MENSENLEVENS
TELDEN NIET
TEN TIJDE VAN
DE INVASIE
Dodenakkers en musea in Normandië
KWART
NA
D-DAY
EEUW
lts
ontje
Wonden
geheeld; littekens
ilijven
een
MEI 191
>-Scooter
Jacq. Urlt
Bevoegdhf
met examt
12-61
Vamor R
oddijn, Ton
in Opel. T
574. 12-
01710 - 519
spreekt
met een
am eracht
instructeu
theoretisc
uiteraard
ïuwste VY,
Kamstef
0 Oegstgee
KSEN
•ij. Ga r
.d. Berg
offeren, i
uw bankst
feert Gei
7. tel.
kosteloos
j verhuren
rverhuurk!
nsen, Rap1
.786. Leide
5-6
man. 20 ja
ie te gaan
ïrieven one
v. d. blad
ele uitvoer:
or de doe I
10 6 m bij 1
idijk 142 Hl
01 714-9.4'1!-!
NORMANDIë De kust van Normandië. waar een kwart eeuw geleden
de Amerikanen, Canadezen en Engelsen zijn geland om het einde van de
tweede wereldoorlog te versnellen, is in deze dagen een trekpleister voor
duizenden toeristen. Wie van de landing de grootste aller tijden een
beeld wil krijgen, begint naar de musea te gaan. Van zulke musea zijn er
vele. Heel wat stadjes in Normandië hebben uit de bevrijdingsdagen kost
bare souvenirs overgehouden en voor het nageslacht bewaard. Het stadje
Carentan heeft er zo een, niet groot, maar wel aandoenlijk. Toen Carentan
een paar maanden was bevrijd, kwam bij een feestelijke plechtigheid op
het stadsplein een meisje van twaalf jaar de plaatselijke Amerikaanse com
mandant bloemen aanreiken. Nauwelijks had de fotograaf met zijn camera
geklikt of een Duitse granaat kwam aansuizen en trof het kind midden in
de borst. Haar foto hangt in het plaatselijk museum.
St.-Lo na het bombardement van de geallieerden,
lakenpakl
95 incl.
ben, Zoetl
23. tel. 218
itr. 81. 5-6;
Solo-mot
mderen
lders e
ligen
Irjpinrichl
Noordeii
ïdsveen,
prijzen
ringskaarj
ndiingen
kwerk,
kwerkserv
mmerstr
5-65
eringen
50a, Lei<
ngen, belfcat met zijn roetzwart gemaakte gezicht, alvorens te
Éiringen, een krui* slaan. Meen- tijd voor aarzeling was
r niet. De een duwde de ander het valluik door en
iar gingen ze, die diepte in van 600 meter.
museum van Arromanches is nog veel grootser van
met. Daar ziet men de enorme caissons van ijzer en
ton het Kanaal oversteken. Een voor een worden ze,
wies op diepte, voor de Normandische kust tot zin-
in gebracht, als eenden in een kaarsrechte lijn. Alle
ssons onderling verbonden door een schipbrug. Aan
caissons, die voor een deel boven zee uitsteken lan
en de Libertyschepen met hun oorlogslading. Uit de
■oorsteven van het schip rollen de vrachtwagens, de
Bnonnen en de tanks de caissons op «a vandaar over
schipbruggen naar de kust, onmiddellijk gereed voor
et gevecht. Arromanches werd op die manier een grote
unsthaven, midden in zee. Caissons en schipbruggen
Antiekh ngeerden tevens als golfbrekers bij slecht weer. Zo-
bij de vlucht van de Amerikanen naar de maan
\aa niets aan het grillig toeval overgelaten. Alles was
voren in Engeland mathematisch uitgerekend. In do
raktijk klopte het ais een bus.
het museum van Arromanches met men die kunst-
atig» haven in lange maquettes voor zich liggen. lJe
lorradig.
