Marisol LADY CANT HET LEDIKANT VAN Kingsley Amis weer in de hogere kringen WERKELIJKHEID GEVAT IN ABSURDE VORMEN OPZIENBARENDE TENTOONSTELLING IN ROTTERDAM Een van de voormannen van de Ameri kaanse pop-art is een vrouw: Marisol. Zij neemt onder mensen ais Rauschenberg, Johns en Warhol een plaats in die haar wel met deze mensen verbindt, maar die haar toch ook een beetje apart zet. Pop art pleegt iets absurds te hebben, het pleegt ook vaak in zijn uitwerking althans op een wat goedkope grap te lijken. Het opstapelen van dozen of het vele malen projecteren van een filmsterrengezicht kan als idee immers grappig zijn, in zijn uitvoering is het goedkoop omdat die uit voering nauwelijks enkele kunstzinnige vaardigheid of technische kennis vereist. Wat dit betreft springt Marisol eruit. Haar composities hebben iets absurds, iets grappigs vaak ook. Maar ze zijn allerminst „goedkoop" in de zin dat de uitvoering ervan geen kunstzinnige vaardigheid of technische bedrevenheid zou eisen. De kunstenares, voluit Marisol Escobar geheten, werd in Parijs geboren. Zij bracht haar jeugdjaren door in Venezuela en werkt sinds haar twintigste in New York. Dit jaar vertegenwoordigde zij Venezuela op de geruchtmakende Biennale te Veriètië en dét land kreeg daarmee een van de Marisol Escobar beste Inzendingen op deze internationale tentoonstelling. Dank zij de bereid willige medewerking van de bruikleen gevers is die gehele inzending tot 15 december te zien in Museum Boymans-van Beuningen te Rotterdam. Mensen Marisol heeft met andere popartiesten gemeen, dat zij voorwerpen uit het Het is mode om over De Jeugd te schrijven, onder vergoelijking van alle mogelijke uitingen van grofheid en bandeloosheid, terwijl voor onbegrijpe lijkheden hoe zinloos ook wel ver klaringen worden gevonden. Wat jong is, dat Is volgens het vaste vergoe- ljjkings- en verklaringspatroon, bela den; de jeugd wil van die beladenheid af en doet dat op hd&r manier. Ward Ruyslinck heeft in zijn boek Het ledi kant van Lady Cant (een uitgave van Mantcau N.V., Brussel/Den Haag) op een vermakelijke en geraffineerde manier met dat patroon de spot ge dreven. Hü schrijft over een knaap die met zijn typisch geblaseerd amorele lamlendigheid als een werkelijk levend wezen uit diverse „modernistische" boekenfantasieën schijnt te zijn weg gelopen. De jongen, die van eenvoudige komaf is, is bevriend met het sletje Sjoe, de dochter van een criminoloog. Zij vrijt graag en gewaagd met Freddy (zo heet de jongen), maar komt voor het beslissende moment steeds met (kwasi) gewetensbezwaren. De jongen vindt dat toch wel boeiend, vooral omdat hij tegen Sjoe opziet omdat zij van beter komaf is. De „verovering" zal straks tweevoudig zijn. Hij is een soort anti-held, die zich in dit anti-heldendom buitengewoon flink en in zijn sas vóelt. Hij geniet van kleine perversiteiten, is een stiekemerd op het gebied van het sensuele en heeft er lol in om rancuneus te doen. Er is een dagelijkse leven opneemt in haar com posities. Die composities behelzen mensen, één enkele maal alleen op tredend, maar meestal in groepen. Die mensfiguren zijn opgevat als een soort „poppen", meestal opgebouwd uit blokken hout, waarin het gezicht realistisch behandeld is, soms is het op, een blok hout geschetst, dantoont Marisol zich een uiterst begaafd tekenares, vaker nog is het geboetseo. ,-d, evenals de losse handjes. De geboet seerde gezichten zijn meestal die van Marisol zelf, soms sterk vervormd maar altijd wél herkenbaar. De „poppen" worden gecompleteerd met echte voox-werpen, een groepje zit op een