HEARTS OF SOUL SUPERKLASSE GLADYS AND PIPS PAASEIEREN OP ACHTERGROND ZATERDAG 5 APRIL 1969 of Soul". De kritische platenbezitter zal onmiddellijk weten, dat het hier gaat om *n tweetal vrouwelijke trio's, die 'n sportieve strijd hebben aange bonden om zoveel mogelijk de ach tergrondjes te mogen verzorgen op grammofoonplaten van „nederpop grootheden als Motions, Tee Set Swinging Soul Machine, Boots of Bonny St Claire. Aanvankelijk na men de „Harbourlights" door de vo cale steun van Patrica 'n lichte voor sprong, maar de „Hearts of Soul" hebben zich prachtig gerevancheerd. Op dit moment hebben zij de ach tergrondjes verzorgd op ongeveer vijftien plaatjes en het aantal groeit met de week, want de keren dat de drie meisjes niet in de studio zijn, zijn op één hand te tellen. De „Hearts of Soul" bestaan uit drie zusjes, te weten Bianca (18), Patrica (17) en Stella (16). Hun eerste plaat werd gemaakt ri:inr aanleiding van een bij zonder succesvol optreden in het over leden tv-programma „Puntje.- puntje— puntje". Het was een ge moderniseerde versie van het aloude „What a prize", waarmee Fats Do mino indertijd reeds triomfen vierde en dat ook al op de plaat werd ge zet door do Sweet Inspirations. De plaat werd in beperkte kring hogelijk gewaardeerd, maar de verkoopcijfers waren niet van dien aard dat een top-40-noterlng tot de mogelijkheden behoorde. De „Hearts of Soul" werden door die opname echter wel populair, het geen hen heel wat werk verschafte. Zo waren ze o.m. te zien tijdens de Nederlandse finale van het Song festival, waar zij Anette Hesterman, Rob de Nijs en Anneke Gronloh vo caal ondersteunden. Een trapje hoger stonden ze tijdens het Grand Gala du Disque als backing van de interna tionale ster Rika Zarai. Het hoogte punt tenminste voorlopig werd onlangs bereikt, toen de befaamde Engelse platenmaatschappij Page One bij monde van Larry Page een exclusief platencontract garandeer de. „Op dit moment zoekt men goede nummers uit", vertelt Stella trots. Als die gevonden zijn, komt Larry Correspondentie achtige dag i» de paasvakantie moe ten jullie eens een verhaaltje maken over Mijn leventje", 't Ie echt niet zo moeilijk, kijk maar eene naar Elbert van der Berg uit Meije. Hij de tweede klas hij UIT PUKKIE'S DAGBOEK „Mijn leventje" Ik ben geboren in 1961 op 18 juni. Ik was één jaar en 1 maand, toen ik los kon lopen. Ik was vier jaar. toen m(jn vader en moeder een huis gingen bouwen. Ik mocht de eerste steen leggen. Het was toen erg koud weer. Mijn opa en oma kwamen ook kijken. Ik was 5 jaar toen ik naar de kleu terschool ging. Eerst heb ik bij juffrouw Bos gezeten, toen bij zus ter Ludgera en later nog bij juf frouw Marianne. Ook ben ik wei eens ziek gewees. Ik heb de mazelen, de bof, de rode hond en ook nog de waterpokken gehad. Eén keer heb ik in het ziekenhuis gelegen. Mijn amandelen zijn toen geknipt In de eerste klas zat ik bij juf frouw van Vliet daar heb ik veel geleerd. Nu zit ik in de tweede klas bij juffrouw v. d. Zwaan. In 1967 op 28 oktober kreeg ik een broertje Hij heet Geerke. Op 8 juni doe ik mijn eerste H. Communie. Dit was mijn leventje. luistert o zo Itjesk i hoor Frank. En nu heeft hij ov i aardig stukje uit die krant, een -t verhaaltje gemaakt. Hier komt De Fabeltjeskrant Het gaat heel goed met Stoffel de schildpad, sinds hij van de ge broeders Bever een schildwagen heeft gekregen. Dat vond Zoef de haas, helemaal niet leuk. Waarom niet? Wel, dan kon hij hardst