marathon j? nederlandse bokstitel op het spel misschien heb je bij basketball voordeel van je lengte" iriSa A mm w;-vSJSK5?*jsr heeft nog zes rolhockeyers r noteer radio Phil Heppe naar Residentie DEN HAAG „Het (iaat niet zo best met de oudste rolschaatsvercniging in Ne derland, met „Marathon", eens een van de grootste verenigingen met een bloeiende rolhockey- en kunstrijafdeling." Marathons eerste rolhockeyteam degra deerde naar de tweede klas en beschikt nog slechts over zes spelers, zodat men wel geteld één wisselspeler heelt. Seci'etaris J. B. Teunisse heeft er een verklaring voor dat „Marathon" (Den Haag) na meer dan twintig jaar een vooraanstaande rol te hebben vervuld in de ver keerde hoek terecht is ge komen. „We hebben slag op slag gekregen.In 1964 r de ZATERDAG 23 NOVEMBER 1968 De Savornin Lohmanlaan verlaten omdat die door de bond was afgekeurd. De eigenaars, de familie Ooms, voelden er niets voor de baan te vernieuwen omdat die, volgens de gemeente, toch moest verdwijnen voor een te bouwen hospitaal. Daar is nooit iets van ge komen maar wel is de eige naar de huur opgezegd. Waar wij met Marathon i eens suc cessen behaalden, liggen nog slechts een paar platen van de rolschaatsvloer. De rest is naar de Eekhoornbaan gegaan". Aantrekkingskracht In 1965 kwam „Marathon" terecht in het Zuideipark. „Daar", aldus de heer Teunisse, „hebben we veel leden verloren, vooral van de afdeling kunstrijden. De verhuizing naar een ander deel van de stad brak ons de nek. We waren bovendien in het Zuiderpark geen baas in eigen huis, wat de sfeer in de vereniging aantastte. International Phil Heppe verliet onze ploeg en vorig jaai' vertrok ook de inter nationale doelman Connie van Zuidgeest, resp. naar Residentie en Internos, de twee clubs die de dienst uit maken omdat zij het sterkst zijn en derhalve ook de grootste aantrekkingskracht op goede spelers hebben. Ook Ed Kester ging naar Internos en alleen dank zij de medewerking van The Rolling Stars, van welke vereniging we twee spelers overnamen, konden we nog in de competitie uitkomen. Anders was de afdeling rol hockey al ter ziele geweest". Iets beter In de kunstrijafdeling gaat het iets beter. Vera Klein werd in 1967 juniorkampioe ne maar kon haar titel dit jaar wegens ziekte niet ver- Vera Klein: trouw aan Marathon dedigen. In Anneke Ligtvoet en Peter Moorman bezit „Marathon" leden die het ,,goud" reeds veroverd heb ben. Met weemoed denkt men terug aan de vroegere shows, die zelfs door de t.v. werden uitgezonden, Niettemin denkt „Marathon" aan de toekomst. De zes rolhockeyers hebben elkaar toegezegd er alles aan te zullen doen en de kunst- rij afdeling onder leiding van Nel van Dam-Maas komt er bepaald ook wel. De heer Teunisse: „Ondanks alles zijn we gezond en hebben we geen cent schuld". Een knappe prestatie, die voor zitter W. F. Bergman en zijn bestuur zal stijven in de wetenschap dat „Marathon" altijd nog aan een tweede jeugd kan beginnen. pieter van tuyll van serooskerken (2.13 m lang): LEIDEN Basketball is een sport die in Nederland schaars wordt beoefend. De spelkwaliteit reikt niet bijster hoog en het nationale team staat op de Europese ranglijst op de zestiende en laatste plaats. Toch wordt op het Leidse Bonaventura- lyceum basketball door de sportleraren sterk gepropageerd. Geen gymnastiekles gaat voorbij of er wordt een partijtje gespeeld. Het is dan ook niet vreemd, dat de schoolvereniging The Bona Stars al spoedig doorstootte naar de top van Neder land. Tot vorig jaar speelden de Stars hun thuiswedstrijden in Den Haag en was de sport in Leiden onbekend, maar met het gereedkomen van de 5-meihaI kan basketball ook in de Sleutelstad worden gespeeld en