Ivoorkust wil naar wereldmarkt
WE ZIJN WEER IEMAND
Japanners
Chinezen
Fransen
OP
SLEEPTOUW
VAN
EUROPA
Nationale trots alleen economisch?
ZATERDAG 4 JANUARI 1969
De haven van Abidjan, poort naar de wereld (foto Afrika-instituut).
Ook hout is een belangrijk exportartikel van Ivoorkust (foto Afrika-instituut).
DUITSERS ERKENNEN:
BONN De Westduitse regering heeft de laatste
weken met toenemende ergernis in diverse buiten
landse bladen moeten lezen, dat de Bondsrepubliek
zal streven naar een politieke overheersing van
West-Europa. Deze'bladen redeneerden aldus: Nu
West-Duitsland zijn economische superioriteit heeft
gedemonstreerd door te weigeren mee te doen aan
een revaluatie, nu zijn partners in zulke grote
financiële moeilijkheden zitten, zal het voor de
hand liggen, dat Bonn ook op het politieke vlak
blijk zal geven van onafhankelijkheid. Maar de
bondskanselier, dr. Kiesinger, en zijn minister van
Buitenlandse Zaken, de heer Brandt, hebben zeer
nadrukkelijk ontkend dat men in Bonn dergelijke
ambities zou koesteren. Beide staatslieden hebben
gesteld dat, zoals zij de zaken zien, de Verenigde
Staten de dominerende rol zullen blijven spelen in
de politiek van het Westen, en dat men in Bonn,
wat het Europese continent betreft, niet denkt in
termen van evenwicht van krachten e.d.
Zo is
politieke belangen van zijn partners in te gaan. West-
Duitsland heeft zijn bondgenoten nodig, niet alleen mili
tair, maai- ook om ooit tot een herenigd Duitsland te
komen. Politici van allerlei schakeringen beseffen dat
dit laatste doel alleen te realiseren is binnen het kader
van een verenigd Europa.
Maar dit alles wil niet zeggen, dat er sinds de vorming
van de grote coalitieregering niet een zij het dan niet
grote wijziging gekomen is in het buitenlandse be
leid van de bondsregering. Twee factoren hebben Bonn
ertoe gebracht om allengs tot een meer buitenlands be
leid over te gaan: de kennelijke desintegratieverschijn-
selen in de monolitische politieke blokken al is dit
proces dan ook wat gestagneerd sinds de inval in Praag
en het feit dat Amerika min of meer met gebonden
handen in Zuidoost-Azië zit.
Een paar jaar geleden zou het nog ondenkbaar geweest
zijn, dat West-Duitsland zich een geheel eigen standpunt
zou aanmeten inzake de spreiding van kernwapenen
Hetzelfde kan men zeggen van de geringe inschikkelijk
heid van Bonn, toen Washington vroeg om orders vooi
bewapening in Amerikaanse plaatsen als compensate
voor de Amerikaanse bezettingskosten in West-Duits
land. Maar er is geen enkele politieke partij in dr
Bondsdag die de bescheiden symptomen van een natio-
naal-bewustzijn zou willen uitleggen als de eerste naai
een Westduitse hegemonie in Europa.
In het buitenland heeft men vaak Franz Joseph Strauss
(minister van Financiën) en voorzitter van de Beierse
christelijke sociale unie) afgeschilderd als de man die
IN TEXTIEL
IN RIJST
IN IMPORT
ABIDJAN Ivoorkust is een
der meest welvarende van de
veertien Franssprekende Afri
kaanse landen, die door de
EEG op sleeptouw zijn ge
nomen. Het land staat op het
punt waarop het een zichzelf
dragende economie gaat krij
gen. Waarop richten zich de
kansen? Voornamelijk op agra
rische export. Koffie, cacao en
bananen zijn nog de voornaam
ste, maar ananas en rijst zijn
in opkomst. „We hebben tot
dusver gedreven op koffie en
cacao, maar we gaan de mono
cultuur doorbreken- Binnen
twee jaar hoop ik dat we rijst
kunnen gaan exporteren", zo
zegt de minister van Financiën
en Economie. Een groot opgezet
plan voor de winning van palm
olie wordt door het Europese
Ontwikkelingsfonds gesteund
Het wil in tien jaar t(jds het
met oliepalm beplante areaal
verviervoudigen. Het plan is
nu voor meer dan de helft ver
wezenlijkt, ten dele in de vorm
van dorpsplantages. Reeds zijn
acht oliefabrieken in bedrijf
gesteld en in 1970 denkt men
130.000 ton te produceren. De
bosbouw biedt aanzienlijke kan
sen tot export, maar men is
daarmee zo geestdriftig begon
nen dat de helft van het
bestand al gekapt is zonder dat
voor herbebossing is gezorgd-
Volop in ontwikkeling is voorts
de visserij, die gaandeweg zeer
wordt gemoderniseerd en daar
door grotere jachtterreinen
verovert.
De industrie staat nog in de kinder
schoenen, maar een begin is gemaakt.
