BONNIE EN CLYDE STELEN EN MOORDEN MET ALU GEWELD HEFTIGE REACTIES IN Y.S. {tan onze correspondent nans citroen") NEW YORK Bonnie en Clyde waren gangsters, die in het door de depressie geteisterde zuidwesten van de Verenigde Staten omstreeks 1930 roofden en vaak volstrekt zinloos (voorzover men ooit van „zin" kan spreken) hun slachtoffers doorzeefden met de kogels uit hun vele pistolen en geweren. Clyde Barrow en Bonnie Parker waren „kleingoed" vergeleken bij John Dillinger en de zijnen, maar hun kogels waren niet minder dodelijk en de koppen van de kranten uit hun tijd spreken duidelijk van de terreur, die zij uitoefenden. Het is altijd weer geruststellend voor de brave burgers, die wij willen zijn, om te vernemen, dat misdaad niet loont en dat Bonnie en Clyde vroegtijdig aan hun einde gekomen zijn. De persinformatie van Warner Bros Pictures Inc., die de geschiedenis van Bonnie en Clyde in een film laten her leven, spreekt de simpele taal, die ons zo lief is: „Bonnie en Clyde" is de kalme, dramatische vertelling van de ontmoe ting van Bonnie' en Clyde, hoe zij terecht kwamen in een leven van kleine misdaden en later grote misda den en hoe zij uiteindelijk vernietigd werden. Zij brachten terreur en beroe ring aan allen, die met ze in aanraking kwamen en zij hadden zelf weinig geluk". - Vooral die laatstezin vind ik aan- ■"doenlijlA. Voorzomer wij ooit dachten, dat een mens regelmatig kan doden en toch gelukkig zijn, blijkt, dat wij ge rustgesteld kunnen zijn. Dat kan niet, blijkt nu. ondersteund weet. Er komen ook, gek genoeg, een aantal amusante scenes in de film voor, scenes, die onderstrepen hoe gewoon en genoegelijk, hoe klein burgerlijk genoegelijk psychopaten kunnen zijn. Een ander deel van het publiek kryt van afgrijzen als de kogels In de lichamen gaan slaan en ik neem beat aan, dat er mensen flauw zullen vallen. Maar als men niet flauw valt en van nature niet behoort tot de schaterlachen* dan kan men zitten kijken met de afschuwelijke deernis voor de aberraties van de mena, die voor simpel geluk geboren wil worden en zichzelf verwoest omdat zijn daden groter zijn en afzichtelijker dan hij zelf ia. Ik weet te weinig van film om te kunnen vertellen wat de daden van producer-acteur Warren Beatty (Clyde) en actrice Faye Dunawa'y (Bonnie) In vroeger tijden geweest zijn. Wat mij zeer ln het bijzonder opviel was het gebruik ven de stilte. Er la geen onzichtbaar orkest, dat op alle mogelijke en onmogelijke mo menten in het gekerm, dat filmmuziek heet, losbarst. Maar de filmredacteur zal ongetwijfeld kunnen vertellen, dat deze rol van de stilte b(j goede films vanzelfsprekend ls. De film ls opgenomen op de plaatsen waar de gang plunderde en die plaatsen zijn meestal nog in dezelfde troosteloze staat als In de jaren '30. processen gangsters „Bonnie and Clyde" is een grandioze film, die op een uiterst simpele wijze de verwarrende vragen over de zin van ons bestaan met nog een paar aanvult. Er zijn ongetwijfeld immorele films, scheid neemt van degeue. die door kogel, mes of granaat wordt getroffen en het afzichtelijke van de bloedige dood aan de fantasie overlaat en de fantasie kijkt wel uit. In ..Bonnie en Clyde" wordt niets aan de fantasie overgelaten. Men ziet de kogels in de slachtoffers slaan en men realiseert zich met een schok, dat dit niets te maken heeft met het „indiaantjespelen", dat wij als volwassenen voortzetten als wij naar James Bond c.s. zitten te kijken. James maar of „Bonnie and Clyde" immoreel is acht ik zeer de vraag. Laten wij het gegeven wat nader gaan volgen. Bonnie en Clyde ontmoeten elkaar toe vallig als Clyde tracht de auto van Bonnie te stelen. Clyde overtuigt Bonnie van het feit, dat hij een gangster is, die met het pistool in de hand overvallen pleegt. Om zulks te bewijzen neemt hij haar mee in haar eigen