eoR- Marjolein RES- PON- DEN- TIE OVER DIEREN 00K VOOR JOU ho ni< du DE SCHEVE TOREN VAN PISA Vli B De mislukte grap Mijn leventje DIEREN VERHAAL Mijn leventje Mijn leventje GROTE VRAAG NAAR ZIGENTIJD UIT PUKKIES DAGBOEK Waf, waf, piep, piep. Dat v Pukkies eerste ontmoeting n kuiken. ZATERDAG 19 APRIL ZELFSTANDIGE MISS Er zijn al veel verhaaltjes over Mijn leventje binnengekomen. Nu maar even geduld hebben. Ze kun nen niet allemaal gelijk geplaatst worden. De vorige week heeft het leuke verhaaltje: Duppie als ko ning. in onze krant gestaan, maar de drukker had er vergeten bij te zetten, dat het van Berco de Heiden was. Nu weten jullie het allemaaL De familie Hamster woonde in Amsterdam. Ze hadden een zoon en een dochter. De zoon heette Max en was 7 jaar en de dochter Angelique was 6 jaar. Hun vader us dokter en hun moeder assisteert i helpt) de dokter in zijn praktijk. Ook hebben ze nog een huishou delijke hulp. Ze heet Carla en is 16 jaar. De kinderen kunnen het met Carla heel goed vinden, ze hadden het leuk met elkaar. In het week-end had Carla vrij, maar 's maandags begon het werken om 8 uur. Max begroette haar al tijd het eerst. Daarna wenste ze iedereen „goede morgen" en ging dan naar boven om de slaapka mers te doen, terwijl de familie zat te ontbijten. Max en Angelique werden om half negen door hun moeder met de auto naar school gebracht, maar dan moest mama weer gauw terug, want om kwart voor negen begon het spreekuur. Carla ruimde de tafel af en ging de kamers doen. „Het is vandaag woensdag," bedacht Carla, „dus de kinderen zijn vrij van school." Onder het koffiedrinken vroeg mevrouw: „Zeg Carla, zou j« van middag en vanavond op de kin deren willen passen? Het zal wel laat worden, dus eet maar mee met de kinderen." „Oh dat hindert niet hoor me vrouw, het komt wel voor elkaar," De ochtend verliep verder zoals gewoonlijk. Toen de kinderen uit school kwamen gingen ze eten. Daarna gingen mijnheer en me vrouw weg, nadat ze nog tegen Max en Angelique gezegd hadden dat ze gehoorzaam moesten zijn tegen Carla en zoet naar bed moesten gaan. Ze beloofden het plechtig. Mevrouw vroeg ook nog aan Carla of ze het wel kon vin- ook. Soms kwamen ze nog uit ook. Toen gingen ze weg, anders werd het met al dat geklets nog laat. De kinderen waren erg lief en deden leuke spelltjes met elkaar. Het was zo zeven uur, dus tijd voor de fabeltjeskrant. Ze hadden De scheve toren van Pisa heeft de Italiaanse stad Pisa beroemd gemaakt. En 't was geen slimme zet van de toeristenvereniging, want de toren werd al in 1174 gebouwd. Hoewel hij scheef is, is hij is merk je als je van de rand, wit marmer gebouwd en op de grond zijn de muren 4 m dik. De toren is ongeveer 54 m hoog en heeft 8 verliepingen. Hoe scheef hij is merk je als pe van de rand, die naar beneden overhangt, 'n steen loodrecht omlaag gooit: hij komt dan 4.80 van de voet van de toren terecht! Oorspronkelijk zou 't een klok- ketoren voor de dom worden, die ook van wit marmer gebouwd is. Omdat men de toren echter op zand gebouwd had, begon hjj toen de eerste 3 verdiepingen klaar waren al over te hellen. Men ging toch verder met bouwen, maar men durfde de zware metalen klokken er toch niet in te hangen. Het was een groot geluk, dat hij bleef staan. Anders was Pisa ze ker niet zo beroemd geworden, als Marjolein heeft haar doel bereikt. Ze wilde altijd al fotomodel worden. Begin vorig jaar stapte