bob navlor ZOEK DE KERST SPREUK I I 2 I 3 |4 s G 7 8 9 10 II i IZ 13 14 15 1G 17 i 18 19 20121 22 23124 25 26271Z81Z9130131 |3Z|3J|34|3Sl36 doe vooral de Canadezen weq ze doen hier te weinig voor de jeugd f Wie A ZEGT MOET OOKBZffl- i v.MAARUMOET ze wel in tjuiste ,„»uiikiiied cu i\cwacph^ y>sVAKJE LEG6EN J ^0 MUTSNUMMER EM 0£ W f MAAK HIERVAN fc-dg HET ENIGE NUMMEI J3 *0U DAT MOGELIJK IS i i ..oSUO ND?» 1 ZET ALDAAR .^VCTE NUMMERS J j^PSTELETTERerym op (dit 15 mislem dend. opgelet! elk driemaal! en u weet twee i plaatsen voor de kopvantal- v fabet! J v *1 ~:xi&STVAiTTs 2 - ':y,% /^ZËTU\ f DAAR WEL] LEEN MOOIE/ $55s2!^^& vwwïïfl sv van wt hier 'natuurlijk] verkoop ik het ook!-u vindt i het op to-17-1-5 j fophettotaal van^ oe niet-brandenoe en dat van oe wel-brandenoe kkriigtu een sisser! [maxIV^ WlDBROtCK mfi"1* ^^ïfTWONINö^ ife^ü06^"! INRICHTING u zultwel weten laérigmbl V/AT ER MAS'KE-RT, r**JXr~ waarvan u de 1' letterhaweem jot SrM E LkW B BOTER ÊÜ^'ËRENJ i*"™- /de voorsteA LETTER 6Stfa WW neemt u mee, MW VANSTREEK. M PROVINCIES.. yWERKENZEEij fWAAR IS 1 JE ZUSJE iETS.P,:;?' ctflUDfo) /diebujft\ 'li ever thu ISA dirk.zolang ljij je broer/ è.karel mee-/ neemt! IGTTcKS. f welk beroepen hebben deze here? u moet de letters om en om kère en de beginletters - opnommer NOTERETy neem van rolfn^^ zijn muts het KWA WW dmatenditzoveeltccfcï maalaisbijdepoe-üc lier op de gevel rv£ staat en zet op de mgt uitkomst de mager- ste hoofdletter jgj v die er bestaat! ajl 58 Q.M.D.OUDIS 59 NICO PIET 86 ATH. KOPEER (01 H.R.ZUIVERE, 102 ERNO WlJPZER 114 N.TARJSO 115 RIEN DUIKER op elk nummer dat ik schenk1. «r I'M El- OUy IJSHOCKEYCOACH HEEFT EIGENLIJK HELEMAAL NIETS De Nederlandse IJshockey Bond gaat gebukt onder een lawine van problemen, maar één ding weet men zeker: dat de keuze van Bob Naylor als coach van het nationale team een goede is geweest. Terwijl H.IJ.S. HOKIJ juist massaal een klaaglied had willen inzetten, schoof de bond met een triomfantelijk gebaar Bob Naylor naar voren. Het was een gok, want het risico was groot dat Naylor (29 jaar) als coach compleet zou falen en daardoor, onge wild, de wrevel van H.IJ.S. HOKIJ nog zou ver groten. En zonder H.IJ.S. HOKIJ zou de N(ederlandse) IJ(shockey) B(ond) wel een vol tallige maar geen volwaardige formatie bijeen kunnen sprokkelen. verlies van de mensen die dan niet meer komen Er zijn maar heel weinig Canadezen die hun geld waard zijn. Ik miBSChien ook niet. Hier in Holland ken ik alleen Ron Naud en Scotty Watson die werken voor het geld dat ze krijgen. Meer niet. Stuur eens een Nederlander naar een Canadese school, die zijn er genoeg. Wat anders moet je hier doen dan aan de toekomst denken. Kijk vooruit en laat alle» wat achter je ligt toch met rust". JACQU&S ROS De val van Bob Naylor zou eveneens de ondergang van de N.IJ.B. hebben kunnen betekenen. Dat wist men drommels goed, want in de beperkte kring van het Nederlandse ijshockey, waar men geen blad voor de mond neemt en interne aangelegenheden publieke geheimen zijn, stond men veel sneller gereed met bittere kritiek dan met lovende woorden. Te veel mensen hadden, weer, te veel te zeg gen over te weinig verenigingen. Daar had het ijshockey in 1958 zich bijna op stuk gebeten, toen een achtens waardige leiding één vereniging wenste te besturen: IJ.H.C., opvolger van het machtige H.H. en IJ.C., dat achter in de jaren vijftig ijshockey van landhockey scheidde. IJ.H.C. kreeg macht, te veel vond men. Er ontstond een impasse en daaruit ontsproot ten slotte H.IJ.S. HOKIJ. dat weliswaar nog steeds met straffe hand regeert, maar in ieder geval niet bevreesd hoeft te zijn voor maatregelen die zo n tien jaar geleden de sport bijna de peilloos diepe afgrond induwden. Maar sinds Den Bosch en Tilburg mee dingen naar de Nederlandse ijshockey- kroon en sinds Amsterdam, Rotterdam, Heerenveen, Geleen, Delft en wellicht in de toekomst ook Utrecht, Groningen en Amersfoort ijshockey ploegen in hun midden hebben, wordt aan de macht van H.IJ.S. HOKIJ getornd. Men zou H.IJ.S. HOKIJ de Canadese ruggegraat willen ontnemen maar ver geet dat H.IJ.S. HOKIJ zonder Cana dezen zeer waarschijnlijk nog sterker zal zijn dan de Nederlandse opponen ten omdat de ervaring van tien lange jaren veel groter is dan de inzet van drie of twee magere jaren. Bovendien dient men echt wel rekening te hou den met de verlangens van de volge lingen, die niet eensklaps een louter Hollands team zullen accepteren. Zij zullen slechts aarzelend volgen, te zijner tijd. IJshockey in Nederland heeft toekomst, maar voorlopig moet men daaraan bouwen met wat H.IJ.S. HOKIJ als pijlers heeft neergezet. Aan die bouwput staat Bob Naylor, een jonge Canadees, afgestudeerd aan de kunstacademie, zeven jaar sportjour nalist bij de Fredericton Dailey Glea ner, die met zijn vrouw, een onder wijzeres, op uitnodiging van de Neder landse IJshockey Bond naar Nederland kwam ter versterking van het zwakke scheidsrechterskorps. En op die Bob Naylor heeft de bond gegokt. Men schonk hem een nationale forma tie waarvan men graag resultaat zou willen zien. Maar een formatie die nergens meer in geloofde omdat alles wat was geprobeerd, fout was gelopen. Die formatie rammelde disciplinair en er was talent dat niet tot ontwikke ling kon komen omdat het volkomen verkeerd werd aangepakt. Bob Naylor kreeg acht Nederlandse ijshockeyver- enigingen waarnaar hij slechts in zijn hoedanigheid als scheidsrechter nu en dan kon kijken. Maar men schonk hem geen trainingslijd. Bob Naylor kreeg alleen de beschikking over de spelers, van wie hij totaal niels wist. Alle verdere zaken werden door bonds- bestuurders geregeld. Het laatste woord is altijd óf in Amsterdam (voorzitter Schweers), óf in Utrecht (Frans Hen- richs), óf in Den Bosch (Jan van den Udenhout). Men verwacht geen won deren van Bob Naylor, maar zou wel graag zien dat hij opschoot. En als het even kan, zouden de heren graag zien dat Nederland iets presteert tijdens de wereldkampioenschappen ijshockey in het Joego-Slavische Skolpje in februari 1969. Bob Naylor heeft vier maanden de tijd en moet zien klaar te spelen wat anderen in tien jaar niet is gelukt. Wat moet Bob Naylor doen met een selectiegroep waarin zich het gehele negativisme van het Nederlandse ijshockey afspiegelt, wat kan hij doen als hij in december woonde, had ongeveer vijfduizend in woners. Vierhonderd jongens deden aan ijshockey. Hier vinden de jongens de uitrusting veel te duur, de lessen te kostbaar, maar daar moet je ook in tegemoet komen. De bond moet zeggen: ik betaal de helft van jouw schaatsen, of ik betaal jouw helm als jij een borstpant-ser koopt. Zoiets stimuleert. Die uitrusting kan je in het buitenland tegen spotprijsjes kopen als je een heleboel afneemt. Ais je blijft zitten waar je zit, gebeurt er nooit iets. Je moet die jongens helpen". Uren kopen „Hoeveel ijsbanen heeft Nederland? Acht ongeveer. Die banen zijn de hele dag beschikbaar. In Canada heeft elke stad met een ijsbaan een club die voor jongens, die de sport onder de knie willen krijgen, uren heeft gekocht en de gemeente helpt ook. Dat kost die knapen niets. Later kunnen ze daar alleen maar plezier van hebben. Daar zie je hier niets van. Ik heb me lalen vertellen, dat voetbal hier erg populair is. Maar toen ik vroeg of ze dan hier met voetbal precies hetzelfde doen als bij ons met. ijshockey, zeiden ze neen. Kijk nu eens naar de teams die in de tweede divisie spelen. De meeste spe lers zijn te oud om nog in het natio nale team te komen. Je kunt er zelf zoveel aan veranderen. Geef de dames bij een wedstrijd eens gratis toegang, laat de kinderen voor niels binnen. Als je iets wilt bereiken, moet je er wat geld voor over hebben". „En doe vooral die Canadezen weg. Die hebben bet Nederlandse (jshockey verziekt. Houd alleen een Canadese coacb voor een team, geen spelers. Die hebben het publiek verwend. De men sen z(jn nu gewend Canadezen te zien. Ze weten niet anders. Haal die Cana dezen er nu eens uit. Goed, laat het je een paar jaar kosten om er bovenop te komen. Je kunt er op de lange duur toch alleen maar