heeft de belangstelling een enorme vlucht genomen. Elke zaterdagavond zit de sporthal barstensvol. Bona Stars begon de competitie uitstekend, maar mede door blessures van André de Jong, Ad. Slingerland, Han de Hollander en Pieter van Tuyll werden de laatste wedstrijden verloren, al waren de cijfers niet ruïneus. Pieter van Tuyll is de enige speler van het team, die niet aan het Bonaventura- lyceum zijn opleiding heeft genoten. Hij speelt in TBS, het Nederlands studententeam en zit bij de nationale selectie. Johan Pieter van Tuyll van Serooskerken, twintig jaar, zegt van zichzelf: „Ik ben een geboren en getogen Brabander, in Geldrop geboren, daar de lagere school doorlopen, aan het stedelijk gymnasium van Breda bèta gedaan, daarna in Frankrijk een jaar rond gekeken en ik doe nu ruim een jaar rechten in Leiden. In Frankrijk woonde ik in Dyon, niet zo ver van Parijs, een 15 kilometer, en ook niet zo ver van de bergen. Ik heb me daar vooral beziggehouden met filosofie en geschiedenis. Ik speelde daar ook basketball, maar ik ben eigenlijk nog een beginneling. Ik heb eerst een tijdje hoog gesprongen. Ze pakten dat daar in Dyon echt professioneel aan. Trainen met gewichten en zo. Ik kwam na een vrij matige training tot 1.95 m. Dat was toentertijd maar twee centimeter van het nationaal record, dat nu op 2.01 meter staat. We sprongen altijd binnen, op zo'n grote hoop schuim rubber. Dat ging fantastisch tot ik een keer buiten moest springen, op weg naar heya keessie Kees Verkerk is nog ezelfde vlotte prater laar er klinkt een idertoon in zijn stem hem serieuzer laakt. Hij heeft daar- ior zijn redenen. Hij nt op wraak voor de irloren gegane ereldtitel. Dit seizoen il hij weer. de top ireiken. Hij werkt er ird en gestaag aan. rssen de schaats- aining en zijn werk, vaders café in Put- •shoek pakt hij de icefiets en draait de ind niet om voor t honderd vijftig meters. „Dat is ig om een kans te aken", zegt Kees erkerk. „Het is best ogelijk dat ik niet irste word maar jfde of tiende. Je eet tenslotte nooit at de Russen en oi'en doen". Maar j zal ervoor knokken n het hoogste te be- iken dat mogelijk is. j wil het Het de nationale titel- jd, in Inzeil bij de iropese kampioen happen en eerst en loral in Deventer, raar de wereldstrijd p het pi ogramma -f. "Jj« I -r -T* - it '.!ssS6 in een zandbak. Ik sprong 1.80 m en kwam toen met een klap in het harde, natte zand terecht. Dat deed vreselijk pijn. Ik voel mijn gewrichten nog als ik eraan denk. Je krijgt daar dan zo'n angst van, dat je gewoon niet meer durft. Ik heb hoogspringen dan ook laten schieten. Ik deed en doe nog wel aan paardrijden. We hebben zelf paarden thuis. Geen springpaarden, daar ben ik te zwaar voor. Ik deed aan dressuur en in Engeland heb ik leuke succesjes behaald". Maar hoe zat het dan met basketball in Frankrijk? „Ik deed het daar voor het eerst. We gingen met een universiteitsclubje alle plaatsjes in de omgeving van Dyon af. Dat was zo ongelofelijk mooi. Of we nu verloren of wonnen, altijd werden we wel ergens uitgenodigd. Het is daar een wijnstreek, dus je begrijpt na elke wedstrijd een wijnkelder in. Een fantastische lijd. Aanvankelijk ver keerde ik daar in een internationaal gezelschap, maar omdat ik toch eigen lijk voor Frankrijk en de taal was ge komen, later niet meer zo. We speelden ook competitie. Regionaal, wel goed, maar we waren erg jong, tussen de zestien en twintig jaar en we hadden geen ambitie. Voor de halve finale om de Franse cup speelden we destijds een voorwedstrijd om het publiek een beetje op te warmen. Toen kwamen twee kerels van Sedan en Monaco, twee toon aangevende Franse basketballclubs, op me af en boden me een profcontract Ik voelde