echte bank, in Het Bezoek, draagt Marisol een echte jas en de schoenen van de figuren zijn wel dege lijk schoenen, soms met ingetekende voetjes, die aan de houten benen steken. Echt ook zijn de meeste fiets onderdelen in De Wielerwedstrijd. Brutaal Dat samengaan van gemaakte en ge vonden^ materialen geeft Marisols kunst iets brutaals, het lijkt een beetje op etalagekunst, die, hoe goed ook gedaan, meestal geen echte kunst is. Nu zijn begrippen over de begrenzing van de kunst wel vervaagd en het zijn uit gesproken de popkunstenaars, die het hunne aan die vervaging hebben bij gedragen. Maar we kunnen er ons niet toe brengen om de kunst van Marisol als een soort veredelde etalagekunst te meisje vermoord en omdat Freddy nogal wat werk van haar heeft gemaakt, wordt ook hij verhoord, maar door een slimmigheid leidt hij de aandacht if naar een studiegenoot aan wie hij de pest heeft en die leraar is geworden. De rest van het verhaal moet men zelf maar lezen; het is de moeite waard. Niet om het uitspinnen van du intrige (die is ternauwernood aan te wijzen), maar om de meesterlijke omzetting van het ordinaire Cremermotief in een gereserveerd ironische, literaire creatie. Om een idee van de stijl, als directe verwijzing naar de inhoud van Ruyslincks ironie, te geven een gedach te van Freddy als zijn opa, de ouwe paai, gestorven is: „Nee, dacht ik, het is niet v>aar. De ouwe patriot. Twee oorlogen, twintig miljoen grootvaders en grootmoeders had hij overleefd, tot en met zijn eigen vrouw. En nu ivas het zover: op deze trieste november ochtend had hij zijn aars dichtgeknepen. Ik had altijd gedacht, dat het me niet zou schokken, wanneer ze het me zouden komen zeggen, op zekere dag maar je kent je zelf niet. Het schokte me wel degelijk. Het was of ze me kwamen zeggen: dit is het einde der tijden, de slinger der eeuwen is stilgevallen". Het onopzettelijke in de natuurlijk hypocriete en retorische combinatie van stoerheid en plechtstatigheid is tekenend voor het, hele geïroniseerde patroon. De coladrinkers Iets totaal anders zien we in De Coladrinkers van Jos Vandeloo karakteriseren. Omdat haar werk, met alle grapjes, die zij er zelf in maakt, (eveneens een uitgave van Manteau). Ruyslincks spot is bij Vandeloo een haast sacraal geloof in De Jeugd. Vandeloo schijnt te denken dat jonge mensen vol trauma's zitten, die zij moeten proberen te vergeten: pas daarna is het voor hen mogelijk om een levenshouding aan te nemen. Zijn visie wordt voor het overige nergens door hem beargumenteerd. Er zijn voor het boek twee punten van uitgangonplezierige herinneringen aan een nonnenschool en herinneringen aan een jeugdwereld vol vertrouwen en geborgenheid. Er is een man die van een dienstertje houdt. De relatie tussen het tweetal is zuiver seksueel, al schijnt de schrijver merkwaardig ouderwets de liefde te zien als het enig zaligmakende goed. Het café waar hel meisje werkt, is een trefpunt van jongeren, allemaal artistiek natuurlijk. Er wordt veel gepraat en geredeneerd, maar waarover blijft vaag. Het lijkt soms alsof de auteur zich opzettelijk aan die vaagheid houdt vermoedelijk om een gebrek aan talent in het schrijven van een dialoog te verhelen. Hiervan afgezien, de hoofdfiguur is een door bronst geplaagde figuur voor wie elke aantrekkelijke vrouw een lust (liefdes-)object is. Slechts twee vrij schrale gebeurtenissen in het boek zijn van belang. De eerste: de man krijgt van een meisje een weigering te incasseren. De tweede: hij gaat met zijn bedgenote een avondje uit en komt langs een restaurant, dat voor buitenlanders