Vermeer
Reali
sme
poezie
DE LEIDSE COURANT
DONDERDAG 14 JULI 19bu
DE DROOM VAN EEN MUSEUMDIRECTEUR
IN HET
LICHT
VAN
BIEDT
SUBLIEM
OVERZICHT
PAUL CéZANNE
STILLEVEN MET GLAS. KOP EN VRUCHTEN (ca. 1873— '77)
„Enkele goede vrienden weten dat ik niet
overdrijf door te zeggen, dat ik sedert
jaren van de tentoonstelling heb ge
droomd, die thans werkelijkheid wordt".
Dat schrijft de directeur van het Maurits-
huis in de catalogus van „In het licht van
Vermeer" die thans in het 150-jarige mu
seum te zien is. De droom van een mu
seumdirecteur kan ver reiken. Dr. A. B. de
Vries droomde zich een ideaal-collectie uit
vijfhonderd jaar schilderkunst die het
kader zou vormen voor de Vermeers van
zijn jubileumexpositie. Het moesten schil
ders van de „familie Vermeer" zijn, die
realisme paarden aan poëzie, die schilder
den in het licht van Vermeer. Hij zag ze
Het lijkt een stoute droom,
zelfs voor het jubileum van
een vermaard museum als
het Mauritshuls, zelfs ln de
wetenschap dat de samen
werking met het Louvre,
waar de tentoonstelling dit
najaar te zien zal zijn, een
krachtige steun zou zijn bij
het verkrijgen van bruik
lenen. Toch is die droom
nagenoeg helemaal uitge
komen en werd voor de elf
Vermeei-s waarover wij
vorige week schreven een
selectie van ruim vijftig
meesterwerken bijeenge
bracht, die voor die su
blieme verzameling een
haast even subliem kader
vormen.
Nagenoeg uitgekomen, want
Plero della Francesca is
niet vertegenwoordigd. Bui
ten zijn schitterende fres
co's in Arezzo en San
Sepolcro is er van zijn werk
niet veel over en dab wei
nige is te fragiel om het
aan transport bloot te stel- een wa-n
len. Van Eyck is er wel, Ucht Een
0DOUARD VUILLAK©
gelijkmatig rijen van Canaletto en Bel- subtiel beschilderd stukje buitenlandse bezoekers zul-
•i en uniek lotto en vooral in Frankrijk. karton strijkster,
een heel fraaie Madonna, schilderij! Ook de Neder- ^a^Vermeei^te meesterwerlcJe van uitzon- deze „onbekende Nederlan-
al had hier om de ver- jandse caravaggiet Hen- zjjn jjy er met vier derlijke klasse en Breitners der"
wantschap met Vermeer te drick Terbruggen is er, 'n werken en vier Chardins trHet oorringetje". Vooral blijkt te zijn.
bewijzen eigenlijk het Echt- piuitspelende jongen, met bij elkaar is iets wat niet om dje Breitner zijn we
paar Amoifini uit Londen ,ee„ g„chii- "Jj, SS°ho^ bll Hu heeft 111 het Persoonlijke keuze
moeten hangen. Nog een derd. kwaliteitseisen gesteld wor- buitenland eigenlijk nooit Met Vuillard en Breitner
paar andere „droomstuk- den. Thoré-Bürger, Ver- die waardering gekregen zijn we bijna al in onze
ken" van dr. De Vrie6 zijn Tijdgenoten meers eerste biograaf, was die ^em toch eigenlijk ook eigen tijd gekomen. In ze-
«en wensdroom gebleven. Uitermate Iraaie stukken eeniputó bewj^emw van mwmaMonaal toekomt. Zijn kere zin Is het lammer dat
unh de eeuw van Venneer Corot. Dat blij kt niet toe-
Het heeft weinig zin om van Velasquez, vallig als men de Corots op aanwezigheid hier bewijst de lijn niet verder doorge-
hler lang bij stil te staan. een zei,iz&me natuurstudie, deze tentoonstelling ziet. dat, hij valt niet uit de trokken is. De samensteller
De tentoonstelling zoals ze Louis Le Nain en Zurbaran. Vooral in „Het eiland en toon_ integendeel. Vooral heeft, blijkens het voor-
er Is, ls prachtig en de Schilders die men op het de brug van San Bartolo-
opzet van de organisator nlet onder
voor zich: de voorvaderen Piero della Fran
cesca en Jan van Eyck, de directe voor
gangers, de „neven" onder de tijdgenoten
en het „nageslacht" tot aan Cézanne toe.
