ook
VOOR
JOU
^jtdeWteatjd
In de Krantentuin
EEN JAAR
KLAS MET
IN VIJFDE
PIET HEIN
ONS KNUTSELHOEKJE
IN V00RH0UTS TELL-STAR:
TO BEAT OR NOT TO BEAT
PAGINA 6
DE LEIDSE COURANT
ZATERDAG 38 NOVEMBER 1966
Ziezo, nu kon het vissen eindelek be
ginnen. Vader deed wormen (pieren) aan
de haakjes, vertelde hoe ze konden zien
wanneer ze beet hadden en wanneer het
juiste moment van ophalen gekomen
„En denkt erom, dat je zo weinig
mogelijk beweging en leven mag maken,
want vissen zien, horen en voelen mins
tens zo scherp als jullie zelf. Iedere keer
dat je ze door eigen schuld verjaagt,
duurt het een poosje voor ze weer dur
ven terugkomen. Je moet zelfs zachtjes
Inleggen".
Toen de jongens dat zo gedaan had
den, maakte vader zich zelf vlsklaar.
Even later riep Hein heel zachtjes: „Pa,
ik geloof dat ik beet heb".
„Mooi zo. houd je hengel rustig en
haal pas op als je dobbertje onderduikt".
Nog geen 10 tellen later maakte Heins
hengel een machtige zwaai en een
mooie voorn kwam even boven water en
viel toen weer in de sloot terug. Een
kreet van teleurstelling weerklonk.
„Ja Hein, dat is je eigen schuld, je
haalde veel te wild op en dan trek je
zo'n klein haakje, dat misschien nog
niet al te best vast zit, weer uit de bek
van de vis; maar een volgende keer be
ter; aldoende leert men". Papa hielp 'n
nieuwe worm aan 't haakje rijgen en
hoopvol liet Hein z'n sim weer in het
water dalen.
't Was net of een vis op dat moment
had liggen wachten, want weer kreeg
Hein beet en een moment later schoot
z'n dobber naar de diepte. Nu gaf hij
eerst een klein rukje en toen hij voelde
dat de „bijter" vast zat. haalde hij rustig
een mooie baars op. Nu was het een
kreet van triomf die onwillekeurig weer
klonk. Maar het gezicht van Piet ver-
vertoonde geen blij medeleven. Hij was
jaloers op zijn evenoude broer. Daar
hij meende dat vis graag onder het
kroos school, legde hij eens in naast een
klein bedje van dat dichte groen, ten
minste dat leek zo. Opeens maakte zich
iets los uit 't groene besje en Piets dob
ber schoot naar de diepte. Hij haalde op
en .een grote kikker spartelde aan
't haakje! Piet wist niet, hoe hij kij
ken moest, maar toen vader en Hein
dubbel sloegen van 't lachen, deed hij
toch ook maar mee. Toen de vreemde
„vis" bevrijd en weer t£ „wajer was
gelaten, ging de visserij verder en
met veel succes», 't Leek wel of ze in
de sloot tussen een hele school terecht
waren gekomen. De ene voorn en
bliek na de andere lieten zich blijk
baar gewillig vangen, alsof 't voor hen
een leuke sport was. Voeg daarbij de
baars van Hein en een mooie brasem
door vader gevangen en je zult be
grijpen, dat er flink leven niet in
de brouwerij maar in de grote em
mer was ontstaan.
„Jongens, even pauzeren voor een
appeltje en een beetje snoep!" Daar
hadden ze natuurlijk oren naar. Nog
even in 't heerlijk malse gras liggen,
terwijl vader een pijpje rookte, en
dan maar weer aan de slag. Toen Piet
een mooi klein vorentje ving, besloot
vader te proberen, of hij daarmee mis
schien een snoek kon verschalken. Hij
schoof wat verderop, waar vrij veel
kroos lag met mooie open plekjes er
tussen, die tot inleggen uitnodigden.
Maar 't bleef voorlopig rustig rond 't
kalm heen en weer zwemmende aasje.
De jongens, die af en toe nog wel een
succesje boekten, besloten de arme
papa eens te plagen.
„Pa, als u er soms een kanjer aan
krijgt, die u veel last veroorzaakt, roep
ons dan en we komen met 't net om
te helpen hem eruit te slepen." Doch
nauwelijks had vader de spotters met
z'n wijsvinger bedreigd, of er ont
stond een heftige beweging in het wa
ter en met een vaart verdween de
dobber onder het kroos, 'n Paar minu
ten bleef de sim stil liggen, toen sneed
ze plots door 't groen en dat was voor
papa 't teken, dat de snoek vast zat.
