse persbureau
meldde, dat van de aangehoudenen 234
zijn ingesloten en dat strafbare feiten
652 personen aan de justitie zijn
gerapporteerd.
Vorig jaar maart leidden twee over
winningen van de Tsjecho-Slowaakse na
tionale ijshockeyploeg op de Russen
tot grote anti-Russische demonstraties
op het Wenceslasplein in Praag. Het bu
reau van de Russische luchtvaartmaat
schappij Aeroflot werd daarbij vernield
De beginnende cabaretier Hans Otjes,
die in zijn geboortestad bezig is een eigen
publiek op te bouwen en gisteravond in
het theater In de Steeg ook in Den Haag
een spierinkje uitwierp, heeft naar het
uiterlijk wel wat weg van Herman van
Veen. Dat kan hij niet helpen; hü heeft
zichzelf niet gemaakt. Maar nu doet hü
ook in zijn optreden, dat overigens van
veel talent getuigt, nogal eens aan Har
lekijn Herman denken. Zouden wij nu
schrijven, dat er een nieuwe Van Veen
is ontdekt, dan zou Hans Otjes dit voor
een compliment kunnen houden- Laat hij
zich niet vergissen, want wat wij altyd
weer zoeken is een unieke theaterper
soonlijkheid. En dat kan dc nog jonge
Hans Otjes pas worden als hü bewust
hel pad verlaat, dat Van Veen geëffend
heeft.
Hans Otjes heeft in elk geval flair,
misschien zelfs we! Iéts te Vee!, en hij
j durft met zijn lichaam te werken, al zijn
j veel bewegingen nog wat overdadig,
waardoor zij aan betekenis verliezen. Is
hij bezig sfeer te scheppen of gekke toe
standen te creëren, dan kan hij zich te
recht laten gaan, want daarin weet hij
een begenadigde potsierlijkheid te berei
ken, maar zit hij met verhalende teksten,
dan moet hij toch meer rust in plastiek
en dictie leggen. Zijn sterk naar buiten
gerichte talent behoeft de correctie van
de zelfdiscipline.
Nummers als Hiep hiep hoera (tekst
Hans Dorrestijn) en Isabel (van Otjes
zelf) leden aan dit euvel der overdrijving.
Hij bracht soms meer bijgeluiden voort
dan woorden en daar mag hij zijn publiek
niet mee teisteren. In Tennissen (tekst
Job Pannekoek) liet hij zich evenzeer
gaan, mar om dit vrolijke geval te be
grijpen heeft men weinig woorden nodig,
zodat Otjes hier terécht van dik hout
planken zaagde en daarmee ook het
maximale humoristische effect de zaal
inkreeg. Dat hij zichzelf echter ook weet
in te tomen en aantoonde in die beper
king een meester te kunnen zijn bleek bij
verrassing in de monoloog Dronkeman,
een nummer waarin elk kleiner talent
I dan het zijne zich zonder meer vergalop-
I peerd zou hebben. Daarentegen vergiste
I hij zich weer in de Ballade van Villon en
j kwam in tegenstelling daarmee zijn Oud-
I Valkeveen weerom terecht voluptueus uit
i de verf.
Er valt dus nog wel wat te schaven
aan Hans Otjes. maar dit neemt niet weg.
dat er voldoende mogelijkheden voor een
goede carrière aanwezig zijn. Nico Knap-
per beeft als artistiek adviseur hem
j onder zijn hoede genomen, maar nu
schijnt Knapper naar verluidt de moed
j nogal eens spoedig op te geven. Mocht
dit juist zijn dan wensen wij Hans Otjes
een getrouwer adviseur toe. want zijn
talent verdient het, evenals een ruim be-
ioek aan de Steeg, waar hij tot en met
zaterdag blijft staan
Otjes wordt met begrip en kundig op
de piano begeleid door Frans Ehlhart cn
op de bas door Dolf Pierie. Elisabeth
Bosch zorgde met haar gitaar en zange
rige stem voor welluidende rustpunten in
dit program, dat men gezien moet hebben
om binnenkort mee te kunnen praten
over Hans Otjes, wanneer hij en vogue
zal raken.
T O-
Officier van justitie:
DEN HAAG (ANP) De officier van
Justitie bij dc Arrondissementsrecht
bank in Den Haag, mr. dr. H. van 't
heeft besloten geen vervolging in
stellen tegen de voorzitter van de
Gezondheidsraad dr. A. J. Ch. Hacx,
die destijds in Leiden als arts de pu-
blic-rclationsadviseur B. Korsten tot pa
tiënt had. De officier had een gerechte
lijk vooronderzoek tegen hem gelast,
dat nu is beëindigd. Dr. Haex is buiten
vervolging gesteld „omdat de omstandig
heden, waaronder het feit zich heeft af
gespeeld het niet aannemelijk maken
dat hij schuld treft", aldus mr. van 't
Vaer.
Het gerechtelijke vooronderzoek be
trof een medische verklaring voor een
arbeidsongeschiktheidsverzekering voor
de heer Korsten. De verklaring was voor
zien van de handtekening van dr. Haex
en was onjuist ingevuld. De verklaring
zou door de heer Korsten bewust fou
tief zijn ingevuld.