auto en steelt geld in een winkel. Bonnie is verrukt over deze daad en de man die hem verricht, en in een woeste scene in de auto wegrijdend, tracht zij hem te ver leiden. Dan blijkt Clydes defect. Hij is impotent: „I'm no lover-boy". Op hun rooftocht ontmoeten Bonnie eh Clyde de jongen „C.W.", die bijzonder handig is met automobielen en ge drieën trekken zij verder (de werke lijke Bonnie was uitermate geschikt voor driehoeksverhoudingen met jonge jongens als tweede partner, maar in de film blijkt dit nauwelijks). Later voe gen zich Clydes broer, Buck, en diens vrouw, Blanche, bij het groepje en de „gang" van Barrow trekt plunderend en moordend door Texas, Missouri, Kansas, Nebraska en Iowa. De „gang" neemt sheriff Hamer ge vangen en vernedert hem, onder meer door het nemen van foto's van bende leden met de gebonden man. (De gang fotografeert druk en legt vele platen met veel schiettuig voor de overleve ring vast). Clyde weet Bonnie met de grootste moeite ervan te weerhouden om de sheriff te doden, maar duwt hem wel gebonden in een boot een meer op De bende levert verbeten vuurgevech ten met de politie en in een van deze gevechten wordt Buck gedood en blijft Blanche achter bij haar dode man. Bonnie en Clyde worden ernstig ge wond Als Clyde eindelijk niet faalt als minnaar en het tweetal tevreden en verzadigd verder trekt, vallen zij in een hinderlaag verraad en worden zij door 87 kogels doorzeefd. Bond is even irreëel (en daarom voor de „liefhebbers" aanvaardbaar) als ech te pornografie irreëel is. Wij schouwen in een droomwereld waarin alle aggressies en lusten zo gekanaliseerd worden, dat er geen sprake meer is van afgrijzen en onmacht. Het geweld in „Bonnie and Clyde" is een uitermate verwarrend geweld om dat het geen zalige aggressiedroom is, maar de vernederende wetenschap, dat dit de wijze is waarop wij ons leven beheren. James Bond voert zoals Kingsley Amis in zijn Bond-analyse aantoont mechanisch de opdrachten van de goede vader M. uit en is als zodanig moreel aanvaardvaar. Hij heeft zelf wel geen moraal, maar hij strijdt voor het „goede", want M. vertegenwoordigt het goede. De schurken waar Bond tegen strijdt zijn oprechte schurken, boze, kwade, sadistische, duivelse maal niet 'Aodig geweest" zegï Clyde, en gaat over tot de orde van de dag. En die orde van de dag is Bonnie op zijn incomplete manier beminnen en met haar en zijn bende als een vrolijk groepje kampeerders door het land te trekken. Zij dromen van een rustig en gezapig leven en zij houden op een bijna ontroerende manier van elkaar. Nu moet de lezer niet denken, dat zij zo bijzonder aardig zijn. Want Clyde kan in een razende, vernietigende drift losbarsten en Bonnie kan een onge lofelijk kreng zijn. De drift en de krengerigheid uiten zich echter op een maatschappelijk onaanvaardbare wij ze: door stelen en moorden. Omdat zij psychopaten zijn en dus geen besef van moraliteit hebben. Er is een onvoorstelbaar prachtige scene in de film: Bonnie, Clyde en hun bende gaan op familiebezoek. In een onwezenlijk licht en vertraagde bij na dromerige bewegingen is er een picknick op het open land. Op de achtergrond bewaakt „C. W." met een groot geweer de groep, maar de groep zelf zit in een genoegelijke reünie bij een. Clyde speelt met een kind en Bon nie overtuigt haar moeder, dat er een tijd komt, dat zij als brave burgers zullen gaan leven. De moeder door breekt de knusse sfeer echter aan het eind met de mededeling, dat zij daar niets van gelooft en dat zij als mis dadigers zullen sterven. Ik heb tijdens het tweemaal bekijken van „Bonnie and Clyde" steeds moe ten denken aan „l'Etranger van Camus. Niet omdat de motieven van de „vreemdeling" dezelfde zouden zijn als de motieven van Bonnie en Clyde, maar juist omdat er totaal geen mo tieven zijn. Omdat die mensen hun existentie