Hij wenkte nu de jongens, die al ge
merkt hadden, dat er echt iets aan de
hand was. Toen ze genaderd waren,
had vader de snoek reeds tot vlak aan
de kant getrokken; voorzichtig mocht
Hein toen het net onder het grote beest
brengen en 't ophalen. Jongen, jongen,
wat 'n feest. „Hoeveel zou ie wel we
gen?, vroeg Piet. „Misschien wel tien
„Ho, ho, zei vader, 't zal meevallen,
als hij de helft weegt, maar in ieder
geval is 't een prachtdier, dat niet
eens in de emmer kan. Wacht Piet,
ginds is de sloot maar heel smal, zo
dat je er makkelijk over kunt sprin
gen. Hier is mijn zakmes en snijdt
daarmee van de wilgenstruik aan de
overkant' een stevig takje af. Dat ha
len we door zijn bek en dragen hem
„En nu. jongens, naar huis, ik denk
dat moeder de boterhammen al klaar
heeft. Ik draag de emmer, die 't zwaar
ste is, en jullie om beurten de hen
gels of de snoek. Maar pas op, dat deze
niet langs je broek spartelt, want dan
komt die vol slijm te zitten."
Wat hadden ze een bekijks onder
weg en wat werden de jonge vissers
thuis bewonderd!
CORRESPONDENTIE
Treesje Wessendorp, Leiden
MIJN LEVENTJE
Ik ben geboren 24 december 1957 in
Leiden. Mijn broers en zussen waren
erg blij met mij. Mijn moeder zegt,
dat ik een schattige baby was en erg
zoet. Toen ik 1 jaar was mocht ik
mee naar oma in Gouda. We gingen
met de trein. Later, toen ik een jaar
tje ouder was, ging ik bloempjes pluk
ken bij andere mensen. Eens gooide ik
een vaas kapot; mijn moeder was niet
thuis. Ik wil slim, ik ruimde de boel
op en verstopte me. Toen mijn moeder
terug kwam zocht ze me overal. Met
mijn vierde jaar ging ik naar de kleu-
Ik zag bij juffrouw v. d. Fluit en ook
bij mijn vriendin Suzan. Ik zat hele
maal vooraan en ging dikwijls teke-
Suzan is mijn vriendin; ik ga
vaak bij haar eten en zij ook bij mij.
Toen -ik naar de eerste klas ging,
vond ik het niks leuk. Ik ging nog
dikwijls naar juffrouw v. d. Fluit. Nu
vind ik het wel erg fijn op school. Ik
mag wel eens afwassen een afdrogen.
Ik zit nu in de derde klas bij juf
frouw De Leeuw. Er zijn in de klas
parkieten en gewone vogels.
Allemaal de groeten van Treesje
Wessendorp.
Ook Elsje Buil, Leiden, vertelt Iets
MIJN LEVENTJE
Ik heet Elsje Buil, ik woon in Lei
den, waar ik ook geboren ben, en dat
was op zaterdag 30 augustus 1958, des
morgens om kwart voor tien.
Over mijn eerste jaren kan ik niet
zoveel vertellen, daar weet ik niets
meer van. Mama heeft wel verteld,
dat ik pas laat leerde lopen. Op een
foto heb ik ook wel gezien, dat ik een
klein dikkerdje was.
Toen ik vier jaar werd, ging ik naar
de kleuterschool. Dat was erg leuk.
We konden er fijn spelen. Als het mooi
weer was, gingen we wel eens wan
delen of een enkel keertje naar de
speeltuin. Op de speelplaats hadden
we ook speelgoed, zoals een glijbaan,
een wip, een skelter en een klimhek.
Daar kon je zo fijn op kopje-duike
len. Ik heb ook nog een poosje een
bril gedragen. De eerste dag, dat ik
hem op had, regende het erg. Ik moest
hem van mijn moeder in miin zak doen
en toen ik op school kwam, was ik
hem kwijt. De juffrouw ging toen mee
zoeken. We vonden hem in een plas.