De officier van justitie had het gerech
telijk onderzoek begin november gelast.
Hij had toen een onderzoek ingesteld,
nadat geruchten waren ontstaan rond de
plotselinge dood van de heer Korsten.
Deze overleed eind augustus op 53-jari-
ge leeftijd in de Ursula-kliniek in Was
senaar. In verband met het gerechte
lijk vooronderzoek werd aan dr. Haex
op zijn verzoek buitengewoon verlof als
Nauwelijks hebben we de presentatie
van de lente- en zomercollecties van
de Parijse couturiers achter de rug,
of de herfs-wintermode is al weer
daar. Van Pierre Balmain deze twee
ontwerpen met links een turkoois
lamé creatie en rechts een tuniek-
pak, eveneens in iamé uitgevoerd.
voorzitter van de Gezondheidsraad ver-
i leend. De plaatsvervangend directeur-ge-
I neraal van de volksgezondheid, de heer
W. B. Gerritsen, heeft sindsdien de func
tie van voorzitter van de Gezondheids-
j raad waargenomen.
WASHINGTON (Reuter) De twee
mannen, die de muiterij op het met
oorlogsmateriaal geladen Amerikaanse
vrachtschip Columbia Eagle leidden,
hebben de kapitein van het schip gezegd
dat hun actie de eerste was van een
serie muiterijen van vredesgroeperingen
die ten doel heeft de oorlogvoering in
Vietnam tegen te gaan. In de muiterij
op de Columbia Eagle zouden volgens
de rederij van het schip behalve de
twee gewapende mannen, die asiel
in Cambodja hebben gekregen, nog drie
anderen de hand hebben gehad. De
Columbia Eagle ligt nog in de Cam
bodjaanse haven Sihanoukville.
In de zaak Korsten heeft de officier
van justitie in november tot een vervol
ging besloten tegen de Haagse arts E.
Deze wordt ervan verdacht eraan mee
te hebben gewerkt dat de heer Korsten
morfine kon krijgen op valse recepten.
De arts schreef deze recepten dan uit
op een andere naam dan die van. zijn
patiënt, zo waren de bevindingen van
de officier van justitie, die de arts me
deplichtig acht aan overtreding van de
opiumwet. De Haagse arts zal voor de
politierechter in Den Haag terecht moe
ten staan op een nog niet vastgestelde
datum.
Alphafaculteit
te Groningen
blijft nog bezet
GRONINGEN (ANP) De studenten
Nederlands aan de rijksuniversiteit te
Groningen hebben besloten de bezetting
van het gebouw van de alphafaculteit,
inmiddels herdoopt in Alphaville, voor
onbepaalde tijd voort te zetten. Tijdens
een gisteren gehouden gesprek tussen een
afvaardiging van de studenten en de fa
culteit der letteren onder leiding van
het dagelijks overleg van de universiteit
werd door het dagelijks overleg de eis
gesteld dat eerst de bezetting diende te
worden opgeheven alvorens gepraat zou
kunnen worden over de invoering van
een door de studenten voorgestane nieu
we structuur. Het overleg is hierdoor in
een impasse geraakt
Vele thema's in Pools stuk
Hoofdrol schiet
le kort om probleem
duidelijk le maken
Watzlafvan de Poot Slawomir Mro-
:ek begint en eindigt aan zee. In de eer
ste scene van het stuk komt de hoofd
persoon, Watzlaf, uit de zee aanzwem
men, als overlevende van een schipbreuk.
Uit slavernij komt hij in een merkwaar
dige, satirische getekende en angstaan
jagende maatschappij om het leven te
leren kennen. Er zit tenslotte niets an
ders voor hem op. dan weer terug te
gaan. de zee in. om het leven de rug
toe te keren. Mozek is een pessimist,
hij laat Watzlaf zelfq een pasgeboren
kind, symbool van nieuw leven, mee de
golven innemen.
De Nederlandse Comedie heeft dit ta
melijk absracte stuk op het repertoire
genomen en gisteren was in de Konin-
lijke Schouwburg de eerste Haagse voor
stelling van ..Watzlaf" te zien. Voor de
regie waa opnieuw regisseur Heinz En
gels gekomen, die vorig jaar zo'n fraaie
voorstelling van Mrozek's ..Tango" ens
ceneerde.
Vele thema's spelen in dit hybridische
stuk van de Pool, die zich hier danig
vernieuwd heeft, een rol. Het Oidipoes-
thema wordt nogal hevig aan de orde
gesteld: Oidipoes zelf verschijnt als een
blinde Griekse godheid ten tonele: er is
een moeder-zoon verhouding die in die
richting gaat. Andere thema's: wreed
heid van machthebbers, corruptie, uit-
buiting, misbruik van ideologieën en al
Terwijl we het vorig jaar van de Ne
derlandse Comedie zo'n uitermate knap
pe Mrozek-voorstelling gezien hebben,
moeten we nu constateren, dat er heel
wat minder uit de bus is gekomen. De
taalmoeilijkheden die Engels ontegenzeg
gelijk bij zijn regie-werk heeft onder
vonden, zijn hier in veel opzichten fnui
kend geweest: de tekst klinkt star onge
nuanceerd, er is niet goed aan gewerkt.