op vooruit gaan". ..Hoeveel kosten die knapen niet. Doe ze weg en je hebt geen verlies, want het geld dat je dan overhoudt, blijft in je uk en dat dekt het eventuele Iii een kerstuitgave hoort een kerstpuzzel. Dat is een traditie waarvan niet wordt afgeweken. Wie zou dat ook willen? Op de vrije dagen, bij de kachel, rustig puzzelen. Dit jaar een op het eerste gezicht bijzonder ingewikkelde puzzel. Er lijkt geen touw aan vast te knopen. Toch, zo nemen wij aan, wilt u een gooi doen naar de kerstprijzen van 50, 25,tweemaal 10, en 5, Vandaar dat we de helpen de hand toesteken. Geheel onderaan wordt u gevraagd uit de letters van een aantal namen be roepen samen te stellen, waarvan u dan de begin letters naast de betreffen de nummers in de rand dient te schrijven. Zo zult u uit de naam Rien Duiker beslist het beroep kruide nier halen. De letter K vult u dan op nummer 115 in. Zo, dat hebt u dus al te pakken. Nog een helpende hand want we hebben er ten slotte twee. Links van de kerstboom staat de eige naar van een meubelzaak. Hij vraagt u de letter die het meest voorkomt in zijn uithangbord „moderne wo ninginrichting". Die letter plaatst u op de cijfers van zijn telefoonnummer, dus op 18, 55, 74 eriz. Daar komt u dus ook wel uit. En met deze voorbeelden moet de rest ook duidelijk zijn voor een raspuzzelaar. Veel succes. Onder vermelding „kerst puzzel" dient de spreuk die in de rand van deze puzzel komt te staan uiter lijk maandag 6 januari te zijn ingezonden aan het bureau van ons blad. interesseert het re weinig of ze elke dag van huis zijn. Nu vinden ze één keer spelen en twee of drie keer trai nen met hun eigen club genoeg. Maar zo krijg je geen basi» voor een goed nationaal team". „Vóór 20 december moest ik een lijst insturen met zestien spelers die zullen worden geselecteerd voor de wereld kampioenschappen. Van twaalf ben ik nu ongeveer wel zeker, maar hoe kom ik aan die anderen? Ik heb geen tijd om ze goed te gaan bekijken. Eigenlijk kan ik het coachen en fluiten niet verenigen, maar het moet toch. Ik moet veel meer dan zestien of twintig jongens in mijn selectie hebben. Die oude spelers moeten niet denken„Ik ga niet trainen of ik doe het allemaal kalmpjes aan, want mij kiest hij toch wel". Ik wil er meer dan dertig of zelfs veertig". ,,De laatste keer had ik twee talent - volle junioren van Amsterdam geno men. ledereen zei dat ik daar niels aan had. Maar ik laat ze praten. Je moet die oudere spelers ophitsen. Ik wil best dit jaar en volgend jaar nog wat wedstrijden verliezen, als het maai met spelers is die er hun best voor doen. Nu neem je twee van die jonge knapen mee naar Denemarken en daar krijg je grote moeilijkheden. De opvoe ding. En dat is het belangrijkste van de hele sport, de opvoeding. De lijd dal ijshockey alleen door kinderen van rijke lui wordt gespeeld, is allang voorbij. Ze doen hier te weinig voor de jeugd. Natuurlijk, je kunt de ouders niet dwingen hun kinderen op te voe den «Is ijshockeyers, maar lk vind dat het Nederlandse publiek moet proberen een ijshockeymentaliteit te ontwikke len. Ze moeten denken in ijshockey, dongen* in Canada doen dat automa tisch. Daar heeft elke grote vereniging een afdeling voor knaapjes van acht jaar. Dat is het belangrijkste deel van de club. Die knapen moeten later de Btevien worden. De plaat» waar ik nog niet weet wanneer de centrale trainingen worden gehouden. Wat moet hij doen met de plannen die hij niet kan en waarschijnlijk ook niet mag uitwerken? In november ging Bob Naylor met het Nederlands ijshockeyteam naar Dene marken. Hij had spelers die een week hard hadden moeten werken, die boven dien al twee zware wedstrijden hadden gespeeld omdat de bond een eerder gedane belofte niet gestand wenste te doen, die uren achtereen in een bus moesten zitten en van wie tenslotte een optimale prestatie werd vereist. Het Nederlandse ijshockeyteam kón in Kopenhagen eenvoudig niet sterk spe len. En dat zat Bob Naylor dwars. Hij zei: „Als we in onze beste vorm hadden kunnen spelen, was een neder laag niet