lopen, dierenbos. Op een keer was het feest in het dierenbos, de uil was jarig. Hij ging met Stoffel, de raaf en juffrouw Ooievaar ergens eten. nou, dat wordt lekker smikkelen en smullen. Ze gingen eten bij de ge zusters Hamster, dat had de uil ge vraagd. Ze aten slakjes en eikeltjes, dronken koffie en er werd gedanst. De zusters Hamster hadden de radio heel hard aangezet, maar opeens ging de radio kapot, er kwam geen geluid meer uit. Stoffel zei: „Zal ik met mijn 6childwagen even naar de gebroeders Bever gaan?" Dat vonden ze allemaal goed. „Is je schildwagen kapot?" vroegen de gebroeders Bever. „Nee, maar wilt u even by de zus ters Hamster kom, daar is de radio kapot. Zou u die kunnen maken?" „Goed", zeiden de gebroeders Bever „maar hoe komt dat?" „Dat komt omdat ze de radio een beetje te hard hebben aangezet, want de uil is jarig en geeft daar een feeatje". „Waarom mogen wij dan niet komen?" vroegen de ge broeders Bever. „Omdat de uil jul lie niet gevraagd heeft" zei Stoffel. Edwin Koree: Eddie zoekt werk Eddie was 15 jaar, toen hij op een dag aan zijn moeder vroeg: „Mag ik timmerman worden?" Zijn moe der vond het goed. Eddie ging naar de timmerman. Daar vroeg hij of hij bij hem het timmervak mocht le ren. De timmerman zei: „Kom mor- er eerst even over nadenken". Thuis vertelde hij aan zijn moeder, dat hij morgen moest terugkomen. Opeens zei Eddie: „Hoe duur zou dat kosten?" Kom dat ga ik even vra gen en hij ging terug naar de tim merman. De timmerman had het juist reuze druk. Hij was bezig een „Ik heb toch gezegd, dat je morgen moet terugkomen" zei de timmer man boos en van kwaadheid liet hfl de ruit vallen. Eddie ging weer naar huis. „Ik moet morgen terug komen", zei hij tegen zijn moeder. „Maar zou je wei sterk genoeg zijn?" vroeg moeder. „Dat zal ik wel even gaan vragen" de dieren uit het en daar ging hij weer terug. Inplaats van de eieren te beschilderen kun je ze ook met bonte stukjes papier versieren. Je hebt er gekleurd dun papier en lijm voor nodig. Eerst blaas je de eieren uit. Met een stopnaald steek je een gaatje in de beide stompe kanten van het ei en blaas de dooier en het eiwit in een kopje (ze kunnen nog gebruikt worden bij het koken). Voor de bloemen gebruik je een vierkant stukje papier, dat 4 x gevouwen wordt, zoals op tekening 1, 2, 3 en 4. Langs de stippellijn (tekening 4) knip je het papier rond uit. Je plakt nu een bloem op beide kanten van het ei en 2 cirkels van een andere kleur in het midden van de bloem. De rest van het ei kun je met andere figuurtjes versieren. Trek een dubbele draad door de gaten van het ei en maak er aan een kant een knoopje of een kraaltje in. Je kunt dan het ei ophangen. naar Nederland om de opnamen voor te bereiden. De kans is groot, dat wij voor de opname naar Engeland moe ten, maar daar wordt nog nader over beslist. Larry zou overigens ook nog proberen om onze platen in Amerika Als dat lukt zal er bijzonder wei nig tijd voor Nederland over blijven, dachten w^j zo. En met ons de pla tenmaatschappij, die onder leiding van Harry Knipschild, tevens ma nager van de meisjes hard werkt aan de tweede Nederlandse schijf van de „Hearts of Soul". Voor Pasen zou die op de markt moeten komen, maar 't is natuurlijk altijd de vraag of je die limiet haalt". Hopelijk gaat het met die tweede schijf beter dan met „What a prize", die ua produktie overigens niet helemaal geslaagd ge noemd mag worden. Men fluistert, dat het de schuld is van Harry