BRIEF PAFS OVER CELIBAAT Experiment met uitbreiding brugklas tot vier jaar HUN HARDHEID ZAL MET ONZE WORDEN GEKEERD Plan in Den Haag en Leiden in studie BEGIN IN ZESDE KLAS VAN BASIS ONDERWIJS Venlose geweldplegers voor de rechter KLM tevreden over 1969 Provincie Utrecht op voorjaars vakantie WOENSDAG 4 FEBRUARI 1970 DE LEIDSE COURANT PAGINA a .VATICAANSTAD (AP). Hieronder volgt de tekst van het schrijven, dat paus. Paulus heeft gestuurd aan zijn staatssecretaris Jean kardinaal Villot. De brief is geda teerd op 2 februari en kan gezien worden als een reactie op de verklaring van de Nederlandse bisschoppen over het celibaat. De manier van reageren per brief aan de staatssecretaris is vrij ongebruikelijk. Het laatst en dan nog sinds het einde van de tweede wereldoorlog heeft paus Pius XII er zich van bediend, voordien gebeurde het ook vaak volgens de Vati caanse woordervoerder mgr. Vaillainc „in buitengewoon delicate gevallen". „Mijnheer de kardinaal", DE verklaringen die de afgelopen dagen in Nederland zijn uitgegeven over het kerkelijk celibaat hebben ons diep gekwetst en in onze geest een aantal vragen opgeworpen: over de motieven van een zo ernstige houding, die Ingaat tegen de heilige wetten die in onze Latijnse Kerk gelden, over de gevolgen hiervan voor het gezamenlijke Godsvolk, in het bijzon der onder de geestelijkheid en de jongeren die zich voorbereiden op de priesterwijding, over de verwarring die zij in het leven van de hele Kerk teweegbrengt, over de opschudding die zij onder alle christenen en zelfs onder de andere leden van de menselijke familie ver oorzaakt. Open hart Tegenover zoveel vragen voelen wij de behoefte, mijnheer de kardinaal om ons hart te openen tegenover u die van zo diahtbij de zorgen van onze apostolische taak deelt. Allereerst vragen wij ons met nederigheid en in volledige innerlijke oprechtheid af, of wij niet ten dele verantwoordelijk zouden zijn voor een zo ongelukkig besluit, dat zover afstaat van onze houding en, zo denken wij, van die van de Kerk als geheel. Maar de Heer is getuige van de gevoelens van achting, affectie en vertrouwen, die wij altijd gekoesterd hebben tegenover dit uitgekozen deel van het mystieke lichaam van Christus. En u weert zeer wel, mijnheer de kardinaal, van de immer eerbiedige en vriendschappelijke stappen die wij ondernomen hebben, hetzij in persoonlijke gesprekken, hetzij in apostolische briefwisselingen, hetzij door interventie van de organismen van de Heilige Stoel, om deze verklaring te verhinderen. Zorg voor alle Kerken Dergelijke verklaringen veroorzaken veel op schudding en onzekerheid. Ook is het voor ons een ernstige en dringende plicht om in alle duidelijkheid ons standpunt te preciseren, voor ons, op wie door de mysterieuze Goddelijke Voorzienigheid in diit uur, de „zorg van alle Kerken" (zie tweede brief aan de Korin- thiërs. 11,28) is geplaatst. De motieven die worden aangevoerd om een dergelijke radicale verandering van de eeuwen oude regels van de Latijnse Kerk, draagster van zoveel vruchten van genade, heiligheid en missionair apostolaat, te rechtvaardigen, zlin welbekend. Maar deze redenen moeten wij ondubbelzinnig stellen, komen ons niet over tuigend voor. 741 schijnen in werkelijkheid een fundamentele en essentiële overweging weg te laten, die absoluut niet vergeten mag worden en van bovennatuurlijke aard is; zij schijnen in werkelijkheid een verslapping van de authentieke opvatting van het priesterschap Het enige perspectief dat m overweging dient te worden genomen is dat