boodschappentas steeds duurder en zwaarder 'J*: W«' 4* gehuwde vrouw wil zelf wel mee verdienen ZO groeide het huishoudboekje ZATERDAG 1« NOVEMBER 19«S DEN HAAG Aan de kassa in de supermarkt ervaren de huisvrouwen het: de boodschappentas wordt steeds duurder. Het eindbedrag van de kassa brengt een schrikreactie teweeg. „Alles wordt duurder" is een vrij algemene verzuchting. Daar is weinig tegen in te brengen. Want ieder jaar stijgen de prijzen met zo'n 3.5 percent. Maar de boodschappentas wordt ook zwaarder. De grotere keuze van produkten zorgt ervoor, dat er meer in de boodschappentas terecht komt. En ook daardoor moet aan de kassa meer worden betaald. De gezinsuitgaven lopen niet alleen op door de prijsstijgingen. Bij de kassa's blijkt duidelijk: wie het wat breder heeft, laat het wat breder hangen iWSi Dit jaar houden de prijzen zich wat rustig. Aan het einde van het jaar zal het prijspeil zo'n drie procent hoger liggen dan op 1 januari. En als het nieuwe jaar begint, staan weer nieuwe prijsstijgingen voor de deur. De nieuwe omzetbelasting (B.T.W.) zal enkele prijzen omhoog duwen. Het algehele prijspeil komt alleen door de B.T.W volgend jaar zo'n anderhalf procent hoger te liggen. Tegenover de prijs stijgingen staan wel dalingen, ook als gevolg van de B.T.W., maar die vallen nooit zo op. De gezinnen geven nu zes keer zoveel uit als in 1939. Een werknemersgezin met twee kinderen moest in 1939 ruim een tientje per week voor eten en drinken uitgeven. Vier jaar geleden was dat ruim 47 gulden, nu 63 gulden. Maar de mensen besteden hun geld melk, vlees en groenten moeten iedere dag worden aangeschaft. De laatste vier jaar moet voor vlees, vis en vleeswaren per week 2,50 meer worden uitgetrokken. Magere runder lappen van 7,90 per kg kostten een jaar terug nog 6,70. Riblappen zijn in één jaar een gulden per kg duurder geworden. Het paarderookvlees, dat twee jaar geleden 6,90 per kg deed, was een paar maanden geleden voor 8,50 geprijsd. De kaasprijs ging in twee jaar met 40 cent per kg omhoog. Met een aardige regelmaat komt het bericht in de kranten terug, dat de broodprijs met een cent is gestegen. Ook de melkprijs maakt nu' en dan een sprongetje naar boven. Volgend jaar moet op een brief een postzegel van een kwartje worden geplakt, nu nog van twintig cent. Maar in 1960 was het gewone briefport nog 12 cent, in 1938 5 cent. Bij de schoenmaker moet voor zolen en hakken gauw 8,75 worden betaald, in 1938 nog twee gul den. De herenkapper vraagt 2,50 of 3,-; in 1938 was het knippen met vijftig cent goed betaald. Prijsbewust Wie de prijzen goed in de gaten houdt, ontdekt dat ze niet alleen naar boven schommelen. Vooral bij de levensmid delen kan soms geprofiteerd worden van prijsverlagingen. Een goede oogst kan de prijzen van groente, fruit en aardappelen drukken. Kropsla, andijvie, bloemkool en tomaten waren deze zomer belangrijk goedkoper dan twee jaar terug. Bij een groot vvinkelbedcijf kostte een krpp sla in 1966 35 cent, vorig jaar 19 en deze zomer 29 cent. Een kg tomaten 1,39, 1,28 en 98 cent. De blikgroen- ten waren deze zomer goedkoper dan tien jaar terug en zelfs in sommige gevallen goedkoper dan in 1947. Een blik zeer fijne doperwten van 1,19 deed in 1957 1,48 en in 1947 I 1,63. De concurrentie in de levensmiddelen verkoop is groot en daarom moeten de grootwinkelbedrijven scherp calcu leren. Door voordeelaanbiedingen pro beren ze