Noordeii
ïdsveen,
alle
voorkomei
ra. W. N<
Er, culti
ngelijk
prachtig
'eren slo
lwee grote musea zijn m Satate-Marie-iu-Morit en
s Aan het eerste strand gingen de
kneritamen en de Canadezen, aan het tweede Britten
wal Van de landingsmanoeuvres zijn korte rum-
gemaakt, die in beide musea worden gedraaid, m
te-Marie-du-Mont staat men verbijsterd te kijken
de Amerikaanse para's die aan de lopende band
"vliegtuigen uitrollen. Zoals 's avonds tegen, zons-
Lndergaiig zwermen spreeuwen door de lucht vliegen
a plotseling; als op commando,: op bomen
op die eerste landingsdag de lucht vol soldaten
hun valschermen. Hier en daar ziet i
angel 23,
bijna 15
hobbies
beatmuzi
blad 5-
kken, por
erk. Ruim
Tevens
het uavca w '"-o- j_
omlijs ifjsen die per luidspreker verduidelijken, nemen de
Ha bisten mee naar een zaaltje, waar de werkelijkheid
«Is die er 25 jaar geleden wae. wordt geprojecteerd.
u er van", vroegen wü na afloop een jong
tmerikaans echtpaar uit Callfornië. naar schatting 35
Mr. „Ik ben zo bang", zei de vrouw met enige i
eling, „dat het allemaal toch tevergeefs is geweest,
rant in een ander deel van de wereld vechten mijn
toten net zo n oorlog. De ene oorlog is nog niet
torbö, of de andere begint
4lSoa<Er oteèaccommodatle is er niet veel aan Nor"lan;
iaohe landingskust. We vinden een bescheiden hotel
Carentan, dat zich aandient als van alle gemakken
i, -teorzien. Kijkt men niet al te nauw, dan is het er voor
5-6 'n paar dagen wel uit te houden.Niet te ver van de
ust, een kilometer of twintig. De „patron" heeft de
,C. versto ommen en granaten van 25 jaar geleden om zijn oren
•rj oren vliegen. Zijn vroegere hotel ging in puin ten
't.' ader Zijn klanten zijn de boeren uit de streek, die
ja wijnkelder 7.000 flessen niet versmaden. Hij
een kenner Vroeger wijnhandelaar. Doe hem
linddoeb voor en uit twintig glazen zal hij
at voor wijn er da zit en uit welk Chateau.
En achter al die bulldozers kwamen de zware vracht
wagens aanrollen cn losten midden in het land hun
lading. Voor mijn ogen zag ik de noodziekenhuizen
onder tenten uit de grond oprijzen met brancards,
doktoren, verpleegsters cn medicamenten voor de erg-,
ste gewonden. Hier een depot voor benzine, daar een
voor de olie, verderop een voor munitie. Ik zag pipe
lines (piepeliencs, zegt hü). twee- of driemaal zo dik
als mijn dijbeen en schudde mün arme hoofd. Waar
zü een paar dagen, een paar weken over deden, daar
zouden wij Fransen maanden en jaren over hebben
In Sainte-Marie-du-Mont staat een kerk met een hoog
Normandisch torentje. Voor de kerk een pleintje, om
rand met lage huisjes en petieterige winkeltjes. Mid
den op het plein het standbeeld van een zwaarte „poilu*
(Franse soldaat) met zijn geweer. In maimer de namen
van de doden uit de eerste wereldoorlog. De Duitsers
smeten de poilu in 1940 van zijn sokkel. De Ameri
kanen zetten hem er weer op in juni 1944.
De kapper vraagt, waar wij- vandaan komen. Uit Am
sterdam? Les Pays-Bas „connais pas nooit van ge
hoord". Zijn klanten zijn boeren.
Naast de slager, de donkere werkplaats van de zadel
maker. Zijn er dan nog paarden in de' streek? „Bien
sur wis en waarachtig". Eerst de renpaarden, die
worden hier gefokt. Dan nog de werkpaarden, want
al heeft de boer een tractor, zijn paard voor de kleine
kanevrachten wil hij niet missen. Het is een streek
van kleine grondbezitters met familiebedrijven van
echt tot tien hectare, hier en daar een grote boerderij
van 80 tot 100 hectare.