er alles voor, maar ik vind dat je eisen moet kunnen stellen als je aan zoiets gaat beginnen. Ze boden me aan mijn levensonderhoud en studie kosten te betalen. Het trok mij wel. Dan had ik in Frankrijk kunnen blijven studeren, maar het mocht niet van mijn ouders. Het zoontje, dat moest studeren, komt plotseling met een profcontract op zak naar huis. Nee, dat ging niet. Ik ben niet in Frankrijk gebleven. Met de revolutie is wel gebleken, dat je studie in Frankrijk helemaal niets garandeert. Je moet tot een bepaalde kliek behoren. Buitenlanders en jongens, die uit een lager milieu komen dat is nou een vervelend woord mensen dus, die niet tot de topkliek behoren, komen er heel moeilijk in. Nou wil ik proberen, als ik afgestudeerd ben, via een grote Nederlandse maatschappij of organi satie in het buitenland te komen. Liefst in Frankrijk, maar in ieder geval in een land met een beter klimaat dan hier". Veel te vol Pieter van Tuyll van Serooskerken komt er rond voor uit: „Klimatologisch gezien heb ik een afkeer van Neder land. En verder geloof ik, dat. ieder zijn land een dienst bewijst als hij het land uitgaat. Ik kom zelf uit een „goed zuidelijk gezin met vijf kinderen". Het wordt hier toch zeker veel te vol". Pieter van Tuyll (het tweede gedeelte van zijn naam laat hij altijd weg) woont mei nog twee studenten in een huisje in de vervallen buurt achter de Haar lemmerstraat. In de Kamp, schuin achter het operatiezaaltje, waar Boer- have in zijn glorietijd het mes placht te hanteren. Het is oud en vochtig. Er brandt geen kachel. ..Die is kapot. Om reumatiek van te krijgen. Onze huisbaas is nogal laks en laat het maar op zijn beloop, Ik loop al met een bandje om mijn middel om mijn gewrichten een beetje warm te houden". Pieter heeft het opvallend veel over zijn gewrichten. Hij is dan ook bepaald niet klein. Hij is met zijn 2.13 m een van de langste, zo niet de langste pivot die in Nederland rondloopt. „Mijn hele familie is groot. Ik heb een niet voor de gezelligheid bij bona stars broer van twee meter, één van 2.01 m, mijn vader is ook twee meter en mijn moeder is 1.85 m. Dat zit wel in het geslacht Van Tuyll van Serooskerken. Bij basketball heb je misschien voor deel van je lengte, maar in het gewone leven is het een vrij zware handicap. Als je die eenmaal overwonnen hebt, wordt het een voordeel, maar aan de andere kant moet je die handicap elke keer weer overwinnen. Iedereen begint er steeds over. Je wordt er herhaalde lijk met je neus bovenop gedrukt. Je moet eigenlijk je oren en ogen dicht doen als je merkt, dat ze het over je hebben". Raak hier en daar Pieter van Tuyll is student en lid van het Corps. „Ik doe overal aan mee, maar als ik in training ben, houd ik er wel rekening mee. Dat doen de roeiers van het Corps tenslotte ook. Of dat te combineren is? Ja, als je ziet wat er in Oost-Europa aan gedaan wordt. Wal zij bijvoorbeeld naar binnen krijgen en wat wij. Een prak hier, een prak daar. Tk eet 's avonds op de soos, Dat is niet "zo erg best, geloof ik. Het kan beter, maar dat kost ook meer. En het kost ook zoveel inspanning om eetgewoonten te veranderen". En dan weet je nog niet hoe Pieter van Tuyll bij TBS terecht is gekomen. „Via een jongen, die bij Kees Pley in de klas had gezeten. Toth, de trainer, was meteen enthousiast. Nou zegt dat niet veel, want Toth is altijd gauw enthousiast. Ik ging trainen en kwapi al spoedig in het eerste, maar ik speelde in het begin niet zoveel klaar. Waarom ik toen werd opgesteld, was me nooit duidelijk. Zo goed was ik niet. Ik was natuurlijk wel een groot ob stakel. Dit jaar ging het opeens wel, maar ik werd al nu twee wedstrijden uitgeschakeld. Enkelbanden gescheurd. Daar