Toen ik zes jaar werd, ging ik naar
de eerste klas. In dat jaar heb ik ook
mijn eerste communie gedaan. Dat jaar
ben ik ook in Nunspeet op vakantie
Die kleine mobile (zo noe
men ze zo'n ding) ziet voor
'n venster er bijzonder
leuk uit. Het is gemaakt
van 2 x zes tandenstokers
of andere dunne stokjes,
die, zoals fig. A aangeeft,
op een rond kartonplaatje
worden opgeplakt. Als de
lijm goed droog is, neemt
men 'n knotje wol. waar
van men 't ene eind aan
de kartonschijf kleeft, met
de rest 'vormt men 'n spin-
neweb. Men wikkelt de
draad om de ene tanden
stoker (zie fig. B), spant
hem strak niet te sterk
en slaat hem om 't vol
gende stokje en wikkelt
dan maar door tot nog rt
1 cm van de stokjes vrij
zijn (C). Knip de draad
dan door, vadem hem in 'n
naald en trek hem dan
voorzichtig onder de om
wikkeling van een tanden-
Bevestig nu een uit naai
garen gemaakte ophanger
aan het spinneweb.
Maak daarna een twee
de spinneweb, maar in
anderekleur. "Bevestig
beide met kleefband, zodat
ze voor de schijf hangen.
„Oh, wat mooi!" roept
hij bij 't aanschouwen
van zo iets schoons.
„Hoe komt het, dat
de zon zo rood is, als zij
onder gaat en ook wan
neer zij 's morgens op
komt?"
„Ja, dat is niet zo
eenvoudig om 't aan 'n
kleine jongen te ver
klaren", antwoordde z'n
vader. „Maar ik zal 't
toch proberen. Het
kleurverschil ligt daar
aan: het licht van de
zon komt in stralen
naar de aarde, die op
haar beurt ook licht
stralen terugzendt, die
men atmosfeer noemt,
waar de zonnestralen
niet steeds even mak
kelijk doorheen drin
gen. Als de zon nu over
dag hoog aan de hemel
staat, is de weg van
haar stralen korter dan
wanneer de zon dichter
bij de horizon staat. En
die langere weg nu door de atmosfeer
bewerkt (veroorzaakt) dat de kleur
van haar stralen verandert en rood
geweest. Het was daar erg fijn, met
veel bossen.
Dit jaar ben ik dikwijle naar het
zwembad geweest en heb daar heerlijk
gezwommen. Ik heb van mijn moeder
een rwemabonnemeot gekregen. Mijn
vriendinnetje kon al zwemmen en zij
heeft het mij geleerd, daarom kan ik
nu al een beetje zwemmen.
Ik ben pas jarig geweest en heb
veel gekregen, drie leesboeken, stel
ten, een toverlei en kleertjes voor mijn
pop. Daar kan ik nu ook weer mee
spelen. Vier meisjes zijn er op mijn
verjaardag geweest. We hebben leuke
spelletjes gedaan en film gedraaid.
Nu is mijn verhaaltje uit, want wat
er in mijn verder leventje komt, weet
ik nog niet.
Cobie Bavelaar, Leiden
DE HERFSTVAKANTIE
Je kunt buiten al zien, dat het
herfst is, want de bladeren vallen van
de bomen. De straten liggen vol afge
vallen, bruine, rode en gouden blade
ren, daar kun je zo fijn met je schoe
nen doorschiffelen.
Er is een meisje uit Spanje bij ons
geweest. Ze blijft 4 dagen bij ons
slapen. Vrijdag was mijn neefje jarig,
toen heeft het Spaanse meisje ook het
feest meegevierd, 's Morgens hebben
we gezellig gegeten en heeft Meriedes
een gedichtje in mijn album geschre
ven. Dat vind ik erg leuk; ook haar
naam vind ik leuk. Ze heeft ook
Spaans tegen ons gepraat, maar ik kon
er niets van verstaan. We zijn ook
een dag naar mijn tante geweest. We
hebben daar een film gezien van de
vakantie. Het was allemaal heel fijn.
i Hults, Leiden
Mijn herfstvakantie was heel leuk.
Maandag begon ik 's morgens met fiet
sen en buiten spelen, 's Middags ben
ik met een meisje uit onze straat, van
14 jaar, de stad in geweest en hebben
daar leuke dingen gekocht.
Dinsdags ben ik weer 's morgens
buiten geweest en heb leuke spelletjes
gedaan, 's Middags ben ik met mijn
moeder en zusje naar een tante en oom
geweest, die in hun bruidsdagen waren
van hun zilveren huwelijksfeest.
