Industriële vormgeving INSPIO-LISA De tragiek van de seksualiteit DE LEIDSE COURANT r Copiers Glldeservles Nieuwe roman van Isaac Faro Als Lisa "s morgens ontwaakt Is ze voor nemens de flat schoon te maken en daar om noemt ze zich Rosa. Die mededeling is zowat het eerste was Isaac Faro doet en meteen zijn we daardoor in de sfeer waarin hij ons wU hebben. Dat Llsa- Rosa maakt het geval een geval niet van de nuchtere werkelijkheid, al speelt die er uiteraard ook een rol, maar van de lUusle. En die illusie wordt volgehouden ln wat er op volgt. Er is weinig werke- 1 ijkers dan de winkeldiefstal, speciaal in warenhuizen. Deze hebben er zich dan ook zo goed mogelijk tegen verzekerd met spiegels en inspecteurs, met tech niek en menselijk vernuft. Helemaal schijnt dat toch niet te helpen. Dat Lisa Harp dus in het warenhuis van de Kuips steelt is het banaalste wat men zich denken kan. Ze doet het echter niet goed en ze schijnt aanvankelijk haar kleine misdaad duur te moeten betalen. Het is zoals Albert Kuip zegt niet maar een geval van gewone uitgestelde beta ling, want het lijkt of Lisa niet alleen het warenhuis bestolen heeft maar ook vernuftig, het is ook vaak ISAAC FARO. gemompeld. Want al spoedig komt bij de Kuips de aap uit de znouw. Ze willen Lisa Harp wier vlugheid en sluwheid en onvervaardheid ze al eerder hebben leren Geslaagd kennen als spionne voor hun bedrijf dat meer omvat dan een warenhuis. geestig parodie. Inspio-Lisa doet inderdaad, zoals het omslag vermeldt aan een James Bond film denken, maar het parodieert deze, het werd zo een modern sprookje, dat, al6 sprookjes meestal, niet ge loofwaardig is. dat als oosterse sprookjes rijkelijk met sex is be deeld. maar dat niet of nauwelijks mo raliseert als sprookjes wél eer» doen. De Duizend en Een Nacht had een doel, het had het doel het leven van de ver telster Sjeherezade te redden. Zo'n doel zal men bij Inspio-Lisa ver geefs zoeken, wat daarom nog niet da delijk modem hoeft te zijn. Lisa Harp gaat als bedrijfsspionne eerst naar een man die een nieuwe manier van plastics maken heeft uitgevonden, daarna komt ze op een grondwinnings- gebied terecht, het Eiland Zeven, waar twee methodes worden beproefd, roest vrij staal, dat ln feite niet roestvrij blijkt te zijn en plastic. Ze maakt daar de zonderlingste avonturen mee en ze maakt er vaak gebruik van een soort kuisheidsgordel, een echt roestvrij stalen pantsert je. Juist iets te gemakkelijk Beproevingsverhaal Ze zal daarvoor op de proef worden ge steld. Een heel oud genre wordt hier door Isaac Faro weer eens bedreven, de beproevingsromans of het beproevings- verhaal, dat men zo vaak ook in sprook jes aantreft Inspio-Lisa is in feite een sprookje, een illusie en het heeft als het sprookje ook meestal zeer goed geohserveerde, soms bepaald banale werkelijkheidsele menten Isaac Faro heeft destijds bij Van Oor schot gedebuteerd met Heksen huilen niet of de oranje pyjama, waarin hij reeds zijn zeer persoonlijke opvatting van humor zieh liet, later verschenen van hem De rokkenjagers, een „histo rische" roman De Knagende Worm en Damesverhalen, waarin sex zeer vrije lijk gebruikt werd. zodat het lectuur ls voor mensen die tegen een stootje kun nen. In het bijzonder, omdat de humo rist, die Isaac Faro zonder twijfel ls. wel verschillende karakters toont, maar deze toch van bepaalde eigenschappen ont ledigt. Zijn mensen, de Kuips met onder hen de geniale Bernard, die er zo achterlijk uitziet, zijn toch geen werkelijke men sen. zU zjjn verhaalfiguren