Bijbel
Twee in
vlees
Bloomsdag
en
kunst
van
M 'r
PAGINA. 6
DE LEIDSE COURANT
DINSDAG 22 FEBRUARI 1966
rein dool
de verloren zoon'
Tentoonstelling ran voornaam peil, waarbij relatie niet steeds duidelijk is/'
Toen prof. dr. C. W. Mönnich
dezer dagen de tentoonstelling
„Bijbel en Kunst van Nu" in het
Haagse Gemeentemuseum inleidde,
waarschuwde hij ervoor dat het
tentoongestelde sommige bezoe
kers zou kunnen verbazen of zelfs
schokken, omdat het vaak zo
anders was dan wat men gewend
is op het gebied van bijbelse kunst.
Die waarschuwing lijkt niet mis
plaatst. De tentoonstelling, inge
richt ter gelegenheid van het 150-
jarig bestaan van het Nederlands
Bijbelgenootschap, is reeds eerder
in Arnhem en Utrecht te zien ge
weest en zo vernamen we
er is door leden van het genoot
schap naast waardering ook wel
stevige kritiek geuit. Het kan ^8
moeilijk andershet is zelfs toe te f&l
juichen omdat weerstand in elk Ma
geval een actieve houding betekent
en moderne kunst alleen maar
gebaat is bij een actieve belang
stelling, óók als die zich niet posi
tief richt.
De tentoonstelling werd voorbereid
door een werkgroep, bestaande uit een
aantal vooraanstaande mensen uit mu
seumkringen. Daardoor werd een over
het geheel voornaam peil verkregen.
Maar het is er naar onze Indruk ook
oorzaak van geweest dat men meer naar
kunst met een bijbelse naam dan naai
werkelijk door de bijbel geïnspireerde
kunst heeft gezocht. En vaak lijkt die
nü&mgeving dan een toevallige te zijn.
<üe hl meer dan één geval ontstaan is
na voltooiing van het werk. Het ie in
zekere zin te betreuren dat men zich
vrijwel uitsluitend heeft bepaald tot
„vrije werken". Indien men meer in op
dracht ontstane stukken, bijvoorbeeld
uit keiken, had opgenomen was het peil
van de tentoonstelling er waarschijnlijk
niet beter op geworden, maar zou een
minder eenzijdige voorstelling van de
huidige relatie kunstbijbel verkregen
zijn.
Er zijn thans tal van werken te zien.
die slechts bij toeval op de tentoonstel
ling verdwaald lijken te zijn. Neem zo'n
kapitaal doek als dat van Kees van
Bohemen. Hij noemt het Déluge en het
geeft inderdaad iets weer van de intense
kracht van neerdonderend water. Mèt
die titel Zondvloed wordt dit werk in
de sfeer van de bijbel getrokken, maar
we geloven nauwelijks dat de schilder
door het bijbelverhaal geïnspireerd was
toen hij eraan werkte. We geloven eer
der dat die zondvloed al makend ont
stond en dat Van Bohemen het achteraf
wel als een goede titel bedacht.
Jaap Wagemaker
Het geldt voor veel werken op deze
tentoonstelling. Jaap Wagemaker heeft
er drie assemblages hangen van het
JAAP WAGEMAKER
type waarmee hij wereldwijde bekend
heid kreeg Ze zijn weer -uitermate
boeiend deze „samenstelsels" van verf,
zand, hout en metaal. Maar of ze als
Jericho, Horeb en Ararat meteen bijbels
geïnspireerd kunnen heten blijft voor
ons de vraag. Luceberts Toren van Ba-
bel. een uiteiet gevoelig gedane half-
abstractie, zou zonder naam het even
goed doen. Er zijn meer „Torens van
Babel". Shinkichi Tajiri maakte er twee
uit brons: sierlijke pagode-achtige con
structies, die het veel aardiger doen dan
bijvoorbeeld de al te simpele Jacobs-
ladder van Carel Visser of de bepaald
lelijke assemblages David en Goliath
van Jos Wong Lun Hing of diens „Co
des", die een kruis moeten voorstellen.
