CONSTANT
DE JALOERSE GOD
en de homo ludens
OVERZICHTS
TENTOONSTELLING
IN HET HAAGS
GEMEENTEMUSEUM
(ISLUKTE ROMAN VAN JOHN BRAINE
f Jenepen en
2 banaal
Voor de doden
van de Unie
- GEDICHTEN VAN ROBERT LOWELL
FUTILITEIT
VANHET
BESTAAN
Encyclopedie
TERDAG 9 OKTOBER 1966
DB LEKDSE COURANT
Constant is een scheppend, een creatief
kunstenaar. Hij maakt, om met Ezra
Pound te spreken, de dingen nieuw. Dat
houdt altijd in hoe dan ook dat er
in het werk dat hij produceert een sterk
spelkarakter zit. Spel wordt gespeeld
behoort althans gespeeld te worden
om het spel, vrij en onbaatzuchtig binnen
de spelregels. Het spel wordt hoe langer
hoe zeldzamer geloven we in onze
huidige samenleving, waar sport een
beroep en een zwaar betaald beroep is
geworden. Niettemin gelooft Constant op
redelijke gronden, dat de toekomst een
tijd van spel zal worden. We krijgen zo-
DE GLORIE VAN HET SPEL
veel werkloosheid, hopelijk in de goede
zin van dat woord, dat we er iets op
zullen moeten vinden.
Voc
^ijee john Bruine die in 1922 in Yorkshire is géboren en die gewoonlijk tot de „angry
loting men" wordt gerekendde jongeren die zich verzetten tegen de samenleving
het intellectualisme in het Engeland van hun tijdis intussen niet zo jong meer.
entn lij behaalde een groot succes met Room at the Top, Pleats aan de Top, waar hij
vervolg op schreef. Het succes kwam wellicht, omdat de
H.i niblikatie actueel kon geacht worden en omdat hij niet zo best was. Dat laatste
an men misschien vreemd vinden, maar dergelijke grote successen zijn meestal
h V( iiet zo best, zij geven het publiek de sensatiedie het verlangt,
ke ion ook vaak sensationeel in de slechte z
Hoewel John Braine onder de
w -atie van „Angry young men" wel het
meeste opzien baarde, kon men al
wer Room at the Top zien dat hij geen groot
ve romanschrijver was. Nu zijn dat de
meeste „angry young men" en zij die min
tieer tot hun groep behoren niet. Een
geprezen en gelezen boek als Lucky
van Kingsley Amis, mag vermakelijk
en zeer leesbaar, niemand zal er bij
nadenken een grote roman in zien.
humoristische erin doet Wodehouse
r en de satire op het intellectualisme
r eerder grappig dan inderdaad ver-
nieügend.
Katholiek
John Braine is katholiek en zijn vierde
The Jealous God zou men een
itholieke roman kunnen noemen, in be
id opzicht zelfs met nog meer recht
sommige romans van Evelyn Waugh
Graham Greene.
Het ergste in de romans van Graham
achten wij vaak die katholici-
;it, dat gegoochel met de godsdienst om-
het verhaal of de oplossing
het verhaal. Maar zelfs als men een
als The End of the Affair waar,
ten weet, zeer sterk in gegoocheld
'ordt, vergelijkt met The Jealous God,
-alt de authenticiteit van Greenes werk
iettemin op.
Men ziet bij die vergelijking onmiddel
lijk dat John Braine als romanschrijver
Greene volkomen betekenisloos
I 'wordt, juist omdat ze beiden op het-
jjzelfde gebied grasduinen.
Bij het lezen van The End of the Af-
'air kan men zich ergeren, omdat de
luteur bepaalde katholieke opvattingen
ten eigen behoeve misbruikt, bij het
lezen van zijn Jealous God overvalt de
lezer althans zo verging het ons
een geheel ander gevoel. Als die lezer
zelf katholiek is, zal hij zich waarschijn
lijk schamen, niet voor Braine en diens
hartverscheurend banale stijl, maar voor
het vertrokken beeld van het katholicis-
me dat hier gegeven wordt en dat door
de schrijver klaarblijkelijk aanvaard
wordt als een juist, in ieder geval moge
lijk beeld. De lezer, die katholiek is.
schaamt zich dan, omdat de schrijver ge
deeltelijk misschien toch gelijk heeft.
