ALBERT
EINSTEIN
Kennis
is geen
privé-
bezit
In slobbertrui en op sandalen
tot zelfs in de hoogste kringen
Egypte legt zwaartepunt
op landbouw
Industriële boom met
steun Russen lijkt voorbij
>AG 18 MAART 1966
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 11
IMIiilillllINlllil
Ml
IIIM^
iw AAST Einstein is Waarschijnlijk geen
k| tweede geleerde aan te wijzen die
m door zoveel miljoenen mensen on
voorwaardelijk wordt beschouwd en
erd als een uitzonderlijk groot man en
genie, op grond van zijn wetenschappe-
e prestaties die voor minstens negenen-
entig procent van al die bewonderaars
strekt onbegrijpelijk zijn. Bijna iedereen
bindt Einsteins naam onmiddellijk aan de
tiviteitstheorie. Maar wat dit algemeen
ende begrip in grove lijnen inhoudt, kan
fechts een enkeling bij benadering aan-
ein zon dc diepe eerbied die de niet-wetenschappelijke
ld hem toedraagt, zeker niet verworven hebben als
behalve een excellent geleerde niet ook een zeer
[tonder mens zon zijn geweest. Het feit dat hy met zijn
nken een bijdrage heeft geleverd tot begrip van de
Bnos als misschien niemand vóór hem. zou hem alleen
der de beoefenaren van de wetenschap de faam hebben
icrgd die hij daar geniet.
hij daarnaast evenwel voor de massa die van
werk ternauwernood iets begrijpt het symbool
geworden van de menselijke triomf over de materie,
Skt hij bovendien aan zijn volstrekt ongekunstelde
jvoud, zijn eerlijke belangstelling voor om het even
|k individu en zijn vriendelijke goedheid,
amaast heeft uiteraard ook de tragedie van zijn
en hem werd, als jood, het leven en werken in
Island onmogelijk gèma-akt bijgedragen tot de
Bpathie, die hij ondewindtzelfs ondanks de
bittere kritiek, die hij in zijn rechtlijnige eerlijkheid
leveren op zijn rasgenoten, die hij verweet in
i blindheid het noodlot te hebben afgewacht.
Zonder pose
:eins persoonlijkheid bezit talrijke facetten. In de
ats leeft hij voort als de eminente
:nschapsman voor wie de wiskunde een door
tale filosofie bijgeslepen sleutel werd tot het
De vierde dimensie, die ons tot dusver in
iche zin helaas nog altijd verhindert de ware
lische samenhang te onderkennen, de tijdscoëfficiënt
lijk, maakt voor degene, die de hogere wiskunde
beheerst, het volgen van Einsteins theorieën na
dood al weer uitgebouwd volstrekt onmogelijk,
vreemd kunnen lijken, dat Einstein, die toch
[wetenschappelijke vader van de kernbom genoemd
worden, niet het voorwerp van algemene verguizing
[geworden, indien niet de gehele wereld ervan
:uigd was, dat de grijze geleerde zelf het meest
heeft onder de praktische consequentie van zijn
dat massa en energie twee verschillende vormen
dezelfde grootheid zijn.
jëen onlangs in de Prismareeks verschenen boek over
leven en werken 1) tekent Hilaire Cuny Albert
istein op knappe wijze, niet in het minst door talrijke
ppraken van de geleerde zelf.
tttein beschouwde zichzelf allerminst als een bijzonder
ns, een feit, dat hem wellicht juist tot een bijzonder
bs stempelt. Dat was geen valse bescheidenheid want
t daartoe was hij niet in staat: hij besefte uitstekend,
hij als weinige anderen in staat was tot uitzonderlijke
ectuele prestaties. Maar hy zag daarin geen reden
van anderen te onderscheiden.
was in staat voor een bepaald onderdeel van
werk een desnoods veel jongere collega te raadplegen
ij meende dat deze hem kon helpen. En met dezelfde
fsprekendheid liet bij studenten die bij hem aan-
n in zijn studeerkamer om hen bij een bepaald
Aleem te helpen. Zonder pose hielp hij ook het school
tje dat vrijmoedig op hem toestapte op zijn wandeling,
bet vertrouwen even bij een moeilijke algebrasom
kundige uitleg te krijgen.