de evangelische missie, waarvan wij met trouw en in de hoop op het koninkrijk, de herauten en de getuigen zijn. De taak van de bissohop en de priester is, het evangelie van de genade en de waarheid te verkondigen (Johannes 1.14), die heilsbood- een voorwaarde tot een deugdelijke toelating van kandidaten tot het priesterschap. Deze overwegingen zijn nog steeds geldig, en heden ten dage misschien nog meer dan vroeger. En wij, die geroepen zijn Christus te volgen, zijn wij niet meer in staat een wet te aan vaarden die gestaafd wordt door een zo lange ervaring en alles op te geven, huis en haard, om met hem op te trekken en de goede heils boodschap te verspreiden? (zie Marcus 1). Wie zouden beter, vol van genade en kracht (Han delingen, 6, 8) deze bevrij dmngsboodschap aan de mensen van onze tijd kunnen overbrengen dan herders die evenzeer zonder vergoeding als zonder aandeel, zich in de exclusieve dienst van hert evangelie opofferenf Onvervangbaar Als wij alle zaken tegenover God, Christus en de wereld in overweging nemen, voelen wij ook de plicht om nogmaals duidelijk te bevestigen, wat wij al eerder verklaard en talloze malen herhaald hebben, namelijk dat de band die sindis eeuwen in de Latijnse Kerk is gelegd tussen het priesterschap en het celibaat, vootr haar een buitengewoon kost- het diepe begrip dait wij tn een geest van vaderlijke liefde willen hebben voor personen mag ons niet verhinderen een houding te be treuren die t» weinig in overeenstemming is met wat de Kerk mag verwachten van hen die definitief gewijd zijn in dienst van haar alleen. Steun aan getrouwen Ook blijft de Kerk, zowel morgen als gisteren, alleen aan die priesters die trouw blijven aan hun verplichtingen, de goddelijke diiensrt van het woord, het geloof en de genadegaven toe vertrouwen. Het veelzijdige verzet dart heden ten dage aan de dag treedt tegen een zo heilige instelling als het kerkelijk celibaat, maakt onze taak nog dringender op alle manieren de enorme meerderheid van de priesters te ondersteunen en aan te moedigen, die trouw zijn gebleven aan hun verplichtingen en naar wie, met een zeer bijzondere affectie, onze gedachte en zegen uitgaat. Na rÜP beraad bevestigen wij daarom duidelijk niet toe to staan dat het priesterambt wordt uitgeoefend door hen die de hand aan de ploeg Wij kunnen niet verhullen dart een dergelijke mogelijkheid bij ons ernstige bedenkingen op roept. Zou het bijvoorbeeld niet een zeer ge vaarlijke illusie zijn, te geloven dart een der gelijke verandering van de traditionele disci pline zich in de praktijk tot gevallen van werkelijke en buitengewone noodzaak zou kun nen beperken? Zou het voor anderen een verleiding kunnen zijn om daar een kennelijk gemakkelijker antwoord te zoeken op het huidige onvoldoende aantal roepingen? De consequenties zouden in elk opzicht zo ernstig zijn, en zouden zulke nieuwe vraagstukken voor het leven van de Kerk oproepen dat zij, als zij zich voordoen, nauwlettend door onze broeders van het episcopaat onderzocht zouden moeten worden, samen met ons, om voor God het welzijn van de Kerk te beoordelen, wat niet los gezien zou kunnen worden van dat van de plaatselijke Kerken. Deze problemen zijn werkelijk ernstig en, mijnheer de kardinaal, wij hebben deze aan u willen toevertrouwen. Samen met ons bent u king zijn gebracht, en de houdamg die te aan genomen in een zaak van zo groot gewicht voor de universele Kerk, onvermijdelijk op nieuw moeten worden bezien. Bij de arbeid die de Heilige Stoel tot dat doel zal moeten verrichten, rekenen