de klant te trekken, want wie eenmaal binnen is, koopt wel. Het top punt j.van prijsbewust kopen: de voor deelaanbiedingen er overal uit te pikkéh. De prijsstijgingen maken het geld minder waard. Was het leven in 1947 twee keer zo duur als voor de tweede wereldoorlog, in 1965 was het twee keer zo duur als in 1947. Het pijnlijke gevolg hiervan is, dat de gulden van aard v 1939 nog in 1965. In de afgelopen tien jaar daalde de waarde van de gulden met 26 procent. Dat is heel vervelend, maar een troost is, dat Nederland met zijn geldontwaar ding niet alleen staat. Internationaal zit Nederland met zijn geldontwaarding in het midden tussen een groot aantal v tl f - niet alleen aan eten en drinken. Huren, kleren, vervoer, ontspanning enz. knab belen allemaal aan het inkomen. Goedkoper „Alles wordt steeds maar duurder", dat is niet helemaal waar. Er zijn ook zaken die goedkoper worden. Neem bijvoorbeeld de televisietoestellen. Voor- de laatste jaren zijn die flink jn prijs gedaald, soms met een paar honderd gulden. Ook koelkasten, auto's en in. het algemeen elektrische appa raten zijn goedkoper geworden. Dooi de grotere welvaart ontstond voor deze produkten een grotere markt, waar door de kosten per stuk konden worden gedrukt. Als op een bepaald moment de markt verzadigd is, wordt de verkoop van i bepaald produkt door prijsdaling gestimuleerd. Dat is nu te zien bij de kleurentelevisietoestellen. De animo hiervoor is niet zo groot als werd verwacht, zwartwittoestellen zijn in ruime mate afgezet; nu wordt gepro beerd de zwartwittelevisie door goed kopere kleurentelevisietoestellen te verdringen. Een prijsverlaging bij televisietoestellen doet geen enkele huisvrouw in vreugde uitbarsten. Zo'n toestel vergt in een aantal jaren één uitgave, maar brood landen, waarbij Joego-Slavië, Spanje, Turkije en Japan koplopers waren. Ook de Franse franc liep in koopkracht sterker terug dan dc gulden. Iedereen ls gauw geneigd om de schuld voor de geldontwaarding op anderen af te schuiven. Als de vakbonden maar niet zulke hoge looneisen zouden stellen, die lonen jutten de prijzen op Als de overheid maar niet zoveel geld zou uitgeven Als de druk van uit het buitenland op de prijzen maar niet zo groot zou zijn Dc inflatie- makers kijken met schele ogen naar elkaar en intussen schrijven economen dikke boeken over het probleem van de inflatie en de geldontwaarding vol. De geldontwaarding is al zo oud als Adam nee, als Eva en is zoiets als de geluidshinder waarmee de mensen moeten leren leven. Niet ieder een heeft er even veel pijn van. Over twintig naoorlogse jaren bekeken zijn de lonen veel sneller gestegen dan de pi-ijzen. Er werd in 1967 4% maal zo veel verdiend als in 1947. Daar staat tegenover dat de kosten van levens onderhoud 2',i keer hoger lagen. Anders: wie in 1939 maar één gulden had uit te geven, had in 1967 7,75 beschik baar, maar voor wat in 1939 één gulden kostte, moest hij in 1967 4,30 neer tellen. De werknemers hebben dank zij de soms forse loonsverhogingen hun wer kelijke inkomen sterk omhoog zien gaan. Daarenboven is hun positie sterk verbeterd door onder meer langere vakanties, korter werken, betere sociale voorzieningen. De prijsstijgingen mogen bij de door sneewerknemer niet zo hard aankomen, anders ligt dit bij de mensen, die hun inkomen niet van jaar op jaar zien stijgen. De mensen met vaste pensioe nen zitten in de hoek waar de klappen