E
Harsier wist wat joden wachtte: de dood
Monster
proces in
München
VRIJDAG 13 JANUARI 1967
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 7
(Van onze correspondent)
R staat een man voor de rechter. „Ik heb geen berouw", zegt hij, „ik heb als goed Duitser gehandeld. De Sicherheits-
polizei had nu eenmaal tot taak, de Wehrmacht tegen sabotage in de rug te beschermen. Dat daarbij slachtoffers
moesten vallen, was onvermijdelijk. Mijn stelregel is slechts geweest: vertrouwen in mijn superieuren en gehoorzaamheid
aan hun bevelen. Voor de rest „habe ich es nicht gewusst". De rechter geeft hem twaalf jaar, waarvan hij er acht in
Breda uitzit. Daarna vertrekt hij als vrij burger naar München, waar hij een hoge baan krijgt bij het ministerie voor Volks
huisvesting van de staat Beieren. Een kruimelmannetje op het gebied van de oorlogsmisdaad, zo gezegd. Een nazi na
tuurlijk, en medewerker aan de deportatie van ongeveer 100.000 Nederlandse joden, maar hij heeft het allemaal niet
geweten. In ieder geval is hij veel minder schuldig dan Lages en Aus der Fünten, wier met bloed bezoedelde namen ieder
een in den lande zich met een huivering herinnert en die dan ook de doodstraf krijgen, later bij gratie omgezet in levens
lang. Verklaart Abraham Asscher, voorzitter van de Joodse Raad, die namens het uit te roeien volksdeel het contact met
de uitroeiers onderhield, na de bevrijding niet woordelijk: „Harster? Die naam hoor ik voor het eerst
Herr Doktor Wilhelm Harster. de man.
waarover het hier gaat. zal maandag 23
januari opnieuw voor de rechter verschij
nen, voor het Schwurgericht bel dem
Landgericht München II. om precies te
zijn. Niet als kruimelmannetj e ditmaal,
maar wegens „moord in vereniging op
ruim 82.000 joodse Nederlanders", zoals
de tenlastelegging luidt. En hij heeft het
wèl geweten. Het zwaarste namelijk, dat
de officier van justitie Benedikt Huber
tegen de beklaagde zal hanteren, is een
recente bekentenis van Harster zelf. die
tot ieders verrassing luidt: „Op grond van
ingewonnen inlichtingen dacht ik al bij
het begin van de deportaties, dat de joden
hun dood tegemoet gingen". Als men
zich op dit moment even wil realiseren,
dat de man van 15 juli 1940 tot 29 augus
tus 1943 Befehlshaber der Sicherheitspoli-
zei und S.D. was in Nederland naast
Rauter de belangrijkste politiefunctiona
ris in bezet Nederland dus dan krijgt
men een vaag beeld van de schuldlast, die
hij met zijn bekentenis op zich heeft ge
laden. Nu. na meer dan twintig jaar. be
gint eindelijk het besef te schemeren, dat
Aus der Fünten en Lages slechts beuls
knechten waren, gedirigeerd door een
opperbeul. die Harster heette. Deze super
moordenaar zat acht jaar uit zijn satel
lieten kregen levenslang en wat is er
niet te doen om de vrijlating van Lages?
Hier zit ergens een flagrante discrepantie,
dat kan een kind zien. Over de oorzaak
daarvan straks meer. Eerst de vraag: wat
zal Harster alsnog krijgen, nu zijn masker
juist op tijd (hij is 62 en ziekelijk) werd
afgerukt? „Hij verdient levenslang", zegt
de heer B Sijes. van het rijksinstituut
voor oorlogsdocumentatie te Amsterdam,
die het overwegende deel van de bewijs
last tegen de voormalige SS-Gruppen-
führer und General-Leutnant der Polizei
aan het proces heeft bijgedragen. „Maar
als hij vijftien jaar krijgt, ben ik tevre
den". Uit wraak? En daarmee is tevens
het probleem aan de orde, of dit soort
processen na zoveel tijd nog wel zin heb
ben. De heer Sijes zegt'. „Nee. niet uit
wraak. Wat ik belangrijk vind. is. dat de
straf door de Duitsers zelf woi'dt opgelegd.