verboden is. Twee voorvallen, die ''s mans heftige verontwaardiging wekken. Alles bijeen blijft het boek „De Coladrinkers" te onwerkelijk om ook toch van een grote kunstzinnigheid getuigt. maar enigszins te overtuigen, terwijl tegen de bedoeling van de schrijver in de jeugd er maar kaaltjes af komt. Glazenwasser Een roman met een sociaal belang wekkender inhoud is de roman van Georges Michel: „De schuchtere be levenissen van een glazenwasser", uit het Frans vertaald door Aider Walrecht en uitgegeven door A. W. Bruna Zn. Michel vertelt van een glazenwasser, die te slap en te traag is om zich-hoe dan ook als mens te laten gelden en daardoor niet de geringste kans heeft om in de maatschappij vooruit te komen. Met pijnlijke preciesheid wordt het hopeloze van de man beschreven. Als je maar een paar bladzijden hebt gelezen, krijg je het nare gevoel alsof je met een of ander beest hebt te maken, dat als een paard voor een kar of een aap in een circus zijn werk doet. De man wordt door iedereen uitgebuit, omdat men beseft dat er zonder enig risico van dit individu geprofiteerd kan worden. Het enige verlangen, dat de man koestert is, ooit nog eens te kunnen trouwen; maar zelfs de moed om een meisje recht in het gezicht te kijken, laat staan aan te spreken, ont breekt hem. Later raakt hij in de ban van een soort communist, die de reus wordt genoemd. Ook deze man en zijn kornuiten kunnen al gauw met hem doen wat ze willen. Het meest trieste van het boek is de trots van het mannetje als hij het verband kan tonen, dat om zijn verwondingen is gezwachteld, wanneer hij tijdens een demonstratie door de politie genade loos in elkaar is geslagen. Zijn men selijke vernedering is zijn trots. Vrouw tussen doodskisten Het boek is uitstekend vertaald, in een stijl die precies bij de verbeelding van het mannetje past. Jammer genoeg 16 Daar komt bij dat men bij eerste aan schouwen van deze werken de neiging heeft om te gaan glimlachen. Om het geestige van Marisols werkwijze alleen al. Maar is deze kunst wel om le lachen? Andy Warhol, de enige figuur die alleenstaand is op de expositie, zit gevangen in zijn blok. Dit merkwaar dige stuk, waarbij de popartiest vier maal, van elke kant, is weergegeven, schijnt te willen zeggen, dat de een zaamheid, het de ander niet kunnen bereiken, iets onontkoombaars is. Dat opgesloten zijn in zichzelf komt nog duidelijker tot uiting in de groepen. In Het Bezoek, waar de vier figuren star voor zich uitstaren en het sterkst in Het Feest, een grote groep waar vijf tien figuren allen met Marisols ge zicht elkaar niet waarnemend bijeen zijn. En bepaald tragisch, haast in klassieke zin, is de groep Leunende Vrouwen. Marisol doet alles zelf. Ze is een be gaafd tekenares constateerden wij al. Let in dit verband op De Familie, waar nog weinig reliëfwerking werd toegepast en dat in de krachtige lijn— voering die begaafdheid sterk tot uit drukking brengt. Daarnaast timmert ze, boetseert ze handig, is bedreven in het maken van gipsafgietsels. Al die aanleg en vaardigheid is nodig om de kunst te kunnen maken die Marisol toch een beetje apart zet van haar geestverwanten, die soms op zo on- geneerde wijze kunnen knoeien. Marisols kunst geeft bij de eerste aan blik de sensatie van een absurde nieuwe werkelijkheid. Bij nader aan zien echter de misschien niet minder grote sensatie dat we in deze absurde wereld onszelf kunnen terugvinden. U mag deze tentoonstelling in Rotter dam niet missen! Vg. Ward Ruyslinck spot met modeschrijvers de vertaling van „De vrouw tussen de doodskisten" van André Pieyre de