„Kaninefaaten" Mr. G. C. van der Willigen: CARNAVAL ALLEEN VOOR ZETTEN NOORDWIJKERHOUT WEER VIER DAGEN A 7 JAAR NU OOK „BABYFAATEN" OP ZIJN KOP een gemeente leefbaar maken in een veranderende tijd ZATERDAG 17 FEBRUARI 1968 Het bier vloeit rijkelijk, zonder dat het de spuigaten uitloopt. Met een glas geestrijk vocht in de hand stippelen Prins „Cornelus Interflorus" ii President G. v. d. Burg de route uit die de optocht dit jaar zal volgen. r^at ze de vasten afschaffen kan me niet schelen, maar dan moet carnaval verplicht worden", zegt onze .oecumenische cabaretier" Fons Jansen. Een uitspraak die geen opgeld doet voor Limburg en Brabant, onze twee zuidelijke provincies, waar over enkele dagen vriend en vijand gearmd door de straten hossen om, nog meer dan tijdens de jaarwisseling, de zorgen aan de kant te zetten en alleen de zonnige zijde van het leven te bekijken. ,,Us süde" is wel te vinden voor een feeske, dat tot in het holst van de nacht de menigte van de bedden houdt en dat bij het krieken van de dag weer, al dan niet met een kater, wordt voortgezet. Een wild en bruisend feest, dat voor namelijk lijkt voorbestemd voor zuidelijk Nederland en waar zij, die boven de Moerdijk wonen boven de grote rivieren dus zich angstvallig van distanciëren. Zakelijk heid en nuchterheid lijken niet samen te kunnen gaan met ongedwongen feestvreugde. Goed, er worden carnavals verenigingen in het leven geroepen, maar wat zij organise ren en teweeg brengen is in vergelijking met hetgeen de zuiderlingen op stapel zetten „een gezellige verjaardag". )tille zuigeling Jullie zyn te stiekum" wordt ons dan van beneden de Moerdflk itegeroepen. Daar moeten wy het an maar mee doen. In Noordwyker- out had men er bar genoeg van. daarom kon hier geen carnaval ge- ierd worden? Was dat dan zo'n pecifieke Limburgse en Brabantse angelegenheid Nee toch zefcer. En „Alaaf burgemeester" toch had men zich het grote succes dat „De Kaninefaaten" nu alom in den lande heeft, niet gedroomd. Ze ven Jaar geleden zag deze vereni ging het levenlicht. De „zuigeling" schreeuwde nog niet zo van pret zoals dat nu het geval is. Ze keek nog wat onwennig de wereld in en scheen een kort leven beschoren te zyn. Een vroegtijdig einde, zoals het ook met haar voorgangsters gegaan was, omdat deskundige toewijding ontbrak. In G. v. d. Burg had zij echter een voorbeeldige „vader". Na dat Immers enige malen optreden voor de plaatselijke middenstand ge slaagd waren, deed hij een beroep op familie in Brabant, die hem van gegevens voorzag. Daarbij trof de heer v. d. Burg in burgemeester v. d. Weyden een man, die hem totaal niets in de weg legde. Dat zou ook heel verwonderlijk geweest zijn, om dat diens vrouw immers in het Bra bantse land geboren is. Met zo'n „carnavalskind" aan je zjj durf Je gewoon niet te weigeren. Het gebeuren kon echter niet al leen door de middenstanders be leefd worden. Iedereen moest mee doen. Het hele dorp moest op zijn kop staan. V. d. Burg kreeg zijn zin en zo wordt nu leder jaar gedurende enige dagen voor de vasten aanbreekt al het werk neergelegd. De fabrieken sluiten hun deuren, de kantoren gaan dicht en de Jeugd kan de studie voorlopig vergeten. Cornelus Interflores De heer v.d. Burg Is thans druk bezig met de voorbereidingen voor dit jaar. Al vanaf november eigenlijk, toen de nieuwe prins onder de fleurige naam „Cornells Inter flores" op 11 november elf minuten over elf werd geïnstalleerd. Zijn ware naam Cor v.d. Burg- Smit, een van Nederlands meest vooraanstaande bloemen arrangeurs, wordt naar het tweede plan ge schoven. Hard wordt thans gewerkt om dit carnaval tot een groot suc ces te laten worden. Nog groter dan in voorgaande jaren. De propaganda-, pers-, op tocht-, kinder-, zaal-, en financiële commissies zijn avond aan avond in touw en niets is te veel om toch maar geweldig voor de dag te ko men. Het is niet zo dat het werk op de schouders