ze naar een modellenbureau in Amsterdam om een contract te krijgen. Kort daarvoor had ze de mannequinschool van de bekende Corrie Rotschafer doorlopen. De directrice van dit modellenbureau gaf haar toen de raad eerst mee In de Amstelveense huiskamer van de Abbinks zitten we tegen over Marjolein, enige dochter van een gepensioneerd stafemployé van de K.L.M. Ze is nogal klein en gekleed in een blauwe over- gooier en een bruine blouse. Ze draagt de titel Miss Holland 1968. Hoe ze aan dit titel komt? „Gewoon", zegt Marjolein „ik heb mijn foto ook ingestuurd toen de voorronden werden gehouden. Ik deed mee maar ik maakte me echt geen illusies Twee weken later kreeg ik van organisator bericht dat ik m vierendertig andere meisjes wi doorgedrongen tot de halve final Hiervan bleven er achttien ov< voor de finale. Daaruit werd als Miss Holland gekozen". Vond je jezelf nog de mooiste vé die achttien? Miss Holland lacht. Ze heeft kuil- jes in de wangen en haar gave. witte tanden, die ook de jury van de Miss-Hollandverkiezing niet zQn ontgaan, komen te voorschijn. Haar antwoord: „Nee, beslist niet. Er waren nog mooiere meisjes. Ik begrijp bijvoorbeeld nog niet waarom een meisje als Antoinette Bomas uit Wassenaar niet eens tot de eerste vier kwam. Zij was voor mij het mooiste meiBje". Vond je het wel leuk „Natuurlijk, want ik had het één van de prijzen, die ik gewon nen heb". Wat heb je nog meer gewonnen? Ze denkt even na, maar komt er niet direct op. Haar moeder, die net met thee binnen komt, zegt: „Een heel duur parel collier, een badpak enne En dan Marjolein weer: „O ja, een foundationset. Alles bij elkaar is het eigenlijk niets vergeleken bij de prijzen, die Miss Scheveningen heeft gekregen bij haar uitver kiezing". Wat deed je voor je Miss Holland werd? „Eigenlijk van alles. Na mijn mulo-examen, waarvoor ik niet weggelegd. Ik ben namelijk te klein (1,66 m). Je moet maar eens opletten, de meeste mode mannequins zijn erg lang. Toe vallig hadden ze een poosje gele den een klein modelletje nodig. Het was een Franse modeshow. Nou in zo'n geval heb ik dan ge luk". Hoe groot moet dan haar garde robe zijn? Mevrouw Abbink kijkt in mijn richting en vertelt, dat het allemaal nog meevalt. „Ze heeft maar één kast vol". „Weet je", vervolgt Marjolein dan, „ik i opruiming Als ik dan iets het gewoon weg. overigens niet slaagde, wilde ik gaan werken. Maar in elk geval geen kantoorbaan. De hele dag achter een bureau zitten is niets voor mij. Ik ben toen in een hoedenatelier gaan werken, maar dat was van korte duur. Daarna maakte ik van crépepapler bloe men en verkocht die dan aan de winkels voor hun etalages. Niet voor lang: ik ben in de huishou ding gegaan. Van het verdiende geld volgde ik de lessen aan de mannequinschool". Is er eigenlijk veel veranderd sinds je Miss Holland bent? Haar grijsgroene ogen kijken Marjolein weer: „Nou. eigenlijk niet, alleen dan dat ik één keer naar de Kongo mocht om mee te doen aan de Miss-Europaverkie- zing. Daar ben ik vijfde gewor den. Het enige verschil is eigen lijk alleen dat ik ontzettend veel kleren moet kopen. Kqk, ik werk als fotomodel voor reclamedoel einden en dan ben je dus genood zaakt steeds iets nieuws te kopen. Als" de mensen je in Margriet, Eva of op de televisie in een reclamespot zien, dan denken ze bij zichzelf: Gut, daar heb je haar ook weer met dat truitje of rokje" Je bent toch modemannequin? „Nee", zegt