Het is een zuiveringsproces. Het Duitse
volk moet leren, dat op wat er gebeurd is.
de zwaarste straffen staan en het moet
dit leren van zijn eigen rechters. Het moet
tot het bewustzijn van de Duitsers door
dringen. dat niet het buitenland veroor
deelt, wat er gebeurd is. maar ..dat de
Duitse rechtsorde i
Doktor Wilhelm Harster dus. Hij wordt
geboren op 21 juli 1904 In het rustieke
Beierse Kelheim. Zijn vader is leraar en
heeft een academisch graad. Er ls ook een
broer, met wie hq later samen op het
gymnasium in München zit. Die broer is
tussen haakjes eveneens in Nederland ge
weest, en wel op een onbetekenende plaats
op het Reichskommissariat van Seyss In-
quart. Hq zou in die tijd dus wel gepro
tegeerd zijn geweest door Wilhelm, vanaf
het begin een van de gelaarsde koningen,
die de dienst uitmaakten ln bezet Neder
land. „Maar", zegt de heer Sijes, „Wq
hebben geen enkele aanwijzing, dat deze
broer ooit met zijn vinger naar een jood
gewezen heeft. Hij is in dit verhaal ver
der niet interessant.
Voorkeur
Wilhelm zelf lijkt aanvankelijk ook wei
nig belangwekkend. Na zijn- gymnasium
studeert hij als zoveel anderen rechten.
Zijn proefschrift (het onderwerp is helaas
niet bekend, maar over de uitroeiing van
joden zal het wel niet gegaan zijn) wordt
in 192? gehonoreerd met een doctoraat.
Onmiddelijk daarna legt hij een voorkeur
voor de politie aan de dag. Hij komt dan
namelijk in dienst bij de Kriminalab-
teilung der Polizei in Stuttgart en wel
als hoofd van het bureau dat zich met
hogere landverraders bezig houdt. Wie
zouden dat wel geweest zijn? Een floris
sant bureau blijkbaar, want in 1933
(kwam ene meneer Hitier toen niet aan
de macht?) wordt het verheven tot zelf
standige instantie en in 1936 gaat het
over naar de Geheime Statspolizei de
belangrijkste afdeling van de beruchte
Sicherheitspolizei. zoals iedereen zal we
ten die een beetje wegwijs is in de duis
tere hiërarchie van het derde rijk. Kort
daarop (1938» krijgt Harster al de rang
van luitenant-kolonel. Hij deed het ken
nelijk lekker. Belangrijker voor zijn car
rière is ondertussen, dat hij even bij de
politie in Tübingen heeft gediend en
dat hij daar in de laagste rang is toe
gelaten tot Hitiers moordenaarselite, de
S.S. In 1938 heeft hij het binnen dit
sinistere keurkorps al tot Obersturm-
bannführer gebracht. Een ambitieus en
plichtsgetrouw man kennelijk, onze Wil-
Naar Nederland
In juli 1940 komt hij naar Nederland.
Waarom? Bij de zogenaamde anjer
demonstraties was zijn voorganger als
Befehlshaber der Sicherheitspolizei und
der S.D. niet krachtig genoeg opgetre
den. Er moest een meer doortastend man
op die post komen. Daarom riep men
Herr Doktor Wilhelm uit Stuttgart weg
en zette men hem neer op het Haagse
Binnenhof in een sleutelpositie, die
grensde aan almacht.
Waarxxit de doortastendheid van Har
ster dan wel gebleken was? De heer
I Sijes heeft uit de Stuttgarter periode
van deze massamoordenaar geen gege
vens en weet het dus niet, maar de
snelle promoties van de man staan er
borg voor, dat de ideologie van de nazi's
in hem een krachtig pleitbezorger moet
hebben gehad.
Daar arriveerde hij dus. Een korte,
gedrongen man, aldus de persoonsbe-
die beriepen zich niet op Harster die
beriepen zich tijdens hun proces op
Wilhelm Zöpf, de Befehlshaber der
Sicherheitspolizei und des S.D. in Den
Haag en deze Zöpf was na de oorlog
onvindbaarondergedoken".
Men ziet het ontroerende tafereeltje
an arische bloedbroederschap voor zich.