's Woensdags ben ik weer buiten
gaan spelen met een heleboel kinde
ren. We hebben vader en moedertje
gespeeld en veel andere spelletjes. Des
middags ben ik met datzelfde meisje
uit de straat, weer naar de stad ge
weest; daar kwam ik mijn moeder en
zusje tegen. We hebben toen een trui
en een overgooier voor mij gekocht.
Nu eindig ik, want de herfstvakantie
is weer voorbij.
Cocky Ernst
MIJN HERFSTVAKANTIE
We hebben een paar dagen vrij ge
had van school. Ik heb die dagen fijn
buiten gespeeld, maar het was wel
koud. Ik heb fijn gevoetbald met een
paar jongens uit de buurt.'ik ben ook
naar de speeltuin geweest, 's Avonds
speelde ik met mijn borer: „Mens er
ger je niet". Ik mocht 's avonds later
naar bed, omdat ik toch niet naar school
hoéfde. Ik heb een fijne vakantie ge-
DE HERFST
Aan een beeldhouwer
werd gevraagd, hoe hij
zijn beelden maakt.
„Dat is heel eenvou
dig", antwoordde hij.
„Men neemt een groot
blok marmer en kapt
er al het overvloedige
van af en dan ontstaat
tenslotte 't gewenste
beeld. Doen jullie zo
maar met alle vakken
van fig. C. maar knip
ze liever niet af. maak
ze zwart. Als je 't goed
doet, houd je ten laat
ste 'n wit paard over."
Om de opgave wat
moeilijker te maken
heeft de tekenaar het
beeld op z'n kop gezet.
BE A TKRITIEK OP PAPIER
De redactie van "TELL-STAR", orgaan van de beide afdelin
gen van de Rooms-Katholieke Jeugdvereniging "Contact",
zendt ons de laatste tijd trouw een van de eens per veertien
dagen verschijnende exemplaren. In het nummer, dat op 5 no
vember jongstleden van de persen kwam, viel ons oog op een
schrijven, dat student koninklijk conservatorium J. Uytten-
bogeart naar de redactie richtte naar aanleiding van een arti
keltje van, naar zijn zeggen, „twee ongetwijfeld jonge beat-
fans"- Deze „fans", Joop Hoek en Kees Hekker, schreven dit
onder de titel „Das gelbe U-Boot" in "TELL-STAR" van
22 oktober 1966. Bijgaand enkele passages, die een overweging
(of reactie van jullie kant!) waard zijn
JONGE BEATFANS: „Als men bfl
de popstations de achterkant van
„Yellow Submarine" mooier had ge
vonden en deze („Eleanor Rlgby") op
de draaitafels had gelegd, dan had
deze een hit geworden (en Iedereen er
achter aan gelopen).
YTTENBOGEART (student vi
ool en dwarsfluit)! „Het Is Inder
daad zo, dat de zogeheten pop
stations, met name „Radio Vero
nica", het pnbllek een mening op
dringen, die het helemaal niet heb
ben wü of eigenlek niet ver-
[ONGE BEATFANS: „Wat zouden
Jullie verder denken van „Dans
je de hele nacht met mij" van Karin
Kent? Een of andere disc Jockey
van het een of ander popstation
vond hem blijkbaar „hip", draalde
hem plat en zei eens: het gros liep
er achter aan. Dit is zoiets in de
stijl van „Beat-Jugend"."
U YTTENBOGEART: „De leiders
van „Veronica" profiteren van de
steeds meer In zwang komende mas
sageest; een „denken", dat alle per
soonlijk initiatief taboe verklaart.
Het ongeluk van de meeste tieners
is, dat ze doodeenvoudig en stom
weg maar slikken, wat hun vla luid
sprekers voorgeschoteld wordt".
JONGE BEATFANS: „Nu doet het
gerucht de ronde, dat de ver
schillende disc-jockey's hiervoor be
taald worden. Wfl voor ons geloven
dit niet, want dit grenst erg aan om
koperij. Indien er een lezer of lezeres
is, die hier zekerheid over heeft, zou
den wfl dit graag v
LONG PLAYER VAN FERRE GRIGNARD
R
De bladeren vallen neer. De bomen
worden kaal. Alle bladeren liggen op
de straten. De straten zien rood, geel
en bruin. We lopen te hollen. Het be
gint te regenen. Alle kinderen gaan
naar binnen; ik ga ook. Toen het weer
droog was, ging ik weer naar buiten
en ging toen met mijn broertjes ver
stoppertje spelen. Na een uurtje gin
gen we eten.