..Wij komen in het tweede stadium-
We richten dat geheel op de verwer
king van de eigen produkten: uit de
landbouw, mangaan, diamant. Het
grootste probleem dat zich daarbij
voordoet is de vorming van voldoen
de kader. Wij moeten het leidend
personeel nog altijd importeren. Van
daar dat wij er alles op moeten zet-
ten onze eigen scholing te verbeteren.
Een kwart van ons budget gaat in
het onderwijs en toch bezoekt nog
slechts de helft der kinderen dc
school", zo vertelt de minister van
Economische Zaken. Ook in de uit
voering van het onderwij sprogram
draagt het Europese Ontwikkelings
fonds in belangrijke mate bij.
Ivoorkust dankt zijn eerste s
op het gebied van industriële ont
plooiing vooral aan de grote facili
teiten, die aan particuliere investeer
ders worden geboden. Daardoor zijn
buitenlandse bedrijven aangetrokken
die nu fabrieken van voedingswaren,
van palmolie, cacao, oploskoffie,
scheepswerven en auto-assemblage
exploiteren. Voor textiel is in de ont
luikende welvaart een grote afzet. De
markten tot ver in het binnenland
zijn rijk gekleurd door de onafzien
bare rijen textielkramen. Geen won
der dus dat men poogt een eigen
textielindustrie van de grond te krij
gen- Wij bezochten een bedrijf in
deze branche in de buurt van Abid
jan, opgezet door een Nederlands-
Frans-Japanse combinatie en daar
mee een van de weinige bedrijven in
het land, waar ook niet-Franse be
langen zijn doorgedrongen. De fabriek
is ontstaan uit Nederlands initiatief,
van de Holland-Afrika Maatschappij
in Amsterdam, maar zij werkt met
geheel Japanse uitrusting en beman
ning. Alle technici in de fabriek zijn
Japanners. Het bedrijf is nog uitslui
tend toegerust voor het bedrukken
van de katoen, die uit Formosa,
Pakistan en Polen wordt ingevoerd.
Inmiddels is dezelfde combinatie
evenwel al begonnen met de bouw
van een tweede fabriek, verder in het
binnenland, waar ook een weverij
aan zal worden toegevoegd.
Melkkoetje
De Ivoorse regering biedt de buiten
landse investeerder grote mogelijk
heden, waarvan de gevestigde Franse
bedrijven naarstig gebruik maken.
Hoe groot de kans op transferabele
winst is kan blijken uit het feit, dat
voor de Franse economie deIvoor
kust een melkkoetje gebleven is
ondanks alle extra-steun, die Frank
rijk buiten het EEG-fonds om nog
geeft. Uit dit land vloeien volgens
financiële deskundigen jaarlijks meer
francs naar Parijs dan de Fransen
er met alle vormen van ontwikke
lingshulp en investeringen inpompen.
Voor Frankrijk maakt de ontwikke
lingshulp zich dus goed betaald, niet
alleen die welke het zelf geeft maar
ook die waartoe het de EEG heeft
aangespoord. Maar er dient bij gezegd
te worden, dat dit alleen voor de
Ivoorkust geldt en niet voor de tal
rijke arme landen van het vroegere Toepassing
Frans-Afrika. die niet uit eigen
kracht op de been kunnen blij ven
een paar punten ingelopen. Maar
volgens de laatste cijfers beheerst
Frankrijk de invoer in Ivoorkust nog
altijd met 58
Dat laatste neemt niet weg, dat men
zich in dit land voortdurend pijnigt
met de vraag hoe de eenzijdige Fran
se overheersing van het economische
leven kan worden doorbroken. Men
voelt dat men gebaat zou zijn met
wijdere verbindingen en bovendien is
de dominerende positie der Fransen
een politiek argument, dat handig
wordt gebruikt door de buurlanden
Ghana en Guinee, die grondiger met
het oude koloniale regime hebben
gebroken.
„Wij houden voor eenieder alle kan
sen open en willen ten aanzien van
buitenlande investeerders geen enkele
voorkeur of discriminatie toepassen",
zegt de minister van Economie. Maar
hij voegt eraan toe: „Maar natuurlijk
hebben wij sommige factoren niet in
de hand". De voornaamste factor is
dat de Franse ondernemingen zich
hier nu eenmaal vast genesteld heb
ben, het land van oudsher kennen en
geen enkele taalbarrière hebben te
overwinnen. Dit alles brengt met zich
dat de drang van niet-Franse onder
nemers om zich een plaats te ver
overen niet sterk is. Daardoor vloeit
de EEG-steun (tot dusver op ruim
300 miljoen gulden begroot) groten
deels terug naar Franse firma's, die
de ontwikkelingsprojecten uitvoeren.