erg geweest. Nu vond ik het vreselijk. Daar moest iets aan gedaan worden. Ik heb als coach niet veel ervaring. In Canada heb ik vroeger eens een juniorenteam geleid, ik ben aanvoerder geweest van een sterke universiteitsploeg die kampioen van Canada werd en ik heb ontzettend veel gezien. En van zien leer je. Als scheids rechter was ik eens een week op de befaamde Buffyschool. Daar slaat een van de teams van de National Hockey League eens per jaar een trainings kamp op. Als scheidsrechter doe je daar schatten van ervaring op. De week dat ik er was, hadden de Minnesota North Star's daar hun intrek genomen Ron Blair was hun coach. Je kunt je geen betere leermeester voorstellen. Je kon praten met wie je wilde en meestal waren dat mensen die een belangrijke positie in het Canadese ijshockey heb ben. 's Avonds zag je wedstrijden of films. Daarop moei ik mijn functie als coach van het Nederlands ijshockey- baseren". Geen contract, „Als het me niet lukt is er niets aan de hand. Ik heb alles te winnen, niets te verliezen. Daarom heb ik ook geen contract gesloten. Ik heb ,een monde linge overeenkomst met Van den Uden hout en ik vertrouw erop dat die wordt nagekomen. Na de nederlaag in Kopen hagen heb ik eigenlijk pas voor het eerst met mijn spelers kunnen praten. We hebben er beiden van geleerd. Er waren wat moeilijkheden en daar waren ze allemaal kwaad over. Niets is beter dan gezamenlijk ergens kwaad over zijn. Onderweg heerste er een ontstellend gebrek aan orde. Er was totaal geen concentratie. Dat mag niet voorkomen, want alles wat de spelers doen, of dat |HU op de weg is of op het ijs, ze vertegenwoordigen Neder land. Als je je naast het ijs niet ge draagt, merk je dat ook in het spel „Van fouten moet je leren, inderdaad, maar als je ze kunt voorkomen, doe dat dan. Toen Bmo hier was, heb ik enorm veel geleerd. Gelijk na afloop ben ik naar huis gerend en heb alles opgeschreven. Hoe die jongens schaat sen, hoe ze schieten, hoe ze aanvallen en hoe ze verdedigen. Dat peil berei ken wij voorlopig niet, dan moet je „Die Canadezen moeten uit het ijshockey in Nederland. De mensen zijn te veel verwend." „Uit Canada heb ik boeken meegenomen, daar kan ik een hela wedstrijd In bijhouden. Maar wie moet dat doen?" liefst elke dag trainen Dat kan hier niet. Ik heb ook allerlei combinaties in mijn hoofd zitten en die wil ik de jongens bijbrengen. Maar wat heb je eraan als je één keer in de maand traint. Dan zijn ze de tweede keer weer vergeten wat ik ze de eerste keer heb geleerd. Ik moet iets met ze kunnen doen. Thuis werk ik een groot deel van de dag mijn plannen uit. Ik heb schema's die ik bij een wedstrijd hele maal bijhoud. Elke keer als één van mijn spelers een schot lost, kruis ik aan vanwaar dat schot is gelost. Bij de tegenstander doe ik precies hetzelfde. Na één periode bespreek ik het dan met de jongens. Als alle schoten, die recht voor het doel zijn afgevuurd, gestopt worden, weet ik dat ze het ergens anders moeten gaan proberen. Als de tegenstanders de doelpunten die ze hebben gemaakt bijvoorbeeld van uit de linkerhoek hebben gescoord, dan weet ik dat ik daar mijn verdediging moet versterken. Maar om zoiets bij le houden, moet je mensen hebben. En wie wil dal? Geen zin Uit Canada heb ik ook een scorings- boek meegebracht Daarin kan ik een wedstrijd van begin tot eind volgen. Maar nogmaals, wal. heb ik eraan als ik hel: niet kan bespreken mei de jongens. Ik neem niemand iets kwalijk, integendeel. Ik verbaas me er zelfs over dat mensen, drukbezette zaken mensen zoals Hopman en Van den l'denhout, zoveel tijd in de spori steken. Nu willen ze graag dat wij bij de wereldkampioenschappen in Skolpje iets presteren. Begin daar maar eens aan. Sinds november hebben we drie wedstrijden gespeeld en vier keer getraind. Ik had In mijn hoofd elke weedc te trainen en tenminste vijftien wedstrijden te spelen. Maai de jongens hebben daar geen zin in, uiteraard. Maar veronderstel nu eena dat de veeultaten wel koenen, dan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 20