Na het eten gingen we Indiaantje
spelen. Mijn twee broertjes mochten
oplopen. Ik telde tot 100, maar opeens
deden ze het niet meer en toen deed
ik ook niet meer. Mijn moeder klopte
op de ramen dat we moesten eten. Na
het eten keken we naar de televisie
en toen naar bed.
KNIKKERSPELLETJES
Het knikkerseizoen begint ineens
weer. Dat is het begin en plotseling
brengen alle jongens knikkers mee.
Voor onze school lag een heel brede
stoep, waar we naar hartelust konden
knikkeren. Wij pikten bijna altijd op
stuiters. De jongens legden hun stui
ters op en wie hem raakte mocht hem
houden. Wij speelden altijd met of
zonder terugpik. Met terugpik wil zeg
gen, dat de jongen, die de stuiter ge
wonnen had, hem opnieuw moest op
leggen. De jongen, die de stuiter ver
loren had, kon hem dus weer terug
winnen.
Kuiltjesknikkeren. Maak drie kleine
kuiltjes. Trek een lijn op een afstand
van 2 of 3 meter. Alle spelers moeten
achter die lijn gaan staan en om beur
ten mogen zij proberen hun knikkers
in de kuiltjes te mikken. Wie het eerst
in alle drie kuiltjes een knikker heeft
gemikt, wint het spel en mag alle knik
kers, die gegooid zijn, houden.
Ringstuiter. Trek b.v. met krijt een
cirkel op de grond van 30 cm. door
snee. Alle spelers leggen 1 of 2 stui
ters in de cirkel. Op een afstand van
3 of 4 meter van de cirkel trek je een
streep. Vanaf deze streep mikken de
spelers om beurten met een flinke
stuiter op de cirkel. Wie een stuiter
buiten de cirkel weet te schieten, mag
die houden en nog eens mikken. De
eerste keer mikje met je stuiter van
af de streep, de volgende keer vanaf
de plaats waar je stuiter de vorige
keer is blijven liggen.
Ziezo, dit is het weer. Knikkeren
jullie maar fijn. De meisjes kunnen
het ook gerust doen. Dag allemaal.
Volgende week verder.
Wie nog een Sinterklaas-verhaaltje
maakt, moet het zeker deze week nog
opsturen.
Een elpee heeft hy volgezongen, de
Belgische protestzanger Ferre Grig-
liard, die op het ogenblik in Veronica's
top veertig hoog genoteerd staat met
het Engelse volksliedje „What shall
we do with a drunken sailor?". Z\jn
eerste single. „Ring, ring, I've got to
sing", kwam pas na maanden in de
top veertig, nadat hij in VARA's „Fan
club" was opgetreden.
Uit Aaantwerpeii
Hij werd een jaar geleden ontdekt
in „De Muze", een artiestencafé in
Antwerpen, waar „D'n Fer" vaak
pleegt te bivakkeren. Naar school
gaan trok hem niet zó; wèl bezocht
hij de kunstacademie in de Belgische
havenstad. Na een jaar militaire
dienst kreeg hij van zijn superieuren
te horen, dat hij ongeschikt voor het
soldatenvak was.
Naar de States
Ferre Grignard vertrok toen naar
de Verenigde Staten. Hy was er vaak
te vinden in de negerwijken van de
grote steden, maar moest toch weer
elders zijn heil zoeken, want hy werd
het land uitgezet. Reden: hij had geen
cent op zak en. lang haar.
Terug
Terug in zijn geboortestad formeer
de Ferre in zijn stamkroeg een eigen
groep, die vooral op skifile gebaseerde
blues vertolkte. Emilius „Fingertips"
de Somer, Toet Smits en onze land
genoot Johan Koopmans traden met
„D'n Fer" met suces op in Hamburgs
„Star Club" en in Parijs' Olympia-
theater. Grignard, tégen oorlog, poli
tie en administratie, is - met zijn lange
haren en ziekenfondsbril - op weg een
„begrip" in de Benelux te worden.