Kruis dat pijn doet
Treffend is een ander kruis, een nogal
merkwaardig geval van Aart van den
LJasel. Op een ruwhouten plankje tim
merde hij in kruisvorm een aantal roes
tige spijkers en krammen, rfet lijkt
simpel, maar het geeft iets onthutsends,
een gevoel van pijn bijna. Opmerkelijk
is nog eens te zien hoe Weseel Oouzijn
een tiental jaren geleden werkte. Zijn
plastiekjes Opstanding en Emmaüsgan
gers uit 1953 zijn nog volkomen figura
tief en ze doen het nog erg goed.
Men kan overigens bepaald niet zeg
gen dat de figuratieve kunst slecht ver
tegenwoordigd is Neem Dick Elffers,
die met Jesaja en twee werken ónder de
titel Genesis „leesbare" voorstellingen
maakte. We bedoelen dit letterlijk, want
het gaat hier inderdaad erom de ver
werkte voorstellingen stuk voor stuk
af te lezen. Friso ten Holt heeft behalve
enkele etsjes ook een zeer groot for
maat doek „Jacob en de engel" hangen.
Een belangwekkend werk dat in zijn
vastgelijnde compositie en zijn sterke
kleurwerking het gevecht weergeeft als
een schreeuw. Aat Verhoog en Ans Wor.
tel geven beiden de lichamelijkheid weer
op de hun bekende wijze. De eerste leek
ons daarbij duidelijker bij"bel-geïn6pi-
reerd. Co Westerik is met drie kleine
prenten slechts heel bescheiden verte
genwoordigd, maar men moet die pren
ten bepaald niet over het hoofd zien.
Bijzonder fraai is de kruisweg van
Carel Kneulman. Voor de veertien sta
ties maakte hij bronzen, met goud ge
hoogde plaquettes, waarin de voorstel
lingen tot een uiterste vereenvoudiging
zijn gebracht Het werden juweel
tjes van vlakverdeling met een voor
treffelijk gebruik van het materiaal. Ge
inspireerd lijken ze zeker al kan men
de vraag stellen of ze ook inspireren
zullen tot een religieuze ontroering
Dit laatste geldt voor bijna alles 'wat
de bezoeker aan deze tentoonstelling te
zien krijgt. Als die bezoekers dit als een
nadeel ervaren zullen zij wellicht ten
prooi zijn van de verbazing of de schok
waarvan prof. Mön
nich sprak. Maar zij
dienen dan te be
seffen dat zij ver
baasd of geschokt
aullen zijn door het
moderne in deze
kunst en veel min
der doordat de bij -
bel se inspiratie van
het getoonde hun
niet direct duidelijk
is. De inspiratie ls
in het verleden in
de bijbelse of in
de gehele religieuze
kunst vaak minder
sterk geweest dan
men zioh wel eens
voorstelt. Christelij
ke kunst was voor
al de laatste eeuwen
vrijwel steeds kunst
met een christelijk
onderwerp of liever
nog een christelijke
naam. Dat geldt voor
de Bottioelli-madon
na's zo goed als voor
de Bernini-heiligen,
maar óók bijvoor
beeld voor Rem
brandt waar Suzan na
en Bethsabee alleea
maar^ fraai geschil
derde modellen zijn
en de onlangs door
het Rijksmuseum
aangekochte Heilige
Faimilie een in
tiem gezinstafereel.
Natuurlijk kan men.
óók bij Rembrandt
bijvoorbeeld soms
bepaald wel zeggen
dat er een extra
dimensie van het bo
vennatuurlijke aan
wezig is. Maar dat is
toch zo zeldzaam 't
geval dat men de ex
posanten in "t Haags
Gemeen temuseum
niet mag verwijten,
dat ze hier zo zelden
wordt bespeurd. Een
heel apart onderdeel
van de tentoonstel
ling vormen tien
prenten die ter ge
legenheid van de ex
positie in opdracht
van het Nederlands Bijbelgenootschap
zijn gemaakt door vijf Nederlandse kun.
EEN KATHOLIEKE H U W E L IJ K S R O M A N
I ieen
Er moet een Nederlandse bis
schop geweest zijn die toen
hij voor het eerst van de
methode van de periodieke
onthouding hoorde, uitriep
Ha! Nu hebben we eindelijk
een katholiek neo-malthusia-
nisme. Na lezing van de
huwelijksroman Twee in een
vlees van het echtpaar Anny
Matti en Wim Spekking. zal
misschien een lezer gevonden
worden die uitroept: Ha'. Nu
hebben we eindelijk een ka
tholieke Lady Chatterley's
Lover. Nu zou men direct
kunnen opmerken dat Lady
Chatterley's Lover over de
buitenechtelijke liefde handelt
en Twee in een vlees beslist
en uitsluitend over de binnen-
echtelijke. De opmerker heeft
dan uiteraard gelijk. Maar het
biologische verschijnsel is in
beide gevallen hetzelfde en de
beschrijving ervan du« even-
Die beschrijvingen lijken dus
in beide boeken op elkaar.