Mandiargues (een uitgave van de Arbeiderspers) veel te stijf, een stijf heid die bij het lezen van „De monsters van Bomarzo" soms zelfs hinderlijk wordt. Voor het overige doet het te stijve van de vertaling aan de verhalen zelf geen afbreuk. De auteur schrijft koel, intellectualis tisch. In geen enkel verhaal is ook maar een grein warmte te bekennen. Erotiek en tot aan het sadisme toe grenzende wreedheid voeren de boven toon, terwijl werkelijkheid, droom en herinnering door elkaar geweven zijn. De bundel verhalen eindigt met het hierboven vermelde essay „De mon sters van Bomarzo". Het essay is ge heel in overeenstemming met de ver halen. Het is een beschrijving van een „beeldentuin" met kolossale, elkaar verslindende monsters, die voor reke ning van hertog Pietro Francesco Orsini, ter herinnering aan zijn eerste gemalin Giulia, de dochter van Galeazzo Farnese, niet ver van de Orte in de provincie Viterbo, Italië, is aangelegd. Het essay is een knap geschreven werkstuk, dat dc lezer volkomen in de sfeer van de gedrochtelijke verbeelding D. O. Het is al weer een hele tijd geleden, dat men uitzag naar de eerste romans van „the angry young men" in Enge land en sindsdien hebben de auteurs die gewoonlijk tot deze groep gerekend werden, uitdrukkelijk verklaard dat er niet zoiets als een groep „angry young men" heeft bestaan, dat ze er althans niet toe gerekend wilden worden. Dat neenft niet weg dat Lucky Jim van Kingsley Amis destijds als een mani festatie van de groep op het gebied van de roman beschouwd werd. Er was voldoende reclame vooraf voor gemaakt, de verwachtingen waren dus bij hen die zich voor de eigentijdse Engelse letteren interesseerden vrij gespannen. Het boek werd zeer gepre zen, maar er waren ook critici die niet geheel overtuigd waren van het be slissende nieuwe in Lucky Jim. Latei- schreef Suzan Sontag bijvoorbeeld een vernietigende kritiek op het werk van Kingsley Amis en sommigen van zijn tijdgenoten. Toen we Lucky Jim des tijds lazen, moesten we bij de geschie denis van deze man die het hoger zoekt en van tegenslag na tegenslag telkens weer bekomt, soms aan Wodehouse denken, we vonden het meer amuse mentslectuur dan wezenlijk ver nieuwende literatuur, wat het trouwens ook niet is. Suzan Sontag was het er vooral om te doen om dat laatste aan te tonen. Kingsley Amis is rustig ver der blijven schrijven, gedichten en romans, lof en blaam latende voor wat die zijn. Bij Jonathan Cape te Londen verscheen van hem onlangs weer een nieuwe roman, die een duidelijke ver wantschap vertoont met zijn eersteling. Hij heet I Want It Now, een zin die door het gefrustreerde meisje en door haar moeder wordt uitgesproken, al wensen ze niet hetzelfde. De een wenst liefde of wat daar soms onder verstaan wordt en (je ander machtsbevrediging. Gevaarlijke macht Macht Is altijd gevaarlijk, speciaal als zij in het bezit van rijken is. In Lucky Jim liet Kingsley Amis dit al uitkomen, hij doet het opnieuw in I Want It Now. We komen in de kring der magnaten, waar het, zou men aannemen, goed toeven is. Ze zijn echter, als wel meer bij welgestelde lieden voorkomt, zui nig. Het valt dus nogal tegen. Ronnie Appleyard, die op de televisie de uit zending Insight verzorgt en zijn oudere collega Bill Hamer, die nog meer naam heeft dan hij, worden op het buiten verblijf van Chummy Baldock en diens vrouw Juliette niet zo vertroeteld als ze hadden mogen verwachten. Kingsley Amis is in deze kring goed thuis en hij weet precies hoe de mag naten en hun vrienden en kennissen reageren. Hij beschrijft ze met een droge humor, die nu