Omdat er katholieken zijn die zo onge-'
veer over hun geloof denken en die de
godsdienst verengen tot een stel ver
boden en geboden en soms bepaald be
denkelijke fatsoensnormen.
Vreemde moeder
In The Jealous God, dat vertaald door
J. F. Kliphuis onder de titel De Jaloerse
God bij A. W. Sijthoff te Leiden ver
scheen, komt een moeder voor die wilde'
dat haar tweede zoon priester zou worden
en hem, als hij al een volwassen leraar
is, er nog voortdurend aan blijft her
inneren. Zulke moeders, die een roeping
willen opdwingen, hebben bestaan en in
hun wensen speelde de sociale status-
factor niet zelden een rol. Zuiver feitelijk
gezien kan men niet veel tegen deze
creatie van Braine inbrengen
De zoon, Vincent Dungrarvan, van Ierse
Collectie-Bar
in Gemeentemuseum
DEN HAAG In het Gemeentemu
seum wordt van 20 oktober af een ten
toonstelling gehouden van de verzame
ling beeldhouwwerken van Werner en
Nelly Bar uit Zwitserland. Deze ver
zameling moderne beeldhouwkunst werd
door het echtpaar Bar sinds de dertiger
jaren bijeengebracht. Hun voorkeur ging
daarbij uit naar de figuratieve aspecten
van de moderne beeldhouwkunst. Van
Rodin af zijn alle inmiddels klassiek ge
worden namen vertegenwoordigd, o.m.
Picasso, Matisse, Renoir, Despiau, Archi-
penko, Maillol, Pompon, Laurens, Lip-
schitz, Zadkine, Barlach, Richier en
Marini. Uiteraard zijn ook Zwitserse
beeldhouwers vertegenwoordigd, waar
onder de te Parijs werkende Giacometti
genoemd dient te worden. Uit de om
vangrijke collectie worden een 60-tal
beelden in Den Haag getoond. Boven
dien zal een aantal beeldhouwersteke
ningen te zien zjjn, waaronder zich
bladen bevinden van o.m. Rodin en
n het woord.
afkomst, heeft, mede daardoor, een vrij
sterke moederbinding gekregen, waarom
hij zich aan het ontworstelen is.
Als het boek begint is hij juist ge
nezen van een verliefheid op een katho
liek meisje, Clare, dat mogal vulgair is.
Zijn moeder vindt dat aanvankelijk best,
want nu komt haar hoop op het priester
schap weer naar boven. „Je mag blij
zijn dat je haar kwijt bent", zegt ze.
„Elk meisje brengt je verdriet. Ik heb je
al heel lang verteld dat je op deze aarde
geen geschikte bruid zou vinden. En dat
weet je zelf ook als je in je hart kijkt
Dertig jaar en niet getrouwd. En geen
priester. Je zult een arm meisje als je
vrouw gebruiken, dat is alles. Als het
Clare niet meer is, dan zul je wel een
ander vinden. En denk maar niet dat ik
er niet achter kom! Kniel, Vincent,
en zweer dat je niet ergens een vrouw
hebt zitten, die je onderhoudt. Dan zal ik
je geloven, maar eerder niet".
De zoon, Vincent, geeft daar uiter
aard geen gevolg aan. Zo volwassen is
hij toch wel.
„Moeder", zegt hij, „u bent volkomen
belachelijk. Als iemand me zoiets zou
zien doen, zou hij denken dat ik stapel
gek was geworden. Tot ziens. Ik hóóp
dat de hemel u wat meer gezond ver
stand zal schenken."
