VERPAUPERING hangt dreigend boven onze BINNENSTEDEN -VERKEERSCHAOS IA AEDERLAAD- TOLGELD OP SNELWEGEN het moet ikIATERDAG 9 JULI 1966 DE LEIDSE COURANT PAGINA 7, r j DEN HAAG Het be- I I houd van de Nederland- se binnensteden hangt af van de overheid en - het bedrijfsleven. Beide instanties moeten daar bij ten nauwste samen werken. Doen ze dit niet, dan is de zaak ver loren. Het bedrijfsleven is aan zichzelf en de consument verplicht te ijveren, dat de binnen stad als winkelcentrum aantrekkelijk blijft. De overheid dient te zor gen voor behoorlijke aan- en afvoerwegen naar de city, met daar bij de nodige voorzie ningen aan openbaar vervoer, aan parkeer gelegenheid voor parti culiere auto's, aan een evenwichtig geheel tus sen de vele mogelijk heden. Overheid en be drijfsleven weten dit langzamerhand wek Men bezint zich al ge ruime tijd op 't gevaar, dat de Nederlandse bin nensteden bedreigt en op de mogelijkheden deze cities voor de toe komst te behouden. Staatssecretaris drs. J. A. Bakker van Economische Zaken en zijn directeur- generaal voor de middenstand drs. J. F. H. Wijsen is de schrik om het hart geslagen tijdens een recente studiereis langs een aantal Amerikaanse steden. ,pDat is ge woon een schrikbeeld voor de toekomst van alle steden", zegt drs. Wijsen. Een groot aantal cities in de Verenigde Staten verslaggevers) verpaupert door gebrek aan commerciële belangstelling. De woonkern eromheen was al tot verval geraakt, omdat de meeste mensen uit de stad naar buiten getrokken waren. In hun nieuwe tuin steden ontstonden prachtige winkelcentra en de bewoners voelden geen enkele be hoefte om naar de binnenstad te trekken, ondanks de uitstekende aanvoerwegen. Op het ogenblik proberen federale, staats- en gemeentelijke autoriteiten de zaak te redden. Maar het is te laat. Ook al bouwt men enorme en luxe flats even buiten het centrum van de stad voor kantoren en voor mensen, die ze willen en kunnen be talen, het helpt allemaal nauwelijks, de meeste Amerikaanse binnensteden zijn als winkelcentrum tot ondergang ge doemd. lllllllllllilllllllllllliilllililiiillillliliiiiiiililiiiiiiiiiiiililiiiiilill In V.S. gewoonste aak ter wereld aL (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG. Het klinkt fschuwelijk conservatief, maar tegelijk angstwekkend revolutio nair: „Als het moet, hef dan maar tolgelden op de snelwegen en stop het geraamde verkeersgeld in de stad". De verkeersdeskundigen hebben dit de laatste tijd niet vergeefs gepropageerd. Tal van belangrijke regerings-, politieke en commerciële autoriteiten hellen steeds meer naar deze opvatting over: tolgeld heffen klinkt zwaar ouderwets, maar in Amerika is het op vele plaatsen de gewoonste zaak ter wereld. De Amerikaan vindt het zelfs gewoon„Wij willen die brug, die weg of die kruising toch zelf hebben, nou, dan betalen we er graag wat voor". In Nederland is de Oosterscheldebrug er een verrassend voorbeeld van. De mensen, die er kritiek op hebben, zijn onder een hoedje te' vangen. De overi ge passanten vinden de brug een voor treffelijke oplossing en betalen er graag voor. „Wanneer het maar niet al te lang duurt", zeggen sommigen er bij. Alles en iedereen vraagt en eist voorzieningen. Maar steeds meer Ne derlanders zijn er eindelijk van over tuigd, dat het verkeer en zijn voorzie ningen een grote prioriteit moeten heb ben. Sommigen durven zelfs zover te gaan, dat zij deze verkeersoplossing uit de chaos even noodzakelijk achten als de woningbouw. Het snelverkeer