ze terwijl ze met haar hoofd schudt, „dat is voor mij klei Maar als ik het kan dan doe ik dat. Ik vind het na melijk heel leuk om zelf m'n kle ren te maken. Dat is één van mijn hobby". Wat zijn de andere hobby's dan? „Autorijden, hoe kan het anders. Ik vind het mieters, dat ik dat autootje heb gewonnen. Ik had niet verwacht dat ik zo vlug een auto zou bezitten. Een rijbewijs had ik ook nog niet, want voor dien reed ik ook gewoon op een brommertje. En muziek dan? „Ook dat", zegt Pop (zo wordt Marjolein door haar ouders genoemd). „Ik luis ter graag naar muziek, maar ik kan geen instrument bespelen. M'n favoriete muziek? Moderne jazz en soul-music, dat is hét einde. Otis Redding en Aretha Franklin vind ik enorm Marjolein is met haar negentien lentes de derde van de vijf kin deren, die het gezin Abbink telt. Haar twee oudere broers zijn al getrouwd; de twee jongere zijn nog thuis. Alle vier jongens zijn muzikaal aangelegd en spelen in een beat- of dansorkestje. Aan Marjoleins vingers zit geen gladde ring, vandaar mijn vraag: Heb je een vriendje? Ze glimlacht en zegt dan: „Nee, althans niet méér. Ik heb wel een paar jongens gehad, maar Ze maakt de zin niet af. ja hoor... daar was-ie al. Natuurlijk was het veel te gauw naar hun zin om. Nog even wachten op de reklame en toen naar bed. Maar dat ging niet zo één, twee, drie. Eerst moest Carla nog een verhaaltje vertellen. „Nou vooruit dan maar," zei Carla. „Maar dan ook gauw naar bed." „Natuurlijk,riepen de kinde ren. en Carla vertelde het ver haal van: de koe zonder staart." Maar ja, aan alles komt een einde, dus ook aan dit verhaaltje. Ze bad met de kinderen hun avondge bed en stopte ze lekker onder. Ze mochten die nacht bij elkaar sla pen, dat was gezelliger. Alleen is maar alleen. Carla had de deur op een kiertje gelaten en liep zachtjes naar beneden om de tafel af te ruimen en af te wassen. Er was inmiddels een kwartier tje verlopen en nog waren de kin- derae wakker. „Zeg Angelique, zullen we Car la voor de gek houden," zei Max opeens. Nou Angelique had er wel zin in. „Maar hoe moeten we dat doen?" vroeg ze. „Nou gewoon. Ik speel voor spook, die een laken heen en maak rare gelui- Daar vond ik het ook fijn. Ik leer de er lezen en rekenen. De som metjes waren erg gemakkelijk. In de tweede klas was het ook niet moeilijk. Nu zit ik in de derde klas. De juffrouw is erg aardig. Soms moppert ze weieens, maar dan is het onze eigen schuld. We leren geschiedenis natuurkunde en aardrijkskunde. Je moet hier wel veel dingen onthouden en dat is wel moeilijk. Ik ben nog nooit blij ven zitten, misschien komt dat nog wel eens. Je kunt nooit weten. Als ik in de zesde klas zit, weet ik wel, waar ik dan naar toe ga. (Mogen wij dat niet weten, René? Tante Jo) Elbert v. d. Berg .De Meije Ik ben 18 juni 1961 geboren. Ik was één jaar plus een maand toen ik los kon lopen. In 1965 gingen mfln vader en moeder een huis bouwen en toen mocht ik de eerste steen leggen. Het was toen heel koud weer. Mijn opa en oma kwa men ook kijken. Ik was 5 jaar toen ik naar de kleuterschool ging Eerst zat ik bij juffrouw Bos en later bij zuster Lidgera en nog later bij juffrouw Marianne. Ik ben ook 'n paar keer ziek ge weest. Ik heb de mazelen gehad, de bof, de rode hond en ook de waterpokken. Eén keer heb ik in het ziekenhuis gelegen, dat was toen mijn amandelen geknipt wer den. In de eerste klas zat ik bij juffrouw Van Vliet, daar