Bonnel heet de zadelmaker. Nog altijd achter zijn
zware werktafel, ondanks zijn 80 jaar. Zijn vrouw,
van 81, is aan de rechterhand verlamd. Die hand is
klinisch al dood en zo koud als een klomp ijs. Als ze
wat klanken uitstoot is hij het alleen, die haar ver
staat en begrijpt. Aan- en uitkleden alleen kan ze
niet meer. Dat doet hij voor haar. de man van 80.
vrouw, „je merkte a?n de Duitsers dat ze zenuw
achtig waren. Ze sleepten met munitie af en aan. Die
nacht, van zondag op maandag, zat dc maan achter
een licht wolkendek. Naar bed gaan? Natuurlijk niet,
want de vliegtuigen scheerden over de daken. Veel
zag je niet, maar toch wel iets. En horen deg te meer.
Je begreep, dat er para's moesten zijn geland, want
dat hoorde je aan de voetstappen. Aan Duitse sol
daten was je gewend. Die hoorde je op hun zware
laarzen aankomen. Klik-klak. klik-klak. Maar we
hoorden ook onbekende geluiden het gestap van
rubber laarzen op straat. Daar heb je de Amerikanen,
vrouw, zei ik tegen haar in het donker".
,,'s Morgens toen het licht werd, zag ik er een naar
beneden komen. Daar, in die boom", wijst de zadel
maker aan. „Hij bleef in de takken hangen en was
dood. Nog een en die kwam midden op het plein neer.
Een Duitse soldaat kwam op hem af. Ze schoten alle
bei tegelijk. Ze schoten elkaar morsdood".
„Toen kwam de eerste jeep en daar zaten een paar
Canadezen in, met wie ik Frans kon praten. Ik ging
er heen en nam mijn pet af. Met allebei -mijn..handen
veegde ik het vocht uit'mijn ogen. Dat zijn de-twee Amerikaans
mooiste dagen uit mijn hele leven: 11 november 1918, in Engeland.
waDenstilstandsdae .6 juni 1944 bevrijdingsdag".
pastoor op de bevrijdingsdag juichend schrijven, dat
de heilige maagd als „une vraie mére du ciel" haar
kinderen van Carentan had gespaard. In de schuil
kelders was veel, zeer veel gebeden. De pastoor van
Saint-Lo kon dat zijn ambtgenoot van Carentan niet
naschrijven, want van die stad bleef geen steen op de
andere. De mensen van Carentan zeggen, dat de rook
pluimen uit hun schoorstenen de stad voor al te zware
bombardementen hebben gespaard. De Amerikanen za
gen: daar wonen mensen, zoals père Bu dat in het
gelijknamige voortreffelijke toneelstuk zei, toen hij in
zijn paleis van Warschau door de Russen werd be
schoten. Maar ook in Saint-Lo rookten de schoor
stenen en ook daar werd in de schuilkelders onder de rot
sen veel en innig gebeden. Van die rokende schoorstenen
trokken de Amerikaanse vliegtuigen op 4.000 meter
hoogte zich niemendal aan. Carentan was geen knoop
punt van wegen en speelde in de strategie van de
overkant geen enkele rol. Saint-Lo was wel een cen
trum van wegen en spoorwegen, waar de Duitsers met
man en macht zaten en dus moest Saint-Lo met de
grond gelijk, worden gemaakt. „Ausradiert" op z'n
dat gebeurde grondig. Zoalsr Coventry
een splinternieuwe stad geworden. Vol trots laat mijn
Franse collega het fonkelnieuwe gebouw van zijn
weekblad zien, „La manche libre". met een oplage
van 50.000. Het leed van 25 jaar geleden is vergeten.
Vergeten?
Niet op de soldatenkerkhoven over geheel Normandië
verspreid. Kleine en grote. De dri
een Duits, een Amerikaans en een Engels.
Duits soldatenkerkhof
de
Je ziet aan het verlamde vrouwtje naast de zadel
maker. hoe ze nog alles intens met hem mee beleeft.