heeft nu eenmaal snelle wegen, behoorlijke bruggen, volmaakte kruisingen nodig. Tolheffing op de snelwegen is daar bij een veel betere oplossing dan het verhogen van de motorrijtuigenbelas ting of 'n algemene heffing voor 't rijks wegenfonds. Met dit laatste treft men namelijk iedereen, ook de man, die zijn welvaart omgezet heeft in een autootje voor gezinsgebruik en dus voor uitstap jes. Het verkeer, dat de snelwegen om welke reden nodig heeft, zal daarom •onder veel kritiek tolgeld willen be talen. Mensen, die voor hun plezier rij- Dubbel doel Men bereikt er een dubbel doel mee. Men kan waarschijnlijk meer wegen bouwen en het snelverkeer op de snelwe gen ook als snelverkeer aanmerken. Men beoefent er tegelijk 'n sociale zorg mee: de weekeind- of vakantiertjders, gaan niet gebukt onder hogere belastin gen of heffingen. Past men dit soort revolutionaire sys temen niet toe, dan kan de overheid onmogelijk de verkeerschaos buiten en in de steden blijven financieren. Bij ie dere begroting, bij iedere bestedings- en Investeringsbeperking valt ook de verkeerszorg als slachtoffer van het rode potlood en daarmee wordt de ach terstand ln de voorzieningen alleen maar groter. Het rijkswegenfon,ds, nog maar pas in werking, heeft nu 'al een tekort op de begroting 1965, een tekort dat zich op de begroting 1966 zal voortzet ten. „Waar moet dat naar toe", aldus tal van prominente figuren uit de Ne derlandse samenleving. Er moet dus iets revolutionairs gebeu ren, anders raakt het verkeer buiten de stad nog meer achterop en komt de dreigende ondergang van onze binnen steden steeds dichterbij. Men zal op korte termijn moeten kiezen tussen een spectaculaire aanpak als de Ooster-- scheldebrug of tussen een toenemende chaos in het lokaal en interlokaal ver- De keuze ls aan de politici (en de particulier) van vandaag. Die van mor gen komt namelijk al te laat. „Het is een schrikbeeld en men moet er niet aan denken, wat er van de Nederlandse bin nensteden terechtkomt, wanneer er niets ge beurt", stelt directeur-generaal drs. J. F. H. Wijsen na zijn studiereis vast. „Natuurlijk, liet. gaat in Nederland lang zo hard niet, maar er zit toch wel een soms onrustbarende beweging in. Het kan helemaal fout gaan en dan ls het te laat om de klok weer terug te draaien". ONMISBAAR Drs. Wijsen ls er heilig van overtuigd, dat de Ne derlandse binnensteden voor een volk als de Ne derlanders onmisbaar zijn. Maar dan* zullen over heid en bedrijfsleven terdege - moeten begrijpen, dat de drieledige functie van de binnenstad als com mercieel, cultureel en sociaal centrum niet uit- eengexafeld kan worden, op straffe van achteruit gang. De binnenstad kan ook zijn commerciële functie niet afstaan aan bijvoorveeld moderne en viiledig verzorgde winkelcentra aan de buiten kant van de steden. „Laten we elkaar goed begrijpen," a.ldus de direc teur-generaal voor de middenstand en het toeris me „waar de bevolking woont, moet zij kunnen ko pen. Haar directe levensbehoeften bijvoorbeeld en andere artikelen. Het zou te gek zijn. wanneer een bewoonster van een buitenwijk voor ieder paar kousen, ieder nieuw bloesje, truitje of vestje naar de binnenstad zou moeten. Of dat haar man, voor een nieuwe pijp, een pocketboekje, een over hemd of een stropdas, auto of bus moet pakken en dan naar het centrum moet racen. Natuurlijk niet. dat kan gewoon niet meer. Maar er is wel een ontwikkeling gaande, die een groot gevaar voor de Nederlandse binnenstad In houdt. Wanneer een winkelbedrijf