ROSITA BLOOM:
A star is born
is me
een beetje
uit de
hand gelopen
JAN ASSELBERGS:
ff
HET
BEGON
ALS
EEN
GEINTJE
ZATERDAG 26 APRIL 1969
If
,lk ben geen hitwezentje,
ik heb een hekel aan goedkoop succes'
DEN HAAG Tussen de
schuifdeuren van een boven
woning in de Haagse Coperni-
cusstraat maakt Rosita Bloom
zich gereed voor de laatste en
beslissende slag in de slopende
televisiemaraton „A star is
bom". Ze luistert naar nieuwe
songs en werpt een been in de
richting van het theemeubel:
het is een heffing ineens, die
haar zichtbaar moeite kost. Een
begrijpelijke zaak, want enkele
dagen geleden is ze voorover
van een trap met 26 treden ge
vallen. „Man, man, ik wist niet
wat me overkwam, 's avonds
had ik opeens twee olifants
poten. Ik heb ze dik in de
zwachtels gezet en ben de vol
gende dag toch naar Helen
Leclerq gegaan. Stel je voor,
dat ik op krukken de studio
was binnengekomen. Dan was
wat mij betreft die ster nooit
geboren."
STEM UIT DE ACHTERKAMER:
„ZIJ IS EEN KEIHARDE,
NEEM DAT VAN MIJ AAN"
Een handwarme moederstem uit de achterkamer:
„Er moet echt heel wat gebeuren, voordat Rosita het
laat afweten, meneer, Rosita is een keiharde".
Rosita, de keiharde, beloont die spontane
aanmoediging met een hoge, kirrende lach. Ze zit
ontspannen op de driezitsbank, blond, bleek, de
onwaarschijnlijk lange benen haaks onder het smalle
lichaam.
„Weet je wat de pest is", zegt ze, „dat er elke keer
weer wat nieuws van je verwacht wordt. In de
eerste vier uitzendingen heb ik gezongen, gedanst,
toneel gespeeld, aan de piano gezeten, Cees de Lange
geïnterviewd, noem maar op. Heb je me gezien als
Jantje in dat stuk van Heyermans? Dat vond ik nou
een geweldige ervaring. Ik heb als kind in de
operette van Chris Hofland meegedaan, maar daar
ben ik nooit verder gekomen dan het ballet. Daarna
heeft mijn neef me nog eens in een televisiespel laten
optreden. Walter van der Kamp is mijn neef. Zijn
moeder woont boven ons, mijn oma woont aan de
overkant. De Copernicusstraal is een soort
familieghetto voor ons. Toen ik Jantje had gedaan,
riepen een paar acteurs: „Zo natuurlijk heb ik het
nog nooit iemand zien doen". Dat is natuurlijk leuk,
ik vond het trouwens zelf een belevenis. Maar toen
kennissen begonnen te drammen over „Rosita je
moet aan het toneel", dacht ik toch: „Waar hebben
ze hun hersens?" Ik ben immers zangeres, ik zou de
muziek missen".
Stem uit de achterkamer: „Rosita is een keiharde,
neem dat maar van mij aan".
,,Mens, wat ben jij een geweldige spekkoper, dat je
als volkomen onbekende zangeres voor een paar
miljoen mensen mag optreden". Vertel mij maar
eens, hoe je anders aan drie, vier t.v.-uitzendingen
komt. Man, dat hele wereldje in Hilversum is zo
gesloten als de pip en als je niet tot aan je nek in de
plalenbusiness zit, dan hebben ze je toch echt niet
Als een bom
Haagse Rosita Bloom: „Een artiest is zelf zijn
eigen graadmeter".
vanaf mijn zesde jaar balletles, dat was gewoon een
brok van mijn opvoeding. Mijn vader speelt viool,
die heeft jaren lang in orkesten gespeeld. Hij heeft
ook met mijn moeder en zijn broer 'n variéténummer
gehad. Jane, Jack en Johnny Hill. Een beetje tappen,
een stukje muziek maken. Ze zijn door heel Europa
getrokken, ik heb het vak gewoon met de paplepel
binnen gekregen.
Daarom verwacht ik ook geen gouden bergen. Ik
droom niet ran een rooie raceauto of een bungalow
met een privé-zwembad. Ik heb gewoon thuis gezien,
hoe het gaat met artiesten. Het ene moment heb je
succes, geld, te veel aanbiedingen om ze allemaal
te kunnen aannemen. Het volgend moment wordt
het orkest, waarbij je werkt opgedoekt en kun je met
je talenten in de W.W.
Ik zou best in een huis met een tuin willen wonen.