met wie Faro zijn spel speelt Dat spel ls vaak ,AL DAT GEDOE. een bezoekster, ze lqkt een zakkenrol- ster. „Deze keer is het een politiezaak", zei A Kuip u diaaid- •ner. Terwijl hij sprak, wreef bij geërgerd duim en wijsvinger van zijn rechter hand over elkaar. Lisa keek ook naar het merkwaardige horloge, dat Thea Kuip op tafel had ge legd. Een miniem uurwerkje was gezet in een doorboorde smaragd, die aan een gouden kettinkje bevestigd was. „Deze keer?", vroeg het heertje dat misschien de directeur was, „u heeft de dellnquen- te eerder meegemaakt?" ..Nog geen kwartier geleden", antwoordde Kuip ..een simpel geval van uitgestelde be taling". Het telefoontje van Albert Kuip brengt een Inspecteur ten tonele „Inspecteur', zei Kuip. „ik ben blij dat u zo snel ter plaatse bent Deze dame ls door de Juf frouw hier beroofd van dit polshorloge- Het werd aangetroffen ln de mouw van de juffrouw." Jeugdherinnering Maar Lisa herinnerde zich een verhaal dat ze als kind had gelezen, greep het horloge, sloot het ke' tink je lond haar pols en zei: „Ziet u dat het eigenlijk al te nauw ls voor mijn pols en ziet u dat mevrouw daar polsen heeft, die een pol derjongen niet zouden misstaan en die zeker twee keer zo dik zijn als de mijne? En wilt u de wijsvinger van de heer Kuip eens voelen? Die kleeft van het stukje leukoplaat waarmee hij het hor loge stiekem ln mijn mouw heeft ge plakt Aan de binnenkant van de voe ring. want die ls gescheurd." Ze meende een bewonderend gemompel te horen De Inspecteur zei vlot: „Het laatste deel van de door u afgelegde ver klaring ls moeilijk te controleren, maar het eerste deel is niet te weerleggen Hl) schreef op als verdachten: Els Ra- tlnk en Olga Appel en als getuigen Pie- ter Duim, Thea Kulp-Smit, Albert dat een ontmoeting met drie personen Kuip, Bernard Kuip, en Lisa Harp". vertelt, die de schrijver zou moeten Het bewonderend gemompel ia inderdaad helpen, maar die de schrijver nauwe- Nlet dat Lisa zo kuis is. haar grootste verlangen namelijk is bemind te wor den. Ze wordt dan ook verliefd op een der leiders van het Eiland Zeven, die later vluchten moet. Ze werkt ook voor hem. naar ze meent tegen de bedoelin gen van de Kuips ln. Maar als ze ten slotte op het Relaxcentrum van de Kuips komt. blijkt alles maar als een proef te zijn bedoeld. Ze is geslaagd, haar „verraad" wordt haar niet aange- Humor kan tragische kenmerken heb ben. hij heeft die zelfs meestal, maar ln Inspio-Lisa. dat, evenals zijn ander werk. behoudens Faro's debuut, bij Querido te Amsterdam verscheen, is die tragiek slechts in potentie aanwezig. Lisa die zo graag bemind zou worden, wordt namelijk niet bemind- Daarin zou men een moraal kunnen trekken, maar dat Is Faro's bedoeling waarschijnlijk niet Hij wil uitsluitend vermaken en parodiëren, wat uiteraard ook verma kelijk kan zijn. Ondanks zijn onmisken baar vernuft en zijn fantasie, zijn bril jante schrijftrant blijft hij te veel in zijn spel steken en mist Inspio-Lisa die beslissende waarachtigheid, die ook het meest speelse avontuur en het moest fantastische de realiteit van het visioen kan geven. Met andere woorden: Faro maakt het zich juist iets te gemakkelijk. JOG PANHUIJSEN WERK VAN KUNSTENAARS DIE ONS LEEFKLIMAAT PRETTIGER MAKEN Een eeuw geleden ongeveer begon het tijdperk dat wel is aangeduid als de industriële revolutie. Tal van zaken die altijd met de hand waren gemaakt kwamen nu in grote gelijk vormige hoeveelheden uit de ma chines rollen. De produkten werden er niet mooier op. De machinale