En bij dat alles zouden slechts twee maat
staven gelden: kwaliteit en verwantschap.
woord fel de catalogus wel
met deze gedachte gespeeld,
maar ze later weer losge
laten. In dat geval zouden
b.v. een Braque en een
Mondriaan opgenomen zijn.
En zeker ook de onlangs
overleden Italiaanse sohil-
der Morandi, wiens werk
een aantal jaren geleden in
een memorabele tentoon
stelling van het Haagse
Gemeentemuseum te zien
was. Zijn fijnzinnige stil
levens zouden het hier
voortreffelijk gedaan heb-
Maar als de keuze tot op
vandaag doorgetrokken was
zou die keuze nog meer
problemen hebben opgele
verd dan ze thans reeds
deed. Dat komt door de op
zet die een tentoonstelling
met een uiterst persoonlijk
karakter opleverde. Men
moet grote bewondering
hebben voor de vis
dr. A. B. de Vries,
men hoeft het uiteraard
niet steeds met hem eens te
zijn. Sommige werken
den door een ander niet
opgenomen zijn, bevreem
dend is het ontbreken van
andere.
Dit is niet bedoeld als kri
tiek. Integendeel, wij zijn
gelukkig met de tentoon-
len wellicht vermkt zijn dat stelltoS zoals er ls Dle
geeft in een prachtig to-
beeld van het
Icht ei
kwaamheid van de samen
steller, die van het gewone
tentoons'ïllingspatroon af
week en in een persoonlijke
keuze vijfhonderd jaar
Europese schilderkunst in
hét licht van Vermeer
Op middeleeuwse
motieven
DE STRIJKSTER (ca, 1893)
Wildeman, agitator, bohémien, dwarsdrijver, nonconformist heeft Ed
Hoornik Gerard den Brabander genoemd in zijn feestrede, toen Gerard
den Brabander vijfenzestig werd. Die namen zijn op de dichter en de
mens toepasbaar. Ze zijn een tikje aan de buitenkant en dat is de
poëzie van Gerard den Brabander ook, althans bij een oppervlakkige
lezing. Als men zijn Verzamelde Gedichten leest, die bij De Bezige Bij
te Amsterdam versohenen, wordt men getroffen door het vertoon dat
van déze'verzen uitgaat. Gerard den Brabander steekt het noodt onder
stoelen en banken waar hij staat en waarvoor hij staat. Hij voelt zich
een met de verworpenen der aarde en hij is een dichter.
In zijn vele sonnetten, die hij met
nieuw vuur wist te laden, in zijn kleine
re of grotere lyrische ontboezemingen
staan woorden te veel, woorden om de
regel te vullen of het rijm, voor een
sonnet noodzakelijk, te leveren. Het
dichterschap van Den Brabander spie
gelt de nonchalance van de persoon,
maar 't is 'n waarachtig dichterschap,
niet zozeer om de agitatie, de dwars
drijverij, en 't nonconformistische, dat
er zo duidelijk zich uitspreekt, maar
eerder in spijt daarvan, ondanks dat.
De tegenstander
Gerard den Brabander is verzot op
vijandschap.
Hij is trots als hij in God een tegen
stander vindt, die hem de verse won-
's nachts toevriest. Hij likt de hand
niet die hem goed wil doen. Integen
deel.
Vaak is dit
springt hij nacht en ot
rt de stilte met zijn dra
krans, die bij Polak en Van Gennep te
Amsterdam verschenen, blijken zij bei
den uit onze middeleeuwse letteren te
putten.
Rein Bloem in zijn titel Overschrij-
ven laat de bewustheid van de ontlening j
duidelijk zien. Hij volgt daarin het voor- I
beeld van Ezra Pound wiens Cantos hij
en aantekening aan het slot zeer j
prijst. Terecht naar onze mening.
Brandaen
Men moet iets van de Nederlandse
middeleeuwse literatuur kennen om zijn j
werk geheel te verstaan. Het is voor 'n j
gedeelte gebaseerd op de reis van de
monnik Brandaen.
Wat weet ik van Brandaen
een personage, eigenwijze monnik
die zioh niet vertellen laat.