Knipschild. Hij zou een nieuwe mi xage gemaakt hebben. Maar praat jes zijn nu eenmaal eerder in de we reld, dan er weer uit. We zullen het er dan ook maar op houden, dat dat praatje behoort bij de poproddel. noeg. Ga maar ergens In een win kel werken". „Ja dat zal ik dan maar doen", dacht Eddie en hij ging naar de drogist „Ga het eerst maai- aan je vader vragen", zei de drogist. Weer kwam Eddie thuis. Zijn vader zat juist de krant te lezen. „Zeg maar dat je morgen komen zal" zei vader. De drogist vond het goed, dat hij mor gen beginnen zou. Nu had Eddie nog de hele middag vrij. Hij pakte zijn hengel, maakte wat deeg en ging fijn vissen die middag. Einde lijk had hy werk. leuke geschiedenis: Duppie als koning Burgemeester Benno loopt door de stad. Hij kijkt tevreden, alles is net jes schoon. Ja, want jullie moeten en dat morgen koning Hobbel alle deuren, ramen, huizen, straten enz. alles is goed schoon. Maar laat in de avond rijdt er een ruiter door de stad. De burge meester was net naar bed gegaan, maar toen hij het hoefgetrappel hoorde, kwam hij vlug uit bed, trok wat kleren aan en keek naar buiten, Tjeetje! De heraut van de koning! Vlug ging de burgemeester de trap af, om de deur open te maken. „Hier burgemeester", zei de heraut, „hier is een brief van de koning". De heraut gaf de brief en verdween even vlug als hij gekomen was. De burgemeester scheurde de brief open en liet zijn ogen over het papier dwalen. „Verschrikkelijk!" riep de burge meester „een ramp!" Vlug kleedde de burgemeester zich aan en rende naar het huis van Duppie. Een Bla- perige Duppie deed open. „O!" zei de burgemeester „luister Duppie!" De burgemeester las de brief voor: Beste burgemeester. Tot mijn grote spijt, kan ik morgen nietkomen, want ik ben ziek en mag niet uit bed. Ik zal voor een andere keer afspreken. De koning. „Wat erg" zei Druppie „dat mogen we de Duppiedammers niet aandoen. Ik weet wat. Lijk ik niet een beetje op onze koning? Dan kan ik toch voor koning spelen!" „Uitstekend. Wat een goed idee!" riep de burgemeester. „Kom mee Duppie naar de toneelzolder". En zo staat Duppie midden in de nacht op de toneelzolder. Hij krijgt een goudgele mantel om, daarover heen een rode cape afgezet met wit bont. Hij kreeg een grijze pruik op en toen de kroon. Nu leek hij al echt op een koning. De volgende dag waren de Duppie dammers vroeg op. Ze deden hun beste kleren aan en liepen naar het plein, waar de koning zou komen. Eindelijk riep er een: „Daar komt de koning!" En ja hoor daar kwam Duppie in zijn mooie koningspak. Hij wuifde naar de mensen en de mensen wuifden en groetten terug. Opeens schrok Duppie. Daar kwam de hond van de slager aangelopen, ineens sprong hij tegen Duppie op, want ze waren goede vrienden. Dooi de schok schuift de kroon en de pruik van zijn hoofd. i dacht De timmerman was juist deur bezig, maar toen hij de stem van de jongen hoorde, liet hij van boosheid de deur vallen. „Ik hoef je niet meer. Ik fxeit knechten daar zien de mensen Duppie staan. Nu begrepen de mensen, dat het niet de koning was, die zo vriende lijk knikte. De mensen waren boos, dat ze zo voor de gek gehouden wa- Duppie holde hard weg met de bur gemeester achter zich aan. De men sen gingen naar het stadhuis. Daar vertelde de burgemeester alles tegen de mensen. Een week later kwam de echte koning in de stad. En wie staat daar te wuiven? Het is Duppie die ook één uurtje koning was. Dag kinders Prettig Paasfeest en een