crisisjaar scheurde amerika
wie
overbrugt de kloof?
GEWELD
EN
VREES
VRAGEN
OPLOSSING
ZATERDAG 2 NOVEMBER 1968
Welke beproevingen
en moeilijkheden ons
ook nog wachten, de
uiteindelijke kracht van
ons land en onze zaak
ligt niet in machtige
wapens, onuitputtelijke
middelen of grenzeloze
rijkdom, maar in de
eenheid van ons volk.
Dit is mijn diepste over
tuiging", aldus presi
dent Lyndon B. John
son, op 31 maart van
dit jaar, in een drama
tische toespraak tot
het Amerikaanse volk.
Zozeer achtte de Ame
rikaanse president de
toekomst van het Ame
rikaanse volk en de
wereld in het geding
door de oorlog in Zuid-
oost-Azië en de binnen
landse trubbelen in
Amerika zelf, dat hij
zich terugtrok als kan
didaat voor een vol
gende ambtstermijn,
„omdat ik niet geloof
dat ik een uur of een
dag van mijn tijd aan
persoonlijke partij-aan
gelegenheden of an
dere plichten mag
wijden behalve aan de
ontzagwekkende taken
van dit ambt, het pre
sidentschap van uw
land".
Humphrey, hier op bokserswijze gehuldigd door ex-wereldkampioen zwaargewicht Joe Louis, rekent
sterk op de overwinning nu hij sinds een week duidelijk „in de lift" zit.
De „abdicatie" van Johnson was een
van de dieptepunten van dit crisisjaar,
waarin de rassentegenstelling zich
verder verdiepte, Martin Luther King
en Bob Kennedy werden vermoord,
waarin de dollar aan het wankelen
werd gebracht en de frustrerende
oorlog in Vietnam voortduurde. Eén
jaar, waarin de Democratische Partij
scheurde omdat de partijbazen hun
Humphrey stelden boven het idool van
miljoenen Democraten, Eugene Mc
Carthy, die zijn aantrekkingskracht
voor de kiezers had bewezen in de
voorverkiezingen. Waarin voorts de
„bruggenbouw" naar het Oosten nage
noeg stil kwam te liggen en de bond
genoten in Europa langzaam verder
van de Verenigde Staten vervreemden.
Een crisisjaar ook waarin de eenheid
van het Amerikaanse volk scheurde,
een diepe, door geweld en vrees, de
magogie en spreekkoren, onoverbrug
baar gehouwen kloof achterlatend, met
de opkomst van George Wallace's „On
afhankelijke Partij" als meest opval
lend en tegelijkertijd meest alarme
rend symbool van deze verdeeldheid.
In dit cirsisjaar gaan de Amerikanen
naar de stembus om een nieuwe pre
sident te kiezen. Ze hebben de keuze
uit drie:
meeste races verloor, maar die nu een
persoonlijkheid heet te hebben, die
echter weinig vertrouwen geniet en
nog minder vrienden heeft, hoewel hij
wel bewonderd wordt. Een man die op
een Wallace-achtige manier hamert
op „wet en orde" (hetgeen voor de
Moskouse Pravda aanleiding was de
vraag te stellen wat de Amerikanen
nu gingen kiezen, een president of een
sheriff). Een.man voorts van de har
.JTricky Dicky" heet de weinig vleiende bijnaam van Richard Nixon.
de lijn tegenover het
zegt hij wel te willen praten) en in de
kwestie Vietnam een soort kruising
is tussen een havik en een duif, die
straks altijd nog een van beide kanten
op kan, een man die een grotere werk
loosheid wil tolereren in ruil voor een
financieel-economisch herstel van zijn
land, die de macht van het federale
gouvernement wil beknotten ten bate
van een grotere autonomie van de sta
ten maar ook een man die in de hitte
van de campagne zijn oude streken
weer begint te vertonen: „Tricky
Dick", de man die het zo mooi weet
te zeggen, maar die al te opvallend
zijn verkiezingsspeeches aanpast aan
het gehoor van het moment.