wij, mijnheer de kardinaal, in het bijzonder op uw efficiënte medewerking- Uw steun, mijnheer de kardinaal, zal ons van onschatbare waarde zijn bij de con tacten die opgenomen zullen moeten worden met de bisschoppen in heel de wereld, opdat alle bisschoppenconferenties, in volmaakte com- munio met ons en met de universele Kerk, in absolute eerbied voor haar heilige wetten, hun priesters zullen verzekeren dat wij hun aposto lische bezorgdheden en hun problemen volgen en zullen blijven volgen met vaderlijke ge negenheid. En hun tegelijkertijd zullen her inneren aan de schoonheid van de genade die de Heer hun heeft geschonken, aan de heilige verplichtingen en eisen van apostolaat die hun ambt meebrengt. Jongeren En hoe zou in deze omstandigheden onze harte lijke gedachten niet uitgaan naar de jongeren schap aan die wereld te brengen, deze op de hoogte te brengen van zijn zonde en zijn verlossing, hem uitnodigen tort hoop, hem los te maken van de immer weerkerende afgoden en hem te bekeren tot Christus de Heiland. HET moet dus onvermoeibaar opnieuw gezegd worden de evangelische waarden kunnen slechts begrepen en geleefd worden in het geloof, het gebed, de boetedoening, de liefde, en niet zonder strijd, teleurstellingen, evenmin, niet minder vaak, volgens Christus en de apostelen, zonder de spot, hert wantrouwen van de wereld, het onbegrip, tot de vervolging toe op te wekken. Nog steeds geldig De totale overgave aan Christus gaat tot de kruisdood. Het is de steeds diepere zin van deze overwegingen, gerijpt in de loop van een geschiedenis die zoveel streven en strijd ter bevestiging van het christelijk ideaal gekend heeft, die ertoe heeft geleid in de Latijnse Kerk af te zien van het recht haar eigen tehuis te stichten een evangelische afzwering baar en onvervangbaar goed vormt. Het zou zeer gewaagd zijn deze traditionele band te onderschatten, laat staan in onbruik te laten geraken. Het is een onvergelijkelijk teken van totale toewijding aan de liefde van Christus (Mattheus 19, 20) een zo duidelijke manifestatie van de zendingseis, die zo essentieel is voor het priesterschap, in dienst van de herrezen Christus, de levende Christus, waaraan de priester zich in een totale toewijding aan het rijk Gods heeft gewijd. WAT betreft de priesters die om erkend geldige redenen in de ongelukkige omstan digheden zijn komen te verkeren dat het him volslagen onmogelijk is te volharden het gaat hier slechts, zo weten wij, om een klein aantal, de grote meerderheid wil trouw blijven, met behulp van de genade, aan de heilige gelofte die zij voor God en de Kerk hebben afgelegd besluiten wij met veel smart in te gaan op hun dringende verzoek, ontslagen te worden van hun beloften en ontheven te worden van hun verplichtingen. Dit na nauw gezet onderzoek van elk van hun zaken. Maar hebben geslagen en daarvan terugkomen (Lucas, 9.62). Is dat trouwens ook niet de constante traditie van eerbiedwaardige Oriën taalse Kerken, waaraan men zo gaarne refereert? WU durven overigens nauwelijks te denken aan de niet de becijferen consequenties die een andere beslissing, op geestelijk en herderlijk plan, voor het godsvolk met zich mee zou brengen. Hoewel wij het onze plicht achten om zo met alle duidelijkheid en vast beradenheid de wet van het Kerkelijk celibaat opnieuw te bevestigen, vergelen wij niet een vraag, die bij ons met aandrang naar voren is gebracht door verschillende bisschoppen, van wie de ijver, de toewijding aan de eerbiedwaardige traditie aan het priester schap van de Latijnse