heb ik veel geleerd. Nu zit ik in de tweede klas bij juffrouw v. d. Zwaan. In 1967 kreeg ik een broertje. Hij is 28 oktober geboren Dit is iets uit mijn leventje. De baviaan komt in heel Afrika veel voor. Er zijn 12 verschillende soorten, die van de zuidelijke rand van de Sahara tot in Z. Afrika leven. Ze zijn ongeveer zo groot als 'n flinke hond en ongelofelijk sterk en lenig. De bavianen vor men soms wel groepen van 1000. Deze groepen zijn weer onderver deeld in troepjes van 50 tot 100 dieren. De troepjes worden door de grootste en sterkste bavianen aan gevoerd, die steeds weer met hun rivalen vechten om de leiding te behouden. Bavianen zijn zeer intel ligent en vele Afrikaanse stam men, die in 't oerwoud leven, hou den bavianen als huisdier. Ze laten zich gemakkelijk dresseren en ha len b.v. voor hun baas vruchten uit de boomtoppen, 't Komt ook voor, dat ze kudden schapen be- ELSJE IN KABOUTERLAND Wat gebeurde: In haar droom stapt Elsje met kabouter Prik- kebeen kabouterkind binnen. Ielereen is bezig met voorbe reidingen voor de 50e verjaar dag van koning Goudoog. Elsje kijkt naar 'n cirucusnummer van slakken en kikkers, ze be zoekt de banketbakkerij, de timmermanswerkplaats eet. 't Is vandaag voor Elsje een bijzondere dag. Vanmorgen lag naast haar ontbijtbordje een brief van koning Goudoog. Op de achterkant van de envelop pe stond een stempel met 't ko ninklijk wapen en 'n kroontje erboven. Nieuwsgierig maakte Elsje de brief open. Ze las „Els je wordt uitgenodigd heden 'n bezoek aan 't paleis van de koning te brengen om de ko ninklijke vertrekken te bezich tigen." De ondertekening was: Kabouter Schrijfsnel, secretaris van de koning. Elsje at vlug haar boterhammen op en ging voor 't raam staan. Daar kwam Prikkebeen al aanrennen. Hij zwaaide wild met 'n brief bo ven zijn hoofd. Prikkebeen had dus ook een uitnoliging gekre gen, zag Elsje. Samen gaan ze op weg. Katouterstad is zo ge trouwd, dat alle straten en we gen naar één punt toe lopen. Het middelpunt. Daar staat op een heuvel het koninklijk pa leis. De hoofdingang is voor ko ninklijke gasten. Het is een deur van marmer, waarop ge beeldhouwde engelenkopjes en in 't midden een zware ver gulde klopper. Prikkebeen vindt het verstandiger om door de zij deur naar binnen te gaan. Hij druft eigenlijk niet goed dooi de hoofdingang, maar dat ver telt hij Elsje niet te worden opgewacht door 'n lakei. Aan 't einde van 'n lange gang komen ze bij openslaande tuindeuren. Er is een binnen hof. Elsje is perplex. Een prach tige fotein staat in 't midden van 'n grasveld. Rode, blauwe, gele en groene waterstraaltjes spuiten omhoog in de lucht, daar spatten ze uiteen in 'n bonte kleurenmengeling, net vuurwerk, vindt Elsje. Langs de randen van 't grasveld staan bloemen. De geranium en de lobelia zijn de enige planten, die Elsje kent. Iets verderop staat 'n witte tuinbank, waarop 'n kroontje geschilderd is. Koning Goudoog zit daar ie dere middag 'n half uurtje te zonnen, vertelt de lakei. Aan de andere kant van de gang ligt de schatkamer. Hier 't Is een vertrek zonder ramen, maar toch niet helemaal don ker. Honderlen muurvliegjes zitten er tegen 't plafond en de muren. Ieder vlieg draagt een vonkje licht mee ip zijn rug. Er staan 3 hutkoffers. Prik kebeen mag ze openen. Elsje slaakt 'n gilletje, als ze erin pijkt. Parels zo rond en groot als toverballen. Niet 10 of 20, maar handenvol liggen in de eerste koffer. De andere kof- i zijn gevuld met edelstenen, geflonker van alle nen, daarom doet Prikkebeen de koffer gauw weer dicht. Op.