In de buurt van Utrecht. Stukje bos, stukje hei. Dat
lijkt me het einde. Ik heb nou eenentwintig jaar op
een bovenhuis gezeten en ik weet nu wel, hoe dat is.
Misschien komt dat ook wel. want. door die
uitzendingen lig ik hoe dan ook wat makkelijker in
de markt. Ik heb ook al wat aanbiedingen gehad,
maar de meeste zijn nou net niet, wat ik zqfk.
Ik weet zelf precies wat ik wil, ik heb toevallig
vrijwillig een heel wankel pad gekozen voor mijn
carrière. Ik had ook rustig op kantoor kunnen blijven,
maar helaas kon ik niet tegen het regime. Daar
komt ook nog bij, dat ik geen ziteelt heb. Ik heb het
ook nog geprobeerd bij een uitzendbureau, maar dat
is hetzelfde laken een pak. Dan zit je weer achter
een bureau op de koffiejuffrouw te wachten.
Ik heb tot nog toe één singeltje gemaakt, dat
verrekte slecht gelopen heeft. Oké, dat weten we
dan alweer. Eén van de nummers heette toepasselijk
„Mijn droom maakt niemand stuk". Dat komt nog
steeds uit. Als dat eerste plaatje meteen als een bom
was ingeslagen, zou het succes misschien boven mijn
hoofd zijn gegroeid. Je hoeft maar om je Heen te
kijken en je schept de voorbeelden zo op. Ze maken
één tophit en lopen gelijk met een hoop kapsones.
Laat het dan bij mij maar wat langzamer gaan, ik
ben nu eenentwintig, ik heb nog plenty tijd.
Ik heb trouwens een genre gekozen, waarmee je niet
zo makkelijk aan de weg timmert. Ik ben geen
hitwezentje, ik heb een hekel aan goedkoop succes.
Ik geloof ook niet, dat ik „ja" zou zeggen, als de één
of andere handige jongen met een domme meezinger
bij me aankwam. Dat zou dan betekenen, dat ik me
in allerlei bochten zou moeten wringen en daar pas
ik voor. De markt is vergeven van zangeressen, die
de hitparade op hun repertoire hebben, heus, daar
hebben ze Rosita Bloom ook nog niet eens bij nodig.
Ik houd van goeie Engelse en Amerikaanse songs, ik
moet een beetje kunnen uitpakken. De kant van
Barbra Streisand op. dat is een ongelooflijke
vakvrouw. Ik houd van een goed arrangement, van
een fijne tekst, ik zou het liefst in een musical willen
optreden en daarom is het zo jammer, dat de meeste
musicals in Nederland zo belabberd lopen. Ik heb al
Eigen graadmeter
Ik zal echt blij zijn. als ik met dit vak evenveel kan
verdienen als een kantoorjuffrouw. Dat moet toch
mogelijk zijn. De kunst is alleen, dat je de mooipraters
en de alechtpraters van je afhoudt. De mensen, die
het zo goed met je menen en achter .ie rug over je
roddelen, die precies wéten, wat je wel en niet moet
doen. Dat soort mensen kan me gestolen worden. Ik
weet zelf heus wel of ik iets goed heb gedaan.
Toevallig is een artiest nog altijd zijn eigen
graadmeter".
Uit de achterkamer komt opnieuw bijval: „Rosita
weet wat ze wil, meneer. Dacht u, dat ze op een
stoel ging zitten, als ze van de trap is gevallen?
Dan kent u Rosita niet. Gisteren is ze op de dansles
bij Helen weer gevallen. Ze stond gewoon op en
ging door".
„Als het allemaal lukt", zegt Rosita gretig, „dan
-iTioet na deze finale de grote klap vallen. In het
gunstigste geval win ik en dan zit ik op fluweel..
Lukt het niet. dan is er nog geen man over boord.
Dan heb ik nog altijd een half uurtje gratis
STER-reclame voor Rosita gehad.
„Vertel mij maar eens, welke artiest clai ook
kan zeggen." LEO THURING
Klassiek stuk
Stem van de driezitsbank: „Natuurlijk heb ik nog
een verrassing achter de hand. Wat denk je? Ik heb
een speciaal dansje ingestudeerd en nou maar
hopen, dat het goed valt. Ik heb er nog even over
gedacht om een klassiek stuk te brengen. Ik heb
twee keer per week les van Mia Hüpper-Buff en een
fraaie kolloratuur pers ik er heus wel uit. Voor mij
is niks te gek, maar het moet wel binnen de perken
blijven. Ik zou best op een rijdend paard willen
springen en er dan zingend met een koprol weer af.