leven als vreemdelingen en de consequenties van hun daden ln zichzelf, dus buiten de maatschappe lijke orde, aanvaarden. reacties De reacties van het publiek op de film, die in de Verenigde Staten al maanden de gemoederen bezig houdt en die aan gekondigd staat als een van de tien beste films van het jaar, zyn uiterst wonderlijk. Een deel van het publiek zit regelmatig te schaterlachen. En het is duidelijk, dal vooral de jeugd in een aantal daden en opmerkingen de rebellie tegen de „establishment" De zuster van Bonnie en een familielid van de sheriff hebben processen lopen, omdat zy verontwaardigd z|Jn over de manier waarop hun verwanten z(jn uitgebeeld, en de mode la steeds meer onder invloed van Bonnie en Clyde aan het veranderen. Er zl)n verontwaardigde commentaren, die stellen, dat de fllm-Bonnle en de film-Clyde er heel wat leukor uitzien dan de echte er uitgezien hebben en dat zal weinig verbazing wekken. Op dn foto's van vroeger en nu zal men het zelf wel kunnen constateren. Bonnie and Clyde" die van 22 februari af ook in Nederfnnd wordt vertoond, heeft een danige publiciteit gekregen ln Amerika door heftige controversendie de film uiteraard heeft opgeroe pen. De „New Tork Times" bijvoorbeeld heeft pagina's Ingezonden stukken ver werkt. nadat de filmcriticus van dit blad de film ongunstig had beoordeeld. De controverse gin# en gaat eigenlijk alleen over de inhoud van de film. (Kan men bij het medium film Inhoud en vorm schelden? Het lijkt my wel. Of is het zoals b|J de muziek, dat In houd de vorm bepaalt en omgekeerd?). Het moraliseren over de Inhoud van „Bonnie en Clyde" lijkt mij echter een fraai voorbeeld van do hypocrisie, die vaak tekenend ls voor onze morele verontwaardiging. Het gewold ls het verkeerde geweld en 't Ij geen „clean" geweld. De Nederlandse filmkeuring heeft on getwijfeld langdurig het oog gericht op het zeer zichtbare bloed, dat vloeit en het zou mij niets verhazen als er enige meters uit de film geknipt zouden worden. Het lijkt mij echter wel zo, dat wy eerst goed ziek worden van geweld als wy weten hoe ontzettend geweld ls. die zich hun kwaad doorlopend bewust **%yraT aiin zijn en die dit kwaad dan ook in vol- geweld Laat èr geen misverstand zijn. A'U zün bepaald wel gewend aan ge veld op de film en de televisie. Het anlal mensen, dat wü op de een ol ndere wijze meestal zeer onplezie rig aan hun einde zien komen, is niet meer te tellen. Maar dat is meestal .och niet zo verontrustend als het zou moeten zijn. omdat de camera snel af- ledige overtuiging belijden. Niemand twijfelt bij Bond aan zijn missie; er is een objectief goed en objectief kwaad en het opjectieve kwaad ook al beleden door missionarissen moet verdelgd worden. Dat is alles hecht gezeteld op de overtuiging van alle normale mensen dat er in ieder een duidelijk waarneembaar instinct zit, dat duidelijk waarneembaar dicteert wat goed en wat kwaad is. Wanneer men echter een roman als „In cold blood", van Truman Capote leest, dan ontmoet men plotseling mensen, die dat duidelijk waarneem bare instinct voor goed en kwaad in het geheel niet bezitten. De twee massamoordenaars uit die zeer con- ciese reportage hebben heel gewoon niet dat instinct, dat hen handen wrijvend van berouw en spijt ln hun eel de dood laat afwachten. Zij zijn psychopaten, zeggen wij dan en psycho paten hebben nu eenmaal geen mora li teitsbesef. Het hoe en waarom moet d< psychiater maar oplossen. Bonnie en Clyde zün ongelwülcld psychopaten. Men behoeft geen vakman te zün om er Clydes impotentie bü l< slepen en evenmin behoeft men diei sprurwerk om Bonnies aanzienlijk' aggressie vergroot te zien door haa fysiek onbevredigde liefde voor Clyde Het stelen en moorden is vooi „manier van leven". „Wat jan ik die man moest doden, het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 9