Ia het kleine koppie met de warme doek er om heen
werken de hersens nog best. Met haar nog goeie lin
ker. waar ook niet al te veel leven meer in zit, wijst
ze naar boven en stoot een paar onverstaanbare klan-
„Ah, dat is waar ook", zegt BonneJ, „dat vergat ik
bijna 1e vertellen. Daar in die toren zat een Duitse
uitkijkpost, maar die hebben ze van drie kanten naar
beneden geschoten. De toren werd wat beschadigd,
maar niet veel. Later vonden ze twee Duitse soldaten
in de biechtstoelen, waar ze zich verscholen hadden.
Binnen een paar uur was hc( met Saint-Lo gebeurd.
Een deel van de bevolking zat bü de Duitsers in de
eindeloze galerijen onder de rotsen van de vroegere
stadswallen, vrijwel de rest was in paniek gevlucht.
Toen zü uit de schuilkelders naar buiten kwamen,
bestond Saint-Lo niet meer.
Grote stilte van het kerkhof
„Ik liep", vertelt onze Franse collega, „door een vol
strekt dode stad en kon mün eigen straat, laat staan
mijn eigen huis, niet meer terugvinden. Geen vogel floot
in de bomen, want bomen waren er niet meer. Geen
hond op straat, geen kat op de daken. Een grote stalte
één seconde negen doden
ij was 35 toen de geallieerden kwamen. Een blauwe
taandag getrouwd. Van de bommen viel er een mid-
ro in zijn vroegere hotel: in één seconde negen doden,
ijzeftf was er toevallig niet. Zijn vrouw, binnen, stond
ader de spijl van een deur, bleef gespaard, maar
inde als een waanzinnige het stadje uit en de wei
raden in. Toen ze weer bij haar verstand en terug
verk voor wam, was zebegraven. Bij de stoffelijke en vei -
n de pun rinkte restanten van de negen slachtoffers h3d men
delsdrukk aar bandtas en. papieren gevonden en dus: was ze
(De Lei ood. Er gebeuren vreemde dingen bij natuurrampen
bombardementen. In dit geval heeft de geallieerde
a man en vrouw voor het leven aan elkaar vast
«klonken.
Na de bevrijding van Carentan", vertelt de patron,
ik op de fiets naar Sainte-Marie-du-Mont. Die
vergeet ik nooit. Ik zocht naar de zee en vond
ree. Zo ver als ik kijken kon, tot aan de hori-
r mt oorlogsschepen, koopvaardijschepen, landings-
J. aartuigen, hoog in de lucht observatieballora en daar-
■oven een eindeloze stroom van vliegtuigen met zweef
Kegtuigen achter zich oan. Op de terugweg naar huis
(eloofde ik mijn eigen ogen niet. Bulldozers, die
door do weilanden alles met him dommekracht
««gduwden, wat in de weg «tond. Ik zag er «en met
wieden tot ver in de modder wegzakken. Geen
looi »w«re kisten met de moodsfc* elektrische sak-
ros gingen de modder in «n over al die ge-
kisten reden de bulldozer* verder. Wat had ik
mag voor oen van die lantaarns 20 frank betaald*'.
Tegen elf uur 's morgens is hij er mee klaar en dan
begint hij met het maken van zadels en het opkale
fateren van oude.
We zitten bü hen aan tafel in het donkere keukentje,
dat door twee blinde muren geen licht naar binnen
krijgt. Met zijn pet achter op het hoofd en zijn bril,
af en toe, op het voorhoofd, zit hij van d« bevrijding
te vertellen.
„Daar heb je de Amerikanen..."
Die zesde juni herinnert hij zich nog best Acht dagen
voor de landing begon li«t bombardement »Ah, e'étart
un beau travail goed werk". Van de Duitse kaze
matten en blokhuizen langs de kust bleef niet veel
ow. „Daar gaat üot* gebeuren'*, eed Sk tegen mjjn
Wat er met ze gebeurd is. Dat weet ik niet zo precies,
misschien zijn ze wel doodgeschoten. Of krijgsgevan
gen gemaakt. Een mensenleven telde in die dagen
De zadelmaker van Sainte-Marie-du-Mont blijkt nog
niet zo'n slechte relatie te zijn. Hij heeft een schoon
zoon, die journalist is en de bevrijding als een rak-
man heeft meegemaakt.