Kerk en aan de zo eminente waarden die dit uitdrukt, kennen, maar ook de herderlijke zorgen om bepaalde, zeer bijzondere noodzaken van hun apostolisch ambt. In een toestand van extreem tekort aan priesters, en alleen voor gebieden die zlcb daarin bevinden, vragen zij ons of men niet de mogelijkheid zou kunnen overwegen van rijpe leeftijd, die een goede getuigenis getuige van de oproepen die ons van overal bereiken. Vele van onze broeders en zonen bezweren ons niets te veranderen aan een zo eerbiedwaardige traditie, en tegelijkertijd wensen zij dat onze eerbiedwaardige broeders, de bisschoppen van Nederland, door ver trouw vol en broederlijk contact, met de Heilige Stoel zich opnieuw op de zaak beraden, hetgeen zou moeten rijpen in gebed en naastenliefde. Samen zoeken Wij van onze kant wensen meer dan ooit samen met de herders van de Nederlandse bisdommen naar de middelen te zoeken om op gepaste wijzen hun problemen op te Lossen, in een gemeenschappelijke bezorgdheid om het welzijn van de hele Kerk. En vooral willen wij ook, mijnheer de kardinaal, de bisschoppen, de priesters, en alle leden van de Nederlandse katholieke gemeenschap, de verzekering geven van onze niet aflatende genegenheid, maar tegelijkertijd ook van onze overtuiging dat in het licht van de hierboven uiteengezette gedachten, en in de geest van een ware kerke lijke gemeenschap, de wensen die tot uitdruk- die met vurige apostolische edelmoedigheid zich erop vooihereiden met heel hun hart als priester Christus en hun broeders te dienen. Zij zijn in werkelijkheid de hoop van. de Kerk op de evangelisatie van de wereld van morgen, althans indien zij zich inzetten zonder bijgedachte aan een zich terugtrekken, onverdeeld, in de levens situatie zoals de Kerk die hun voorstelt. Tenslotte, mijnheer de kardinaal, moeten wij met nadruk vragen om het gebed van die grote meerderheid van gelovigen, die zich niet laten horen, maar die daarom niet minder lijden in deze uren van beproeving, opdat de Heer aan allen, herders en gelovigen, de kracht van het geloof schenke, de kracht van de hoop en het vuur van de liefde. De genade zij met allen die onze Heer Jesus Christus liefhebben met een onwankelbare liefde (Efh. 6. 24). Met deze gevoelens schenken wij u, mijnheer de kardinaal, gaarne onze apos tolische zegen-" Moties tegen Schut verworpen DEN HAAG De Eerste Kamer heeft gisteren twee moties van de oppositie verworpen, die gericht waren tegen het beleid van minister Schut (Volkshuisves ting). De ene motie had de minister er toe moeten bewegen een individuele steun te geven aan jonge woningzoeken den en krotbewoners voor wie de huren van pas gereedgekomen woningen nog te hoog zijn. De tweede verworpen motie wilde het aantal dit jaar te bouwen wo ningen op 130.000 brengen. Voor de motie stemden P.v.d.A., P.S.P., Boerenpartij. C-P.N. en P.P.R. Drs. Peijnenburg vice-voorzitter KYP-fractie (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Tot vice-voorzitter van de K.V.P.-Tweede-Kamerfractie is benoemd drs. M. Peijnenburg. Hij volgt als zodanig mr. R. Nelissen op, die thans minister van Economische Zaken is. Tot tweede vice-voorzitter werd gekozen mr. F. Andriessen, de fractiespecialist in de zaken van de volkshuisvesting. (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG In Den Haag en Leiden wordt een plan bestudeerd dat tot een belangrijk experiment kan leiden bi] de overgang van lager onderwijs naar voort gezet onderwijs. Een werkgroep, die gesteund wordt door de gemeentelijke adviesdiensten ln Den