Verteerbaar
|wel Einstein een bij uitstek beminnelijk mens was.
vele dingen waaraan hij een hekel had. In
rste plaats aan geweld, en niet minder aan
chtigheid en dikdoenerij. In het bijzonder van
hapsmensen kon hij dat niet verdragen. Hij
zelf altijd zo eenvoudig mogelijk te formuleren,
de kennis, die hij verworven had, niet
ouwde als privé-bezit, of als eigendom van een
wetenschappelijk groepje, maar als een rijkdom
de gehele mensheid.
maatschappij maakt arbeid van geleerden
elijk, ze onderhoudt hen. Ze heeft op haar
het recht aan hen verteerbaar voedsel te
en".
ein toont zioh hiermee 'n waar gemeenschapsmens
enmin pose, ook al kan men hem als een
individualist beschouwen. Hij werkte, op zijn
•iveau, evenzeer aan de maatschappij als
gewoon arbeider. Hij verlangde dat ook van zijn
w zorg over de mens en zijn lot moet altijd
voornaamste doel van alle technische
'wanningen zijnvergeet dit nooit temidden
li uw diagrammen en vergelijkingen".
Jwerk was voor hem inderdaad „werk" en hij deed
t in het minst gewichtig over. Tot een vriend, die
l verontschuldigde, omdat hij Einstein op een
^proken punt in Berlijn even had laten wachten, zei
e excuses wegwimpelend
werk dat ik doe, kan overal gedaan
len. Waarom zou ik minder goed over mijn
flemen kunnen nadenken bij de brug van
"am dan thuis?"
Hij kon nu eenmaal
„Het is duidelijk, dat het feit, dat het individu
van de maatschappij afhangt, een natuurlijk
verschijnsel is, dat men niet uit de weg kan
ruimen".
„Ik ben zelden enthousiast over wat de
maatschappij wel of niet gedaan heeft, maar ik
ben haar altijd dankbaar, dat ze bestaat".
Slobbertrui
Daarin toonde Einstein aan, er ten volle van d-ordrongen
te zijn, dat hij een ondeelbaar onderdeal van de
maatschappij was en dat hij hóór moest dienen en niet
zichzelf. Zijn sandalen, zijn slobbertrui en zijn
ongecultiveerde haren, waarmee hij zich zowel thuis
als in de hoogste academische en polit eke kringen
bewoog, vormden niet 't visitekaartje van de excentrieke
zonderling, die anders wilde zijn dan de anderen, maar
demonstreerden slechts zijn volstrekte onverschilligheid
voor uiterlijkheid en voor status. Hij verwierp niet
slechts de statusgedachte, hij trok zich ook niets aan
van geld en andere materiële zaken, die voor zoveel
anderen juist de belangrijkste aspecten van het
maatschappelijk leven uitmaken:
„Wélzijn en geluk héb ik nooit als een absoluut
levensdoel beschouwd. Deze basis van de moraal
noem ik zelfs „liet ideaal van varkens".
„De mens is tegelijkertijd een afzonderlijk indi
vidu en een gemeenschapswezen. Als eenling
tracht hij zijn eigen leven en dat van zijn
naaste verwanten te beschermen, zijn persoon
lijke wensen te vervullen en zijn aangeboren
vermogens te ontwikkelen. Als sociaal wezen
tracht hij de instemming en genegenheid van
zijn medemensen te verwerven, in hun vreugde
te delen, lien in hun droefheid te troosten en
hun levensomstandigheden te verbeteren. Al
leen het bestaan van deze verschillende, vaak
tegenstrijdige neigingen kan een verklaring
geven van het bijzondere karakter van een
mens."
God van Spinoza
In deze uitspraak typeert Einstein reeds iets van zijn
religieus besef, dat ten nauwste verbonden is enerzijds
met zijn kosmisch besef, en anderzijds jegens zijn mede
mens. Godsdienst in de strikte zin was Einstein vreemd,
reeds als kind. Als joodse jongen ging hij naar een
katholieke school en hij zag daar zelf beslist geen tegen
strijdigheid in. Hij zag de godsdienst niet als een rituele
praktijk, maar als een houding jegens de medemens:
„Voor mij bestaat het wezen van de godsdienst
hierin, dat men zich kan verheugen over zii1
blijdschap en kan lijden onder zijn smart."
Aanhanger van een godsdienstige richting of sekte kón
■MM
„Ik geloof in de God van Spinoza die zich open
baart in de harmonie van al het bestaande, en
niet in een God die zich met het lot en de
handelingen van de mens bezighoudt."
wezenlijk deel van
,JDe mooiste ontroering die wij kunnen onder
gaan, is de mystieke ontroering. Ze is de kiem
voor alle ware kunst en weienschap. Wie dit
gevoelen vreemd is, wie zich niet verwonderen
kan en in vrees leeft, is gewoonweg een dode.