In zee. meteen al een zwaar
wat zeg ik een dood hoofd
al doet mi] ongemak ik wil
zeggen hoe mijn leven was gedaan,
Een eiland, zes m(jl rond.
het weigert vreten ui
het weigert water
het weigert tederhel
woestenij.
medelij.
GERARD DEN BRABANDER
kind, zoals hij dat in een van zijn
mooiste gedichten uitdrukte. Een kind
verliefd op poëzie.
één noemer zou brengen,
ken TOUedlg geslaagd heten. maar de keu2e van
de werken blijkt de ver-
Vl"0ege wantsohap duidelijk,
verwantschap
te Rome" ls de
wantschap frappant. Dan
zijn er o.m. twee werken
van Degas. Vooral het
kleine vrouwenkopje heeft
De meeste overeenkomst is een wondere mengeling van
er uiteraard bij Vei-meers raak realisme en poëtische
We kunnen uiteraard niet Nederlandse tijdgenoten, benadering,
alle weiken noemen, al zou- Fabrltlus' vermaarde „Put-
den ze het waard zijn. tertje" staat hem héél na.
Frappant is dat al zo vroeg Fieter de Hoogh ver- Lézanne hOOgtGpunt
werken jjeectollderd zijn die legenwoordigd meteer.doek £(,n ab,oluut tlooQiepml
beantwoorden aan de eer- uit de Ermitage te.Lenm-
der genoemde maatstaven, grad heeft zelfs een Ver- m deze tentoonstelling van
„De aanbidding met kardi- mcermotief, al blijkt dan hoogtepunten vormen drie
naai Jean Rolin" van de juist een verschil in kwa- cézannes, een stilleven, 'n
Meester van Moullns bij- liteit. Meer dan bij Jan ]andsrha en een „teneur.
voorbeeld treft ln kleur, Steen en Ter Boroh, die ln
compositie en licht door een hun beste werken bijna Wat motieven betreft tde-
verwantschap met Vermeer, op Vermeerniveau komen, aal gekozen om verwan t-
Hetzelfde geldt voor Vene- Saenredam ontbreekt hier schap met Vermeer te
tianen als Cima, Bellini terecht niet. Maar het top- tonCH (Geinojt u niet> dat
en Giorgone. Een subliem punt van de Nederlandse
vrouwenportret van rond 17de-eeuwers is een marine de-e 9loot stilleven
1500 is er van de hof schil- van Jan van Capelle die schilder was, ga dan nog
der van Spanje, Juan de uit Toledo (Ver. Staten) even naar de tafel van het
Flandes en het fraaie pa- kwam. Dit Rivieragezicht Melkmeisje kijken). Maar
neeltje met de beeltenis baadt in een zilveren licht. verdere overeen-
van een jong meisje van dat Vermeel' verrukt zou
Bartholomeus Bruyn de hebben. Overigens blijkt komsten, de schikking van
Oude, uit de eigen collectie, dat meer naai- kwaliteit het stilleven, de wondere
doet het ook op deze ten- dan naai' namen gezocht is diepte van het landschap,
MoneteWn* utt.fk.nd. de „eriMtf*. oemeeei»-
Een verrassing is het hier vrel met een aardig inte- heid van de kaaiters. Dal
Oaravaggio tegen te ko- rieur en vooral Pieter van stukje muur waar deze
mm Af meester van het Anraedt, een meester van grandioze stukken hangen,
men, de meester van net Qf mlssc(hlen
chiaroscuro, die zo geheel wel het derde plan dle in men -ou er ure" LUU'
de tegenpool van Vermeer één schilderij, een stilleven, kunnen brengen en
lijkt. Maar deze Maria ver boven eigen kunnen niet uitgekeken zijn.
Magdalena uit Rome ie 'n relkte-
jeugdwerk dat nog niets Nazaten
van de werkwijze van zijn Vewaeers nazaten zijn ge-
latere tijd heeft. Hier is vonden in Italië met sterke er zun nog twee „toegu-
een poëtische eenvoud en lichtwerkingen op schilde- ten"l Vuillard met een heel j®AJN STMANON CHAROTN
Met Cézanne zou de ten
toonstelling eindigen, maar
lierve wieg. mün 1
een imbeciel zo
gij dwaze wereld
hier wiegt zioh. 1
tnloze vuist
v wijsheid ni-
onder 't gewicht t
uw gordijnen
schijnen
beklimmen.