ben ik voorlopig zoet mee". Het is natuurlijk wel gemakkelijk als je de bal bijna in de basket kunt leggen. En dat kan Pieter van Tuyll bijna. Over zijn club heeft Pieter van Tuyll ook zijn mening: „Ze zijn mentaal erg zwak, vind ik. Bij iedere wedstrijd blijkt weer, dat, als ze een opdracht krijgen, ze er niet bovenuit kunnen komen. Vorig jaar was dat nog veel erger. Toen stonden we vaak de eerste helft voor en verloren dan in de tweede helft. Dan zakten we als een pudding in elkaar. Dat is een mentale kwestie, dacht ik". Over de spelers: „Peter de Jong is erg goed. Hij maakt veel punten en heeft ook een groot spelinzicht. Paul Ruyssenaara is vooral verdedigend zeer goed. Hij heelt vreselijk veel techniek. En dan Harry Stbl, klein maar erg snel. Start als een komeet. Weet ook goed met dat onderhandse gebaartje van hem veel strafworpen te forceren". En over winnen of verliezen: „Als je zelf hebt meegespeeld en ervoor hebt gevochten en de spanning gevoeld, voel Je dat verlies veel meer. Als ik hoor of lees, dat Bona verloren heeft, dan denk ik niet: oh, wat is dat nou toch naar voor Bona Stars. Nee, dat vind Ik hoogstens vervelend voor Peter de Jong, Harry Stol en al die anderen. Ik kom bij Bona om sport te be drijven. Niet om gezelligheid te zoeken. Ik kan me best voorstellen, dat er jongens zijn, die zeggen: Bo na is alles voor mij. Dat is prach tig. Maar dan moeten ze ook accep teren, dat dat bij mij niet zo is." JAN LEUNE. TOTO WEDSTRIJDEN Telstar—Holland Sport DWS—Fort/Sitt. Comb. PSV—Sparta AZ '67—NAC NEC—GVAV VceudamCambuur SVV—Hei 1STERDAM Toen Piet ter Meu- 31 jaar was, werd hy boks- mpioen van Nederland. Nu is hy jaar. Hij loopt trots door zijn ksschool, die met een simpele witte art met zwarte letteers wordt aan- (evcn in een sleuf naast het politie- rcau aan de Singel in Amsterdam, sleuf heet Klooster en daar is de r, die toegang geeft tot het domein ir Piet ter Meulen zUn hobby bot- rt. „Natuurlijk is het een hobby, kunt er niets aan verdienen. De fens betalen een tientje per maand er zijn er die vijf keer per week Jen trainen". it ter Meulen laat zijn blik dwalen zijn fraaie accommodatie: een bokszaal, zes douches, een flinke edkamer, een massageruimte en een itoortje, verkregen met medewer- ig van de NSF. Athter de deur ikt het doffe dreunen van zware idschoenen op zware handschoenen, hiel Blinker traint. Maandagavond 25 november staat hij in „Krasna- polsky" tegenover Jack Johnson met. de Nederlandse titel in het midden gewicht als inzet. De man uit Suriname tegen de man uit Curacao. Michiel Blinker „ze zeggen altijd Michel Blinkert maar dat is fout" heeft een gebit dat bijeen wordt gehouden met stukjes goud. Hij heeft zijn tandbe- schermer uitgedaan maar praat toch moeilijk Nederlands. „Als ik die jas krijg, win ik. Ik heb alles Amerikaans: broekje, schoenen, boksbal, alles. Die Amerikaanse boksjas is besteld en als ik hem krijg, word ik Nederlands kam pioen". Een merkwaardig soort bijge loof, anders kan Michiel Blinker het ook niet verklaren. Hij heeft zojuist staan sparren met Ronald Riedewald, die vorig jaar zwaarwellerkampioen van Nederland werd door Jack Johnson, inmiddels overgegaan naar het middengewicht, te verslaan. Daar wil Johnson nog wel wat van zeggen. Hij heeft zijn trai ning beëindigd. In het contract voor maandag staat dat Johnson van vier tot zes uur mag trainen in de zaal van Ter Meulen maar die mag er niet bij zijn omdat hij de manager is van Blinker, die om zes uur aantreedt. En dan mag Johnson niet toekijken. John son houdt zich daaraan strikt. „Ik boks alleen op waterdichte contracten. De meeste jongens weten niet eens wat ze verdienen. Ik wel". Johnson is er één