H
Verleden en milieu
drukken op jeugd
uit volksbuurten
Portugal wacht
op veranderingen
Uitspraak
na jaren
uitstel
ANTJE DE KOE DWAALT AL TWAALF
JAAR ROND IN DE RECHTSPLEGING
HET LOO WELLICHT
O.-NASSAUMUSEU M
Inschrijfgelden gaan
voorlopig niet omhoog
19 VRIJDAG 27 SEPTEMBER 1968
DE LEIDSE COURANT
(Van onze juridische medewerker)
>EN HAAG Er heerst onbehagen
ind het burgerlijk proces. En niet
<n onrechte. Wie voor de rechtbank
•n procedure begint moet er reke-
ing mee houden dat wanneer dc
indere partij verweer voert pas na
rerloop van anderhalf a twee jaar op
ijn vroegst een uitspraak zal worden
cdaan. Gaat daarna een van de par
ijen in appèl, dan komt daar op zijn
ïinst nog eens anderhalf tot twee jaar
Er kan nog cassatie worden
;esteld. De Hoge Raad zou dan de
sak kunnen verwijzen naar een ander
of. En al die jaren wacht de eiser
p zijn goede geld. moet hij een
oge bankrente betalen wil hij zelf
iet in moeilijkheden komen. Als hij
lint kan de rechtbank hem wel een
»ver de duur van het proces toe-
Ijzen. maar niet hoger dan vijf pro-
ent. Voor deze prijs kan hij nergens
eld krijgen. Om van de kosten, die
ulke jaren durende procedures mee-
rengen. maar te zwijgen. In 1956
;rd een procedure begonnen over
n koe. ze heette Antje, het beest
zijn weg gegaan van rechtbank naar
if. van hof naar Hoge Raad. Ons
ioogste rechtscollege verwees haar te-
aar een ander hof, en op dit mo-
12 jaar later loopt Antje
log steeds ergens door de vaderland-
e rechtspleging rond.
foor de proceskosten had men intus-
len een bescheiden veestapel kunnen
ipbouwen.
teen des aanstoots
Advocatuur
wil burgerlijk
procesrecht
fors herzien
dagvaarding op en laat die door een
deurwaarder aan de gedaagde over
handigen. In die dagvaarding staat
wat de eiser vordert, de gronden
waarop, en een oproep om op een be
paalde dag voor de rechtbank te ver
schijnen. Op die dag moet de gedaag
de zorgen dat een procureur voor hem
op de zitting aanwezig is, verschijning
in persoon heeft geen zin. De procedu
re wordt verder door de procureurs
gevoerd. De wet heeft dit gewild om
dat een deskundige de zaak doorgaans
beter kan voordragen dan een leek.
Maar daarmee is dan ook tevens de
eerste vertragingsfactor gegeven. De
advocaat en procureur heeft meer en
soms lucratiever dingen aan zijn hoofd
dat het voeren van een procedure. Dat
betekent dat wanneer hij op een be
paalde dag namens de gedaagde ver
schijnt en van de rechter vier weken
krijgt voor zijn conclusie van ant
woord (de hele civiele procedure ge
schiedt overwegend schriftelijk) hij
na die vier weken weer eens een uit
stel moet vragen van bijvoorbeeld nog
gen te hebben. Op de dag voor het
verhoor verschijnt een getuige niet en
de zaak moet worden aangehouden
weer zoveel weken. Is het getuigen
verhoor aan de ene kant beëindigd,
dan kan de ander tegenbewijs leveren,
getuigen moeten worden opgegeven
een dag voor verhoor moet worden
bepaald en ook aan deze kant kunnen
zich dezelfde oorzaken van vertraging
voordoen. Na de getuigenverhoren
willen de meeste partijen in zoge
naamde conclusies na enquête de re
sultaten van het getuigenverhoor be
spreken, wederom met de mogelijk
heid van telkens vier tot acht weken
uitstel. Is het wonder dat een procu-
dure jaren gaat duren? En dan heb
ben we bijzondere complicatie;, il
zich kunnen voordoen nog bulten be
schouwing gelaten.