ZOETERWOUDE
BEATDORP
NAAST THE BARBAROSSA Group,
die het in Italië aardig schijnt te
rooien en The Shoes, die in eigen land
een gooi naar de top doen, heeft Zoe-
terwoude nóg een beatgroep, die het
lekker doet. Althans, zo schrijft Leid-
se Annelies Kraan, die onze aandacht
er op vestigt, dat The Lightfeet Spi
ders niet bepaald te verwaarlozen zijn.
Goed, Annelies. jouw favorieten ko
men mettertijd mét foto en personalia
in jouw rubriek!
VIJFENTWINTIG UUR
BEAT
.nee, niet achter elkaar, maar wel
uitgesmeerd over gisteren, vandaag en
morgen in Scheveningens „Casino".
Medewerkenden aan dit spektakel
van Jaques Senf zijn onder anderen:
Armand. The Golden Earrings, The
Shoes. Q 65. The Tee-Set, Les Cru-
hes en The Zombies. Enfin, zo'n
vijftig groepen komen er! En dan
wordt op 28 december in dezelfde loka
liteit de zogenaamde Osaekar uitge
reikt aan hem(n) die het afgelopen
jaar zch het meest heeft verdienstelijk
gemaakt voor de tienerbuslness.
MOTIONS WEER
NAAR PARIJS
OP 3, 4, 5 en 6 december kun je ze
weer in Parys aantreffen, de
Haagse Motions. Ze gaan er optreden
voor de ORTF (televisie én radio) en
in het befaamde Olympia, een theater,
waar grote keien als Mireille Mathieu
(binnenkort op de Nederlandse tee
vee), Charles Aznavour. Edith Piaf,
Sacha Distel en ga nog maar een
poosje door triomfen hebben gevierd.
ren, u heeft ook schroeiend gelijk
als n oppert, dat de dlsc-jockeys
misschien omgekocht zijn. Dit moet
en kan niet anders. Conclusie: het
publiek vindt alleen mooi wat door
de heren platenfabrikanten als
mooi gegeven wordt en ln wiens
ondracht de „hitstations" als weer
zinwekkend en zielig tussenpersoon
gebruikt worden".
voc efn paar
passages
OOK VOOR JOU concludeert uit het
bovenstaande, dat de jongeren niet
over één kam gescheerd mogen en
moeten worden. Er zijn er, gelukkig,
(en dat blijkt uit het bovenstaande)
die zich geen knollen voor citroenen
laten verkopen. Daarom nog een paar
passages, waarmee velen het wellicht
niet voor honderd procent eens zullen
zijn. En dan kun je altijd je gal
spuien in deze rubriek!
Uyttenbogeart: Over hitlijsten: „Ie
mand heeft eens heel iets treffends
gezegd: „Hitlijsten zijn de commer
ciële verlanglijstjes van de platenfa
brikanten". En: „De hitlijsten zijn een
poel van de resultaten, opgedaan tij
dens verdovingsséances". En even voor
deze laatste zinsnede: "Is het de he
ren bekend, dat de meeste liedjes ge
schreven worden onder het befaamde
LSD of een of ander verdovend mid
del???".
WIJ CONCLUDEREN: ze vatten
ln Voorhout de hltkoelen wel héél
goed bij de hoorns. En wat die
laatste opmerkingen betreft van
student Uyttenbogeart die zijn
natuurlijk helemaal voor ZIJN
rekening
JAZZ IN ROOMBURGKANTINE
Jazz Society Folk Beat
14 houdt vanavond om
acht uur weer een bij
eenkomst ln de Room-
hurgkantine! Er zal dan
een kwintet optreden,
bestaande uit:
Roh Rodenburg, drums;
Goudswaard, piano; Eric
Bakker, trompet; Jac
ques Kingma, bas; Cees
Jongerius, vibrafoon. Na
afloop: jamsession!
IN het in nieuw jasje
gestoken maandblaë
„Jes" lazen we, dat Folk
Beat 14 onlangs het
tweehondertste lid heeft
ingeschreven: Irma Ver
hagen uit Voorhout.
„Toch zijn we er nog
niet", aldus voorzitter
Eric F. R. Faber. „Het
gaat er nu om de jazz
club te continueren en op
de ingeslagen weg voort
te gaan, zodat we aan
het eind van dit seizoen
het driehondertste lid
geboekt hebben".
F'oto: Folk Beat 14.
Voorzitter Eric R. Faber
en seer. P.B.O. Rob d.-
Tombe: op naar een pre
sentje voor driehonderd-