Alles op de onvindbare Zöpf afschuiven
Harster maar zeggen: „Ik heb het
niet geweten", terwijl Zöpf toch een i
dergeschikte van Harster was. Lages
Aus der Fünten wisten dit laatste
Nederlandse rechters niet of zagen het
verband niet. Hoe dan ook: zo kwam de
opperbeul, de regisseur van heel het weer
zinwekkende dodendrama er met twaalf
jaar vanaf, waarvan hq er maar acht
hoefde uit te zitten.
Breekijzer
Dr. Wilhelm Harster staande in de beklaagdenbank tijdens het proces ln 1949.
Hq had het allemaal niet geweten. De rechters wisten het ook niet allemaal,
resultaat 15 jaar.
Jammer voor Harster, maar zondebok
Zöpf werd gevonden. In 1959 was dat en
heel toevallig. Het ging om een on
betekenend onderzoek in het kader van
„Wiedergutmachxmg". Hij woonde
gewoon ergens in Duitsland. Om een
lang en moeizaam verhaal kort te
maken: met het vinden van Zöpf her
leefde de belangstelling voor het ge
beuren in de duistere jaren der depor
taties en werden de archieven van oor
logsdocumentatie weer eens overhoop
gehaald. Vervolgens kwam het proces
tegen Rajakowitsch (een ondergeschik-
an Zöpf en dus zeker van Harster)
nieuwe olie op het vuur werpen. Als-
r zoekend en studerend stootte de
heer Sijes daarbij eindelijk op het breek
ijzer, waarmee de voormalige Befehls
haber der Sicherheitspolizei und des
nu een braaf burger en gerespec
teerd ambtenaar, alsnog klein te krijgen
moeten zijn. Het betreft een circu
laire, een van de weinige, die de signa-
van Harster dragen, al honderdmaal
men het stuk gezien nooit had
zich de volle betekenis ervan ge
realiseerd. Nu wel en daarom komt de
opperbeul nogmaals voor de rechter.
Tot goed begrip diene, dat het joods
weekblad spreekbuis van de gewraakte
Joodse Raad, op 2? maart 1942 het
Duitse voorschrift publiceerde, dat joden
niet meer in ondertrouw mochten gaan
spoor, te bewijzen, dat Harster geweten
moet hebben, dat een verblijf in Maut
hausen niet kon worden overleefd en
de rijksrecherche toonde na een bijzon
der veelomvattend onderzoek aan, dat
inderdaad alle joden, die op grond van
verboden ondertrouw naar het concen
tratiekamp waren gebracht, daar zijn
omgekomen. Toen was de cirkel rond.
Men stuurde 't materiaal naar München
en Harster ging bij een zo zwaar we
gende bewijslast door de knieën: h(J
heeft het allemaal achteraf toch wel
geweten. Een bijkomstigheid is, dat ook
Zöpf op grond van dit onderzoek opnieuw
werd gegrepen (hij was na zijn eerste
arrestatie in 1959 bq gebrek aan bewijs
vrij gelaten) en dat hij van 23 januari
af samen met zijn voormalige chef
moordzaken alsnog terecht zal staan.
Vertroebelend
Zo liggen de zaken na twintig jaar
eindelijk wel duidelijk zou men zeggen.
Toch niet. want zelfs nu zijn er vertroe
belende elementen. Men heeft dezer
dagen kunnen lezen, dat Otto Frank, de
vader van Anne. als getuige zal verschij
nen. Hijheeft Harster nooit- gezien of
gesproken. Hij draagt geen kennis van
het juridische materiaal waarop de aan
klacht berust.
van Kempner bedoeld om te zien of de
kordate houding van kardinaal De Jong
inzake de Jodendeportaties inderdaad het
optreden van de Duitse, joden-hatende
machthebbers heeft verscherpt". De im
plicatie Is duidelijk. Mocht dit het geval
zijn, en mocht de openlijk voorgelezen
herderlijke brief van juli 1942. waarin de
deportaties scherp worden veroordeeld,
inderdaad het tempo van de jodenvervol
ging hebben versneld, dan had Paus
Pius XII het met zijn diplomatieke be
nadeling van de .Entlösung der Juden-
frage" toch maar bij het rechte eind.