Efficiency
Van rechtbank naar Hof, van Hof naar Hoge Raad.
Uiet alleen de eindeloze duur van
civiele procedure is een steen des
aanstoots, maar heel ons burgerlijk
procesrecht is star en formalistisch en
bereikt eerder het tegendeel van wat
moest beogen: een soepele proce
dure, waarin een makkelijk toegan
kelijke rechter de geschillen met zo
veinig mogelijk complicaties oplost.
Twee jaar geleden heeft de Nederland-
Vereniging voor Rechtspraak zich
net het tempo van de procedure be
uggehouden. En een aantal belangrij-
suggesties gedaan voor de ver
snelling daarvan. Vrijdag 20 septem-
:r vergadert in Breda de Neder-
ndse Orde van Advocaten en bij die /Vïof lTirmtinf
gelegenheid stelt de Nederlandse balie Htbi Ul/tt
meteen de reorganisatie en de
modernisering van heel het burgerlijk
procesrecht aan de orde. De kritiek is
deze belangrijke
Leiding aan rechter
Ons burgerlijk procesrecht is te om
zichtig. het wil iedere partij het volle
pond geven, maar geeft in feite over
wicht. Een tactisch advocaat zal dat
in het belang van zijn cliënt uitbuiten,
en het is hem niet eens kwalijk te
nemen. Aan dc rechter kent het hui
dige burgerlijk procesrecht slechts een
minimum aan leiding toe bij het ge
ding overigens met de beste be
doeling. namelijk om die rechter zo
onpartijdig mogelijk te houden en om
willekeur van die kant uit te sluiten.
Zo is evenwel de mythe ontstaan van
d. „lijdelijkheid" van de rechter. In
een doorbreking van die mythe ioy
ken de advocaten de belangrijkste
hervorming van de burgelijke rechts
pleging Ken van de prcadviseuri
stelt zelfs voor al de bepalingen in
ons huidige wetboek over de lopende
rechtbank procedure het zijn er on
geveer 150 gewoon te schrappen en
te vervangen door één artikel: „De
rechter bepaalt dc gang van het pro-
er, Hij geeft partijen voldoende gelc-
"'•nheid hun standpunten uiteen Ie
•tten en daurvoor de bewijzen aan te
•oeren". Een lofwaardig initiatief..
Maar het steil hoge eisen aan de men
sen die op een post in de rechterlijke
macht benoemd worden en de indruk
bestaat, dat bij dc recrutering de
mythe van de lijdelijkheid sterker Is
dan de eigenschap van leiding te
kunnen geven. Figuren van het foi -
maat en de kennis van een Engelse
„high court judge" of van de Ameri
kaanse „district court judge" komen
we in onze rechtbanken maar weinig
tegen. De salariëring ls er ook niet
naar om zulke figuren aan te trekken,
die kunnen elders veelvouden van een
rechterssalaris verdienen.
Moderniserini
De advocaat van de eiser stelt een
eens vier weken. Daarna kan de eiser
nog een conclusie van repliek en de
gedaagde een conclusie van dupliek
nemen, en telkens kunnen tussen het
wisselen van die stukken vier tot acht
weken en soms meer verlopen. Heb
ben partijen nog behoefte om brieven
of bewijsstukken aan de rechter over
te leggen, dan komt de zaak daarvoor
weer op de rol (agenda) van de recht
bank. En ook voor die proceshande
ling kan weer het gebruikelijke uitstel
verleend worden.
Eer de rechtbank toekomt
het
wijzen van een vonnis is er op die
manier een half jaar tot een jaar ver
streken. Zulk een vonnis bevat in de
meeste gevallen een bewijsopdracht.
