ZESVOUDIGE
OSCARWINNAAR
BILLY WILDER
WERKT AAN
SHERLOCKFILM
NUMMER 127
Acteurs weten nog niet
hoe het afloopt
Hoewel men Edgar Allan
Poe mag beschouwen als de
uitvinder van de detective
story, komt Sir Arthur
Gonan Doyle de eer toe de
beroemdste speurder aller
tijden te hebben gecreëerd.
Sherlock Holmes van Baker
Street 221 B met zijn trouwe
metgezel en biograaf John
H. Watson M.D. loste in
een groot aantal korte ver
halen en een enkele roman
zoveel ingewikkelde zaken
op, dat het lezerspubliek in
zijn bestaan ging geloven.
Nu nog steeds stromen dage
lijks de brieven binnen uit
alle delen van de wereld,
waarin de grote detective
om raad wordt gevraagd.
Toen Conan Doyle zijn
schepping met aartsvijand
professor Moriarty een do
delijke val in de afgrond liet
maken, barstte zo'n storm
van protest los, dat de au
teur niet wist hoe snel hij
zijn Sherlock weer tot leven
moest roepen.
De avonturen van Sherlock
Holmes zijn ook verfilmd.
Liefst 126 maal met naast
typisch Britse ook Ameri
kaanse, Italiaanse, Duitse en
zelfs Deense Sherlocks. Een
speurdersrecord, dat alleen
door Earl Derr Biggers Ghi-
nese detective Charlie Chan
(47 maal) enigszins wordt
benaderd.
Niemand minder dan de
zesvoudige Oscarwinnaar
Billy Wilder is thans in de
Pinewoodstudio's bezig aan
de 127e Sherlockfilm naar
een aantal „pas ontdekte"
verhalen onder de titel „The
private life of Sherlock
Holmes".
Ongewoon Sherlock Holmesbeeld voor dokter Watson. V.l.n.r. Robert Stephens, Genevieve Page en Colin
Blakely.
Regisseur Billy Wilder neemt een scene door met Robert Stephens, Colin Blakely en Geneviève Page.
Als Jq Billy Wilder vraagt, waarom hij, de maker van zo
vele geslaagde eigéntijdse filmkomedies, nu juist Sherlock
als zijn volgende hoofdfiguur uitkoos, draait de kwieke
63-jarige je kribbig de rug toe met de woorden „Waarom
niet?". Het is de vraag, die journalisten nu al wekenlang
als eerste op hem afvuren. Hij wenst niet uit te leggen, wat
de makers van films als „The apartment" en „Irma la
douce" bezielde, toen zij Conan Doyles speurder nieuw
leven inbliezen. Evenmin wil hij meer loslaten over het
gegeven, dan dat het drie korte verhalen en een langer
geval is en dat de film bijna drie uur lang zal zijn. Of het
een komedie wordt? „Alleen een gek zal zoiets verklaren.
'Als de mensen erom lachen is het een komedie", is zijn
antwoord.
Spraakzamer wordt hij als het gesprek
gaat over het werk van anderen. Over
de Franse nouvelle vague: „Truffaut
is voor mij een goed regisseur, maar
Godard is iemand, die het alleen maar
ingewikkeld maakt 001 camoufleren
dat hij zo weinig te vertellen heeft".
Over de Duitse film: „Die bestaat niet
meer De achterstand, onder het
Hitlerregime opgelopen, hebben ze
nooit meer ingehaald. Hun industrie
bestaat nu uit het maken van films,
waarin een mislukte professor seksuele
voorlichting geeft".
Kernachtige uitspraken, maar ze
typeren deze veteraan ten voeten uit.
De kleine, bewegelijke Wilder, die de
ene sigaret na de andere opsteekt
we hebben op een filmset nog nooit
zoveel zien roken in zijn truitje van
ondefinieerbare Meur en met zijn
geruite, te kleine hoedje, ontgaat niets.