Haag en door het pedagogisch en het psychologisch in stituut van de Leidse universiteit, be oogt met het experiment een vloeiende overgang te vinden van de zesde klas van hetbasisonderwljsnaarhet voortgezet onderwijs. Bü dit laatste wordt tevens gedacht aan een doorbreking van de bestaande scheiding tussen enerzüds het lager beroepsonderwijs en anderzijds het algemeen voortgezet onderwijs (lavo. mavo en havo) en het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (gymnasium en athenaeum). Het totale experiment zal vier leerjaren omvatten. De vtuioeriing vain het experiment is vain enkele factoren afhankelijk van goedkeuring door hert mitnisberig waar- ADVERTENTIE bij het rijk zal moeten bijdragen in de kosten, en van de wetenschappelijke begeleiding van zowel leraren als leer lingen. De werkgroep denkt in augustus 1971 aan acht Haagse en aoht Leidse scholen mat het experiment te kunnen starten. Gedacht wordt aan een plan ning tot ongeveer 1978. De keuze van het schooltype dat de leerling gaat volgen, wordt thans ge maakt in de brugklasse. In onderwijs kringen is men evenwel algemeen ervan overtuigd dat een jaar hiervoor onvol doende is. Bovendien meent men dat een te vroege schoolkeuze en de starheid van de verschillende schooltypen tot gevolg hebben dart niet allle bekwaamheden van de kinderen tot ontwikkeling komen. Op de scholen die bij het experiment betrokken zijn, krijgen de leerlingen straks gedurende twee jaar (de zesde klas van de lagere school en het brugjaar var het voortgezet onderwijs) de mogelijk heid om hun keus te maken. In de vol gende periode van 2 jaar worden de onderwijsprogramma's van de verschil lende schooltypen zoveel mogelijk op elkaar atgesfemd om tussentijdse c gangen en individuele combinaties vakken mogelijk te maken. Zo zal het mogelijk moeten zijn dart bijvoorbeeld een lrts-leerling voor wiskunde het ni van de mavo-opleiding haalt, terwijl een leerling van het theoretisch onderwijs zich bekwaamt in een technisch vak. Het brengt tevens met zich mee dat nauwe samenwerking en een uitwisseling van docenten tot stand komt tussen basisscholen, schoolgemenschappen en scholen van beroepsonderwijs. Na het vierde jaar van de experimen teerperiode (dus na het derde jaar voort gezet onderwijs) doen de leerlingen examen voor de dan aflopende opleiding (lager beroepsonderwijs, mavo III) of zij komen terecht in de vierde klas va gekozen opleiding. Deze laatste groep kan zich gaan voorbereiden op een de normale eindexamens of op een eind examen per vak. Over dit experiment is thans bereidend overleg gaande met school leiders en docenten van enkele openbare en bijzondere scholen. Dit gebeurt met toestemming van de wethouders onderwijs in Leiden en Den Haag en de betrokken schoolbesturen. Het afgeronde plan zal aan beide gemeentebesturen aan de betrokken schoolbesturen worden voorgelegd. De kassier (zie foto) van een bij kantoor van de Raiffeisenbank aan de Nieuwe Binnenweg in Rotterdam hield gistermiddag zijn hoofd koel, toen een man het bijkantoor binnen kwam en hem onder bedreiging van een pistool geld vroeg. De kassier liep naar een kas en drukte de alarmschei in en bracht een bun deltje bankpapier mee. De overvaller wilde meer en de kassier haalde opnieuw in traag tempo een aantal biljetten. Ondanks dit tijdrekken kwam de door de alarmschei ge alarmeerde politie te laat om de overvaller te grijpen. Het is niet precies bekend hoeveel geld de dader heeft meegenomen. Men neemt aan, dat het slechts om enkele hon derden guldens gaat. BOEKAREST (AP) Op het 3000 ton metende Griekse vrachtschip „Akrotiri" heeft zich een ontploffing voorgedaan. Na de explosie brak brand uit aan boord van het schip. Van de 25 bemannings leden zijn tien man om het leven komen, elf worden nog vermist. Hert ongeluk gebeurde in de buurt van Con- stanza, een haven aan de Zwarte Zee. (Van een onzer verslaggevers) ROERMOND „De golf van geweld, die over Vcnlo en andere plaatsen spoelt, zal gekeerd moeten worden. De daders moeten verantwoordelijk worden gesteld. Zij moeten weten dat hun steeds de rekening zal worden aangeboden. Hun hardheid zal met onze hardheid worden gekeerd". Roerloos, handen op de rug, luister den twee van de drie misdadige jongelui, die in november in nachtelijk Venlo twee leeftijdgenoten op beestachtige wijze hebben afgetuigd, naar de woorden die de officier van justitie in Roermond, mr. J. Deles- cen, over hun hoofden heen sprak tot het groeiend gilde van Limburgse straat- en caféterroristen. Met trillende mondhoeken boog de rijzige 19-jarige discjockey Ronald van der W. het blond gelokte hoofd bij het horen van de strafeis: Eén jaar gevangenisstraf met aftrek van voorarrest. De ander, de 20-jarige Ambonese klusjes man Frans R. bleef onbewogen staren bij de eis van twee jaar gevangenisstraf met aftrek. Op de publieke tribune slikte een bezorgde Venlose moeder haar leed weg om haar 20-jarige zoon, J. H. II. Valentijn, die nog steeds in schemertoestand in een ziekenhuisbed ligt, na door Frans R. en de met gesloten deuren berechte J. R. (17) zonder enige aanleiding in elkaar getrapt en geslagen te zijn. Voor het slachtoffer wordt het leven nooit meer wat het is geweest. Waarom heeft de zoon van een ex- KNIL-militair, die zijn kinderen op mili taire voet opvoedde en daardoor juist alle gezag verloor, de hem onbekende Valentijn zo ernstig toegetakeld, wil rechtbankpresident mr. N. van Koot weten. De jongen weet het zelf ook niet. Misschien was hij wel kwaad, omdat zijn vader hem een week te voren op straat had gezet. Met zijn stoere gedrag aan discobars maakt hij wel indruk op vrienden en vriendinne tjes, die hem in de gevangenis nog rij kelijk voorzien van fanmail, waarin hij wordt bewierookt als de grote held. Buiten westen Chronologisch hebben de feiten zich als volgt voorgedaan: Valentijn praatte wat met zijn vriend Wijnands in een Venlo's straatje in de buurt van de Saloonbar. Discjockey Ronnie van der W. kwam voorbij, bemoeide zich met het gesprek en sloeg Wijnands meteen buitenwesten; gevolg een gebroken neus been en een hersenschudding. Onmiddel lijk daarop verscheen Frans R. Hij sloeg Valentijn neer en trapte hem met zijn laarzen in zijn gezicht en over zijn hele lichaam. Samen met de discjockey rende hij weg. Daarna kwam J. R. als derde uit de bierkelder. Hij zag de kreunende Valentijn op straat liggen en schopte hem nog eens zo hard, zo vaak en zo ge meen, dat hij bewusteloos bleef liggen. Ronnie van der W. vertrok de volgen de dag naar Rotterdam, waar zijn hard- Voor slachtoffer wordt 't leven nooit meer wat het is geweest werkende ouders een bloeiende cafetaria hebben. De Ambonees meldde zich tee dagen later bij de gevangenis in Roer mond, waar hij nog twee maanden moest uitzitten. Terwijl de politie bezig was met het onderzoek op de plaats van de misdaad, stond de jongste, J. R., grin- nekend tussen het publiek toe te kijken. Disc jockey Ronnie van der W. en Frans R. zeiden niet veel op de suggestie van de recht bankpresident, dat ze in de gevangenis misschien een vak kunnen leren. Liefst