vallen. Lonen en prijzen spelen van jaar op jaar een haasje-over-spel, soms tam, soms uitbundig. De grote ver liezers staan aan de kant. Dat zijn de mensen met een vast inkomen, dat het tegen de prijsstijgingen moet afleggen. A. HOOGKAMER (Van verslaggevers) Hoe is de houding van het bedrijfsleven ten op zichte van de werkende gehuwde vrouw? Hoe •taat de gehuwde vrouw tegenover dc dubbele hak van huishouden en werk? En wat zegt haar ®Wi over het werken van zijn echtgenote? afdeHing Research van het Gemeenschappelijk lostótuut voor toegepaste psychologie te Nij- n*>gen verrichtte een onderzoek naai- de relaitie tussen de werkende vrouw en het bedrijf. Hiertoe werd opdracht gegeven dooi de Commissie Op voering Prodirlctivitedit van de Sooiaal-Economisclu Raad. Het. onderzoek strekte zddh trilt over acht en bedrijven, gedeeltelijk in de industriële, ge- óeeltelijk in de dienstverlenende sector. 0"» na to gaan hoe in het bedrijf de posiitóe i> vaa de gehuwde vrouw, volgt daarudit natuurlijk vergelijking meit de ongehuwde. Door dit vagelijk komen er versahillen aan het licht, maar vooroordelen, die vaak ongemotiveerd blijken getrouwde vrouw verzuimt minder door ziekti haar ongehuwde ooOlega. Dait is in tegen- Het combineren stelling van wat „men" over het algemeen aan neemt (ze meldit zich maar ziek als er in het huis houden iets tegenloopt, hebben wij dikwijls wait smalend horen opmerken). Ook het verloop (van werkkring veranderen of om andere reden weg gaan) ligt bij de gehuwde vrouw gunstiger. Hoe „vormend" de invloed van het huwelijk is, zou kunnen blijken uit het feilt, dat het geven van leiding aan de getrouwde vrouw minder moeilijk is. Toch blijft er vooroordeel en weerstand be staan tegen het in dienst De grootste bron dat de werkende gehuwde vrouw dikwijls af wijkende werktijden heeft. Dit brengt vanzelf sprekend organisatorische moeilijkheden met zich mee. Maar deze faciliteiten zijn oorzaak van een veel lastiger probleem: de afwijkende werktijden veroorzaken spanningen en onrust bij ongehuwde werkneemsters (wfj zonden, het gewoon jaloezie kunnen noemen). Dit blijkt vooral merkbaar in de dienstverlenende sector. Het gevolg van de bezwaren is. dat men tooh liever de voorkeur geeft aan de ongehuwde werkneemster) i de taken buitenshuis het huishouden vraagt het eerst aandweilt van de onderzoeker. Het is te begrijpen, dat de vrouwen, die daadwerkelijk naast het huwelijk een baan hebben, daar dan ook positief over spreken Maar om een zo goed mogelijk inzicht te krijgen, begon men de mening te vragen van een categorie- vrouwen, die wel in deze bedrijven als gehuwde vrouw hadden gewerkt, ma-ar daarna waren op gehouden. Wat was de reden om het werk eraan Le geven? En hoe stond zij tegenover het werken buitenahuis? Een deed van hen die niet meer werken, staat er niet meen- zo positief tegenover. Op de duur is het combineren van twee taken toch te zwaar-, vinden zij. (Maar uit het onderzoek blijkt, dal deze vrouwen, die het werk dus opgaven, mééi werkuren hadden dan de anderen. Bovendien, dial zwangerschap in de meeste gevallen de oorzaak was om het werk te staken Maar een ander dep] (de helft van deze groep) is toch wel van pHan 'op de duur het werk weer op te vatten. Deze vrouwen delen allerminst de con servatieve insteffllneg van de gemiddelde Neder landse huisvrouw, die (zoals uit andere onder zoekingen bleek) bepaald soepbisoh staat