Paeudo-Caligari
Terwijl hij met ons praat, roept hij
plotseling: „Die camera niet onder zo'n
rare hoek inrijden. We willen geen
pseudo-Oafligari maken". De op te
nemen scene speelt zich af bij een
zojuist geopend graf. Sherlock Holmes,
gespeeld door Robert Stephens, is
afgedaald om te onderzoeiken of de
blootgelegde kist soms het lijk bevat
van de vermiste echtgenoot van zijn
Belgische cliënte, gespeeld door
Geneviève Page.
In de kist ligt een typisch
Wildergrapje de lijkbleek ge
schminkte perschef van de film. Zijn
naam is Brian Doyle, geen familie van
Sir Arthur ook al is de meisjesnaam
van Doyles vrouw Holmes en heeft hij
jaren in Baker Street mummer A 122
gewoond. De grafscene was al een week
eerder opgenomen, maar Wilder was
niet helemaal tevreden over het resul
taat en wilde een paar extra-camera-
instellingen. En dus moest Brian Doyle
weer de hele dag doodsbleek ge
schminkt rondlopen eer 'hij, na de
lunch, in zijn kist mocht.
Wilder staat op het schavotje op zijn
tenen om door de camera te zien of de
instelling goed is. „Ze zeggen, dat
Hitchcock nooit door de camera kijkt.
Geen wonder, hij kan er niet bij",
grapt hij- En tegen de klapperboy, die
op de rand van het graf balanceert om
de volgende opname aan te kondigen:
„Howard, je laat voetafdrukken in het
zand achter. Ze hadden in die tijd nog
geen crêpezolen".
Geheel onopvallend achter de drukte
rond het geopende graf zat een zwij
gende figuur al dat gedoe nauwlettend
gade te slaan. Het is A- L- Diamond,
co-producent van de film, maar ook de
man, die met Billy Wilder de dialogen
schreef voor kassuccessen als „The
apartment", „Irma la douce", „One,
two, three" en nu ook weer twee jaar
met Wilder het privé-leven van
Sherlock Holmes voorbereidde. Hij is
de schrik van de acteurs, want hij is
de hele dag bij de opnamen aanwezig,
om op te letten dat er geen woord in
de dialogen verkeerd wordt uitge
sproken
Vooral de Fran^aise Geneviève Page,
die vloedend Engels met een nauwelijks
hoorbaar accent spreekt, weet ervan
mee te praten. „Bdlly plaagt me er
altijd mee, hoewel hijzelf een veel
erger accent heeft Ik voor mij heb erg
veel last met de juiste intonatie en
schijn de klemtoon altijd verkeerd te
leggen", zegt ze en vervolgt: „Het was
op een gegeven moment zo erg, dat ik
geen mond meer open durfde doen". Ze
woont met haar twee kinderen in
Engeland, maakt zich zorgen over de
wereldsituatie en de
'Frankrijk dn het bijzonder.
Bij filmgriezel Christopher Lee, die de
rol van Sherlocks broer Mycroft speelt
in de film, is het juist andersom. Hij
raakt niet uitgepraat over de econo
mische crisis, waarin Engeland ver
keert. „Onder deze Labourregerimg
draag ik zevenentachtig procent van
mijn verdiensten af aan de belasting.
En wat krijg je ervoor terug? Ik heb
op advies van mijn accountant een
filmaanbieding voor december afge
slagen. Het zou me meer gekost hebben,
dan het opleverde". Of hij, gézién zijn
laatste drie films het horrorgenre de
rug had toegekeerd? „Beslist niet Ik
vind het zelfs fijn om de opvolger van
Boris Karloff genoemd te worden.
Maar dan in griezelfilms van kwali
teit en niet zoals de laatste jaren nogal
eens gebeurde in die vluggertjes, die
niet veel mochten kosten. Door met
mannen als Wilder, niet alleen een
groot regisseur, maar bovendien een
echte filmmaker, te werken, kan ik
misschien straks in het griezelgenre
mijn eisen stellen. Voorlopig is het een
geweldige ervaring om met Wilder te
werken".