lsident in de afgelopen 4 jaar presi
dent Johnsons trouwe paladijn en daar
om grotelijks gecompromitteerd door
de onpopulair geworden Johnson admi
nistration. Hubert Humphrey die al
babbelend de campagne is ingegaan,
maar zo langzamerhand eindelijk be
gint af te wijken van z'n oorspronkelij
ke „nog - nooit - hadden - wij - het
- zo - goed - koers" omdat hij ook al
doordat hij 't belangrijkste doelwit is
van Amerika's nieuwste politieke ver
schijnsel, de „hecklers" (hekelaars):
in dit geval voornamelijk collectief op
tredende jongeren en studenten,
blijkbaar heeft ingezien dat het met
Amerika best wel wat beter zou kun
nen. Humphrey heeft tenslotte toch de
aarzelende steun van Eugene McCar
thy gekregen ook al gaat hij wat Viet
nam betreft volgens McCarthy nog niet
ver genoeg. Feit is echter, dat Hum
phrey tenslotte meer duidelijkheid over
zijn eventuele Vietnambeleid heeft ver
schaft dan Richard Mixon. Humphrey
was bereid zei hij de bombarde
menten op Noord-Vietnam te staken
als eerste stap om uit de impasse te
komen.
(Hubert Humphrey is waarschijnlijk
nu er niets anders te kiezen valt
dan hij, Nixon of Wallace ook de
keuze van de publieke opinie in West-
Europa. In dit verband was de uitzen
ding van de onlangs gehouden Achter-
het-nieuwsenquete interessant).
Humphrey heeft in tegenstelling tot
Nixon een nagenoeg vlekkeloos poli
tiek verleden. De vrees is gerecht
vaardigd zelfs dat hij al te zeer een
man van het verleden is, maar eer
Nixon of een Wallace zijn ook alles be
halve vernieuwers, Het in Amerikaan
se zaken voortreffelijk geïnformeer
de Britse weekblad „The Economist'
ontwikkelde in het nummer van de af
gelopen week de volgende interessan
te conclusie (het blad spreekt zich ten
slotte zonder veel geestdrift uit voo
Humphrey) „Twintig jaar geleden was
Hubert Humphrey 'n dynamische pro
gressief gedurende z'n lange ambtspe
riode als senator. Z'n vrienden gelover
dat hij, eenmaal eigen baas zijnde in
't Witte Huis, opnieuw de vertrouwde
bewonderde geliefde man zal worden,
die hij altijd is geweest. Twintig,jaai
geleden was Richard Nixon een jonge
brutale politcus, die aanhaakte bij de
brede, anti-communistische stroming
van die tijd. Beide kandidaten", zo
vervolgt The Economist, „zijn goed op
geleid voor 't presidentschap: ervaren,
het over „punthoofdige professors, die
niet eens een fiets behoorlijk kunnen
parkeren". Het weekblad „Time" no-
teerde ook de volgende uitspraak van
George Wallace: „De eerste de beste j
vrachtwagenchauffeur weet precies wat i
hij moet doen als hij bij een ongeluk j
raakt betrokken, maar neem een pro-
fessor in die situatie, die staat maar j
wat rond te kijken en ziek te worden". I
Wallace speelt op de angst voor her- j
vormingen die leeft bij de lagere mid- j
denklasse, de beambten en de ge-
schoolde arbeiders, de winkeliers en j
andere kleine zelfstandigen. Juist de
groepen, die meegeprofiteerd hebben
van de ongekende welvaartsgolf, j
die over Amerika is gegaan in de late
vijftiger en de vroege zestiger jaren.
De mensen, die willen houden wat ze
hebben, die hun status bedreigd zien
door de sociale hervormers, maar ook
door de om hun rechten roepende ne
gers, de kleine huiseigenaren, die bang
zijn dat hun bezit in waarde daalt,
omdat er negers in komen wonen.
Daar zoekt en vindt George Wallace
zijn aanhang. In de persoon van
George Wallace ontmoeten uiterst-
rechts en de lagere middenklasse el
kaar en sluiten zij een verbond dat de
Amerikaanse Onafhankelijke Partij
heet, die door velen beschouwd wordt
als een invloedrijk verschijnsel, dat
dichter bij fascisme staat dan welke
politieke groep of beweging ook in de
Verenigde Staten. Wallace wordt op
zijn tournee herhaaldelijk geconfron-
teerd met spandoeken, waarop „Heil
Wallace", „George Hitler" of „Adolf
Wallace" staat. Als jongeren demon-
streren, dan vraagt hij zijn gehoor „of
hier de kappers soms staken". En te
gen de demonstrerende en fascist roe
pende jongeren zegt hij, dat hij al te
gen de nazi's vocht toen zij nog gebo
ren moesten worden, hetgeen volkomen
waar is, maar niet wegneemt dat zijn
beweging verontrustend veel fascisti
sche trekken heeft.