ver vaardiging werkte vereenvoudiging in de hand en al gauw waren er verontrusten die een terugkeer naar het „eerlijke handwerk" bepleitten. Anderen dachten verder. Zij begre pen dat het mogelijk moest zijn ook machinaal verantwoorde produkten te maken. Speciaal in Engeland werd op dit gebied pionierswerk gedaan. Zo werd een nieuw begrip geboren: industriële vormgeving, begrip dat niet meer weg te denken is uit onze moderne samenleving. In het Amster dams Stedelijk Museum is tot en met 23 juni een tentoonstelling te zien die aangeeft hoe de stand van zaken op het gebied van de industriële vorm geving in Europa vandaag de dag is. T.v.-torate* i i do Ewoad 8tig IJndborg (1969). In „Het Stedelijk" te Amsterdam In het Engeland van de vorige eeuw en spoedig ook in andere landen van Europa werden kunstenaars aangetrokken, die belast werden met 't ontwerpen van machinale massaprodukten. Dat eerste huwelijk tussen kunst en techniek verliep niet erg succesvol. De kunstenaars zagen het vooral als hun taak om „versierend" op te treden. Het was de tijd van de art-nouveau, de tyd van krulletjes en overbodige tierelantijntjes. Maar art-nouveau verbloeide snel en de kunstenaars leerden haast even snel, dat hun taak een nederige was. Een van de Nederlandse pioniers op dit gebied, de thans bejaarde maar nog steeds actieve Piet Zwart, heeft van de industriële vormgevers eens gezegd: „Zij kunnen hoogstens orga nisatoren zijn van de moge lijkheden die de technische produktiewjjze biedt. Hun taak moet ztyn de gebruiks- synthese te bepalen van stof en produktiewijze. Alles wat zij meer doen is schminken". Schoonheid van alledag De tentoonstelling Amster dam laat zien dat de in dustriële ontwerpers vaat van daag het schminken" al lang hebben afgeleerd. Het is zeker een tentoonstelling, die waard is een publieksucces te worden. Al was het alleen maar omdat men er tal van dingen tegenkomt, .die men kent uit het dagelijks leven en waarvan men allang ver geten is, dat zij behalve nuttig en praktisch óók mooi zijn. Wij zagen er hei servies goed, dat we elke dag ge bruiken, de glazen waaruit we soms drinken, foto's van de bus, die ons naar het sta tion had gebracht en van het interieur van de trein, die ons naar Amsterdam vervoerde. En ineens be dachten we dat het passend zou zijn om dank-u-wel te zeggen tegen de heren Belle- froid, Copier en Rietveld, die ervoor gezorgd hebben, dat ons dagelijks leefklimaat een stukje prettiger geworden is. De tentoonstelling toont werk van tweeëntwintig Neder landse ontwerpers en van evenveel ontwerpers uit an dere Europese landen. Men kan er zien, dat ons land meetelt en doordat van en kele Nederlandse ontwerpers ook vroeger werk te zien is, ervaart men tevens, dat dit niet van vandaag of gisteren is. Van Piet Zwart is er al een stoel uit 1910, die van daag nog gezien mag worden. Er is zijn befaamde Bruyn- zeelkeuken uit 1938, die een totale omwenteling betekende voor de „werkplaats" van de Nederlandse huisvrouw en uit 1968 een fraai d rink- servies van Leerdam. We moeten ln ons verhaal wel een paar namen van fa brikanten laten vallen. Zij zUn het tenslotte, die de kun stenaars aantrekken en aan het werk houden. We noem den Leerdam en dan moeten de Phlllpsontwer- we uiteraard Andries Dirk Copier noemen, de geniale glaskunstenaar, die in staat was om in grote vrUheid te werken aan zijn gerenom meerde „unica", maar die tevens ontwierp voor de mas sale produktie. Uit 1933 da teert zijn befaamde drink- servlee „Gilde", een