Daarna kan het tweede bedrijf van de
slijtageslag beginnen. Partijen moeten
getuigen opgeven, ook vaak na eerst
zoveel weken uitstel daarvoor gekre-
drastisch wordt gewijzigd, dat de
werkwijze van balie en rechtelijke
macht uit een oogpunt van efficiency
grondig opnieuw wordt aangepakt, en
dat de bezetting van de rechterlijke
macht kwantitatief en kwalitatief
wordt opgevoerd. De beide preadvi-
seurs, die op de vergadering in Breda
Het «are »e wenden dat „Den Haag"
de initiatieven van „Breda" overnam
en tot een daadwerkelijke moderni
sering van het burgerlijk proces zou
besluiten. Het zou te betreuren zijn,
wanneer ook op het aanstaande con
gres van de Nederlandse balie in
Breda het stoute rijmpje van toepas
sing zou zijn: „De heren dronken een
glas. en ze deden eenen de zauk
bleef zoals ze was".
(ADVERTENTIE)
OPTIMISME
OVER OPVANG
PASSIVITEIT
IN VRIJE TIJD
UTRECHT (ANP) Het gedrag en
opvattingen van de bewoners van
>lks- en achterbuurten van een grote
ad worden in hoge mate bepaald door
beperkte rechtszekerheid en de ma-
riële en geestelijke tekorten, waaron-
zij tot voor enige tientallen jaren
ebben geleefd. Hoe ongunstiger in op-
oedkundig opzicht het startmilieu van
rngeren is, des te problematischer
•ordt de betekenis van het menselijk
Ireefmilieu voor hun persoonlijkheids-
orming en de maatschappelijke toe-
Pedagogisch en didactisch onderzoek
gewenst om na te gaan in hoeverre
et van betekenis is de schoolperiode
an het kind te verlengen en de leer-
licht in te voeren bij het bereiken van
et vijfde levensjaar. Dit zijn enkele
an de 23 stellingen, die het proefschrift
Uitdaging en antwoord" van drs. J. H.
Grandia (55) uit Capelle aan den
Jssel besluiten.
Drs. Grandia begon zijn maatschappe-
ijke carrière als dertienjarige loopjon
en, werkte zich daarna op tot vakar
beider en kwam door lange jaren van
vondstudie aan de rijksuniversiteit in
'trecht tot de doctorstitel. Het proef-
chrift is een sociaal-pedagogisch on-
erzoek naar milieu-omstandigheden en
Matschappelijke factoren, die een opti
male ontwikkeling der talenten, hebben
verhinderd bij inmiddels volwassen
ieworden jeugdige ongeschoolde ar
beidskrachten.
giek.
a de dissertatie is getracht door mid-
van literatuuranalyse, een enquête
interviews een scherper inzicht te
(rijgen in de levenssituatie van jongc-
en, die in de maatschappelijke achter
hoede zijn opgegroeid. Nagegaan is welke
'actoren remmend hebben gewerkt op
tun psychische en intellectuele ontwik
keling, waardoor zij niet, of onvoldoende,
het dragen van maatschappelijke
verantwoordelijkheid zijn toegekomen.
Het ideologische motief, dat aan de prn-
'leemstelling ten grondslag ligt is in feite
Je sociale gerechtigheid. Het proefschrift
«staat voorts uit een sociaal-pedagogisc
onderzoek, waarbij van zeven vooronder-
lellingen is uitgegaan.
Drs. Grandia acht het nodig, dat een
Psychologisch en sociaal-pedagogisch on
derzoek wordt ingesteld om in de we
tenschappelijke literatuur geconstateerde
«rugval in intelligentie bij kinderen van
*>geveer tien tot veertien jaar. die op
boeien in de maatschappelijke achter
hoede. beter te onderkennen en zo mo-
Mijk te voorkomen.