Maar ik kan niet eens paard rijden. Dat gaat dus al
over. Ik vind sensatie in je optreden geweldig, maar
ergens moet een einde zijn. Als ik Willeke Alberti in
een paal zie klimmen dan denk ik toch: „Wat kan ze
nou de volgende keer nog doen. Misschien d'r hoofd
in een leeuwebek leggen. Kun je lachen.
Dat klassieke zangnummer was fijn geweest, maar
dan moet je er wel tien strijkers achter zetten. Nog
mooier was het geweest, als we er een duet van
hadden gemaakt. Met Marco Bakker bijvoorbeeld.
andere dingen a
juffrouw Bloom.
ichtei
Je moet trouwens die hele competit
bekijken. Ik heb er vanaf de eerste uitzending op
gerekend, dat ik af zou vallen en als je dat nou
maar volhoudt, valt het altijd mee. Goed, zal ik in
die finale het loodje leggen, dan is dat nog geen
doodwond. Toen ik vorig jaar op de auditie in
Bellevue kwam, wist il^ niet beter of het ging om
één gastoptreden bij een orkest. Dat had ik al heel
mooi gevonden. Ik zong twee liedjes en daarna
vroegen ze of ik ook nog wat Nederlands repertoire
had. Ook daar had ik op gerekend. Na afloop moest
ik boven in de regiekamer komen en daar vertelden
ze me pas, waar ik nou in feite voor gekomen was.
„Een wedstrijd", zeiden ze, „waarbij er één over
blijft". Ik heb voor de zekerheid nog wel gevraagd
of het een soort Rodeo was, want dan had ik het
zonde van mijn tijd gevonden. Ik ben toch echt niet
in dit vak gekomen om me door een stelletje
loslopende journalisten te laten weghinniken. Een
talentenjacht had ik trouwens ook niet interessant
gevonden.
We zitten nu nog met zijn tweeën in de schuit en
één van ons beiden zal er zaterdag toch echt worden
uitgewipt. Ik geef Jan Asselbergs voorlopig evenveel
kans als mezelf, want die jongen heeft bewezen, dat
hij een hoop kan, Hij heeft alleen een slechte stem.
maar dat hebben zoveel chansoniers. Je moet eens
serieus naar een Frans plaatje luisteren, dan weet
je ook niet wat je hoort.
Weet je wat zo vreemd is? Dat ik het
competitie-element nooit zo sterk gevoeld heb. Je
wist wel, dat er na elke uitzending weer een
kandidaat uit zou vliegen, maar tijdens mijn akt heb
ik daar geen moment aan gedacht. Ik dacht alleen:
„A star is born
mij een half uurtje gratis STER-reclame."
TILBURG- ,,Wat als een geintje begonnen is, begint nu bittere professionele vormen aan te
nemen. Het programma ,,A star is born" is me een beetje uit de hand gelopen". Jan Asselbergs
uit Tilburg is uiteraard content met zijn plaats in de finale, maar wat hem wel duidelijk geworden
is: ,,lk ben geen echte bühne-man, mijn eerste opgave is om een goed beeldend kunstenaar te
blijven met show als randgebied". Hij ziet de finale daarom rustig tegemoet: het is geen hals
zaak voor hem.
We bellen aan: Predikherenlaan 34.
Een heftige roffel op de trommel. Nog
eens bellen, weer die roffel. Na de
derde keer gaat de deur open. Jan in
een lichtbruin leren jack: „Sorry, ik
zat volop te oefenen". Een volledig
drumstel staat in zijn huiskamer naast
de vleugel. Met één oog op een artikel
over kankerbestrijding en het andere
op de stokken had hij zich daar ge
ïnstalleerd. „Ik maak de laatste tijd
veel studie van de menselijke hersens
en plastische chirurgie (via een vriend
van me), omdat dit thema me niet al
leen boeit, maar ook omdat het voor
mij een object is om te tekenen en te
schilderen. Die roffel voor de Star doe
ik er intussen bij. Stel je voor, de man
van wie ik dit drumstel leende zei me:
„Wat dacht jeom een echte rof
fel te kunnen maken heb je drie jaar
conservatorium nodig". Ik probeer het
toch zonder die drie jaar."
„Kijk, ik maak een nummer van Azna-
vour: „J'ai perdu la tête". Ik duik eerst
in het begeleidend orkest (van Henk
Eikerbout: mieters orkest) en breng de
ritmesectie op gang, daarna speel ik
achtereenvolgens bas, drums, gitaar,
piano en daarna natuurlijk zingen. Het
gaat allemaal live deze keer. Het twee
de nummer is een potpourrie van Ne
derlandse chansons vanaf Pissuise tot
heden, Jules de Corte, Boudewijn de
Groot enJan Asselbergs; dat
wilde men bij de AVRO."