servies waar het laatste sprankje „schmink" ls uitgebannen. dat na vLjfendertig Jaar nog dezelfde nobele eenvoud bltjkt te hebben, die het ook nu nog sterk bij het kopers- publiek doet aanslaan. Ed- mond Bellefrolds serviezen voor Mona hebben ook die eenvoud ln een ideaal uit gebalanceerde vormgeving, die het vooral ln wit zo voor treffelijk doet. Nóg een pionier: Willem Hendrik Gispen, die ver zyn tfjd voor uit was met z|Jn stalen meu belen en lampen, Willem Rietveld, zoon van de be faamde architect, die op velerlei gebied voortreffelijk werk leverde. We kunnen niet alle namen noemen, willen echter nog één Nederlander vermelden omdat die aantoonde, dat een goed ontwerp vaak een com mercieel voordeel oplevert. Friso Kramer ontwierp in 1956 de „revolf'-etoel, die werd uitgebracht door Ahrend N.V. De A hrendver kopers zagen aanvankelijk niet veel in het kantoorstoeltje en er kwam maar een enkele hier en daar in een etalage te recht. Maar ze werd een on gekend verkoopsucces, om dat het publiek de stoel ont dekte als mooi, goedkoop sn 'passend in een modern huiskamerinterieur. Als eet kamers t oei heeft de revolt zijn weg naar duizenden Nederlandse gezinnen ge vonden. Olivetti Iets dergelyks is met Olivetti gebeurd. Voor de oorlog een naam. die buiten Italië nau welijks bekend was. In 1940 werd Marcello Nizzoli aan getrokken als ontwerper. HU toonde aan, dat een schrijf machine niet het lelUke 8chrijfding hoeft te zUn, dat het tot dan toe geweest was. ZUn ontwerpen sloegen aan en Olivetti is thans een van de grootste schrtjfmachlne- fabrtkanten ter wereld. De machines van Nlzsoll staan in Amsterdam, samen met telexapparaten, radiotoestel len, medische apparatuur, werktuigen en andere dingen Horen zij er wel in fAuiaf We leven in ren tijd dat kunst i»* de traditionele tin hos langer hoe meer op de achtergrond raakt. Voorspeld is al, dat het kunstobject als zodanig ge heel zal verdwijnen en dat kunst dan onze gehele om geving sal zijn. Alles waar we wonen, werken of spelen sn alles waarmee we wonen, werken of spelen. Of het Wer kelijk sover sal komen, is een vraag waarop niemand het antwoord weet. Oelukklg is 't wel to. dnt ilr fabrikanten die onze wereld moeten stof feren hoe langer hoe meer overtuigd raken ras het be lang van een goede vorm geving. En dat er vormgevers zijn, die zonder schmink willen werken, eerlijk en ver antwoord. Daarbij geholpen door produkHemethoden, die veel meer mogelijkheden bie den dan de primitieve ma chines van een eeuw geleden en door materialen (plasties bijvoorbeeld), die probleem loze oplossingen bieden voor vraagstukken van vorm en kleur. derlandse produkten «n een keur van wat het buitenland biedt. Men kan er weer zien hoe goed er bijvoorbeeld in Scandinavië gewerkt wordt, vooral door de befaamde A rabla-ontwerpers. Man kan er zien, dat Italianen soms proberen toch weer wat „schmink" toe te laten, dat d« Engelsen en Duitsers (deze vooral in technische opgaven hun mannetje staan en dat in Joego-Slavië een Savnik bezig ls op een wUze, die ln niet* voor het besto uit West- Europa hoeft onder t« doen. De tentoonstelling ls heel royaal opgezet cn laat van alle Inzenders toch maar en kele dingen zien. Het zal wel vanwege de overzichtelijk heid zijn, dat de keuze tot Europa beperkt bleef. Zou ze. zoals wij hopen, een succes blijken, dan verdient het wel licht aanbeveling om een vol gende maal eens te tonen wat Amerika op dit terrein te bieden heeft. de in Indonesië geboren Kho IJang Ie (1967). Drie verhalen, waarin