- eens ziet Elsje ook dat er kro nen aan één muur hangen. Wat is koning Goudoog toch rijk, Wordt vervolgd. De eenhoorn is een fantasiedier, dat nooit op deze aarde heeft ge leefd. Hij heeft de kop en 't lic haam van 'n paard, de achterpo ten Van 'n antiloop, de staart van 'n leeuw, de sik van 'n bok en een gedraaide hoorn op 't voor hoofd. Dit fabeltjes (dier ontstond in de fantasie van de eerste Eu ropeanen, die naar Afrika kwa men. Men gelooft, dat ze mis schien een neushoorn gézien heb ben of een antiloop met een af gebroken hoorn. Bovendien werd aan de hoorn van de eenhoorn toverkracht toegeschreven en han dige kooplui deden goede zaken door de slagtanden van een wal rus als horens van een eenhoorn te verkopen. De eenhoorn is nog in 't wapen van Engeland te zien. hij liep op z'n tenen de trap af. Angelique langzaam achter hem aan. Halverwege de trap geko men... Carla was juist met de af- Zpeterwoude was klaar gekomen. Met het scho ne servies en bestek op een dien blad liep ze naar de eetkamer. Vlak bjj de trap gekomen ooooh! wat schrok ze geweldig. Een ijselijke gil en het spook (Max) sprong vlak voor haar. Van schrik liet Carla het dienblak val len en het hele servies aan scher ven. Van schrik ging ze op de trap zitten om bij te komen. An gelique kwam op het gerinkel OP ZOEK NAAR DE SCHAT i gerend. Nee ze had den geen plezier meer, toen ze al die scherven zagen. Ze hadden grote spijt. Het huilen stond hun nader dan het lachen. Ze stonden kijken, dat Carla Ik ben 1 november 1956 om 7 uur in de avond geboren en woog 6 pond. Ik leerde al gaug lopen. Met m'n eerste jaar ben ik een keer in het water gevallen. Mijn moeder heeft me er uit gehaald. Op mijn tweede verjaardag kreeg lachei „Kom help i rapen. Jullie mogen dit nooit meer doen en wat gebroken is. moeten jullie uit je spaarpot betalen. Boontje komt om zijn loontje! En nu hup naar bed. al naar school wilde, want rnijn zusje vond het daar zo fijn. Ein delijk toen ik vier jaar was. mocht ik naar de kleuterschool en dat vond ik natuurlijk fijn. Ik ging met mijn zusje mee. Op school kreeg ik al gauw vriendjes, daar had ik pret mee. We leerden er spelletjes maar ook cijfers. Mijn zusje had ze al dikwijls voorge schreven, dus dat was gemakke lijk. Na een jaar kwam ik bfl juf frouw v. d. Fluit te zitten, dat was de hoofdjuffrouw. Ook bij die juffrouw had ik veel plezier. Weer een jaartje later kwam ik op de grote school in da eerste klas. Met m'n derde jaar kreeg i jsje, Nelleke geheten. Jk erg blij mee. Toen ik vier jaar naar de kleuterschool. Ik moet daar twee jaar blijven, want ik was te laat jarig. Ik vond het daar wel fijn. We gingen iedere middag met juffrouw Dries naar de speeltuin. Ik was zeven jaar toen ik naar de eerste klas ging en kwam bij juffrouw Vlei te zit ten. Ze woont in Zoetermeer. In <ie tweede klas zat ik bij juffrouw Frankemolen. Deze hield veel van de natuur. Met m'n negende'jaar ging ik naar de St. Aloysiusschool •halen vertellen. Ook kwam ik bij mijnheer Opdam te zitten, hij hield heel veel van muziek. We hadden er ook een piano in de klas. Toen ging ik naar meneer Edelaar. Hij kan heel mooi ge schiedenis vertellen. Eindelijk kwam ik in de zesde klas bij mijn heer Vink. We hebben er vogeltjes in de klas staan. Het gaat