Geen geluk
Vincent Dungrarvan leert dan op de
leeszaal van Charbury de assistente ken-
hij wordt onmiddellijk verliefd
op haar. Hij heeft daar weer geen geluk
bij, want al is Laura Heycliff eharmaht
bovendien nog goed, ze is een ge
scheiden vrouw en protestant.
Als 'Vincents moeder daarvan hoort,
id ze Vincent tbch liever met Clare,
die ze terecht vulgair vindt, getrouwd ge-
met de verdere avonturen van
Vincent, die amoureus steeds meer in de
knoei raakt, zo simplistisch gesteld, dat
het lachwekkend zijn zou als het niet
gedeeltelijk bestaanbaar was.
Vergeleken met The Jealous God is het
toneelstuk Inadmissible Evidence, Niet
als Bewijs Toegelaten, van die andere
„angry young man" John Osborne dat
onlangs bij de Ned. Comedie in première
ging, een meesterwerk.
Maar ook dit zo beroemde drama
is tenslotte simplistisch* en larmoyant.
Wellicht zal de periode van de „angry
young men" in Engeltnd voor de Engelse
letteren toch niet zo belangrijk blijken
als deze zelf eerst met veel ophef ons
hebben voorgespiegeld. Een diepgaander
vernieuwing dan de hunne lijkt ons al
thans gewenst.
Jos Panhuijsen
Van Constant, die voluit Constant
A. Nieuwenhuys heet en die op 2i juli
in de Celebesstraat te Amsterdam ge
boren werd, hebben we herhaaldelijk
werk gezien, maar by stukjes en beetjes,
zodat het moeilijk was om het eigen ge
zicht of zoals men tegenwoordig zegt
de image van de man te ontdekken.
Men kan dit nu op de overzichtstentoon
stelling die tot en met 21 november in
het Haagse gemeentemuseum van zyn
werk gehouden wordt.
Goed ingericht
Het is, naar onze mening, een tentoon
stelling die niet alleen zeer mooi is
bijzonder goed ingericht door dr. W. Jos
de Gruyter, drs. Regina Dippel en drs.
H. J. A. M. van Haaren. met medewer
king onder meer van de kunstenaar zelf.
maar die ons ook broodnodig lijkt, omdat
eindelijk in Nederland een kunste- de afgewogenheid
naar van ongewone originaliteit
kracht, completer ln zyn werk kan zien»
Er staat in de catalogus een portret van
Constant. Hij draagt er een hoed, op de
achtergrond ziet men gitaren ,en hy
lijkt er een beetje op een Spanjaard. Hij
lacht en kijkt tegelijk onderzoekend. Hij
ziet er ontspannen uit zoals sommige
Spanjaarden dat kunnen.
Hij ïykt er, op de onderzoekende blik
na, ook een beetje op De Onverschillige,
LTndifférent van Watteau. over wie we
in onze vorige kroniek spraken.
Als we het over de tentoonstelling als
zeer mooi hebben, zeggen we iets dat in
de huidige artistieke situatie, zo onge
veer als een blasfemie klinkt. Maar al
ln het begin van de tentoonstelling .bij
de eerste schilderijen van Constant,
wordt men getroffen door de fynheid en
TWEE DIEREN IN GROEN LANDSCHAP
De Amerikaanse dichter Robert
well over wie Hugh B. Staples nog
zo lang geleden een stuclie publi-
ceerde, die Robert Lowell: The First
Twenty Years heet, heeft evenals
John Berryman, wiens Droomgedich-
»ve onlangs behandelden, een zeer
merkwaardige ontwikkeling ondergaan.