Uit de tabellen over belangstelling en
•besteding van vrije tijd blijkt dat niet
teringe verschillen bestaan tussen bij
voorbeeld hts-leerli ngen en ongeschoolde
logeren. Zo heeft 40 procent van de
Mi'ers belangstelling voor klassieke
muziek bij ongeschoolde jongeren is
acht procent. Van de eerste groep
"ezoekt 41 procent een concert bij
""geschoolde jongeren doet slecht tien
Procent dat. Literaire romans worden
'"or 54 procent van de hts'ers gelezen
»n 48 procent leest een vaktijkschrlft.
8|J de ongeschoolden leest slechts acht
Procent een vakblad en aan de literaire
roman komt slechts drie procent toe.
Ongeschoolde jongeren zijn in verge
lijking met andere geënquêteerde groe
pen jonge mensen eenzijdig in hun
sportbeoefening, hoogfrequente bezoe
kers van bioscopen, in mindere mate lid
van een vakvereniging. Zij nemen meer
dan anderen deel aan pantoffelparades
van opgeschoten jongens en meisjes, be
oefenen in mindere mate een liefhebberij
en vormen de groep met het hoogste
percentage ten aanzien van het passief
doorbrengen van de vakantie. („Waar
om zou ik wal doen?"). Zij maakten
minder dan anderen vakantieplannen.
De kranten worden door hen opper
vlakkig gelezen (de sport, de ongevallen,
de plaatjes en advertenties en opgesmukt
nieuws trekt hun aandacht), maar zij
kunnen weinig reproduceren. De promo
vendus stelt, dat radio en televisie een
sterke en positieve invloed kan uitoefe
nen op het kritisch leren lezen.
De heer Grandia komt tot de slotsom,
dat in aanmerking nemende dat het
onderwijs aan jeugdige arbeiders onvol
doende is geweest en het milieu weinig
bijdraagt aan hun culturele vorming
er toch aanleiding bestaat om betrekke
lijk optimistisch over hun belangstelling
kaas
uit het
vuistje
de b van
beter
één stuk
in de hand
en vrijetijdsbesteding te oordelen. „Vroe
ger werd de weinige vrije tijd, die de
fabrieksarbeiders hadden, in kroegen
doorgebracht en ontaardden volksfees
ten en kermissen door de volkszonde van
't alcoholmisbruik. Fabrieksjongens wa
ren 70 tot 80 jaar geleden voor een groot
deel zelfs nog analfabeet."
(Van onze correspondent)
BARCELONA „Er was ook geen
andere uitweg dan Caetano", zo luid
de het commentaar van een hoog ge
plaatste Portugese politicus op de uit
eindelijke bekendmaking van de be
noeming. „Wij hadden de keus tussen
Macelo Caetano als eerste minister ol
een algehele verwarring". Inderdaad
liet Antonio de Olivcira Salazar, die
met ijzeren hand Portugal regeerde
todat hij enkele dagen geleden door
een klapstoeltje zakte, veertig jaren
lang een groot vacuüm rond zich
heeft bestaan. Zijn opvolging was al
tijd een verwarrend vraagstuk, om
dat hij geen „kroonprins" naast zioli
duldc. zoals ook Caetano aan den lij
ve ondervond.
Deze nu 62-jarige ex-journalist, ex-
minister en ex-rector van de univer
siteit van Lissabon verdiende zijn po
litieke sporen onder het goedkeurend
oog van Salazar. maar toen deze vond
dat Caetano te hoog over het paard
getild werd, nu precies 10 jaren ge
leden, verdween Caetano plotseling
uit het gezichtsveld, weggepromo
veerd als lid van de staatsraad. Van
daar dat men in de afgelopen dagen
in Lissabon een duidelijke atmosfeer
van verwarring aantrof. De Portuge
zen hadden geen enkel idee van wat
zij konden doen. De oppositie, die na
het fiasco van Humberto Delgado in
een onmachtige sluimer was geraakt,
reageerde laat en met halve maatre
gelen. Enkele pamfletten in de stad
Oporto en veel gefluister in de ca-
fé's van Lissabon, en daarmee was
de oppositie al buiten adem. Ook de
de almachtige staatsveiligheidspolitie
PIDE en de generaals waren niet erg
zeker van hun zaak. De legerleiding
eiste bovenal een voortzetting van de
militaire acties tegen Afrikaanse
vrijheidsstrijders in Angola en Mo
zambique, want dat garandeerde haar
snelle promoties op het slagveld en
een groot budget (momenteel
cent van de staatsuitgaven).