De wetenschap dat het ondoorgrondelijke
werkelijk bestaat en zich aan ons openbaart
als de hoogste wijsheid en de meest verblin
dende schoonheid, die alleen in grove trekken
toegankelijk is voor onze gebrekkige ver
mogens, deze kennis en dit gevoelen vormen het
centrale punt van een waar religieus bewust
zijn."
De bom
In het begin der veertiger jaren was de wetenschap ry'p
voor grote experimenten op kernfysisch gebied. Einstein
was de woordvoerder van een groep Amerikaanse ge
leerden die Washington (aanvankelijk vruchteloos!) wees
oi) de ontzaglijke militaire mogelijkheden van de uit
materie vrijkomende energie. Er is niets in zijn leven
waarvan hij later zoveel spijt heeft gehad:
„Als ik geweten had dat liet de nazi's niet zou
lukken de atoombom eerder dan de geallieerden
te vervaardigen, zou ik mij overal buiten ge
houden hebben."
Hij heeft evenwel de deur helpen openen naar het
nucleaire tijdperk en van zijn mogelijke illusie, dat de
gevolgen daarvan nog ingeperkt zouden kunnen worden,
is niets overgebleven. Het is niet onmogelijk, dat deze
deceptie zijn dood heeft verhaast. Hij rekende het de
geleerden tot plicht zich ernstig rekenschap te geven
van wat zij Einstein zelf in de eerste plaats
ontketend hadden:
„Wij mannen van de wetenschapdie 't tragisch
lot ondergingen te helpen bij het maken van nog
verschrikkelijker en effectievere vernietigings-
middelen, moeten het als onze ernstige en aller
hoogste plicht beschouwen alles te doen wat
in ons vermogen ligt om te verhinderen, dat
deze wapens gébruikt worden voor het onmen
selijke doel waarvoor ze uitgevonden werden.
Welke taak zou van meer belang voor ons
'.kunnen zijn? Welk sociaal doel zou ons nader
aan het hart kannen liggen?"
Reeds als kind had Einstein een ingeboren afschuw
van alles wat met geweld samenhing. De personificatie
daarvan was voor hem onder andere het uniform. Hij
had er een grondige hekel aan, die zelfs aan verachting
grensde, ook omdat het voor hem „uniform denken"
symboliseerde. Het was zijn noodlot, dat hij, door de
atoombom te helpen verwezenlijken, een grotere bijdrage
tot de oorlogvoering heeft geleverd dan welke politieke
of militaire leider ook. Hij zou, had hij de beslissing
daarover nogmaals mogen nemen, geweigerd hebben:
„Ik zou onvoorwaardelijk weigeren rechtstreeks
of zijdelings in dienst van de oorlog te werken.
Ik zou proberen mijn vrienden te overreden, dat
ze ook dezelfde houding zouden aannemen,
onverschillig welke reden men mocht aanvoeren
voor de aanleiding tot de oorlog".
Zijn beroep op Roosevelt de atoombom niet tegen
Japan te gebruiken, werd volstrekt genegeerd. De
militaire leiders kregen de vrije hand en tot op dit
ogenblik lijden duizenden mensen aan de afgrijselijke
gevolgen daarvan. Het besef daarvoor mede verant
woordelijk te zijn, heeft Einsteins laatste jaren vergald.
Ook al betoogde hij:
Jk leef in een eenzaamheid, die zo zwaar valt
in de jeugd, maar die op rijpere leeftijd heer
lijk is".
„Ik stel voor om in de gevel van het Volkeren
bondpaleis te laten graveren ik steun de sterken
en breng de zwakken zonder bloedvergieten tot
zwijgen".
Verblinding
Op 18 april 1955 stierf Einstein, hield het brein van de
geniaalste denker die de wereld kende, op te werken.
Ruim 76 jaar daarvoor was hij in Ulm ter wereld ge
komen en het zou tot zijn volwassenheid duren voordat
de wereld iets bijzonders aan hem opmerkte. De jongeman
van wie zijn moeder schreef:«„Ik 'weèt niet wat we later
met Albert moeten doen. maar zijn leren Is werkelijk
niet veel zaaks", stelde in 1905 de relativiteitstheorie op.
Daarmee en met de later verschenen veldtheorie opende
hij voor de wetenschap een onmetelijk nieuw perspectief.
In de dertiger jaren verliet hy Hitler-Duitsland en het
lot deed hem belanden in Amerika, dat hy als eerste
het verschrikkeiykste wapen hielp verschaffen, dat de
mens ooit bezeten heeft.