Hij heeft, zoals de Engelse dichter
Stephen Spender heeft opgemerkt, als
>en pionier de grenzen van de taal
■erder verlegd, hij heeft in de poczle
de behandeling van verschijnselen op
genomen, die te excentriek leken om
in poëzie behandeld te worden en hij
deed dat steeds meer in een bijzon
der compacte, sterk beeldende taal.
herstelbaarheid kan men ln ai de ge
dichten van Robert Lowell, die tot de
voornaamste der levende Amerikaan
se dichters gerekend wordt, vinden. In
zyn eerste bundels, evenzeer als in zyn
laatste die zo juist bij Faber Faber
te Londen verscheen en die For the
Union Dead heet. Voor de doden dus
die voor de republiek gestorven zijn,
onder wie zich ook vele negers bevon-
Maar naast dat gevoel voor de on
herstelbaarheid van het lot en voor dc
passie die het hart van de mens be
weegt, vindt men er tevens de verfij
ning der cultuur in een steeds cultuur
lozer wordende wereld.
Herhaaldelijk spreekt Lowell in zijn
gedichten over boeken en schrijvers,
over zijn huis vol boeken, die hij, als
hij zijn bril heeft afgezet, nauwelijks
meer ziet, over de geschiedenis
beschavingsgeschiedenis. Hij tracht
zich mensen uit het verleden voor de
geest te stellen en het merkwaardige
doet zich dan voor, dat hij mensen i
het recente verleden niet zo heel a
Hij is ook merkwaardig genoeg - ders behandelt, dan mensen vele eei
de vertaler van Racines meest bezeten wen her. Hij zet ze wel in hun tijd
tragedie namelijk Phèdre. Phèdre is
bij ons vertaald door J. F. Walch. Hij
bracht er niets van terecht, het werd
een hopeloos gehaspel met rym, vrij
wel zonder ziel of zin. Maar Lowell is
erin geslaagd, zy 't in 'n Amerikaans
versidioom, wel de bezetenheid en de
cultuurverfijning, die Racines werk
kenmerken, in het Amerikaans over te
brengen.
Het is geen wonder dat hij Phèdre
koos, de vrouw verliefd op haar stief
zoon, die tenslotte die stiefzoon en zich
zelf ten gronde richt.
Menselijke passie en menselijke on-
ln de eigenaardigheden van hun tijd
en milieu, met een enkel woord slechts,
maar hij acht hetgeen door de lieden
met het zogenaamde historische besef,
door de historici, zo allesoverwegend
belangrijk geacht wordt, maar van
zeer bescheiden waarde. Hij zoekt, zou
men kunnen zeggen, onder de histori
sche mens, steeds de mens, de ons ver
wante, de overal en altijd verschillende
en de overal en altijd gelijke. Hij maakt,
evenals Ezra Pound in zijn Cantos dat
doet, en zoals iedere godsdienst ten over
staan van het aangebedene, het verleden
recent. De mythe kent alleen een he
den. lvïeft men wel eens gezegd en de
mythe is in bepaalde zin de gedroomde
werkelijkheid, die historisch nauwelijks
bestaat.
Of hij dicht over Leonidas en zijn
hoplied-n, elkanders gouden Botticelli-
aanse Laren kammend bij Thermopy
lae, of hq het heeft over Little Boofs,
Caligula „my namesake" die zich,
God wanend, de goden ombrengen wil-
toch zo'n armtierig spinachtig sol-
datenkeizertje was, of hij het heeft over
de Amerikaanse schrijver Hawthorne
die in die, volgens de dichter, hopeloze
plaats: Salem woonde, men wordt in 't
gedicht al is het soms in de vej.eden
tijd geschreven altijd geconfror'.eerd
met de gebeurtenis die plaats grijpt of
de toestand die bestaat en dat met be
hulp van het gecomprimeerde woord,
it meer uitdrukt dan de vernuftigste
de elegantste beschrijving.
In Salem
Het hoofdmotief is de futiliteit van
die gebeurtenis en van die toestand,
-en her of korter geleden. Men
ziet in het gedicht Hawthorne bijvoor
beeld de schrijver van De Scharlaken
Letter in Salem.
Laat hem met rust voor een ogenblik
en ge zult hem zien het hoofd gebogen
nadenkend, nabroedend.
zijn ogen op een spaander,
een steen gevestigd, op onkruid,
op iets volkomen banaals,
of dit het raadsel oplost.