Caetano was voor het leger een zeer
aannemelijk kandidaat, daar hij tij
dens en kort na de tweede wereldoor
log reeds minister van koloniën was
geweest. Ook de Nationale Eenheids
partij was nog niet vergeten dat Cae
tano in 1949 de partij had gered van
een verkiezingsnederlaag tegenover
een verenigd links volksfront.
De financiële machtshebbers en poli
tici leerden Caetano vooral waarde
ren in de drie jaren 1955 tot 1958
waarin hij als directe rechterhand van
Salazar optrad. Als „minister van de
presidentie", die in rang onmiddellijk
op de minister-president volgt, vol
deed Caetano zelfs te goed en Sala
zar gaf er de voorkeur aan om deze
potentiële rivaal weg te promoveren.
Nu Marcelo Caetano uiteindelijk zelf
het meest invloedrijke ambt In Por
tugal uitoefent en in de komende da
gen zijn nieuwe kabinet zal voorstel
len, speculeert men in Lissabon met
veranderingen in de politieke koers.
Men spreekt zelfs van een nieuwe
overzeese politiek. Niettemin lijkt het
meer waarschijnlijk dat Caetano eerst
zijn aandacht op het binnenland zal
richten. Salazars principe om niet
meer uit te geven dan er in de staats
kas voorhanden was. heeft de Portu
gese economie vroeger wel gesaneerd,
maar stond geen ambitieuze ontwik
kelingsplannen toe.
Men neemt aan dat Caetano in de
economie met iets meer vrije hand
zal optreden, zoals men eveneens ver
onderstelt dat zijn houding ten aan
zien van politieke en persvrijheden
iets meer liberaal zal zijn dan die van
zijn vroegere meester en voorganger
Salazar. Maar dit zal een langzaam
proces zijn. Een politicus in Lissa
bon merkte op: „Salazar waakte veer
tig jaren zodat wij konden slapen.
Het zal nu niet meevallen om ons té
Restauratie van
paleis Noordeinde
DEN HAAG (ANP) Alhoewel ten
aanzien van de bestemming van de pa
leizen Het Loo en het Oude Hof aan
het Noordeinde te Den Haag nog geen
beslissingen zijn genomen denkt de re
gering voor paleis Het Loo. met zijn
unieke historische wagrde, aan de inrich
ting van een Oranje Nassau museum,
nadat aan deze paleizen het karakter
van ter beschikking gesteld zomer- of
winterverblijf zal zijn ontnomen. Het
Oude Hof in Den Haag zal verder voor
respresentatieve doeleinden worden ge
restaureerd.
Dit wordt meegedeeld in
van antwoord aan de Tweede Kamer
inzake het wetsontwerp „Wijziging van
de bedragen vastgesteld in de artikelen
22, 23 en 26, eerste lid. van de grond
wet" (inkomen leden koninklijk huis).
De memorie van antwoord draagt de
handtekeningen van premier De Jong,
minister Beernink (Binnenlandse Zaken)
en minister Witteveen (Financiën).
Het ligt in de bedoeling de thans
in het Oude Hof gevestigde departemen
ten en bureaus van de koninklijke hof
houding daar te handhaven. Mocht t.z.t.
blijken dat het Huis Ten Bosch voor de
uitoefening van de koninklijke functie
te klein is, dan zal in nauw overleg
met het staatshoofd worden bezien op
welke wijze aan de dan onstane be
hoefte kan worden tegemoet gekomen.