en dan weer aan Wodehouse doet denken, maar die droger en sarcastischer is, veel sati- rischer dan Wodehouse. Hij laat ook uitnemend de onderlinge verhoudingen tussen zijn personen zien, tussen Chummy en zijn heerszuchtige en rancuneuze vrouw Juliette, tussen Juliette en haar dochter uit een vorig huwelijk Mona Quick, die onder ken nissen als Simon wordt aangesproken. Ronnie Appleyard heeft ze op een avond bij de Reichsbergers ontmoet, ze hegft dan juist een woordenwisseling gehad met de man, die men min of meer voor haar verloofde aanzag. Ze gaat even later met Ronnie Appleyard naar bed. Maar hij bemerkt dat Simon, al wil ze het zelf en nu» daar een ver schrikkelijke hekel aan heeft. Hij brengt Simon thuis en wordt even later uitgenodigd om in Malakos te komen. Hem blijkt, in Malakos, een zeer bepaalde taak te zijn toevertrouwd. Chummie Baldock vertelt hem dat hij Simon vrolijk moet maken. Als hij daarin niet zou slagen, moet hij maar zo gauw mogelijk vertrekken. Scene Ronnie Appleyard slaagt daarin aan vankelijk niet. Maar als hij er wel in slaagt, vindt Juliette Baldock dit weer niet goed en ze laat hem dat duidelijk merken. Het komt tot een allerkomiek- ste heftige scene. Ronnie Appleyard die van Simon is gaan houden denkt dat hij haar voorgoed kwijt is. Maar er is iets veranderd in Simon. Ze heeft bij die scene gemerkt hoezeer haar moeder haar haat. Ze vlucht met Ron nie naar Fort Charles. Ze hebben beiden echter geen rekening gehouden met de macht van magnaten en de heerszucht van Juliette Baldock. Ron- SATIRE OP TELEVISIEFORUMS nie Appleyard wordt onder pressie gezet door een bijzonder onaangenaam stel agenten. Hij zou zijn baan als ver zorger van een reeds befaamde tele visieuitzending verliezen, indien hij het tot een veroordeling liet komen. De chantage van Chummy Baldock lukt, want Ronnie Appleyard heeft niets anders dan zijn baan om op terug te vallen. Het eigenaardige van de baan van Ronnie Appleyard wordt werkelijk meesterlijk door Kingsley Amis ge schetst Hij heeft maar weinig woor den nodig in het eerste hoofdstuk om te laten zien wat de interviewer, de vragensteller in Insight in feite doet en hoe hij zelf daar tegenover staat. Het is meer een juiste beschrijving van wat in zo'n uitzending gebeurt dan een satire er op, maar het satirisch element zit in de beschrijving zelf. Kingsley Amis heeft de televisie ook gebruikt om tot een oplossing le komen in het geval van het ge frustreerde meisje Simon. Groten der aarde Hij doet dit bijzonder knap. Ditmaal gaat het echter niet om Insight, maar om de uitzending van Bill Hamer. Die wil de mensen in zijn uitzending laten zien en horen hoe de groten der aarde, als ze bij elkaar zijn, zich in feite ge dragen. Hij weet de Baldocks, de Griekse magnaat Vassilikos en nog enkele anderen onder wie Ronnie Appleyard op het scherm te krijgen. Ook dan komt het tot een allerkomiek- ste scene die Bill Hamer uiteraard voorzien had. Ze leidt inderdaad ook tot een oplossing Alles komt tot wat men vroeger een happy end noemde en bij dat happy end denkt men niet meer aan Wode house, maar aan de damesroman van eertijds. Men kan daarom er toe komen I Want It Now te onderschatten. Het is zeker geen groot en vernieuwend literair werk. Maar het is goed geschreven en het geeft ongetwijfeld een kijk op de kringen, waarin het verhaal speelt. Daar is het echt en, zij het tot in het benarrende, geestig. JOS PANHUIJSEN De familie, 1961 Andy Warkol, 1962 Geschiedenis van een gefrustreerd meisje Het bezoek, 1964

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 7