Annv Matti en Wim Spekking
hebben eens precies willen
zeggen hoe het bij de ge
slachtelijke omgang gaat. Rob
Verhoeven, de leraar geschie
denis. die al spoedig promotie
maakt omdat hij zo goed
filmen kan en bij de televisie
komt en zijn vrouw Petra, die
nog aan de universiteit aan
het studeren is in de Neder
landse letteren en ook al les
gegeven heeft, zit het les
geven in het bloed. Hun hele
roman is in feite een les over
het huwelijk bij katholieken in
deze. onze moderne tijd.
Voorbeelden
Ze weten hoe belangrijk bij
het onderwijs het voorbeeld
is en daarom zijn ze in hun
relaas het boek wordt zowel
door Rob als door Petra ver
teld gul met voorbeelden,
de vrijheden in de omgang
voor het huwelijk en de bed-
scenes later worden voorna
melijk. hoewel niet uitsluitend,
door Petra verteld, het deel
dat Rob daaraan bijdraagt is
betrekkelijk gering.
De toon ls nogal extatisch, al
worden de lichamelijke ver
schijnselen angstvallig vol-
lédig nagegaan. Petra heeft
daarbij in tegenstelling tot
Lady Chatterley een voor-
ANNY MATTI EN WIM SPEKKING
keur voor de wetenschappelijke
term. 'hetgeen waarschijnlijk
met haar opleiding in verband
De meeste lezers en lezeressen
zullen zich aan deze beschrij
vingen ergeren. Waarom
eigenlijk? Ze kunnen iets on
bekends bevatten voor onvol -
wassenen beneden een be
paalde leeftijdsgrens. die
steeds lager schijnt te worden.
Voor alle anderen zijn ze
overbekende stof. Door de
extatische toon zijn ze uiter
aard even melig als de be
schrijvingen in Lady Chatter
ley's Lover, een van de minste
boeken van D. H. Lawrence.
Het bezwaar dat men tegen
Twee in een vlees heeft gaat
dus niet zozeer tegen deze
beschrijvingen, die in de grond
niet andeis zijn dan de be
schrijving van de geboorte van
een kind. die men er twee
keer lezen kan, een keer door
Petra en een keer ook door
Rob. Ook daar is de toon
extatisch.
Dat extatische komt voort niet
alleen uit het biologisch ver
schijnsel zelf. maar vooral ook
uit het karakter van de twee
vertellenden. Het zijn name
lijk beiden zeer met zichzelf
ingenomen personen, de leraar
of ex-leraar zowel als de lera
res Tegen de zelfingenomen
heid gaat ons grootste be
zwaar. Petra en Rob zijn wer
kelijk niet zo gewichtig als ze
zelf denken en dat geeft aan
het hele verhaal een onwaar
achtigheid die steeds hinder
lijker wordt. Ze willen altijd
gelijk hebben. Ze willen gelijk
hebben wat de vrijheden die
ze zich voor him huwelijk
veroorloven betreft, ze willen
gelijk hebben in hun geboor
teregelingsmethoden, ze willen
gelijk hebben omtrent Petra's
emancipatie, die niet alleen
maar het huishouden wil doen.
die daar trouwens een hekel
aan heeft, maar die mee wil
spreken in de maatschappij.
Ze spreekt iets minder mee
dan ze zelf denkt.
Humor
Een van de mooiste dingen
in een geslaagd huwelijk is de
humor. Wezenlijke humor
kennen Petra en Rob niet. Ze
lachen wel eens. maar dat is
dan om het gedoe van andere
mensen, die niet zo vrijge
vochten zijn als zij. Zelfspot,
de bron van de meeste en
de waarachtige humor, kennen
ze niet. Dat maakt hun relazen
tot een zwaar-op-de-hands-
geval. Even .zwaar op de hand
als hun erotiek. Petra en Rob
zijn meer standaardmensen
dan werkelijke persoonlijk
heden, hun verhaal is ook
daarom te weinig beeldend.