ONDERSCHAT
George Wallace, strijder voor wet en orde.
bekwaam, maar Nixon verloor zijn
zelfbeheersing bij minstens een be
rucht geworden gelegenheid en is er
altijd van verdacht meer rekening te
houden met zijn eigen belangen dan
met die van zijn land. Als karakters
op jeugdige leeftijd worden gevormd,
en als in tijden van crisis karak
ters de handelingen dicteren, dan is
Nixon niet de beste man om president
te worden", aldus The Economist.
EORGE WALLACE heeft in zijn
'-'"kielzog de enige man uit de verkie
zingsmanege, die weet hoe je 'n einde
moet maken aan de oorlog in Vietnam:
Amerika's meest beroemde bommen
werper, Curtis Lemay, die zelfs de
steun van zijn fel-Republikeinse en 91-
jarige schoonmoeder moet missen,
Lemay, die atoombommen „gewone
wapens" vindt, en die desnoods Noord-
Vietnam terug het stenen tijdperk in
wil bombarderen, (volledigheidshalve
moet gezegd worden, dat hij dit soort
ijzervretersverklaringen later wel wat
heeft afgezwakt). De campagne van
George Wallace is vol met deze Le-
may-achtige oplossingen, al zijn ze
dan wat minder spectaculair. Wallace
mag wel een racist genoemd worden
maar hij praat nauwelijks over negers.
Maar als hij „zij" zegt, pratend over
wet en orde, dan bedoelt hij de ne
gers. Wallace smijt met eenvoudige
pasklare oplossingen. Hij bespeelt de
oude achterdochtgevoelens bij de Ame
rikaanse lagere middenklasse ten op
zichte van de intellectuelen. Hij heeft
George Wallace is aanvankelijk door
Democraten en Republikeinen volko
men onderschat en dit is onthullend
voor de mate waarin de belde nationa
le partijen bezig waren met zichzelf,
en dat impliceert tevens dat noch de
Democraten noch de Republikeinen door
hebben gehad wat er omging in de
hoofden van miljoenen kiezers. Ze heb
ben te laat geluisterd naar de stem
men in binnen- en buitenland die al
vroegtijdig waarschuwden voor de ge
varen van 'n ongebreidelde white back
lash, de angstreactie van het blanke,
gevestigde kleine burgerdom op de ac
ties van de negers en op de opkomst
van nieuw-links. Nu zitten de beide
grote partijen met de brokken. Er
wordt druk gespeculeerd wie van bei
den Nixon of Humphrey het
meest te lijden zal hebben van Walla
ce. Nixon, die zelf voor een goed
deel zijn campagne heeft afgestemd
op de white backlash, ziet veel gras
voor zijn voeten weggemaaid worden
door George Wallace. Maar het staat
wel vast dat Humphrey veren moet
laten in de hoek van de vakbonden,
traditioneel de pijlers van de Democra
tische Partij. Het zuiden schijnt voor
beide partijen reddeloos verloren te
zijn. In de grensstaten moeten Hum
phrey en Nixon hard knokken, maar
wat nog veel verontrustender is: in
de grote industriële agglomeraties van
het noorden heeft Wallace ook zijn
niet te onderschatten aanhang, tot
zelfs in Boston, Massachusetts toe. En
er is in de Verenigde Staten geen af
stand zo groot geweest als die tussen
het lelieblanke zuidelijke Dixieland en
het wel wat puriteinse, maar ook ver
lichte en democratische Boston. Hum
phrey hoopt nu dat het groeiende kie-
zersleger der negers het verlies van
midden-klassearbeiders uit het noor
den voldoende kan compenseren.
Nog niemand neemt aan, dat George
Wallace een meerderheid van 270
kiesmanstemmen zal halen en aldus
president zal worden. De race tussen
Nixon tot voor kort royaal op
kop liggend en Humphrey ontwik
kelt zich de laatste dagen tot een
ware nek-aan-nekrace. Humphrey
verbetert zichtbaar z'n campagnetac
tiek en heeft in Edmund Muskie een
voortreffelijke running-mate gevonden,
hetgeen Nixon van Spiro Agnew niet
kan zeggen. Volgens de laatste cij
fers leidt Nixon nog steeds en het is
uiterst moeilijk een uitslag te voor
spellen. Vrijwel geen mens, buiten
de kandidaten zelf, waagt zich daar
ook aan. De Democratische Partij
hoopt vooral dat de oproep van
Eugene McCarthy de talloos velen zal
terugbrengen die de partij de rug
toekeerden toen in Chicago de as
piraties en hoop van een flink deel
van het Amerikaanse volk ruw wer
den weggeknuppeld door burgemees
ter Daley's politietroepen en toen de
partijbonzen tegelijkertijd in de con
ventie de overwinning van het esta
blishment zonder veel scrupules be
vochten. Het is een magere hoop en
verwacht moet worden dat zeer ve
len dinsdag zullen thuisblijven.