schrUvers op treden heeft Alfred Kossmann samen gebundeld in een kleine Reuzen salamander die bij Querido te Amster dam verscheen. Na zUn reisboeken, die terecht een grote bekendheid ver wierven en waarin h(j dus soms min of meer gecamoufleerd zelf op trad, is hU weer overgegaan naar het misschien creatiever verbeeldingsver haal. Fictie hoeft namelijk niet direct creatiever te zUn en zeker niet slt|jd sterker creatief dan het reisverslag, dat ook de gemoedsindrnkken van de reis weergeeft. Fictie en verslag kannen trouwens vaak harmonisch samengaan en elkander verhelderen. Dat is ook in De Vrouwenhaters hel geval, waarbij de auteur zelf nog dui delijk optreedt in het eerste verhaal lijks helpen kan. We staan in dat eer ste verhaal het dichtst bij de wijze van mededelen van Reislust of Clownsreis al gaan we er nauwelijks op reis. Men vindt in dal verhaal dezelfde lichtheid cn ironie als in de reisverslagen, het zelfde spelen met de situatie cn de mensen in deze situatie, die ook hier. zij het in het eigen land, vreemdelingen zijn, mensen die door de verteller maar ten dele begrepen worden, er is ook als zo rijkelijk in Reislust en-Clowns- reiz de zelfspot en de zelfbepaling. De auteur is zich bewust hoe hulpeloos de omstandigheden en de mensen hem kunnen maken en hij tracht ons hem zeker niet zelfvertrouwder te laten zien dan hij is. Om deze lichte toon is het eerste ver- haal het meest humoristische. Het masochisme, dat Alfred Kosmann in de literatuur bestudeerd heeft hij gaf Sacher Masochs werk uit in het Neder lands destijds is hier nog iets eigen aardigs, zelfs iets koddigs, de persoon, die eraan lijdt, zit ermee, maar er rijn ook vermakelijke kanten aan. In de kwee volgende verhalen echter begint Drie verhalen van Alfred Kossmann dat masochisme zo levensbepalend te worden, dat men er de vermakelijke kanten wel van vergeet. Ze hadden het schrijfvermogen van een Kossmann van node om te worden wat ze zijn, om de tragiek van de seksualiteit zonder ophol te tonen Alfred Kossmann schrijft, speciaal in 't eerste verhaal Bezoeken aan Schrijvers, uitermate „droog", hij probeert het ver haal zo onbesmet mogelijk te houden van persoonlijke sentimenten, al is hij steeds, ook in de twee andere verhalen, aanwezig als toeziener. Hij kijkt dus en beschrijft het bekekene in een taal, die ontdaan is van alle retoriek, maar juist daardoor verhelderend cn beel dend. Wie al eens een boek van Kossmann gelezen heeft, zou die taal onmiddellijk herkennen, ook al kreeg hij een dezer verhalen onder ogen zonder dat hij zich vooraf vergewist had van wie het verhaal was. Dat wil zeggen, dat Alfred Kossmann tot de originele auteurs behoort, en niet tot de navolgers en de handige verzin nen die dikwijls met hun werk meer de aandacht van het publiek trekken. Een schrijver is namelijk een taalman, hij is werkelijk waardevol als hij de taal op een volkomen eigen wijze ge bruikt en zo een eigen resultaat be reikt. Ook in andere gebieden van het geestesleven wordt die waardevolheid /o bepaald. Indien het middel tot uit drukking op eigen wijze wordt ge bruikt, wordt de gebruiker tot een oor spronkelijk en creatief persoon, in de lytteren, in de kunst en ook zonder enige twijfel in de wetenschap. Mensen die dat doen behoren tot de aparte orde der wezenlijk creatieven en die zijn zeldzaam. Men hoort in de laatste tijd veel over creativiteit spre ken en dan wordt het wel eens voor gesteld, dat vrijwel iedereen tot wer kelijke creativiteit ln staat zou zijn. Dat is echter