fijne vakantie. m+NTB JO het kabouterland binnen. Iedereen is bezig met voorbereidingen voor de 50e verjaardag van koning Goud oog. Elsje kijkt naar 'n circusnum mer van slakken en kikkers. Ze be zocht de banketbakkerij, de timmer werkplaats, de limonadefabriek en de spinnerij. Elsje en kabouter Prikkebeen zijn in de spinnerij. Kabouter Katonen zal hen rondleiden en alles laten zien Eerst gaan ze naar 'n rij kooien, die langs een muur zijn opgesteld. Tot haar verbazing ziet Elsje tien tallen vuilwitte vlindertjes rondvlie gen, De vlegels hebben donkere stre pen. 't Zijn zijdevlinders, zegt Ka bouter Katoen. Op de grond liggen lange latten, waarin gaatjes geboord zijn. Daar leggen de vlinders hun eitjes in. Als de rupsen uit de eitjes komen, worden ze in een grote vier kante bak gedaan, waar ze de hele dag door moerbeiblaadjes eten. Bui ten bij de spinnerij staat een veld vol moerbeibomen. Elsje had wel ge len, dat er vreemde bomen stonden. De rupsen worden elke dag groter en dikker. Ze vervellen een paar keer en na een maand zijn ze klaar van zich in te spinnen. Uit een lange draad maken ze een cocon. Elsje ziet in een andere bak eivormige liggen. Een vreemd hard geronk in de lucM Elsje kijkt omhoog. Een tiental mei kevers komen aanvliegen. Even een vleugélgéklapper en met een plofje staan ze op de grond. De vleugels worden onder de schilden gestoken en de meikevers schrijden rustig voorwaarts. Hun aanvoerder meike ver Zestand, gaat voorop. Ze sprin gen in de bak met de zijdecocons. Met hun voelhoorntjes betasten ze ieder coconnetje. De zachtste en grootste worden uitgezocht. Meikever Zestand zet er 'n kruisje op met z'n rechter voorpoot. Als er genoeg bij elkaar zijn gezocht, begint 't eigenlijke werk. Elsje kijkt nauwlettend toe, moor toch denkt ze opeens aan de televisie bij haar huis. Ze zag toen, dat een fabriek helemaal stil lag. De hekken waren dicht. „Er wordt gestaakt zei moeder. Zou hier wel eens ge staakt worden f Laat ik 't. maar 'ns vragen! Kabouter Prikkebeen kijkt haar onbegrijpend aan: „Staken, wol is datf" Elsje weet dat ook niet pre cies. Daarom zegt ze maar niets Een spinnerij kabouter brengt een plank, waarop stokjes staan. Het hamertje-tik. Een meikever pakt 'n coconnetje goed vast. Nummers i trekt aan de draad en windt hem op een stokje. In 'n mum van tijd is 't 'n wirwar van meikevers en draden. Heel vlug werken ze. Er is haast bij, want van deze zijde wor den kousen gebreid. Koning Goudoog zal ze volgende week op z'n SOe jaar dragen. Ook moet er nog een zijden feest zakdoek, met 't koninklijke wa pen erop, geweven worden. Als 't den. Morgenvroeg gaat alles De kapitalen, die tegenwoordig overal banen, viaducten, tunnels en andere verkeers- werken, uitgegeven forden, bewijzen het beste LU hoeveel waarde men aan het snelle en veilige T verloop van het verkeer hecht. Maar zelfs de Romeinen streefden in de oudheid hetzelfde na. Ze bezaten uitstekend opgeleide ingenieurs en wegenbouwers: hun prestaties kom je zelf8 tegenwoordig nog overal ln Europa tegen. Het wegennet werd om strategische redenen aangelegd. De legioenen moesten zich snel kun nen verplaatsen in een rijk, dat steeds groter werd. In Rome's bloeitijd vormde Rome het begin punt van 29 grote wegen, met een totale lengte van 100.000 kilometer. De Romeinen bouwden hun wegen zelfs tot de Rijn, en aan de andere kant van het Kanaal reikten ze tot aan de Zuid grens van Schotland. Ook het hele Middellandse