komt van een handje vol mensen. Iedereen is bereid de handen uit de mouwen te steken. Al len willen actief zijn en wie als bui tenstaander straks de optocht gaat volgen zal met eigen ogen kunnen zien hoevelen in de stoet meelopen en dat maar weinig ingezetenen van Noordwijkerhout als toeschouwer fun geren. WH willen hier niet uit de doeken gaan doen wat deze optocht precies zal gaan voorstellen. Het is wel weer een vah de stunts, die door president v.d. Burg is uitge dacht ln samenwerking met „Zijne doorluchtige Hoogheid". Chauvinistisch als hy is heeft de „Kanlnefaatenpresldent" al vele malen de aandacht op zyn vereni ging gevestigd. By de Europa- Cupwedstryd AJAX-DUKLA b.v. toen hy met enige leden van de „Raad van Elf' met een levens grote beker, die uit een vorige optocht was overgebleven ten aan schouwen van 65.000 toeschouwers het middenveld oprende zonder dat hy zyn entreekaartje had behoe ven te kopen. Ook Cees de Lange heeft met het inmiddels ter ziele gegane KRO-programma „Draal en maar", de Noordwykerhouters enige malen voor het voetlicht ge haald en mede daardoor geniet de vereniging nationale bekendheid. Geen zuippartij Waarom Juist in Noordwykerhout „Er bestaat hier helemaal geen standsverschil. Geen verschil in ge loof. Niets, alles is gelijk. De ge meenschapszin steekt duideiyk uit boven die van andere gemeenten." Het is niet zo, zoals velen wel den ken, dat Noordwykerhout getrans formeerd zal worden tot een waar drankdorp. „O nee, wanneer het al té uitbundig wordt, stoppen we met een. We „plannen" altijd van te vo ren. Tot drie uur gaan we door, zeg gen we dan. Maar zien we dan dat om één uur het feest zyn hoogtepunt al bereikt heeft, dan houden we er mee op. Natuuriyk is dan nog niet iedereen meteen verdwenen, maar na een half uur kun je toch wel zeggen dat je een lege zaal hebt." De heer v. d. Burg maakt o.a. deel uit van de gemeenteraad, maar dat laat hem op dit moment bepaald koud. „Als je lid bent van de Raad van Elf word je hoger aangeslagen dan wanneer je zegt dat je gemeen teraadslid bent." En zo leeft Noordwykerhout dan weer vurig toe naar die dolle dagen, die dit keer vallen op 24, 25, 26 en 27 februari. De „Babyfaaten", die zich dit Jaar voor het eerst zullen tonen, openen de ry. En dan is het woord aan „Cornells Interflores" om de stemming erin te houden, wnar- by de boerenblaaakapel „De Koe- tlllers" hem terzyde staan en na tuuriyk de Raad van Elf. President v. d. Burg wil ook nu weer alle „bevriende mogendheden" de loef afsteken. Het „Mien, waar ls myn feestneus?" zal niet van de lucht zyn, evenmin als de bekende caraavalsgroet: „Alaaf"! J.P.A. PREENEN ONTMOETINGEN Een burgemeester kan maar 10% van tvat hij zegt in de krant hebben Mr. G. C. van der Willigen is dit jaar 30 jaar burgemeester. Via Lekkerkerk en de Haar lemmermeer aanvaardde hij drie jaar geleden het burgemeesters ambt in Leiden, waar hij dank zij zijn intensieve contac ten met de burgerij toch wel iets meer is gaan betekenen, dan de „man in de verte" zoals hij zelf de burgemeester van een stad ziet. Menig Leidenaar heeft al kennis kunnen maken met zijn vaderlijke vriendelijk heid, die een spitse, maar speel se geest verbergt. In zijn ruime, representatieve kamer op de tweede verdieping van 't stad huis door opmerkzame en zich nauw van hun taak kwij tende bodes bijna tot een on neembare vesting gemaakt gaf hij een dezer dagen in wel overwogen, voorzichtig gefor muleerde zinnen antwoord op de vragen, die ik als Leids in gezetene graag aan hem wilde stellen. Waar bent u geboren, hoe oud bent u en welk beroep had uw „In Zuidlaren - (docerend) dat schryf je aan elkaar hoor Ik ben nu zestig jaar oud. Myn vader was Ryksontvanger. Weet u niet wat dat is^ Merkwaardig. Daaraan kun je merken dat het een uitstervend beroep is. Een Ryksontvanger heeft de plicht alle belastinggelden te ln- Waarom bent u In Lelden gaan studeren