er ook nog goed. Dag kindera. Tot de volgende wecfc Tante Jew in Londen is de vraag door ners naar eigentijdse kleding steeds groot. Men vindt deze ren in de boetieks op Kings Ri vroeger nu voor dandy-jongens. De van de psychedelische kle\ voorbij. De boetieks zijn vi ten wit, van binnen wit-en- met veel empire effecten, kok men en balustrades, Griekse wenfiguren in nisse wit betegelde vloer. De jasjes en broeken hangen! kakelbonte kleurenrijen. Uit f doopvont spuit een overvloed foulards. Wilde hemden liggen! Vliegen stapels in open kasten, konijl juchtre bontjassen hangen in het Voor draaispiegel staat een jongen zeer ernstig te „shaken". keurt daarbij de pasvorm van pak. Gelijk heeft hij, want het hierbij in lelijke plooien t zal hij een ander nemen. John Dacey, dertig, manager voorheen Crittle, is een oplett zakelijke jongen in groene i trui, zwart-witte ruitjesbroek I blijven Hij i a traditioneel netjes gel emt mij i dat i van sta tekeningen, notities orderboeken. „Velvet is het meest in d- We hebben nou vijf jaai tot mauve gehad, dat is afgel Nu is het zwart en bordeal maar het wordt flessegroen. a drukt en in dessin geplet fluwj wordt ook groot". Alles wat boven in de boet| hangt is eigen ontwerp i 'n confectiefabriek exclusief i Dacey gemaakt. Behalve de 1 den en dassen die soms bont maar vaker effen in één zelfde kleur, de hemden v nen of batist, de dassen v diazijde. Als John wordt i roepen blader ik in een 1 boek met werktekeningen voor maatkleermakerij. eigen en soms bizarre wensen v de fashionable group gerei Verleden week nog haalde i Lennon hier zijn laatste z\ fluwelen pak. Op een paspop s een rood fluwelen ensemble, z\ afgebiesd, redingotestijl, get: leerd, dubbele rij knopen (zo de meeste modellen hier), kraag is hoog a la Napoleon er hoort een rood fluwelen h( bij. Een nouveauté: de splitten de manchetten. Een kleermakershandboek opengeslagen op de bladzijde - tekeningen van moeilijke figure de korte man met dikke buik, lange met gebogen rug, héél t ditioneel, heel degelijk. Of l nu fluweel van de wilde jongt lis, of het krijtstreepje en graatje van hun grootvader, kleermaV bekwaam, stalenboeken, die hier aan de v hangen, zien we evengoed zelfde streepjes en visgraatj es In Londen (en in alle wester; steden van enig formaat) schiet- nog steeds boetieks als padd stoelen op en gaan er dagelijf; over de kop. De nonchalante, zellige en hoogst onzakelijke i druk is de aantrekkelijke buite: kant en bekoort de jeugd. Mat zonder vakbekwame en financie gezonde kern zijn ze al bij hu; geboorte ten dode opgeschreve: Dacey werkt vanuit het degelijk standpunt. Het zal hem wezen of zijn klanten degelijk derland' \eden i Oceaan. In feite CO-OP bestemr De zeerover heeft op het eiland een schat verstopt. Hij landde ln de baai, waar het kruisje staat en ging zuidwaarts tot hij een kruis zag. Vandaar ging hij 6 km naar het Oosten en stootte op een dicht woud Hij baande zich een weg door het woud ln noordelijke richting en sloeg dan links een pad ln, dat naar de kust voerde. Dan ging hij naar rechts en liep 5 km langs de kust. Daarna ging hij weer landinwaarts en stootte op een doodskop, 4 km verder in oostelijke richting, begroef hij eindelijk zijn schat. Probeer eens of je de schat kunt vinden. iSti odAttiëdq jstps op xe-SM 'aapuoAoS *<M«na *2os BM w M «e ras «nr tfmroido

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 12