Zeegebied had een wegennet van meer dan 200.000 km. Het bouwsysteem was in grote lijnen overal het zelfde: men groef een sleuf, die reikte tot de harde ondergrond en vulde deze met zand. Daarop legde ten, die met klei of mortel aan elkaar gevoegd werden. Daarop strooide men dan weer een laag kiezelstenen, die aangestampt werd. Tenslotte werd er een halve meter dikke zand en kalksteen laag overheen gelegd. Dan was de ondergrond klaar en het stenen wegdek kon aangelegd worden. Men bouwde de straten een beetje bol, opdat het regenwater naar de kanten in de goten liep. Langs alle straten stonden om de 1480 meter, mijlpalen. Veel van de Romeinse wegen zijn nu nog berijdbaar. Zouden onze mo derne betonnen wegen over 2000 jaar ook nog Er zyn legio „betweters", die het gendeel beweren, maar wij bly- ran mening, dat de Amerikaan- Gladys Knight and The Pips aast Mireille Mathieu dé sterren van t onlangs gehouden „Grand Gala Disque Populaire" vormden. Hun eergaloze showprestatie, de onge- ooflijk knappe ritmische begeleiding het hese, souj-stemgeluid van ladys Knight verbaasde ons meer an w(j hadden kunnen denken. Natuurlijk zijn ze vocaal minder Diana Ross and The Snpremes, gon haar carrière in de show-busi- ess in feite al toen ze nog maar t vier jaar oud was. Op die leef- d namelijk, wist zy al drie maal htereen als winnares uit de bus te omen van het populaire radiopro gramma, „Ted Mack's Amateur lour". Behalve een gouden trofee. die bijna zo groot was als zjjzelf kreeg Gladys een ongekend aantal uitnodigingen om in andere radio- en televisieprogramma te verschijnen. Haar moeder achtte een gedegen schoolopleiding echter (terecht) veel belangrijker en wimpelde hlle ver lokkelijke aanbiedingen met een sim pel handgebaar af. Gladys kon naar hartelust oefenen met het plaatse lijk kerkkoor, maar zingen als vak «as er voorlopig niet bij. Jaren later, toen zij inmiddels met haar broer Merald en haar twee neven Edward Patten en William Guest een vocaal kwartet had ge vormd werd de eerste steen ge legd voor een hechte popfundering. Hun debuutschijf „Every beat of my heart" haalde een oplage van meer dan een miljoen exemplaren. Met de opvolger „I heard it through the gra pevine" Marvin Gaye maakte er onlangs een geweldige nieuwe ver- sle van ging het nog beter, het geen resulteerde in een verkoop van meer dan 2 miljoen platen. Amerika mocht dan het ongekende talent van Gladys Knight naar behoren waar deren, Europa volgde pas na lang aarzelen. De popangst werd eerst overwonnen toen Snpremes en Four Tops vaste greep en op de hitparade kregen. Maar hier in Nederland bleef Gladys Knight met haar Pips tot voor het Grand Gala vrijwel to taal onbekend. Alleen „Take me in your arms and love me" vermocht nog wel eens in discotheken gedraald worden. Volgens ons zal dat nu dras tisch gaan veranderen. Haar platen maatschappij bracht met veel lef drie gloednieuwe elpees op de markt. „Silk 'n Soul", „Freelin' bluessy" en „Everybody needs love", die een keur van intrigerende songs bevatten. Bo vendien kwam men met „Didnt yon know you have to cry sometimes", een kei van een singele die ge hitpotentie heeft om de top-40 bin nen te wandelen. Op dat ogenblik zul len wij en met ons natuurlijk Gla dys Knight and The Pips in vuistje lachen, want wij bedelen e zo lang om erkenning van de phistieated soul sound, waarmee Tam- la Motown zo kwistig de markt ver-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 10