en hoe kent u Leiden uit uw studententyd rkoos Lelden, omdat myn familie daar had gestudeerd en ik deed rechten, omdat ik staatsexamen-b had gedaan. Eigeniyk had ik liever letteren of kunstgeschiedenis willen studeren. Leiden toen en nu is on- vergeiykbaar. Dat hele Zuid-West en Lelden-Noord was er in myn tyd ik spreek van 1928 niet. Het was toen een flinke provinciestad. Het was wel zo, dat je als student toen geen deel uitmaakte van de stad zelf. Je leefde er bulten. Ik onderga Leiden nu heel anders ais ln myn studententyd". lrlt welke motleven bent u burgemeester geworden. Was dat min of meer toeval of ambitie? Ambitie" (zwijgt). „Toen Ik stu deerde zei ik al: Ik wil burge meester worden. Waarom? Tja, dat is zo moeiiyk te zeggen. Het zijn altyd allerlei motieven by elkaar, die ln je gedachten een zekere klem toon geven op een bepaalde functie. Ik had wel een goed beeld van het burgemeestersambt. Als Je altyd op het platteland hebt gewoond, ben je duideiyker geconfronteerd met de burgemeestersfunctie. In de stad zie je zo'n man alleen in de verte. Het aantrekkelijkste vond ik altyd wel van dit beroep, dat je helpt iets tot stand te brengen; er toe bydraagt een gemeente leefbaar te maken in een snel veranderende tyd". Zag u uw leeft yd al» een be zwaar om weer helemaal op nieuw In Leiden te beginnen? gen. Maar het voornaamste bezwaar is niet zo zeer de leeftyd zelf, als wel de periode, waarin ik burge meester van Lelden ben. Zes, zeven jaar is kort. Als je weet hoe lang allerlei projecten duren, dan is er maar weinig wat in die tyd ontstaat en ook tot een einde gebracht kan wordenJe moet veel geduld heb ben als burgemeester". Waarom stemt u op de WD? Kan volgens u een burgemeester aan politiek doen? „In beginsel ben ik voor zoveel mo- gelijk vrijheid. Ik had, heb nog het idee dat een liberale party de meeste vrijheid garandeert, de mees te mogeiykheden geeft tot ontwik keling van eigen krachten. Absolute vrijheid Is natuuriyk een onmoge- ïyke kreet. Ik ben niet direct in een liberale sfeer opgegroeid. Myn va der was vryzlnnïg democraat. Onder liberale invloed ben Ik gekomen, toen ik ln Lelden studeerde, als was die bepaald niet progressief, eerder con servatief. Maar voor de oorlog stem- dede ik al op een liberale party, al heette die toen anders. Een burge meester mag. moet niet, kén vol gens my een politieke keuze doen. Dat wil niet zeggen, dat het verstan dig is. dat een burgemeester aan po litiek doet. Ik zou me niet graag met een bepaalde groep identificeren. Maar burgemeester Oud van Rotter dam, die kon dat, die kon burge meester zyn en fractievoorzitter van de Kamer. Als ik aan politiek ging doen, vrees ik dat Ik het een niet van het ander zou kunnen scheiden. Ik zou teveel partyman zyn. Van een burgemeester wordt verwacht dat hy onpartydlg is". Ik heb u een* op een bijeen komst de opmerking horen ma ken: dat I* typisch leidt. Wat verstaat u daaronder In welk verband heb ik dat ge zegd?" (8topt peinzend zyn pyp». „Een burgemeester kan maAr 10 pet. van wat hy zegt ln de krant hebben. Ik denk, dat ik heb bedoeld, dat hier gepraat wordt, te veel gepraat en dan toch de boot wordt gemist. MiBachien bedoelde ik ook een ze kere betweterigheid. Zou dat het ge weest kunnen zyn? De Leldse be volking Is byzonder vrlendeiyk dat zeg ik niet omdat het ln de krant komt maar af en toe een beetje feodaal. Er heerst hier geen grote-stadsgeest. Dat zou een nadeel kunnen zyn. Lelden kan mede daar door niet altyd zo doelbewust overal op af gaan. Men zegt wel eens, dat steden, die eeuwen binnen muren hebben geleefd, lange tyd, nadat die muren geslecht zijn, nog een blnnen- de-walse-geest biyven houden. Dat staat een goede ontwikkeling van Leiden ln de weg. Maar op onder- wysgebled zyn we vrij proeresslef. We hebben hier praktisch plke on- derwysmogeiykheld. voor ledereen. Daar ben ik geweldig biy mee". ,.rke gecompliceerde