BI t dood zwaar woord
I dat dreunend neerkiept van de kimmen.
Dit is een retoriek die in deze tijd
j velen vreemd zal voorkomen, de poë-
sinds Gerard den Brabander dit
I dichtte, in Nederland andere wegen ge
gaan, maar de bezieling achter het ver
toon is er nog altijd aanwezig, geha
vend, maar jubilerend, de nonconfor
mist blijkt er een aanvaarder van 't ge-
I hate en geliefde leven, waar geen mens
geheel uit wijs wordt. Dat ervaart men
in de Eerste verzen en steeds ster-
I ker in Signes Particuliere, Materie-
I Man, ln de aangrijpende oorlogsgedich-
De Holle Man, De Stenen
Minnaar, Morbide Mei in Oefe
ning in Eenzaamheid, en de la
tere verzen. Het zijn verzen van zelfbe
lijdenis, maar het zijn tevens ve
waarin het menselijk bestaan, ln zijn
gruwbaarheid getoond, toch telkens eer
onverwachte glorie krijgt.
Op de andere wegen vindt men dich
ters als Rein Bloem, en H. C. ten
Berge. Hun is het beklag en gejubel
1 Gerard den Brabander vreemd,
I zijn woordgebruik ook. Zij zijn dich
ters die niet direct met de onmiddellijke
eigen levenservaring werken, maar met
motieven ontleend aan de literatuur.
Gerard den Brabander werd in zijn
spiratie gevoed door literatuur van
deren, in zijn verzamelbundel staan ook
I verschillende vertalingen. Maar hij ver
werkte die vreemde invloed tot iets ei
gens, hij maakte er zich ten eigen bate
meester van. Rein Bloem en H. C. ten
Berge die beiden Nederlandse litera
tuur hebben gestudeerd, gebruiken de
literatuur van anderen als motief. In
aTHJLEVEN MET PIJPEN. GLAZEN EN SCHENKKAN (ca.. 1760—'63) hun bundels Overschrijven en Swart-
ik, misschien een vis.
uitgegeven door ar. A. T. Bellemans
geronnen zee in het noorden.
Het zou onjuist zijn deze poëzie „on
persoonlijk" te noemen, maar ze is on
getwijfeld „onpersoonlijker" in de ge
bruikelijke zin dan het vers van Den
Brabander. Ze is nog een beetje schraal
vergeleken met de poëzie van H. C. tei
Berge, maar ze heeft beslist kwalitei
ten.
H.^C. ten Berge in Swartkrans kan nog
„onpersoonlijker" lijken in zijn ver»
hij gaat nog economischer te werk.
staat geen woord te veel in zijn ve
niet in zijn „middeleeuwse" kermiskro-
niek Kockijn, noch in z'n poolzeegedich-
ten noch in de reeks Swartkrans, waar
oms motleven uit Peru met gege-
uit een Nohspel verweeft. Maar
als motieven gebruikt hij voor een be
wust objectief gehouden constatatie, die
juist om die strakke preciesheid sterk
persoonlijk wordt, zoals uit het gedicht j
Andes" blijken kan.
Wie bent u?
Wat ee
huizen
iter van cmo nö yoshizane
1 droevige ruïne is dit:
ile dodemanskisten. een vuist
de middag puistgrote
achter het plein e
De gemakkelijke aanspreekbaarheid j
in Gerard den Brabander vindt men
hier niet noch diens jubel of ontzetting, j
het hart schijnt er nauwelijks aanwezig
Maar het is er, getemd toch.
JOS PANHUIJSEN i
Broer van Bing Crosby
overleden
Salisbury (UPI) In een ziekenhuis!
van Salisbury in Connecticut is woensdag
op 70-jarige leeftijd overleden Evereti
Crosby, broer en zakenwaarnemer van
zangers-acteur Bing.
Everett Crosby, een van vijf broers, gal
zijn vraohtautodealerschap er op het eind
van de twintiger jaren aan om managet
van zijn snel opkomende broer Bing tti
worden.
In de laatste jaren was Everett secre
taris van de Crosby Investment Co., vice-
president en directeur-bedrijfsleider vac
Bing Crosby Productions Inc., en p
dent van Bing Crosby Enterprises.
Everett Crosby laat een vrouw, de oud
actrice en zangeres Florence George, e
dochter van Mary Sue Shannon-Crosby,
en drie kleinkinderen achter.