Het werd uitgegeven in de
Diamantreeks van H. Nelissen
te Bilthoven, die voornamelijk
bestaat uit vertalingen van
boeken die een prijs verwier
ven, een reeics van „hoogte
punten uit de wereldlitera
tuur". In feite hoort Twee in
een vlees daar niet bij. Om
dat het zo weinig beeldend is
kan men het namelijk niet bij
de literatuur rekenen. Het is
geen literatuur, bet is lectuur.
Nu kan lectuur niettemin on
derhoudend en leerzaam zijn.
Leerzaam is Twee in een vlees
natuurlijk wel. Het geeft me
ningen weer die op het ogen
blik onder katholieken in
Nederland leven, het behandelt
problemen die hen bezig
houden.
Dat is al op de eerste blad
zijden het geval. Daar zijn
de Smitsen bij de Verhoevens
op bezoek en de heer Smits,
die acht kinderen heeft en
niet twee zoals de Verhoevens.
roept daar uit: ze hebben
ons bedonderd.
Ze zijn uiteraard de geeste
lijken. De Kerk doet het in
Twee in een vlees nogal eens
verkeerd. De Verhoevens gaan
te biechten. Maar wat ze in de
biechtstoel te horen krijgen,
staat hun niet aan. Terecht
soms. objectief gezien. Maar
ze zien het zo subjectief.
Ongehoorzaam
Elke ontwikkeling in de Kerk
is begonnen met een onge
hoorzaamheid. luidt de eerste
zin van het boek. Daar zit
wellicht, iets waars ln. maar
de volledige waarheid is het
bepaald niet. Dat geboorte
regeling niet de kindennoord
is waarvoor ze vroeger wel
eens werd uitgemaakt, dat een
vollediger aanvaarding van 't
lichamelijke niet slecht maar
goed kan zijn. dat een vrouw
meer kan zijn en behoort te
zijn dan een huissloof wordt
tegenwoordig wel algemeen
erkend. De Verhoevens hebben
daarin gelijk, maar ze hebben
het wel op een nogal arro-
Hun boek kan. dunkt ons,
zeker rekenen op de belang
stelling van het soort mensen
waartoe zijzelf behoren, die
meestal nogal uitvoerig uit
weiden over bekende zaken.
Of het werkelijk volwassenen
veel leren zal betwijfelen we.
Die zullen het meestal met
een tikkeltje vermaak om de
grootdoenerij en gewichtigheid
lezen. Als ze het lezen!
JOS PANHUIJSEN
shinkfchi
stenaare. Aat Verhoog heeft er een ma
jesteitelijke Verrijzenis hangen Leide-
naar Rein Dool lithografeerde in een
sterke lijnvoering De gevangenneming
en De verloren zoon. Jef Diederen maak
te speelse, leuk in de kleur staande
plaatjes van De eerste dag en Mene
tekel. Wessel Oouzijn is hier wèl in zijn
stijl anno 1965 en sommigen zullen dat
misschien betreuren en Hannes Poetma
geeft vreemde dimensies aan Golgotha
en Johannes op Patmos. De vijf kunste
naars zijn óók op de grote tentoonstel
ling vertegenwoordigd, maar die werken
zijn niet te koop. Althans niet voor de
zéér civiele prijs waarmee dank zij een
subsidie van het Bijbelgenootschap deze
litho's voor bezoekers te verkrijgen zijn
De tentoonstelling blijft tot 6 maart in
het museum. Daarna gaat ze nog naar
Breda en naar de Noordoostpolder en
misschien óók naar België.
babel
De Stichting Nederlandse Pantomime.
Haarlemmerhouttuinen 145, Amsterdam,
organiseert gedurende de Paasvakantie
een mime- en pantomimeoursus.