In de titelrol, die Cor van Rijn speelt,
heeft dat tot de consequentie geleid,
dat er één eindeloze, langdradige, brei
van woorden ontstaat, die de hele fi-
guur van Watzlaf tot eet. onaanvaard-
baar en onbeprijpbaar mannetje maakt.
Zo is de bodem uit het stuk wegge
slagen. Wanneer de titelrol niet accep
tabel is. kupnen Ellen Vogel. Rudolf Lu-
cieer. Jan Retèl, Alec van Royen, Paul
Brandenburg en Wim Kouwenhoven, en
wie al met. nog zo hevig in de weer
zijn, soms met formidabele resultaten,
dat kan Zeker gezegd worden, maar
het heeft geen zin, omdat het stuk geen
benen meer heeft om op te staan.
In de visualisering van het stuk was
Mrozek naar mijn smaak ook tekort
gekomen. Weliswaar geweldige fraaie
kostuums van Frank Raven, maar een
uitermate saai (en star belicht) decor
van Massimo Götz bracht de noodzake
lijke beweging ook niet op gang. De ver
taling van M. Weijers was ook niet be
paald levend Nederlands te noemen.
(Va?i onze correspondent)
PARIJS. Zoals iedereen heeft ook
de Fransman goede en minder goede
eigenschappen. Een voorbeeld van deze
laatste ls dat de Fransen weinig sportief
zyn en de Engelse uitdrukking „fair
play" niet kennen. Zy kunnen die twee
woorden niet eens uitspreken. Spelen
de Fransen een voetbal- of een rugby
wedstrijd en verliezen zy, dan kan men
ervan op aan. dat de radioreporter zyn
verslag zal beginnen met de woorden:
„wy hebben het weliswaar verloren,
maar de Franse ploeg speelde veel en
veel beter".
Diezelfde ondeugd is deze week om d«
hoek komen kijken bij een persconfe
rentie over het bekende boek van Pa-
pillon. Papillon is de man die jaren
lang in het verbanningsoord op Guyana
heeft gezeten. Veroordeeld wegens
moord, die hy altijd heeft ontkend. Na
veel mislukte ontsnappingspogingen
wist hij op vrije voeten te komen en
over al zijn heldendaden heeft hy een
boek geschreven, dat de grootste oplage
bereikt heeft in de geschiedenis van de
Franse uitgeverij. Er zijn, zoals de uit
gever Laffont op de persconferentie
vertelde, tot dusver negenhonderd
duizend exemplaren verkocht. De laat
ste honderdduizend zijn zo pas van de
pers gekomen. Dus een miljoen exem
plaren bij elkaar, een getal dat nog
geen enkele auteur heeft gehaald.
Na het boek van Papilion verschenen
bij twee andere uitgevers nog twee
boeken, niet over, maar tegen Papü-
lon. Het ent onder de titel van ,,De
vier waarheden" en het andere met
als titel „Papilion opgeprikt". De twee
schrijvers beweerden alle feiten, door
Papillon in zijn boek vermeld, te
hebben onderzocht en zij kwamen tot
de conclusie dat Papillon een doodge
wone schurk en leugenaar is, die wel
een goede roman, maar geen waar
verhaal heeft geschreven.
Op de zeer druk bezochte persconfe
rentie beschuldigden uitgever Laffont
en schrijver Papillon er hun tegen
standers van dat zij in hun twee boe
ken niets anders hadden gedaan dan
de akte van beschuldiging tegen Papil
lon overschrijven. Hoe zijn jullie aan
dat materiaal gekomen, had Papillon
gevraagd, want archiefstukken van de
justitie zijn geheim. Die hebben wij,
aldus het antwoord van de twee schry -
vers, van uw eigen advocaten gekre
gen. Waar-op Papillon een brief voorlas
van zijn advocaten, waarin deze zwart
op wit verklaren, nooit enig materiaal
te hebben verstrekt aan de schrijvers
van de twee genoemde boeken, „De
vier waarheden" en „Papillon opge
prikt". Ergo, was de conclusie van
Laffont en Papillon: het materiaal is
jullie in handen gespeeld dooi de
politie, die er alle belang bij heeft
Papillon in de geschiedenis van het
Franse strafrecht te laten voortleven
als een moordenaar.
De persconferentie was zeer rumoerig
De tegenstanders van Papillon wilden
een paar bagnards (gestraften uit Guya
na) binnen laten komen, om tegen Pa
pillon te getuigen. Maar daar wilde,
heel begrijpelijk, Laffont niets van
weten. „Wij zijn hier", zei hij, „op een
persconferentie en niet bij een boks
wedstrijd".
De conclusie van de persconferentie
was: men gunt in Frankrijk elkaar
het licht in de ogen niet. De twee uit
gevers zijn op Laffont zo dodelijk
jaloers, dat zij meenden ook ieder met
een Papiülon op de markt te moeten
komen in de hoop even goede zaken
te doen als Laffont zelf, waar intussen
geen sprake van is.