Hij heeft ook ten opzichte van zijn nieuwe vaderland
nooit zyn mening verborgen:
„Ik moet zeggen, dat de buitenlandse politiek
van de Verenigde Staten sinds het einde van
de vijandelijkheden mij soms herintiert aan de
houding van Duitsland onder keizer Willem II".
Ook zijn rasgenoten spaarde hij niet. Hun massale
vernietiging door een waanzinnig dictator hadden zy
kunnen zien aankomen en dat velen van hen aanvanke
lijk Hitier naar de ogen zagen in de hoop hem gunstiger
jegens hem te kunnen stemmen, stemde hem bitter:
„De antisemieten spreken gaarne over de
kwaadaardigheid en de sluwheid van de joden,
7naar heeft men ooit in de geschiedenis een
sprekender voorbeeld van collectieve domheid
gezien: de verblinding van de Duitse joden?"
„Ik zag de onumardige mimicry van joden van
bëtekenis, en mijn hart bloedde".
Niet onder de indruk
Degenen, die hij daarbij op het oog had, waren geenszins
gesteld op de krasse taal, die Einstein zowel aan hun
adres als aan dat van de nazi's richtte. In hun ogen
werd Einstein een gehate verrader, die hun voorbeel
dige ïydzaamheid waarmee zij zich hoopten te
redden doorkruiste.
Teleurgesteld in vele dingen, maar geenszins verbitterd
trok Einstein zich tegen het einde van zyn leven zoveel
mogeiyk terug uit het opentjare leven, ofschoon hy een
intense belangstelling hield voor zyn medemens, „de
enige voor wie het leven waard is geleefd te worden".
Tot zijn laatste uur toe heeft hy gewerkt, heeft hy
verder gebouwd aan de theorieën, die een nieuwe be
tekenisvolle tak van wetenschap hielpen schragen.
Er zijn weinige mensen, die in hun leven méér eerbetoon
hebben ondervonden en er is er^vaarschijnlijk geen. die
daarvan zo weinig onder de indruk is geraakt. Hij is
gewoon de man in de slobbertrui gebleven, die op blote
voeten in sandalen door de universiteitsstad Princeton
van een ijsje liep te eten.
Enkele uren na zijn dood, toen de delen van zijn lichaam
die voor de wetenschap van nut konden zijn waren ver
wijderd. werd de rest van zijn stoffelijk overschot, zonder
enige plechtigheid, verast. Een der grootste genieën die de
mensheid had voortgebracht, een individualist die zich
had doen kennen als de meest voorbeeldige gemeenschaps
mens was niet meer.
CAIRO (UPI) De Egyptische industriële
„boom"-periode is voorbij. De regering heeft
thans haar aandacht verplaatst naar de land
bouw, de historische bron van rijkdom van het
land, om de ontwikkelingsproblemen op te
lossen. Deze verandering in het economische
denken is gepaard gegaan met de kabinets
verandering van september, toen premier Ali
Sabry werd vervangen door Zakaria Mo-
hieddin. Waarnemers zien in beide verande
ringen 'n verwijdering van het communistische
blok en een duidelijker oriëntatie op het
Westen.
Nasser ervan te overtuigen dat ont
wikkeling van de industrie de enige
redding voor het land betekent. Hot
resultaat van de industrialisatie
programma s. die de communisten
honderden miljoenen dollar gekost
hebben, is een economische chaos.
Het Westen heeft daarentegen steeds
beweerd dat Egyptes heil is gele
gen in ontwikkeling van de land
bouw. Deze theorie is thans aan
vaard door het kabinet van Mohied-
din en als de regering haar pro
gramma's uitvoert, kan zij rekenen
op steun van de Verenigde Staten,
de Wereldbank en het Internatio
naal Monetair Fonds (IMF). Do
meeste Westerse deskundigen in
Egypte geloven dat het industriali-
satieplan voomamelgk mislukt is
door gebrek aan natuurlijke hulp
bronnen in de Egyptische bodem
Onbewerkte materialen voor de in
dustrie moesten met harde munt in
het buitenland worden gekocht,
maar de eindprodukten werden voor
Egyptische ponden verkocht, met
als resultaat dat vele industrieën de
Egyptische koopkracht in de were'
verzwakten.