problematiek waar de stad mee te kampen heeft. Nee, ik heb geen duldeiyke voorkeur voor bepaalde problemen Geloof me. elk probleem wat Je voor Je krygt is Interessant. De stadsuitbreidingen boeien me wel het meest. Enfin, dan komen we weer bij de slechte grenswyzlglngsinoge- lykheden en daar heb Ik het al zo vaak over gehad. Zo lang dat nog een kwestie is van politiek In een dichtbevolkt land als het onze... Ik geloof dat de doorsnee mens het ge- lukkigst zou worden In een groot land, met veel ruimte. Al die hoog bouw zondpr tuinen I' heeft zich verschillende keren een groot voorstander ge toond van vrouwen In openbare functies. Waarom? ..OIn**» 1*90 worden we door ko- nlnginnen geregeerd. Dat is wel het beste bewy*. dat vrouwen het In openbare fimcties voortreffeiyk kunnen doen. Niet iedere vrouw zou er geschikt voor zyn, maar er la op het ogenblik een soort van axioma, dat alleen mannen een openbare functie naar behoren kunnen ver vullen. Dat zie ik niet. Ik geloof niet dat vrouwen meer, maar wel minstens zo geschikt nis mannen zyn. Als je alleen beschikt over man nen, dan ben Je ln je keuzemoge- ïykheden beperkt. Vrouwen hebben meer intuïtie, meer tact". Op welke kranten bent u ge abonneerd? Wat vindt u van de Leldae pers? Ik kryg de N.R.C., de Nieuwe Leldae Courant, het Leltoch Dag blad en de Leidse Courant. Ik vind ze aardig (zucht). De een wat klet seriger, de ander wat kritischer. Ik heb de indruk dat de stad nog te klein is voor de krant. Ze zitten te veel aan het plaatseiyk nieuws vast. Er zyn toch veel mensen, die geen landeiyk dagblad er by lezen Maar Ik vind de Lledse kranten redelyk. Ten opzichte van gemeenteiyke za ken zeker. Dat komt natuurlijk ook wel door ons bureau voorlichting. Dat zorgt dat de kranten alle in lichtingen krijgen, die ze willen heb- ,,|k probeer altyd overal te komen 1 en met ledereen contact te heb ben. Ik ben hoofd van de gemeente; als ik zelf een bezoek kan brengen aan mensen, dan zal ik dat doen. Nee, niet alleen aan degenen, die 60 Jaar getrouwd zyn of een konink- lyke onderscheiding krijgen. Als er een Leidenaar verongelukt Is, dan probeer Ik zoveel mogciyk naar de begrafenis te gaan of op een andere manier met de familie te praten. Iedereen, die my vraagt een winkel of Iets dergeiyks te openen, zal Ik antwoorden: als ik kan. dan kom ik. Nee. ik zie niet in. waarom ik dan reclame zou maken. Dat kan nie mand my verwyten. Iedereen ge lukkig zijn de mensen er zelf wel selectief in kan my vragen zyn winkel te openen. Amsterdam Is een zeer moeiiyk bestuurbare stad. Ik dacht, dat er. ook teveel gepraat werd In Am sterdam, Nee, nee Heeft u vrüe tyd? Weinig, 's Avonds ben Ik niet voor half zeven thuis. Dan moet ik nog eten. De kranten lezen. Reke ningen betalen. Ja. dat doet myn vrouw meestal wel. maar uiteinde lijk komt toch al alles op haar neer. Als Ik bedenk hoe weinig myn ge zin ln die dertig Jaar. dat Ik burge meester ben. aan my heeft gehad, en hoe Ik van hen geprofiteerd heb dan kan het helemaal geen kwaad toe i te bemoeien. Ik ben een verwoed lezer Ik hou ervan films te zien, i daar komt weinig van. Vele a den moet Ik nog hier en daar Waar gaal u wonen al* u ge pensioneerd bent? „Wroeg.r dacht Ik altyd, als Ik v gepensioneerd ben, gaan we op 30 km ten zuiden van Parijs wonen Maar mijn vrouw wil dat niet. We hebben drie dochters, die hier In Nederland wonen en die zouden we dan niet meer elk weekend thuis kunnen hebben. Bovendien hebben we nu ook een kleindochter en haar grootmoeder zou haar niet meer kunnen missen(lacht), haar grootvader misschien ook wel niet Na myn pensioen, maer dat duurt toch nog wel even. zou ik grnng een heerlijk vry mens willen worden Op de zandgrond. In de hossen willen wonen. Dat heb Ik altyd al gewild maar het lot heeft me steeds In het Westen gebracht". HELEEN CRUL-v. BRUSSEL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 11