In het Toneelmuseum te Amsterdam
wordt donderdagavond 3 maart een ten
toonstelling geopend onder de titel „Een
huis vol toneel". carel kneulman
jezus vermaant de wenende vrouwen
Toneel getrokken uit Ulysses Op een keerpunt in de geschiedenis
et is veel te moeilijk, het is een
spel met woorden 'geworden, een spel
dat tenslotte het leven iedere zin ont-
nt heeft men van het werk van
James Joyce gezegd. En omdat men
het latere werk van Joyce, zijn Ulysses
Finnegans Wake, inderdaad niet
naar van het blad af leest en onmid
dellijk begrijptzijn de mensen, die tocht
wel in de schone letterengeïnteresseerd
zijn, dat gaan geloven en hebben ze dat
latere werk van Joyce niet gelezen. Wel
Bubliners en wel Portrait of the artist
i a young man, dat trouwens ook in
het Nederlands is vertaald, maar niet
Ulysses en niet die vreemde wereld-
anifestaiie. die soms op een bizarre
lappendeken schijnt te lijken: de nacht
waks bij Finnegan.
James Joyce heeft slechts één toneel
stuk gesohreven. waarbij hij zich sterk
al te sterk - inspireerde op Ibsen.
Exiles of Ballingen ls een respectabel
stuk op de Ibsensiaanse manier, maar
heel indrukwekkend is het niet, evenmin
ais de verzen die Joyoe sohreef veel meer
dan respectabel zijn.
Van iedereen
Maar zijn eigenlijke werk. zijn grote
prozascheppingen zitten vol toneel, merk
waardig genoeg. Dubliners. met de perso-
die in het latere werk zullen blijven
optreden, kan men al als een reeks tafe-
DE ENGEL reien opvatten, die zeer gemakkelijk ge-
zich daar een opvatting over moet
vormen, gewoonlijk niet gemakkelijk om
tot een juist oordeel te komen om de
eenvoudige reden, dat een oorspronkelijk
wezenlijk creatief schrijver die lezer of
die beoordelaar altijd voor is. Werk van
beslissende betekenis heeft altijd tijd
nodig om een algemener erkenning te
vinden. In de tijd, dat het verschijnt,
wordt het althans in de algemener waar
dering meestal overschaduwd door min
der oorspronkelijk werk, door mode-
werk, dat wil zeggen door populaire en
meestal vrij slappe afgietsels van be
slissend werk uit het verleden.
Gissen
Waar dit werk van beslissende bete
kenis in het verleden te vinden is, kan
men eerst duidel^k onderkennen als het
tot dat verleden is gaan behoren, de
tijdgenoot kan er slechts naar gissen en
meestal gist hij het niet.
Wie het recente of betrekkelijk recente
verleden bekijkt, kan nu eerst zien, waar
de omkeer begon waarin we nu nog
leven. Het is niet onwaarschijnlijk, dat
deze begon bij de twee romantici, die
de romantiek om hals brachten, zover
die ooit om hals te brengen is en die
twee romantische naturen waren twee
heel verschillende personen, namelijk
Marcel Proust en James Joyce.
Zij trachtten veel doortastender
dan die andere romanticus Zola door
te dringen tot de van illusies ontdane
erkenning van het leven van de mens op
Dat Marcel Proust romantisch van
aanleg was, blijkt uit iedere bladzijde
van zijn onderzoekingstocht naar de
verloren tijd, dat Joyce hem daarin al
thans geleek, kan men ervaren als men
Nog
steeds werkzaam
Wat hij en Proust begonnen, werkt nog
steeds door, niet zelden in absurde over
drijvingen, die nu als zoete koek geslikt
worden en die door hun overdrijving eer
der van het doel verwijderd raken dan
het dichter benaderen
Hoeveel frisser, waarachtiger blijkt
bijvoorbeeld het toneelstuk dat Allan
M'Cleland uit Ulysses haalde dan veel
absurd toneel van de mode van de dag.
Het heet Bloomsday, Bloomsdag, en
het geeft in de eigen woorden van Joyce
de hoofdmomenten weer van de zestiende
juni 1904, de dag waarover Ulysses ver
telt. Het werd voor De Bezige Bij te
Amsterdam uitstekend vertaald door
Gerardine Franken. Men kan er het
bezwaar tegen aanvoeren, dat het uiter
aard Ulysses tekort doet. dat het te
veel vereenvoudigt. Maar voor hen. die
levenservaren genoeg zijn om het te
kunnen begrijpen en die van Ulysses
zelf niet op de hoogte zijn, kan het niet
temin omdat het kundig is samen
gesteld een byzonder goede inleiding
vormen op het zoveel omvangryker
eigenlijke werk. Zelfs voor hen. die
Ulysses wel kennen, zal het. evenals de
andere stukken uit Joyces werk ge
trokken, ongetwijfeld verhelderend zqn.