De mogelijkheid is niet uitgesloten dat
dan het Oude Hof in plaats van een an
der ter beschikking gesteld paleis op
nieuw voor dit doel wordt aangewezen.
De bewindslieden delen ook mee dat
op verzoek van en na overleg van het
gemeente bestuur van Amsterdam met
het hof, gebruik van het paleis op de
Dam in de hoofstad voor representatie
ve doeleinden heeft plaatsgevonden en
in de toekomst waarschijnlijk nog meer
zal plaatsvinden. Het is nu nog niet mo
gelijk het wetsontwerp op te stellen dat
uiterlijk 1 januari 1971 in werking moet
treden en dat in afwachting van een
grondwetsherziening de basis zal leg
gen voor een nieuwe financiële regeling
van het rijk ten opzichte van het ko
ninklijk huis. In de eerste plaats is het
momenteel nog niet met voldoende nauw
keurigheid bekend welke functionele kos
ten van de koningin naar de gewone
begroting kunnen worden overgebracht.
Meer in het bijzonder is onzeker het
aantal personeelsleden, dat al dan
niet door indiensttreding bij de staat
rechtstreeks ten laste van het rijk zal
komen, alsmede hoe de rechtspositie
van dat personeel zal worden geregeld.
De bewindslieden verstrekken voorts
een gespecificeerde opgave van het
personeelsbestand, zoals deze van het
hof is ontvangen. Hieruit blijkt dat voor
't onderhoud van paleizen en parken
Den Haag, Amsterdam, Het Loo en
Soestdijk 77 man werkzaam is. Aan
overig personeel- en personeelgarages en
stallen 47, huishoudelijk personeel 66, con
cierges, portiers, boden 18, telefonistes
9, bosarbeiders en jachtopzieners 23, ad
ministratief personeel 26 en hofdignita-
rissen 13, allen tezamen 279 personeels
leden.
Ter verduidelijking van de begrotings
post .joVerige zaken" verstrekte het hof
een specificatie van kosten die op het
ogenblik ten laste van de koningin ko
men: onderhoud diverse gebouwen en
bossen f 63.000,-, onderhoud inventarissen
e.d. f94 000.verplichting en verwar
ming f 141.000,-, kosten auto's (waaron
der huur) en paarden f 174.000,- tele
foon-, bureau- en algemene kosten
f 303.000,- en representatie en diversen
f 325.000,-, een totaalbedrag opleverend
van f 1.100.000,-.
Ojoekwoe: strijd
begint pas
OJOEKWOE (Reuter) De Blafraan-
se leider, luitenant-kolonel Ojoekwoe
heeft de geruchten dat de Biafranen op
het punt staan de strijd op te geven en
een regering in ballingschap te vormen,
als volslagen nonsens betiteld, en gezegd
dat de oorlog in feite pas begint.
Hij verklaarde op een bijeenkomst van
de raadgevende vergadering In Oemoe-
ahia dat de Biafraanse troepen gereed
staan voor nog hardere strijd, en dat
„onze guerrillastrijders In grotere aan
tallen worden geoefend en uitgerust".
Buitenlandse agenten mogen dan pra
ten van een Biafraanse regering in bal
lingschap, „God verhoede dat ook maar
één Biafraanse leider ooit zou overwe
gen er op dit moment tussen uit te
knijpen", aldus Ojoekwoe.
Tunesië boycot
Arabische Liga
n MS (Reuter-AFP) De Tunesi
sche regering heeft besloten voorlopig
alle bijeenkomsten van de Arabische Li-
ga te boycotten, zo Is in een communi-
qué bekendgemaakt. Naar het oordeel
van Tunesië is de huidige Arabische po- I
litiek niet afgestemd op de realiteit. Het
weigert daarvoor verantwoordelijkheid
te aanvaarden.