zouden ze allebei discjockey willen wor den. Mr. van Koot: „Vinden jullie dat dan een vak met levenstoekomst? Jullie blijven dan in een milieu zitten waar. jullie uit moeten." De officier van justitie had weinig moeite met de bewijsvoering. ,Er is een nieuwe ontwikkeling gaande in Venlo", (Van onze correspondent) AMSTERDAM De tot dusver be haalde vervoersresultaten in het lopende boekjaar 1969-70 van de KLM kunnen bevredigend worden genoemd. De groei van het vervoer bleef alleszins redelijk in de pas met de geplande produktie- uitbreiding. In de negen maanden april tot en met december steeg volgens voorlopige gegevens de totale ver- voersomvang in tonkilometers met 21%, bij een produktietoeneming van 23%. Vooral in de sectoren van het vracht en chartervervoer was de groe1 opmer kelijk. De beladingsgraad bedroeg over deze periode 56,2% tegen 57,4% in de overeenkomstige periode van 1968. Reeds in oktober zes weken eerder dan het jaar tevoren vervoerde de KLM de tweemiljoenste passagier van het jaar. De omzet op jaarbasis bere kend overschreed in 1969 voor het eerst de één miljard gulden grens. Aldus een bekendmaking van de KLM. zei hij. „vroeger werd er gevochten met stiletto's, autokriks en stukgeslagen bier glazen. Nu wordt er met schoenen en laarzen getrapt en wordt het eigen lichaam als wapen gebruikt. Dat trap pen in het gezicht is een daad met het doel zwaar lichamelijk letsel toe te bren gen, vond hij. Hij vond het bijzonder laf dat de drie daders hun slachtoffer achterlieten zonder zich om hem te bekommeren. De jongste hield zelf toege schoten passanten tegen, die hulp wil den gaan halen. Balans De balans opmakend, memoreerde de officier, dat vier Venlonaren nog in de cel op berechting wachten wegens mis handeling van een jonge Duitser. Twee anderen zitten er wegens messentrekke rij. Niet op het staatje van de offcier, maar wel in de krant van de dag stond, dat aan de vooravond van de rechtszit ting weer drie jonge vechtersbazen in Venlo waren gearresteerd voor het af rossen van de portier van een bar. „De tijd is gekomen om antwoord te geven op het geweld", zegt mr. Delescen. De verdedigers mr. Schouten, mej. mr. Schmitz en mr. Th. Grunewold, probe ren het met een nieuw psychiatrisch onderzoek, clementie, dan wel gecombi neerde straffen te vragen. Op de rivier de Theems opereren tegenwoordig reddingsploegen in geval zich ongelukken voordoen. Dit is in het bijzonder het geval in de zomer als er veel roei- en zwemwedstrijden worden gehouden. Een so'n ploeg tijdens een oefening in een opblaasbare reddingsboot. UTRECHT (ANP) Ongeveer 475 per soneelsleden van de Provinciale Griffie, Provinciale Waterstaat cn de Provinciale Planologische Dienst in Utrecht hoeven niet te werken van 30 april tot en met 10 mei. Gedeputeerde Staten hebben namelijk besloten de diensten gedurende deze periode (waarin Koninginnedag, Bevrij dingsdag. Hemelvaartsdag en twee week ends vallen) te sluiten. Het personeel hoert geen snipperdagen op te nemen, aangezien het van 1 februari tot 30 april Iedere dag een half uur langer zal wer ken, namelijk tot kwart over vijf in plaats van tot kwart voor vijf. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben ons desgevraagd meegedeeld niet het voorbeeld van Utrecht te zullen vol gen. Men houdt zich aan het standpunt van de regering ten opzichte van de rijks ambtenaren, dat inhoudt, dat geen extra- vrije dagen worden gegeven. (ADVERTENTIE) ZUIVERE HUID PUROL en PUROL-poeder

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 5