Veelzijdigheid
„Ja, het gaat om de veelzijdigheid. Puur
op dit motief heb Ik de finale gehaald.
Vraag me trouwens af of de jury wel
steeds voor ogen heeft gehouden, dat
het primair hierom ging. Waarom?
Nou, dan sou dacht ik en velen met
me José den Burger de vorige keer
niet gesneuveld zijn. Zij is veelzijdiger
dan Rosita Bloom. Rosita heeft meer
ervaring, omdat ze langer In het vak
zit. Neehet programma is niet
gemaakt rond amateurs. Dat denken ze
meer. Rosita is beroeps, zij zong, geloof
ik, bij de Skymasters. Ook José is
beroeps." Jan Asselbergs is tekenleraar
aan een middelbare school.
„Het is een wedstrijd van jonge men
sen, die al aan de deur van de show
hebben geklopt. Zo zei Cees de Lange
het bij de presentatie. De AVRO heeft
een nieuw gezicht nodig; ik heb ge
merkt, dat ze daar alles (mensen en
geld) voor over hebben." En jij wilt
dat nieuwe gezicht van de AVRO zijn?
„Nee, ik wil wel zonder meer een
nieuw gezicht zijn. De eerste prijs be
tekent een eigen show. In ons contract
staat, dat we ons de eerste zes weken
na de finale niet aan een andere t.v -
zuil mogen verkopen."
allemaal weer gedaan in die uilzen
dingenDe eerste keer kwam ik
met een eigen liedje, genaamd Fantasie
(op een kindertekening), in de tweede
uitzending een sketch samen met Lies-
beth te Slaa (die ls uitgevallen) en
Orfeu Negro, zingend en mezelf bege
leidend op de piano. Oók in de derde
uitzending heb ik gezongen met piano
begeleiding: One for my baby. en ver
volgens een tapdance, die me door John
Herder uit Breda werd ingestudeerd.
In de laatste uitzending heb ik weer
een liedje van mezelf gebracht, Ode
genaamd. Op het tweede nummer in dit
programma krijg ik nog steeds reacties.
Iedereen vond het poppenspel daarin
ontroerend en raak. Je moet er wel
bijschrijven, dat dit een stuk was uit
een spel van poppentheater „Wereld-
juweel" uit Chaam, waar ik ook veel
leerde van de techniek van het spel."
ik naar nieuwe vormen. Maar het
olieverfschilderij staat op losse schroe
ven. Ik denk, dat ik ga filmen. En
nu naar Knokkezeggen sommigen
tegen me. Nee, dank je wel, die kant
wil Ik niet op. Ben geen Bühnejongen.
Nee. niet het gladde, de show. Geen
Dean Martin- of Danny Kayesfeer. Als
ik iets van een show zou willen, dan
is het in de stijl van José Feliciano.
Dat is knap; we krijgen het hier te
weinig te zien."
Plussen
Reacties
Vijfde keer
„Weet je waar ik ook nog veel reacties
op krijg? Tijdens de laatste uitzending
werden portretten, die ik had getekend,
even getoond voor de camera. Er zijn
verschillende opdrachten op gevolgd.
Portrettekenen en -schilderen is eigen
lijk mijn vak. Deze hele wedstrijd rond
de Star heeft me duidelijk gemaakt,
dat het een muzikale aanvulling is op
mijn beeldende creativiteit. Het waren
doorgaans korte perioden waarin je
aan een nieuw programma moest wer
ken, maar tussendoor zit Ik dagenlang
te kwasten."
„Dit is de vijfde keer, dat lk m dit
programma zit. Tja, wet heb fle ook
„Toch heeft deze Starstrijd wel plussen
voor me opgeleverd. Het is een erv*»
ring om jezelf op het scherm bezig t%
zien. Je schrikt je rot. Ben ik dat? Doe
ik zo? Ja, zegt je omgeving. Leerzaam.
Het enige rotidee, waarmee ik aan de
finale begin, ls de mening van velen,
die me zeggen: Rosita moet winnen,
dat lijkt me een uitgemaakte zaak."
Waarop gebaseerd? „Omdat de vorige
keer José eruit gegaan is. Moet je dit
nog weten? Ik ben 32 jaar. Geboren
in Indonesië. Tekenleraar aan het
Pauluslyceum in Tilburg. Getrouwd
met Tonie, twee zonen. Ben verre fa
milie van „de" Asselbergs. Zelfde tak.
Dat vragen ze toch altijd. En het radio-
en televisiewereldje van Hilversum-
Bussum ligt me niet zo. Met andere
woorden: ze zullen heel hard moeten
trekken willen ze me er vaker heen
De finale zal uitwijzen of er ge
trokken moet worden.
HENK EGBERS