van de bedacht zame soort. Hij leest de contracten serieus door. want geld is voor hem belangrijk. „Ik heb met boksen ver diend en van dat geld twee huizen op Curacao gekocht. Na mijn wedstrijd tegen Blinker ga ik tot februari met vakantie naar Curacao, dan kom ik terug en ga ik hier als lasser werken. Het geld dal ik met boksen verdien, gaat op de bank". Jack Johnson spreekt zacht, alsof hij in de aula bij een begrafenis staat. Hij overweegt in gebroken Nederlands zijn woorden, „Die wedstrijd van va ig jaar tegen Riedewald was een vergis sing. Ik had niet voldoende conditie. Daarom kon ik de eerste ronden wel doen met hem wat ik wilde maar daarna zakte ik helemaal in elkaar. Dat gebeurt me niet meer. Als ik serieus train, is geen bokser me te zwaar". En Michiel Blinker? Johnson trekt een rimpel tussen zijn ogen eer hij zijn woorden prijsgeeft. „Ik kan boksen en ik kan vechten. Blinker kan alleen boksen, maar dat doet hij goed. Jack Johnson wil winnen. Hij wil een gooi doen naar een Europees titelge vecht want, omdat de titel aan de Ita liaan Carlos Duran is ontnomen, is die vacant. Michiel Blinker wil dat toe vallig ook.. Hij en Johnson waren met de Am sterdammer Joop Kruis gegadigden voor de Nederlandse titel die Harko Kokmeijer beschikbaar had gesteld omdat hij zijn carrière beëindigde. Joop Kruis en Johnson waren het eerst aan de beurt. De partij werd op me disch advies gestaakt wegens een bles sure van Kruis zodat Johnson winnaar werd. In elk geval zal Kruis de win naar van maandag uitdagen. Piet ter Meulen is met de Rotterdam mer Theo Huizenaar de enige promotor in Nederland, die het risico van een wedstrijdavond nog aandurft. Dc or ganisatie in ons land is in handen van enge „veteranen". Zij jongleerden met de weinige profboksers die hun ter be schikking staan. Aad Jansen, Joop Verbon, Joop Kruis. Chris Kok. Riede wald, Blinker, af en toe Gerard Berk hout of Curley K.O., beter bekend als de honkballer Ruben Leysener. Dat is alles in Nederland. Maar ze willen wel. Blinker: „Zo veel mogelijk wedstrij den in Nederland. In het buitenland word je toch altijd verliezer ge maakt". Piet ter Meulen zwakt die uit spraak wat af door te zeggen: „Als je in eigen land bokst en je hebt het pu bliek mee, krijg je daardoor meer kracht". Blinker steekt het plukje haar dat hij zorgvuldig op zijn onderlip heeft gekweekt, In de lucht en snuift eens van onder de bokskap. Hij is het er kennelijk niet mee eens. Weer de ring in waar Ronald Riede wald luidruchtig zichzelf aanmoedigt bij het touwtje springen. Blinker: ,.lk ben een zuivere punten- bokser". Johnson: „Blinker zal op af stand gaan boksen. Het zal een goede partij worden". Blinker stelt zijn ze venjarige profloopbaan hij is 29 iaar en toevallig ook lasser - en zijn recordlijst van 32 wedstrijden (twee verloren) tegenover Jaime Leoncio Mar- garithu zoals de werkelijke naam van Johnson luidt „maar dat is toch boksi lang en te moeilijk" die 27 jaa acht jaar prof. ruim zestig wedstrijden bokste en daarvan zestien duels ver loor. Er staan maandag ook twee gedachtenwerelden tegenover el kaar. Johnson: ..Als ik serieus train, is geen bokser te zwaar voor me". Blinker: „Als ik die Amerikaanse boksjas maar krijg dan win ik". Die jas zou zater dagochtend op Schiphol aan komen... HaarlemVitesse WagenhurenIlelm. S ElinkwUkDFC Willem II—FC Den Bol Limburg iaFiirluna VVV—Roda JC EREDIVISIE FeUenoord—DOS MVV—Ajux ADOGo Ahead EERSTE DIVISIE FC Twente—Volendam HVC—Blauw Wit RBC—Eindhoven Volewüokers—RCH TWEEDE DIVISIE AGOVV—Hermes DVS Zwolse BoysEDO De GraafschapZFC Velox—Excelsior HeerenveenPEC Gooiland—NOAD Baronie—SC Drente

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 13