Verdeeld
Door het economisch beleid van de
rcgering-Mchieddin heeft het Wes
ten nieuwe belangstelling gekregen
voor Egypte, hoewel deze volgens
welingelichte zegslieden nog uiterst
voorzichtig is. Niemand weet name
lijk hoelang de „landbouwrenais-
sance" zal duren, of hoever deze zal
gaan. Volgens berichten is het
Egyptische regime verdeeld in een
groep die Mohieddins denkbeelden
steunt en een linkse fractie onder
leiding van de vroegere premier Ali
Sabry.
De meeste waarnemers menen dat
Nasser achter Sabry staat, maar te
sluw Is om Egypte zozeer aan het
communistische blok te binden als
Sabry wel wenst. IWohieddin zou
volgens deze theorie premier zijn
geworden als onderdeel van een
tactische manoeuvre om het finan
ciële krediet In het Westen te her
stellen. Nasser zou dan op de duur
weer op communistische koers gaan
varen, als onderdeel van zijn poli
tiek om het Oosten tegen het Wes
ten uit te spelen.
De huidige terughoudendheid van
Westerse financiële instellingen om
Egypte te hulp te snellen zou te
vens te wyten zijn aan de te grote
invloed van dc Sabryfractic. Dc
Wereldbank, die nog nooit eerder
hulp aan Egypte heeft verstrekt, zal
echter een missie naar het land zen
den om de economische behoeften
op te nemen. Volgens welingelichte
zegslieden heeft de Wereldbank op
het ogenblik voomameiyk interesse
in landbouwprojecten in de ontwik
kelingslanden en zou eventuele hulp
aan Egypte ook tot dit terrein be
perkt blijven.
In elk geval blijkt Egypte wel weer
over commerciële kredieten te kun
nen beschikken: de Amerikaanse
Chase Manhattan Bank heelt, een
krediet van 20 miljoen dollar ver
strekt en het is aan te nemen dat
andere Amerikaanse banken dit
voorbeeld zullen volgen.
Onlangs heeft een missie van het
IMF een bezoek gebracht aan Egyp
te en mogelijk zullen dit voorjaar
onderhandelingen beginnen over een
Egyptisch verzoek 37.5 miljoen dol
lar van het fonds te lenen. Als deze
lening wordt goedgekeurd, zal deze.
naar wordt aangenomen, gebruikt
worden ter aflossing van betalingen
op korte termijn en voor ontwikke
ling van de landbouw.
Graanschuur
In de afgelopen jaren zijn de Egyp
tische landbouwinkomsten m*t
slechts twee procent per jaar geste
gen. terwgl de bevolking ieder jaar
met drie procent toenam. Volgens
Westerse deskundigén kan deze
kloof alleen worden overbrugd door
rationalisatie van de landbouw.
i -- -•>
was. beschikt nog steeds over de
beste „zwarte" landbouwgrond die
er In de wereld te vinden Is, maar
heeft nooit veel aandacht geschon
ken aan de wetenschappelijke revo
lutie in de landbouw en volgens de
waarnemers kunnen de oogsten veel
groter zyn dan thans.
Vele „fellaghins" gebruiken nog de
houten ploeg en woelen slechts de
dunne bovenlaag van hun ryke
grond om. Het zaaien geschiedt op
ouderwetse en Inefficiënte wijze,
waarbij vijfmaal zoveel zaad als In
Amerika wordt gebruikt, terwijl het
resultaat slechter is. Op enkele ex
perimentele projecten na. bestaat
geen coöperatie tussen naburige
boeren om hun oogst te vergroten.
Een vooraanstaand landbouwdes
kundige meent dat Egypte, naar
conservatieve schatting, zyn katoen-
oogst. de belangrijkste bron van
Inkomsten kan verdubbelen en
zijn graanoogst kan verdrievoudigen
als de landbouwmethodes worden
aangepast aan deze tijd. Onlangs
heeft Egypte met Amerika een over
eenkomst gesloten voor hulp by de
uitbreiding van de kuastmestpro-
duktie en met verdere hulp kan het
land mogelijk binnen enkele jaren
zelf In zyn behoefte aan kunstmest
voorzien. De Verenigde Staten ver
leent ook hulp bij Irrigatie, ter ver
groting van de produktie op meer
dan 800.000 hectare bouwland.
Egypte heeft circa 2.4 miljoen hec
tare bouwland en In de afgelopen
jaren heeft men getracht bouwland
op de woestijn te veroveren. Dit Is
een langzaam en kostbaar proces en
Westerse deskundigen hopen dat de
Egyptenaren in plaats van landher-
winning grotere aandacht zullen be
steden aan het vergroten van de
oogst op bestaande landbouwgron
den en op betere verzorging van de
-tv-- van landbouwprodukten. ten
einde hard* valuta t« innen.