Dat vindt ook Colin Blakely, die een
jonge dr. Watson speelt. „Hij weet pre
cies, wat hij wil en heeft een prettige
manier om dat aan je verstand te
brengen. De film diept de relatie tussen
Sherlock en Watson meer uit, dan de
meer op het mysterie geconcentreerde
verhalen van Doyle- Meer mag lk er
niet van zeggen van Billy. Trouwens
de laatste bladzijden van het draaiboek
hebben wij nog niet onder ogen gehad".
Eenzelfde geslotenheid betreffende het
gegeven vertoont ook Robert Stephens,
die de grote speuxxier speelt. Hij speelt
de jonge Sherlock, blonder en met een
minder scherp profiel, dan hij gewoon
lijk wordt uitgebeeld. Maar wel met
pijp „Ik vind zo'n ding verschrik
kelijk" en viool. „Dat vioolspel ziet
er op het doek wel aardig uit, maar
ik kan er geen zuivere noot op pro
duceren", lacht hij. Stephens, die zijn
tijd tussen toneel en film verdeelt,
beide media hebben hun bekoring, gaat
na Sherlock weer op de planken staan
onder meer in Tsjechovs „De drie zus
ters", dat hij twee jaar geleden reeds
in de Old Vic bracht, maar waarmee
hij naar Los Angeles verhuist.
De opnamen van „The private life of
Sherlock Holmes" lopen wat uit- Drie
Robert Stephens als de jongste Sherlock.
Molly Maureen als koningin Victoria voordat haar neus
was „bijgewerkt".
Colin Blakely als dr. Watson.
BILLY
WILDER:
,,Ze zeggen
dat Hitchkock
nooit door
de
camera kijkt,
geen wonder
hij kan
er niet bij"
weken lag de produktie stil door ziekte
van Stephens en men is nu in de
tweeëntwintigste week. waaronder twee
weken op lokatie rond de ruïnes van
slot Urquhart aan het meer van Loch
Ness.
Nagebouwd
Voor de nachtopnamen heeft men de
ruïnes nauwkeurig in de studio nage
bouwd. Een rode loper geflankeerd
door fakkels leidt de heuvel op. Men
filmt een bijzondere plechtigheid: het
bezoek van koningin Victoria aan Ur
quhart, waar een groep geleerden aan
een geheimzinnige uitvinding, een soort
duikboot, werkt. Zes schimmels staan
rond de koets van de koningin rustig
onder de schijnwerpers te wachten op
de dingen, die komen gaan. Een be
drijvige studiehulp rent af en aan met
een grote schep als een van de dieren
zich niet langer kan beheersen en zijn
behoeften op de graszoden lqat vallen.
upgevuld
Koningin Victoria wordt gespeeld dooi
de kleine Molly Maureen, een kittig
vrouwtje, dat het jammer vindt dat
haar mooie jurk met schuimrubber
moest worden opgevuld om haar het
postuur van de koningin te geven. Ook
'naar neus kreeg een speciale behande
ling- „Drie uur heb ik vanochtend
vroeg bij de grimeur gezeten", mop
pert ze, „en nog steeds is er geen
meter film geschoten". Ze is na Anne
Neagle, Fay Compton en Irene Dunne
de vierde actrice, die Victoria speelt en
heeft zich voor haar rol in de ge
schiedenis verdiept.
„ik geloof niet. dat prins Albert zo
aardig voor haar was", zegt ze on
deugend aan haar sigaret trekkend,
terwijl fotografen gretig dit anachro
nisme op de plaat vastleggen. „Ze had
er de pé in, dat ze zo klein was. Maar
dat ben ik ook en bovendien hebben
we nog iets gemeen. We zijn allebei
koppig".
Op dat moment roept Wilder vanaf
de heuvel om actie. Ze dooft haar
sigaret en stapt gedwee d« koets in,
die zij op het bevel „Act" met ko
ninklijke gratie zal verlaten.
otto milo.