Martelaarskroon voor Saint-Lo
Saint-Lo, voor de oorlog «en stadje van 11.000 inwo
ners, draagt van aü« Normandische steden de marte
laarskroon. Het leeft voort in de geschiedenis al* ,4a
capital des ruïne* de hoofdstad ven de verwoes
tingen". In het peroetvieblaadje van Carentan kon da
van het kerkhof. Zo bleef het, weken lang, want wat
moesten de mensen in een stad waar geen draad voor
het elektrische licht, geen buis voor gas of waterleiding
meer was? Men zocht een toevluchtsoord bij omwo
nende boeren, die hen de eerste dagen met open armen
ontvingen en waar voorlopig voldoende te eten was.
Saint-Lo was afgesloten van de buitenwereld. Veel be
hoefde niet meer naar andere markten van Frankrijk
te worden getransporteerd, want er waren geen ver
voermiddelen en geen wegen, de Duitsers requireerden
geen voedsel meer en de Amerikanen hadden aan hun
eigen levensmiddelen meer dan genoeg. Iedere boer
slachtte koeien en varkens naar eigen behoefte. Aan
kippen en konijnen was nergens gebrek.
Maar ware vriendschap ie dun gezaaid. „Vestigt op
prinsen geen vertrouwen", staat er dn de bijbel. Ook
niet op geloofsgenoten. Ook niet op partijgenoten. Na
een paar weken vonden de aanvankelijk zo gastvrije
boeren, dat het nu wel welletjes was en dat de stede
lingen maar naar hun puin moesten terugkeren.
Dat verboden de Amerikanen. Want in de diepe trech
tergaten van de granaten stonk het bedorven waiter
een uur in de wind. Lijken van mensen en karkassen
van beesten waren niet geborgen en verspreidden een
verpestende lucht. Er was geen licht, geen gas, geen
druppel drinkwater, geen korrel rijst, geen stuk ver
bandgaas, geen fles mercurochroom om wonden te
ontsmetten, geen schep of houweel om met oprui-
mingswerk te beginnen, geen plank om er een dood
kist van te maken.
Levensmiddelenkar als lijkwagen
Maar zo nauw kon de afsluiting niet zijn Ameri
kanen zijn geen Duitsers of mensen kwamen er
door. Eerst de valide mannen, die met opruimingswerk
konden beginnen. Er kwam een eerste noodkantine,
van voedsel voorzien door de Amerikanen en met
achtergelaten levensmiddelen van de weggetrokken
Duitse troepen. De eerste broden werden gebakken bij
de boeren, die in vroeger tijden brood bakten voor
tien, veertien dagen en waar de oude oven nog intakt
was. De eerste planken kwamen voor doodkisten, die
's morgens leeg tussen de puinhopen werden neer
gezet en 's avonds vol werden weggehaald. De levens
middelenkar van overdag werd 's nachts de lijkwagen
naar de massagraven. De eerste bewoners leefden als
Noordafrikanen in Bidonvilles. Zij zochten in de puin
hopen naar een paar dakpannen, naar stukken hout
voor een tafel, naar een kachelpyp el* schoorsteen,
naar strozakken in de lege barakken van de Duitsers.