niet het geval of maar in zeer beperkte, bijna te verwaarlozen Het model In het tweede verhaal van Kossmann ligt een oud man, een schrijver van geromantiseerde biografieën die zich een grote faam verworven heeft in het ziekenhuis. Hij heeft een atttaque gehad en zijn geestesvermogens zijn daardoor belemmerd, maar al kan hij zich maar moeilijk uiten, hij is zich nog vrij goed van zijn situatie bewust. Onder zjjn papieren vindt zijn zoon een verhaal dat volkomen anders is dan wat zijn vader gewend was te schrijven, het is sadomasochistische pornografie. Dc zoon, de verteller van Het Model, laat het verhaal met dezelfde titel van zijn vader door rijn vrouw Marjan lezen. „Wat vind je ervan?" vraagt hij aan zijn vrouw. Idioot, vindt die. „Ik be grijp niet dat verstandige mensen zich met zulke onzin bezighouden" „Vond je het boeiend?" „Boeiend? Het deed me niets. Al dat gedoe kan mc niets schelen. Hoe komt je vader op zo'n onderwerp?" Het is dc reactie die zeer veel mensen op dit soort werk hebben cn niet geheel zonder aanvaardbare redenen. Maar de verteller begint dan zijn vaders werk te verdedigen. Hij geeft toe dat de pornografie meestal in ge loofwaardigheid te kort schiet, dat ze nogal een mechanische aangelegenheid is. Maar zijn vader zou dat vooral ln de hoofdpersoon Anna doorbroken hebben, al laat het genre niet veel ge loofwaardigheid toe ..Anna is een karakter", zegt hij, dat heb je zonder twijfel gezien, een karakter uit één stuk, zij is prachtig te goeder trouw. Is ze ooit op het idee gekomen, dat Arnold en Erik haar erin hebben laten lopen t Die zwoele sfeer op dat atelier, die liefde onder de schijnwerpers, die weken tan goed kops prentbriefkaarten, die eerste obscene foto, was het niet allemaal geënsceneerd f Vader suggereert het, maar Anna komt niet op de gedachte. Zij is de belichaming van garde trouw in deze wereld van bedrog en be rekening, dat is haar tragiek. Zij ge hoorzaamt uit overtuiging, ook uit liederlijkheid, goed, maar omdat ztj enkel zichzelf kan zijn in gehoorzaam heid, de vrouw als object, die omdat ze in liefde gelooft, gelooft in de man van haar keuze, zelfs ais deze haar wijs maakt dat liefde en pijn bij elkaar horen en haar op de wreedste manier uitbuit". De vrouwenhaters Het laatste verhaal De Vrouwenhaters handelt weer over een schrijver en een roman die deze geschreven heeft met dezelfde titel. Vrijwel al deze schrij vers in het boek van Kossmann zitten geestelijk onder Invloed van hun seksuele aanleg klem maar bij deze laatste auteur is dat wel het meest het geval. Seksualiteit is in deze tijd het gewoonste onderwerp dat men zich denken kan. en zijn uitgever meent dat de auteur niet kan concurreren met wat jongere schrijvers op dit go- bied leveren. Dc auteur is dus niet al leen verward geraakt in zijn eigen vrouwcnhaterlj, hU ls daardoor ook uit de boekenmarkt gestoten. Seksualiteit kan blikverengend werken, ook bU schrijvers, Kossmann daat dit in De Vrouwenhaters duidelijk zien, zijn onderwerp ia daarom in zekere zin be perkt, maar hij heeft er uitgehaald wat er uit te halen is met Ironie zowel als met bewogenheid voor degenen die ln hun seksualiteit vastlopen, al wordt die bewogenheid vrijwel nooit direct geuit. Er zullen lezers of lezeressen zijn die op zijn werk wellicht hetzelfde reageren als Marjan op het verhaal Het Model, maar dan hebben ze niet ge heel gezien hoe het zakelijk beperkte onderwerp door Kossmann behandeld W*rd- JOB PANHUIJSEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 9