Tunesië wil Roede betrekkingen mei
elk der Arabische landen blijven onder
houden. maar is ervan overtuigd „dat
de Arabische Liga niet langer een plat
form vormt voor inter-Arabische sa
menwerking en dat voor elke actie om
het hoofd te bieden aan Israël een kli
maat van vertrouwen tussen de lidsta
ten vereist is, gevrijwaard voor conflic
ten, haat en nijd en ideologische strijd,
een klimaat dat de Liga tot dusver niet
heeft kunnen scheppen".
Studenten mogen
stukken inzien
DEN HAAG Minister Vering» (O.
en W.) heeft hel N.S.R.-bestuur gisteren
tijdens een audiëntie verzekerd, dat aan
neming van zijn begroting voor 1969 niet
betekent, dat de inschrijfgelden daar
door worden verhoogd. Voor die vcrliO'
ging Is een wijziging nodig van de we
op het wetenschappelijk onderwijs en d<
minister zal daarmee wachten totdat bij
met de N.S.R. alle aspecten van de
studentenvoorzieningen volledig zal heb
ben besproken.
Voorts heeft minister .Veringa zich op
verzoek van de Nederlandse Studenten
Raad bereid verklaard om bij wijze van
experiment tot 1 januari 1969 de N.S.R.
inzage te geven in de uitgaande stukken
betreffende de algemene studentenvoor
zieningen. Wat betreft ingekomen stuk
ken zal dit slechts gebeuren als de af
zender daarin heeft toegestemd. Publi-
katie door of vanwege de N.S.R. van
ter inzage verstrekte stukken zal alleen
in overleg met minister Veringa geschie
de commissie Van Dijck. Voor wat be
treft nieuw in te stellen commissies is
minister Veringa voorstander van „be
richtgeving in Fazen" terwille van de al
gemene discussie. In dat licht zullen door
hem ook verzoeken van reeds ingestel
de commissies om tussentijds te publi
ceren worden bezien. Minister Veringa
schijnt (nogl niet Ingegaan te zijn op de
els van de N.S.R. om ook de verrichtin
gen van de ministeriële commissie An-
driessen (studietoelagen) reeds openbaar
te maken. Volgens de N.S.R. moeten
stukken van de overheid in beginsel
openbaar zijn.
Terzake het reeds genoemde punt van
de studentenvoorzieningen bestaan er
momenteel twee visies. In de ene visie
moet de aparte organisatie daarvan sa-
menhanRend geconcentreerd zijn bij
het ministerie van O. en W., in de an
dere visie is er geen behoefte aan apar
te voorzieningen maar moet er een in
passing plaatsvinden. In de algemene
voorzieningen verspreid over diverse mi
nisteries. De N.S.R. zal thans in infor
meel overleg met diverse ministeries de
consequenties van deze twee visies on
derzoeken.
Aan de audiëntie namen behalve leden
van de studentenvakbeweging ook een
lid van „Stud 75" en een waarnemer van
het Nederlands Studenten Akkoord (de
oppositie) deel.
Arabische meisje-s uit een
Israëlisch vluchtelingenkamp heb
ben gisteren op Schiphol een
speelgocgpop gekregen. De acht
jarige Zak gin El Rashaida en dr
negenjarige Hania Murad zijn »w
Nederland aangekomen, op initiatief
van de Stichting Terre des Hommes,
om hier door een plastisch chirurg
behandeld te worden. Zij kregm
ernstige verwondingen tijdens de
jwnt-oorlog van vorig jaar.
(ADVERTENTIE)
DEN HAAG (ANP) H.M. de Konin
gin heeft zich bereid verkluard aan do
letterkundige Gerard Walschap de
Prijs van de Nederlandse Letteren 1968
uit te reiken. Deze uitreiking zal plaats
vinden tijdens de 18c algemene conferen
tie der Nederlandse letteren in een be
sloten bijeenkomst in het paleis op de
Dam te Amsterdam, op vrijdag 4 okto
ber a.s.