vanuit het cen trum een filiaal met de rijkste keuze in de buiten wijk of de voorstad bouwt, kan het even later rus tig zijn zaak ln het winkelcentrum sluiten. Dat geldt ook voor de detailhandel. Daarom is bij dit alles ruimtelijke planning en bedrijfsoverleg 'n dringende eis. Handel en nijverheid kunnen zelfs veel doen tegen de ontvolking van het centrum". SCHRIKBEELD Amerika hangt hem als een schrikbeeld in het hoofd. „Door het ontvolkingsproces zijn gang te la ten gaan heeft Amerika de positie van de detail handel in de meeste steden hopeloos gemaakt. La ten wij daarvoor alstublieft waken, ook door een bewuste medewerking van het bedrijfsleven zelf. Een medewerking, die zeker aanwezig is. Het zou immers een ramp zijn, als de commerciële func tie van het stadscentrum zou wegvallen". Het bedrijfsleven kan het niet alleen. De overheid rijk. provincie, gemeente zal hier volledig ach ter moeten staan. De denkbeelden van drs. Wij- sens passen precies in die van een groot aantal verkeersdeskundigen en stadsplanologen: „Sane ren waar dit maar mogelijk is in de binnenstad. Zorg voor parkeergarages: ondergronds, gelijk- IA AMERIKA IS IIET AL TE LAAT Zware taak voor overheid en bedr ij f sle veil Allemaal op de Jiets vloers of ver boven de grond. Een goed vervoer langs behoorlijke aanvoerwegen. Daarbij moet men een reële keuze maken tussen openbaar en privé ver voer of een evenwicht zoeken tussen beide. Er zijn drie mogelijkheden: of geheel eigen ver voer, of alleen jnaar openbaar venoer of een cumu latie van beide. Aan deskundigen de taak. deze kwestie In gemeen overleg op te lossen. Als het maar gedaan wordt en goed gedaan wordt, inclu sief een totaal ander taxlsysteem. Het moet ge beuren anders loopt de zaak vast". De studiegroep waarmee staatssecretaris Bakker en zijn directeur-generaal Wijsen enige we ken door Amerika gereisd hebben is het over één zaak volledig eens: „Als we deze maatregelen niet nemen, is het een verloren zaak voor de Nederland se binnenstad". BEST-SELLER De studiecommissie weet intussen wel wat zij zegt. Samengesteld uit vertegenwoordigers van rijk, gemeente, bedrijfsleven (financiers, grootwinkel bedrijf en detailhandel) heeft de commissie enige jaren geleden gerapporteerd over de winkelcentra buiten de binnensteden. Het rapport werd een best seller in Nederland. De commissie heeft daarmee heel wat Nederlanders aan het denken gezet. Thans heeft zij de problematiek van de binnenstad onder de loep genomen op verzoek van de- „com missie opvoering produktivitelt" Het rapport ver schijnt in het najaar en het zul gezien de actua liteit van de voorlopige conclusies, die al getrokken zijn opnieuw een best-seller worden. Het gesprek is gaande, maar een jaar langer wachten dan noodzakelijk is, kan voor verschillende Nederland se steden al te laat zijn. Verkeersdeskundigen hebben het deze commissie van deskundigen al voorgehouden: „Eigenlijk is het al te laat. Maar laten we alles op alles zetten, om de binnenstad te behouden" Een aantal bestuurders heeft het gelukkig al begrepen en tal van deskun digen zitten over hun tekentafels gebogen, om de binnenstad van een toenemend aantal Nederland se gemeenten van de ondergang te redden. Want „wat zijn Amsterdam, Maastricht, Den Haag, Leiden, Utrecht, Delft en de vele andere historische Nederlandse steden zonder een centrum waarin de commerciële, culturele en sociale eenheid verankerd liggen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1966 | | pagina 7