tegen over het weiken buitenshuis als je getrouwd bent De man van de vrouw dlc nog werkt heeft er over het algemeen geen bezwaar tegen. Wel werden er bjj de ondervraagde mannen nogal eens opmerkingen over te weinig sfeer in huis beluisterd. Maar de man van haar. die het werk eraan heeft gegeven, denkt er heel wat minder goed over. Meer dan de helft van deze mannen zou bepaald niet graag zien, dat hun vrouw hel later nog weer eens zou opnemen. De houding van dc man is over het algemeen werkelijk minder positief dan zijn vrouw vermoedt! De opvatting, dire de gehuwde vrouw over haai werk heeft, staat in nauw verband met het mo tief. Het ia merfewaardag. dart zij en ook haai man minder goed denkt over het werk, naarmate zij het geld harder nodig heeft. Geheel afgezien van de financiële motieven vindt zij de gezelligheid en het contact hebben met anderen buiten het huishouden een bijzonder aantrekkelijke ktant. Maar de mannen hebben hier gewoon geen begrip voor. Zij woten dan ook niet wat het os dag in dag uit aan buis ge bonden te zijn. Drie staatjes geven een vergelijking van gezinsuitgaven in 1939, 1964 en 1968. Het gaat om de gemiddelde uitgaven per week van een aantal ge-zinnen in West-Nederland met twee kinderen, waarvan het loon beneden de grens van de sociale verzekering lag. september 1939 Voeding: Brood en beschuit Grutterswaren Melk Kaas Vlees Vleeswaren Vis Vet, oliën Boter Margarine Suiker Koffie, thee. cacao Andere kruidenierswaren Chocolade, koekjes, gebak Aardappelen Groenten Fruit Dranken Diversen Andere uitgaven: waarbij Kleding Schoeisel Huishuur Belasting Petroleum, spiritus Was, strijkgoed Brandstoffen Was- en poetsartikelen Huisraad Verzekering, geneeskundige hulp Contributies, boeken, giften, abonnementen, schoolgeld Hulp in de huishouding Ontspanning, tram, trein Toiletbenodigdheden, kapper, baden Tabak, sigaren enz Diversen 11.06(4 20.1 l'/ü Totale uitgaven: juni 1964 "Voeding: Waaronder: Brood, gebak, meelproduktenf 7.72 Aardappelen, groenten, fruit8.16 Suikerwerk, kruiden, waren chocolade, dranken f 8.90 Vlees, vleeswaren, vis 9.10 Vetten 2.48 Zuivel produkten 10.68 31.18 f 47.16 Woning: 28.40 w-o. Huur, onderhoud woning Woninginrichting, huish. apparatuur Verwarming, verlichting 14.75 f 7.48 6 25 Kleding en schoeisel: w.o. Kleding, opschik 9.10 Schoeisel. lederwaren 2.62 Hygiëne en medische verzorging: w.o. Reiniging woning en kleding 2.65 Lichamelijke verzorging 5.25 Ontwikkeling, ontspanning en vervoer w.o. Ontwikkclings-, ontspanningsver10.90 Roken 3.50 Verkeer 530 Maatschappelijke verplichtingen, particuliere verz. Totale uitgaven: 11.74 7.90 1 6.48 121.38 juni 1968 Voeding: Brood, gebak, meelprodukten Aardappelen, groenten, fruit Suikerwerk, chocolade, kruidenierawa Dranken en maaltijden Vleeswaren, vices en via Vetten Zuivel prod tikten (exol. roomboter) Woning: Huur en onderhoud Woninginrichting, bloemen Ilulsh. artikelen en apparaten Verwarming en verlichting Kleding en schoeisel: Hygiëne en medische zorg: Reiniging en huishoudelijk hulp Lichamelijke verzorging I) Medische zorg Ontwikkeling, ontspanning, verkeer Ontwikkeling, ontspanning 9.44 11.35 7.61 7.50 11.68 2.72 1197 t 18.73 f 10.17 7.42 8.70 3.50 3.27 1414 15.34 t 3.86 f 12.98 Particuliere verzekeringen: Totale consumptie-uitgaven: 62.27 45.02 23.20 20.91 32.18 1.29 184.87 hl. ..k.nfnna

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 9