Men behielp zich met een paar schamele kaarsen. De
eerste radiotoestellen arriveerden met luidsprekers in
de stad, zodat men weer begrip kreeg van tijd en van
wat er in Frankrijk gebeurde. Van heinde en ver werd
rattenkruit gehaald voor verdelging van ongedierte,
want kinderen in de wieg werden aangevreten door
Saint-Lo ven vroeger bestaat niet meer. Saint-Lo is
Het Duitse soldatenkerkhol hgi
Bayeux naar Carentan, bij La Cambe, aan de Natio
nale 13, bekend in de laatste gevechtsmaanden om
gruwelijke veldslagen tussen bevrijders en bezetters,
berucht na de oorlog, nog stced;, een van de ge
vaarlijkste wegen van Frankrijk. Het verkeer over
de niet te brede tweebaansweg raast langs het kerkhof
voorbij, dat met borden staat aangegeven. Maar weinig
automobilisten stoppen voor een kort bezoek; voor
namelijk auto's van Duitse toeristen. De Fransen ko
men er weinig, want daar liggen hun kwelgeesten van
weleer begraven. Achter de trappen van een brede
toegangspoort ligt do uitgestrekte grasmat met op re
gelmatige afstanden een gróep van vijf kruisen de kleine,
donkere sombere steen. Tussen de kruisen de kleine,
vierkante grafstenen met de namen van de gesneu
velde soldaten. Aan weer en wind blootgesteld, be
groeid met mos, zijn de meeste namen al onleesbaar
geworden. Op een heuvel staat een monument van
dezelfde sombere steen, waar men de volgende woor
den leest:
Dunkel wölbt sich der Hügel
Ueber dem Grab der Soldaten
Dunkel steht Gottes Gebot über den Toten
des Krieges
Heil aber leuchtet der Himmel
Ueber den ragenden Kreuzen
Heller noch leuchtet ihr Trost
Gott hat das letzte Wort.
Amerikaans soldatenkerkhof
Geheel anders het Amerikaanse kerkhof bij Arro
manches „C'est agréable a voir" .zeggen de Fransen
ervan. Regelmatig maaien de gemotoriseerde ma
chines over de grasvelden, bezaaid over 69 hectare
met witte kruisen. Bij geen enkel kruis een naam.
De namen van 9.386 doden zijn bekend. In een
grote boog, op wit marmeren muren, staan de namen
gegrift van alle Amerikanen die in Normandië geval
len rijn. Het heeft geen zin langs al de muren te
lopen, want daarvoor zijn de namen te veel. In een
haJfcirkel staat het indrukwekkende zwart bronzen
beeld van een slanke mannefiguur, die de handen ten
hemel heft. Uit protest tegen de oorlog? Uit blijd
schap over de gewonnen krijg? Misschien wel beide
Op de zuilengalerij leest men.
This embattled shore,
portal of freedom,
is forever hallowed by the ideals.
The valor and the sacrifices
of our fellow countrymen.
De i
God i
weggelaten. De i
deze barbaarse wereldoorlog al ijdel genoeg ge-
Engels soldatenkerkhof
Het Engelse kerkhof, bij Bayeux, is het aandocnlijk9t
van alle drie. De eenvoud, de stilte zelve. Op het Ame
rikaanse kerkhof wemelt het van toeristen. Het par
keerterrein staat vol automobielen. „Agréable voir".
Het Engelse ligt een stuk buiten de grote weg. Grijze
kruisen; zo ver als het oog reikt met op de achtergrond
'en kapel. Aan de voet van ieder kruis levende,
bloeiende planten. Steekt men naar de overkant de
weg over. dan komt men bij een simpel monument met
een klein bronzen deurtje, dat door de bezoeker open
kan worden gemaakt. In het kastje ligt een boek met
de namen van de gesneuvelde Britten. En nog een
boekje, waar ieder, die het wil, zijn naam kan schrij
ven met een korte opmerking. Als we het doorbladeren
lezen we een paar „cris-de-coeur": „Bonjour, we re
member 25 years ago". „Salut". ,Very good". „So
beautiful". ..No finer resting place". „Ein schone*
Denkmal". ..Mogen eolche Statten im Zukunft nicht
mehr errichtet werden dürfen". „But for you where
am I".
„Go home" staat er nergens.
Het Is de trieste figuur van een Franse generaal ge
weest, die zün bevrijders en de bevrijders van rijn land
buiten de deur zette. De doden mochten blffven. De
levenden moesten het Franse territorium verlaten. Hun
aanwezigheid op Franse bodem strookte niet mot *tJn
eer. Op 27 april 1969 heeft de geschieden»* sich op hem
gewroken. Büna zou men met het Duitse grafschrift
zeggen: „Gott hat das letste Wort".
LUCAS KLEYX