In mindere mate geldt dat ook voor
een aantal Republikeinen. Al is daar
de schijn van eenheid bewaard ge
bleven, zij het dat zeer veel Repu
blikeinen teleurgesteld zijn over het
falen van Nelson Rockefeller. Dal
uitgerekend Spiro Agnew, als gebaar
tegenover het zuiden, tweede man
moest worden in plaats van een libe
raal als Charles Percy of John
Lindsay is voor veel Republikeinen
ongetwijfeld de druppel geweest die
de emmer deed overlopen. Er zullen
dus ook wel Republikeinen zijn die
thuisblijven dinsdag. De thuisblijvers
zouden de uitslag wel eens sterk kun
nen medebepalen. Meer dan ooit
wordt rekening gehouden met de mo
gelijkheid dat George Wallace zoveel
stemmen op zich zal verenigen, dat
noch Nixon noch Humphrey in het
kiescollege tot de vereiste meerder
heid komt. Het Huis van Afgevaar
digden zal dan op basis van een
stem per staat een president moe
ten kiezen. Een dergelijke gebeur
tenis, die in de Verenigde Staten tot
nu toe nog maar zelden ls voorge
komen, zal een dramatische illustra
tie zijn van de crisis waarin dit land
verkeert. Op korte termijn zal het
nog meer onzekerheid voor de ko
mende maanden scheppen.
RAMPZALIG MOMENT
Een onberekenbare grootheid is de stemming onder de militante negers. Zullen zij thuisblijv
de stemming beïnvloeden Hier een demonstratie in New-York van de Zwarte Panters.
Waar is het Amerika van de vijf
tiger jaren gebleven? De redelijke on
baatzuchtige grootmacht bij wie de hal
ve wereld steun zocht en vond. Het
land dat dv rest van de vrije wereld
vastberaden taidde in de koude oorlog
maar ook d» torste tekenen van dooi
scheen te verstaan en te willen accep
teren. Het land dat overal ter wereld
i (behalve misschien in Zuid-Amerika)
onafhankelijkheidsbewegingen steunde
of de oude bondgenoten dat nu leuk
vonden of niet. Het Amerika dat voor
zichzelf het recht claimde zijn grond
wet en z'n democratie de beste ter we
reld te mogen noemen, Waar en wan
neer is Amerika gaan veranderen in
een grootmacht die zelfs de bondge
noten en vrienden soms vrees aanjaagt?
De voorzitter van de Amerikaanse
senaatscommissie voor Buitenlandse
Zaken, J. William Fulbright, plaatst
dat rampzalige moment .waarop alles
verkeerd begon te gaan, inclusief pre
sident Johnsons goed van de helling
gelopen programma tegen de armoede,
omstreeks het midden van de zestiger
jaren, toen de „kwestie-Vietnam" plot
seling een grote landoorlog werd.
In zijn boek „De Arrogantie van de
macht" plaatst Fulbright alle proble
men die Amerika heeft in binnen- en
buitenland tegen 'n achtergrond van
deze oorlog en hij toont aan, dat hoe
wel Amerika potentieel inderdaad in
staat is om boter en kanonnen te pro
duceren, het land toch mentaal zo zeer
In de oorlogsfeer is beland, dat vun de
binnenlandse programma's niets terecht
komt. De „Vletnam-fall-out" noemt se
nator Fulbright de verderfelijke in
vloed van oorlog op de Amerikaanse
samenleving en op de betrekkingen die
de Verenigde Staten over de gehele
wereld onderhouden. Er is in de afge
lopen weken druk gespeculeerd over 'n
op handen zijnd akkoord met Noord-
Vietnam. Na dat nog voor de verkie
zingen in eerste aanzet tot stand is ge
komen, zou dit 't beeld op 't allerlaatste
moment drastisch kunnen veranderen
ten voordele van vice-president Hum
phrey.
W. KOCK