Slechts moeizaam bevechten de
overige EEG-landen een exportkans
al hebben zij in de laatste jaren wel
De lichte kentering, vooral ook ten
gunste van landen buiten de Euro
pese gemeenschap, bevalt niemand
beter dan de francofone regeerders,
die liefst wat meer internationale
concurrentie zouden zien vooral op
het gebied van investering. Zij zien
dan ook uit naar de onderhandelin
gen over de vernieuwing van de
Yaoundé, die de aanhechting van
18 Afrikaanse landen aan de EEG
regelt, die spoedig moeten beginnen-
Men zegt hier dat daarbij de gedachte
aan Afrikaanse eenheid voorop zal
staan, een eenheid, die ook de Engels
talige landen zal moeten omvatten.
Maar over de actuele toepassing dier
gedachte gaan de meningen nogal
uiteen.
Zelfs over een op dit ogenblik zo
overheersend thema als de afschei
ding van Biafra denken de leiders
van buurlanden zeer verschillend.
Houphouet van Ivoorkust steunt de
opstand omdat een federatief verband
niet in zijn politieke kraam past;
Diori van Niger geeft de Nigerianen
gelijk omdat hij een nog verdere ver
brokkeling van Afrika noodlottig
vindt. Hij had bij de vreedzame over
gang uit het koloniale in het souve-
reine tijdperk méér eenheid willen
behouden. Maar zijn armlastig land
had daar dan ook meer belang bij
dan een gebied als Ivoorkust, welke
leiders van onbegrensde mogelijk
heden dromen. Ook voor Afrikaanse
politici is het hemd nader dan de rok.
G. KNEPFLé.
West-Duitsland aan de top van West-Europa zou kunnen
voeren. Strauss is inderdaad een zeer machtig man en
zjjn invloed zal nog toenemen als een van de sterkste
tegenstanders, de minister van Defensie Gerhard
Schroder, tot bondspresident gekozen zal worden en dus
geen concurrent voor het kanselierschap meer zal zijn.
We willen de mogelijkheden voor Strauss bepaald niet
onderschatten maar het is zeer beslist nog voorbarig
om te zeggen dat b(j de grote geneesheer zal worden
voor de economische kwalen van de Bondsrepubliek en
dat hü zich zal verzetten tegen revaluatie van de mark.
Men mag aannemen dat het kiezersvolk er begrip vooi
zal hebben dat de werkelijke economische strategie be
paald wordt door de minister van Economische Zaken,
de sociaal-democraat Karl Schiller, een strenge man met
iet voorkomen van een tovenaar.
Inzicht
Strauss moet gezegd hebben dat hij liever i
vweken in Alaska dan bondskanselier te worden. Maai
net is ondenkbaar dat zulk een begaafd staatsman met
vooruitziende blik in zijn hart niet naar meer jacht en
verantwoordelijkheid zal verlangen. De laatste twee jaai
heeft hij herhaaldelijk blijken van groeiend inzicht in
"s lands zaken gegeven en zijn uitlatingen over aan
gelegenheden van buitenlandse zaken en over het pro
bleem der Duitse eenheid getuigen van grote wijsheid
Er is geen staatsman die duidelijker heeft uiteengezet
dat de kwestie der vereniging van de beide Duitse
landen alleen denkbaar is in het kader van een Europese
federatie.
Maar het is nu eenmaal zo dat veel van zijn ambtge
noten geen vertrouwen in hem hebben. Ze zijn blijkbaar
nog steeds van mening dat de oude rumoerige Strauss
van de „Spiegelaffaire" nog steeds bestaat. Het is een
feit, dat vele leden van de parlementaire groep van de
CDU zijn kandidatuur voor het kanselierschap niet
zouden steunen Dat neemt echter niet weg, dat zijn
kansen, ook al vanwege het feit dat er geen tegenkan
didaten van allure zijn. bepaald niet slecht staan.
Tijdens de jongste verkiezingscampagne heeft de socia
listische kandidaat, de heer Brandt, herhaaldelijk ver
klaard, dat de bondsrepubliek een economische reus is,
maar politiek een dwerg. In het geheel van de wereld
politiek is West-Duitsland zelfs een dwerg met heel wat
minder bewegingsvrijheid dan b.v. Engeland of Frank
rijk. De Bondsrepubliek is enorm erfelijk belast en hej
feit van de gespletenheid van Duitsland betekent een
ware handicap inzake politieke manoeuvreerbaarheid.
Alles wel beschouwd is de hardnekkige verdediging van
de mark louter een economische aangelegenheid. Er zijn
geen aanwijzingen dat de Bondsrepubliek ambities heeft
om staat nummer 1 in Europa te worden. Het was trou
wens te voorzien dat West-Duitsland desnoods op leven
en dood zal vechten voor het behoud van zijn welvaart.
Economische tegenspoed is een nachtmerrie voor de
Duitsers en staatslieden met inzicht hebben vaak genoeg
verklaard, dat de stabiliteit van de Westduitse demo-
:ratie staat of valt met de economische stabiliteit. De
Westduitsers hebben de laatste tijd waarschijnlijk wel
eens gedacht aan de oude slogan van hun vroegere kan
selier dr. Erhard: „Wij zijn weer iemand". Erhard dacht
louter in termen van economie en tot nu toe ligt de
Duitse nationale trots uitsluitend in dit vlak.
NORMAN GROSSLAND.