Herderlijk schrijven
Het gaat om het telegram van de ge
zamenlijke Kerken in Nederland, gericht
aan Seys Inquart, van 11 juli 1942,
waarin wordt geprotesteerd tegen de
deportaties en waarin wordt gezegd dat
het protest van de Kerken van de kansel
zal worden voorgelezen. Seys Inquart
vond dat natuurlijk nieb leuk en deelde
daarom de vertegenwoordigers van de
gezamenlijke Kerken ln Nederland mee.
dat zou worden afgezien van deportatie
der katholiek of protestants gehuwde
joden, indien de Kerken de betrokken
brief niet zouden voorlezen. In de katho-
sclirijvingen, aangevuld door de heer
Sijes, die Hai-ster tijdens zijn straf
periode in Breda een vijftal malen heeft
gesproken. Een innemende man. Iemand
van wie je, zijn positie kennende, toch
zegt: „Gut, het is eigenlijk een aardige
kerel". Hij heeft gewoon vrouw en kin
deren. Hij doet graag aan wintersport
en organiseert dan wedstrijden. HIJ heeft
gevoel voor humor. Anderzijds bepaald
geen lolbroek. Werd van Lages en Aus
der Fünten nog wel eens waargenomen
dat zij hun beulswerk halfdronken ver
richtten over hun chef Harster ont
breken zulke weerzinwekkende details.
Hij werd trouwens helemaal niet gezien.
De schaarse getuigenissen, die over
hem bestaan, brengen slechts zijn bon
dige, heldere trant van formuleren aan
het licht, zijn Intellect en spitsvondige
scherpzinnigheid. Hij maakte de Indruk
van iemand, die zijn spulletjes kende en
niet omver te praten was. Hij had in
zicht in de mensen. Hij kon ze bespelen.
Sije9 zegt: „Hij was een zeer talentvol
man. Hij behoorde tot de zogenaamde
Douaugroep, die in tegenstelling tot
kille moordenaars als Himmler en Eich-
mann wel enige pret ln hun leven
schenen te hebben".
Aanwinst"
Deze doortastende aanwinst werd be
zet Nederland ln juli 1940 rijker. Zijn
precieze macht? Het komt hierop
deze Befehlshaber der Sicherheitspolizei
und des S.D. was direct belast met alles,
wat de jodenvervolging betrof. Hij hoef
de daarover zijn eigenlijke chef Rauter
(later als oorlogsmisdadiger geëxecu
teerd) niet te raadplegen en ook land
voogd Seyss Inquart niet (die eveneens
werd geëxecuteerd), maar ontving zijn
opdrachten rechtstreeks van het beruchte
Reichsslcherheltshauptamt IV in Ber
lijn dus van Heydrich. Heydrich en
Harster waren bovendien boezemvrien
den. De heer S(jes van oorlogsdocumen
tatie zegt: „Ze hebben elkaar bijvoorbeeld
in mei 1942 in Praag ontmoet. Harster
heeft mij naar aanleiding daarvan ver
teld, dat hij grote bewondering had voor
de constructieve Ideeën, die Heydrich bij
die gelegenheid aan de dag legde". Men
notere hierbij, dat de jodendeportaties uit
Nederland enige maanden later begon
nen. De situatie was, kortom, so, dat
Harster de naleving van alla voorschrif
ten, de joden betreffende, controleerde,
en dat hij Ingreep, waar dit g&boden was
of werd. Verder uitweiden is overbodig
zijn recente bekentenis over z|jn aan
deel in de moord op 82.000 Nederlandse
joden spreekt boekdelen.
Dans ontsprongen
Nu de vraag, hoe hij aanvankelijk de
dans ontsprong, terwijl zijn ondergeschik
ten levenslang kregen. De heer Sijes van
oorlogsdocumentatie zegt daarover:
„Men heeft het na de oorlog allemaal
niet goed kunnen zien. Men beschikte
niet over voldoende kennis van de ver
houdingen binnen het Derde Rijk, om
waar te maken, dat Harster geweten
moet hebben, wat er met de gedeporteer
de joden gebeurde. Lages en Aus der
Fünten, ja, die waren bekend, want die
sloegen er zichtbaar op los, als het nodig
was. Die werden dan ook gegrepen, maar
met niet-Joden. Vier dagen later, op
1 april, volgt dan een rondschrijven van
Harster, dat iedere jood, die op die dag
toch in ondertrouw is, moet worden ge
arresteerd en overgebracht naar het
concentratiekamp Mauthausen.
