As.
3 VOOR
FEESTELIJKE
C.N.R.-directeur JL van Zeeland:
rHeintje is een volstrekt unicum'
t.v.
koopje
^MES
TWEE MILJOEN
PLATEN VAN
LIMBURGSE
LIJSTER
PLATENMIJ
RUILT
COPACABANA
VOOR LEIDEN
mensen
wat een
mexisexi
DE LE1DSE COURANT
WOENSDAG 18 DECEMBER 1968
C.N.R.-directeur J. van Zeeland: „Ouderwetse vechtmentaliteit".
In het slordig labyrint boven de
verlaten nachtclub Copacabana aan
het Scheveningse Gevers Deynoot-
plein waart de geest van Heintje
rusteloos rond. Zijn frisgewassen
hoofd bedekt de wanden van de
gangen, krantekoppen op het me
dedelingenbord schreeuwen zijn
naam in moddervette bodoni's,
vrachtwagens rijden af en aan en
werpen de laatste schellakense
eieren van de Limburgse lijster
tussen de vitrines, waarin de foto's
van de stripteasedanseressen al
krullen aan de rondborstige randen.
„Heintje", zegt de intens tevreden
Johannes Wijnandus van Zeeland
(zeg maar Hen) „is in de platen-
business een volstrekt unicum. Zo
iets komt hooguit eens in de tien,
twintig jaar voor. Met „Mama" van
Robertino hebben we in het begin
van de zestiger jaren een omzet van
honderdduizend platen gehaald,
maar die valt in het niet vergeleken
bij Heintje."
Johannes Wijnandus van Zeeland kan
het weten, want als directeur van de
platenmaatschappij CNR heeft hij dit
jaar onder meer over de smalle, bx-ons-
groene rug van deze Kerkraadse kaste-
leinszoon zijn marktaandeel tot dertien
procent opgeschroefd. Daarmee heeft
CNR. enkele jaren geleden nog een
goedwillende outsider, zich in het leger
van acht Nederlandse grammofoon-
platenma*.schappijen genesteld op de
vierde plaats, royaal achter de gloei
lampenreus Phonogram, maar op
longplaydikte van Bovema, die in 1967
van de poet van honderdmiljoen gul
den slechts vijftien procent in de wacht
sleepte. Die honderdmiljoen vertegen
woordigden de waarde van naar
schatting twaalf miljoen platen, die
vorig jaar door het Nederlandse volk
geconsumeerd werden. Daarmee de
monstreerden de jongens èn meisjes van
Jan de Witt ook op dit punt een op
merkelijke eetlust, want omringende
landen bleven in diezelfde periode qua
platenomzet ver achter. „Toen ik aan
wat Duitse collega's vertelde van die
twaalf miljoen platen", zegt Van Zee
land, „schrokken ze zich wild. Ze dach
ten, dat ik overdreef, maar het is de
waarheid. Nederland ligt in de platen-
business royaal voor op Duitsland,
Frankrijk en België. Alleen Amerika,
Engeland en Japan zijn ons op dit punt
nog de baas."
In de loopgraven
Wat Heintje betreft: van zijn singles
en langspeelplaten zijn in de afgelopen
twaalf maanden twee miljoen stuks
verkocht. Zeventig procent daarvan
verdween naar Germaanse draaitafels,
twintig procent bleef binnen eigen
landsgrenzen en de rest slikte buurman
Belg in. Om die lintworm van schellak
eruit te persen werken twaalf fabrieken
in Nederland, België, Engeland en
Duitsland dag in dag uit onder hoog
spanning. „Een krankzinnige zaak",
geeft Van Zeeland grif toe. „Ik geloof
overigens, dat Heintje bij een grote,
internationale platenmaatschappij nooit
zo'n succes zou hebben gehad. Daar
zou hij één van de velen zijn geweest.
Kijk naar Phonogram, die heeft tien
tallen artiesten onder contract en neemt
aan, dat er wel eens een tophit uit zal
rollen. Wij hebben een veel kleinere
stal, twaalf artiesten, dat is alles, maar
van de echte krakers, de grote hits,
hebben wij de laatste jaren toch het
leeuwedeel voor onze rekening geno
men. Wat zou'je denken van de grijze
haren van Gert Timmerman en van
het Trio Hellenique? Wij hebben in
onze zaak nog een ouderwetse vecht
mentaliteit, je hebt voortdurend het
gevoel, dat je in de loopgraven zit en
dat bepaalt voor een deel ons succes.
Toen ik hier kwam had CNR een omzet
van 1,6 miljoen, nu springen we over
de tien miljoen.
Op schopstoel
Dat is ook de reden, waarom we uit
Scheveningen vertrekken. We hebben
hier zalig gepionierd, maar de toestand
werd onhoudbaar. Je breekt je nek
over de pakken, de vergaderzaal is al
lang opslagplaats geworden en de re
laties moeten we ontvangen in een ca-
fétje aan de overkant. Dit gebouw
wordt trouwens in 1970 met gTond ge
lijk gemaakt, dus zonder expansiedrift
zaten we toch al op een schopstoel. We
hebben eerst nog in de buurt van Am
sterdam gezocht. Het is altijd fijn, als
je in de buurt van je concurrenten zit,
maar uiteindelijk is het toch Leiden
geworden. We krijgen daar in de Rem-
brandtstraat een gebouw van 1800
vierkante meter, waar Riedel zijn li
monade maakte. Een oud pand met
hetzelfde krankzinnige sfeertje, dat
hier hangt. En het café is om de hoek.
Dat was het eerste waar we op gelet
hebben. Wat er verder nog verandert?