Nu volgt een moeilijke constructie,
omdat de Duitse rechter nu eenmaal
geen oorlogsmisdadigers op zichzelf kent,
maar oorlogsmisdaden louter toetst aan
het bestaande strafrecht. Bewijzen, dat
Harster de joden, die leefden in verboden
ondertrouw, naar Mauthausen wilde
hebben, zeggen in het München van
vandaag niets. Voordat dit als strafbaar
wegens moord kan worden aangemerkt,
dient vast te staan, dat deportatie naar
Mauthausen dodelijk was en dat de be
trokken categorie van joden ook inder
daad naar Mauthausen is gebracht en
daar ia omgekomen.
Wederom bekorten wij hier een lang
verhaal. Het Rijksinstituut voor Oorlogs
documentatie wist, eenmaal op het goede
essentieel voor de procesgang en zal zelfs
de officier van justitie, die toch bewezen
heeft z|]n werk goed te doen, hinderen.
Het gaat er bij de komende rechtszitting
niet om, dat een meisje is vermoord, het
gaat niet om jong of oud, rijk of arm
het gaat om het totaal van 82.000 joden.
De heer Frank komt mijns inziens louter
omdat hij publiciteit nodig heeft, en dat
werpt een smet op het proces".
Nog belangrijker (en nog meer ver
troebelend) is het feit, dat dr. Robert M.
Kempner (een vroegere hulpaanklager
voor Amerika in het proces te Neuren-
bei-g) straks in München als aanklager
gaat optreden. Hij doet dit namens fa
milieleden van de katholieke kloosterzus
ter en filosofe Edith Stein, die ln 1943
werd gedeporteerd en in Auschwitz om
kwam. „Maar niet alleen daarom", aldus
de heer Sijes. „In wezen is het optreden
lieke kerken ging de voorlezing wel door.
Op 3 augustus werden dan ook piompt
alle katholieke joden (200) onder wie
Edith Steln opgepakt en zeven dagen
later zijn zij in Auschwitz massaal ver
gast. De geneigdheid om kardinaal De
Jong ln het ongelijk te stellen, begint op
te borrelen. Wat geschiedt echter met de
pxotestantse Joden, in wier kerken de
brief niet ls voorgelezen?(althans
ln de hervormde kerken niet in de
gereformeerde kerken weer wel. maar
nauw keken de Duitsers niet. want Je
kunt niet alles op een dag deporteren).
De protestants gedoopte joden werden on
danks de gegeven belofte, dat zij niet
zouden worden gedeporteerd, als voor
lezingvan het herderlijk schrijven achter
wege bleef, toch allemaal in de loop van
1943 gearresteerd en overgebracht naar
het concentratiekamp Theresienstadt. Zij
overleefden deze tocht weliswaar, maar
dat was niet aan de zachtzinnigheid van
de Duitsers te danken. Zij overleefden
het slechts, omdat de geallieerde opmars
net een ietsje sneller ging dan de Duitse
vernietigingsmachine
Tempo
Dtt zijn de feiten. De joden moesten
worden uitgeroeid, maar Iedere legale ver.
traging ln dat proces was de Duitsers (ln
verband met transportproblemen, om iets
te noemen) welkom. Heeft het optreden
van kardinaal De Jong het proces ver
scherpt en versneld? Met hetzelfde recht
kan men zeggen, dat de meegaandheid
der Hervormde Kerken de Duitsers de
kan» heeft gegeven hun vernietigings
programma uit te voeren in het tempo
dat hun het beste uitkwam.
Bij het proces in München gaat het
niet om deze vraagstukken althans
niet wat het Rijksinstituut voor Oorlogs
documentatie betreft die de bewijzen
heeft kunnen leveren, voor Harstere
schuld. Rijk of arm, jong of oud. katho
liek of protestand. de Duitsers kenden
geen enkele discriminatie, waar het Jo
den betrof ze moesten gewoon vroeg
of laat allemaal voor de bijl. „Moord ln
vereniging op ruim 82.000 joodse Neder
landers", d&ar gaat het volgens de dag
vaarding in het proces Harster om.
Laat men het dan ook daarop houden.
Of moet het verschijnsel der verzuiling
zelfs ln dit soort zonneklare zaken scha
duwen werpen, waardoor de feiten ver
doezeld worden?
(Van een onzer verslaggevers)
Drie, vooral in Den Haag be
ruchte figuren, staan vanaf
maandag 23 januari voor de
rechtbank in München, waar
de tragedie van de massale
deportaties van Nederlandse
joden zal herleven. Behalve
dr. Wilhelm Harster zijn het
de thans 58-jarige jurist Willy
Zöpf, van 1942 tot 1944 in de
rang van majoor der SS hoofd
van het zg. Judenreferat, dat
later opging in het door Eich-
mann geleide „IV B 4", en de
thans 64-jarige Gertrud Slott-
ke, de „heks van Westerbork",
die als secretaresse van Zöpf
uitgebreide bevoegdheden be
zat voor de „Abtransportie-
rung" van joden.
Van de 140.000 Nederlandse
joden, zo luidt de aanklacht,
werden in 86 transporten
94.398 mannen, vrouwen en
kinderen naar vernietigings
kampen als Auschwitz, Sobi-
bor en Mauthausen wegge
voerd. Slechts 1070 mensen
overleefden die hel. Harster
heeft de dood van 82.656 men
sen mede op zijn geweten, voor
Zöpf en Slottke gelden de cij
fers 55.382 en 54.982.
Het wordt voor het proces als
een gunstige omstandigheid
gezien dat niet het district
München I maar het district
München II de zaak in behan
deling heeft genomen. Mün
chen I toonde zich twee jaar
geleden niet erg onder de in
druk van de onmenselijkheden
van Gestapochef Erich Depp-
ner in bezet Nederland: de
man werd vrijgesproken, In
München II treedt de nog jonge
dr. Huber als opvolger op, de
man die de zaak tegen de adju
dant van Himmler, Karl Wolf,
fond kreeg. Deze laatste is ver
oordeeld tot de tegen hem ge-
eiste 15 jaar.
Is de ware betekenis van Har
ster pas de laatste jaren be
kend geworden (zie hiernaast),
ook de feitelijke rol van Zöpf
is pas jaren na de oorlog int de
doeken gedaan. Zöpf is trou
wens lang onvindbaar geweest.
Na de oorlog dook hij onder
valse naam op in Garmisch-
Partenkirchen, waar hij pia
nist werd in een Amerikaanse
officiersclub. Daarna werkte
hij als muziek- en gymnastiek
leraar in een sanatorium, ver
volgens, tot zijn arrestatie in
januari 1966, als hulparbeider
in de bouwvakken.
Van Zöpf, evenals zijn onder
geschikte Rajakovitsch een Ju
rist, doen de gruwelijkste ver
halen de ronde. Hij kende geen
genade, had een ziekelijke
zwakte voor klassieke muziek
in een kerk in Loosduinen
zat hij herhaaldelijk aan het
orgel om melodieën als „Jesu,
meine Freude" voor zichzelf te
spelen en hield ervan oog
getuige te zijn bij het wegvoe
ren van zijn slachtoffers naar
de vernietigingskampen. Hij
was onder meer aanwezig bij
het wegvoeren van enkele hon
derden joodse geesteszieken die
in Apeldoorn werden ver
pleegd.
Fraulein Slottke had beslis
singsbevoegdheden in zoge
naamde bijzondere gevallen.
Ze zag er persoonlijk op toe dat
geen jood aan de gaskamer
ontsnapte. Minstens eenmaal
per week was zij in Westerbork
om de deportaties gade te slaan.
Degenen die voor vrijstelling
in aanmerking meenden te
kunnen komen, pleitten ver
geefs bij haar. Na de oorlog is
ook zij lange tijd onvindbaar
geweest. Aan het eind van de
vijftiger jaren dook ze in Stutt
gart op als maatschappelijk
werkster onder Oostduitse
vluchtelingen. Na een half jaar
voorarrest werd zij vorig jaar
augustus op borgtocht vrijge
laten. Dr. Huber kon haar niet
langer in voorarrest houden.
Zij heeft niets bekend, in tegen
stelling tot Harster en Zöpf.
Zij zou zelfs tussen de mazen
van het net kunnen doorglip
pen, als het bewijsmateriaal
tegen haar te gering zou blijken
te zijn. Voor Zöpf wordt een
straf van tien jaar verwacht,
voor Harster vijftien jaar.