We krijgen met ingang van 1 januari
vier nieuwe merken: Riviera met een
algemeen repertoire, Barclay met de
grote Eranse vedetten Brell, Azna-
vour, Mireille Mathieu. Dan nog Erato
met het klassieke werk uit Frankrijk
en Metronoom met goeie hitmakers als
Nina en Frederik.
C.N.R.: „Vaarwel aan Copacabana".
Krankzinnig vak
tweeduizend
kwart klassiek is. Zo'n eerste piano
concert van Tsjaikovski is in de statige
hoek wat Heintje in het populaire gen
re is. Maar ook Stravinsky loopt lekker
en vergeet ook Bach niet. Goed, je
verkoopt er geen twee miljoen van en
honderdduizend kun je ook rustig ver
geten, maar de gestadige verkoop be
paalt toch gi-otendeels de liquiditeit
van je zaak. Als ik volgend jaar geen
enkele tophit produceer, dan zit ik
toch goed met mijn rendement. Daar
moet je als grammofoonplatenmaat-
schappij verdomd goed op letten. Het
is een krankzinnig vak, waarin je met
een hoop zenuwen en creativiteit van
de ene dag in de andere rolt. De con
currentie is enorm, maar gelukkig is
er sinds anderhalf jaar ook samen
werking. We maken elkaar niet af zoals
in België gebeurt. Ze hebben eindelijk
door, dat niemand er een steek mee
opschiet als we elkaar het bloed onder
de nagels wegpesten.
Drempelvrees
We zijn nu in oktober ook begonnen
met de gerichte platenverkoop in su
permarkten en boekwinkels. In Ame
rika kennen ze dat systeem al lang,
daar is Rack Jobbing een doodgewone
zaak geworden, maar hier is het even
wennen. We hebben met zeven maat
schappijen een aparte vennootschap
opgericht, de N.V. Grammoservice, die
met een werkkapitaal van een half
miljoen die nieuwe markt probeert te
veroveren. Tot nog toe zijn wij aan
gewezen op 1200 verkooppunten, waar
van er eigenlijk maar vijfhonderd het
predikaat grammofoonplatenzaak mo
gen dragen. Dat lijkt een hoop, maar
toch zijn er nog steeds grote stukken
van Nederland, waar we onze platen
niet kwijt kunnen. De kop van Noord-
Holland bijvoorbeeld, het gebied rond
om Schagen. Delen van Twente en
Drente ook.
Daar komt als extra-handicap nog de
drempelvrees bij. Je hebt nog steeds
een hoop mensen, die je met geen stok
naar een grammofoonplatenzaak krijgt.
Vandaar die Rack Jobbing, waarbij we
mikken op de zuivere impulsaankopen.
Ze horen een nummer, ze zien iemand
op de televisie en dan willen ze het
plaatje hebben. Dat moeten ze dan
tussen de wasmiddelen en de limonade
kunnen vinden. Met opzet hebben we
voor die sector een aparte vennoot
schap opgericht, die volkomen onaf
hankelijk opereert. Grammoservice be
paalt wat er in de rekken komt en als
wij op een gegeven moment geen Hein
tje meer hebben en geen Gert en Her-
mien, dan kan ik me voorstellen, dat
CNR voor een tijdje uit de supermarkt
verdwijnt. Met Rack Jobbing kun je
nu eenmaal maar een bepaald genre,
dat onmiddellijk aanspreekt, aan de
man brengen."
Directeur Van Zeeland heeft inmiddels
ook uitgevlooid, waar zijn klanten zit
ten. De groep met een salaris tussen
de tien en achttien mille is zijn meest
standvastige afnemer. „In leeftijd",
vult hij aan, „mikken we op de mensen
tussen pakweg vijftien en drieëntwintig
jaar en vanaf dertig. Daartussen heb
ben ze geen geld over voor platen. Dan
zijn ze met heel andere dingen bezig.
Met bankstellen en luieruitzetten. Ik
geloof ook, dat het weinig zin heeft
om deze groep te bewerken. Ze hebben
gewoon te weinig reserves om er profijt
van te kunnen trekken. Het is overi
gens opmerkelijk, dat de langspeel
platen een steeds groter marktaandeel
veroveren. Een paar jaar geleden was
de single nog oppermachtig en sukkel
den de grote, dure platen er zo'n beetje
zielig achteraan. Die situatie is nu pre
cies andei-som. De single is alleen ge
schikt voor de snelle hit, de rest moet
je op een langspeelplaat uitbrengen. De
prijs speelt daarbij slechts een be
scheiden rol. Natuurlijk brengen wij
ook goedkopere langspeelplaten. Zeg
in de klasse van negen negentig en
elf negentig. Voor dat bedrag kun je
een voortreffelijke kwaliteitsplaat op
de markt brengen. Alles wat daaronder
zit met dumpprijzen van zes en zeven
gulden is in feite i-ampspoed. Als je
daaraan begint moet je als maatschap
pij je kwaliteitseisen laten vallen."
Twee smaken
Wat zijn eigen smaak betreft: hij houdt
van de sound van Ella Fitzgerald en
het Modern Jazz Quartett. Een goeie
blues blijft er trouwens ook bij hem
in. „Goddank heb ik het grote voor
deel", zegt hij, „dat ik daarnaast de
smaak van de massa heb. Als je in dit
vak een zaak goed wilt promoten, dan
moet je er op één of andere manier
toch wel in geloven. Ik ben ook niet
vies van een lekkere smartlap, maar
dan moet het wel een goeie zijn. Die
dingen, die Johnny Hoes op de markt
brengt, zou ik voor geen geld van de
wereld willen en kunnen maken. Ik
vind het onbehoorlijk om vanwege het
geld op de lagere instincten' van de
mens te gaan werken."
literblik
(stukjes)
Ook nu weer
ruim gesorteerd
in delicatessen