De verwarde ogen gaan omhoog,
tersluiks, bedrogen, onvoldaan
over dit zien van de waarheid,
die niets betekent.
voortdurend het motief van de bij
ziendheid, een gedicht heet zelfs: My
opia: A night en eindigt met de nuch
tere regels:
zeggend: ,J)it was een nacht".
In al hun nuchterheid, die door iede
re al wat oudere mens als juist gecon
stateerd kan worden, zijn de gedichten
ook tragisch, maar de nuchterheid trekt
deze tragiek binnen bepaalde grenzen,
die ze minder op bezetenheid en meer
op aanvaarding van het onvermijde
lijke doen lijken.
Illusie
De futiliteit wordt in de verzen van
Lowell ook aangetoond in het terugden-v
die eens geweest
is. Dat brengt het vers het meest bij 't
traditionele erotische vers, waarmee
we al eeuwen overvoerd worden, maar
ook dat geeft Robert Lowell een bijzon
der accent en hij weet het te verbinden
met zijn futiliteitsbesef in het algemeen.
Men komt in zijn bundel niet alleen
in het verleden als heden getoond, maar
verschillende landen en onder
verschillende volken. Lowell is in 1950
in Rome als Paus Pius XII juist het
dogma van Maria Tenhemelopneming
verkondigd heeft, iets waarin Lowell
niet gelooft, hij Is ln Florence, de plaats
der lieflijke tirannenmoorders, hij is in
Zuid-Amerika waar de generalen voort
durend de regering verzetten, hij
maakt poëzie, het onsterfeiykste en 't
moment en wie dat, als hij, goed doet,
maakt poëzie, het onsterflijkste en
futielste dat er op aarde is.
de kleur. Constant is
een ongewoon tref
zeker colorist. Men
kan dat zien aan het
sohllderU dat uiteinde-
ïyk Fauna tot titel
kreeg, en dat eerst
Lente en later ook
nog Herfst heette. In
de catalogus wqdt dr
W. Jos de Gruyter er
enkele bladzyden aan
Hij merkt op hoe
speels het ls, hoe zor
geloos in bepaalde zin.
maar hy heeft het.
als hy het schilderij
nader gaat bekijken
op de eerste plaats
over de kleur, en te
recht. Hij wijst er ook
op hoe intelligent het
spel. het bezeten spel
van Constant is. Maar
niet alleen in Fauna,
in al die vroege schilderijen met vogels
en dwergen, met honden en katten
beren, met zon en maan. met huis
sohlp kan men die kleur bewonderen
vooral het fraaie contrasteren van kleur
tegen kleur.
Geen kinderwerk
Als zoveel Cobramensen heeft Con
stant zich gedeelteiyk geïnspireerd op de
kindertekening, maar de schilderyen zijn
bepaald geen kinderwerk. Men zou zich
vergissen als men dit meende.
Er zit ondanks de fijnheid der kleur
odk een grote kracht in. een sterke ex
pressie zo men wil, en daar neemt de
kleur soms in bijzondere mate deel aan,
bijvoorbeeld in Verschroeide Aarde, of
Luchtaanval en in Gewonde Duif.
In de vyrtiger jaren komt Constant, tot
een versobering, tot een visie in grote
vormen zoals in De Vlam, De Hand.
Als men deze schilderijen en de daarby
aansluitende gouaches in het prenten
kabinet gezien heeft, is het mogelijk om
Constant te situeren in de Nederlandse
kunst van deze tijd. Hq deelt met Karei
Appel de kracht en met Comellle de
intelligentie, hij is gelijk begaafd, maar
noch een Appel noch een Corneille. In
dezelfde vyrtiger jaren gaat hy ook ab
stract werken, met composities in zwart
en wit. met driehoek en vierkanten, en
maakt hy ook composities met blokjes,
die oppervlakkig aan de Nieuwe Stijl
van de zeromensen doet denken .maar
hy biyft daarnaast en daarna met figu
ren werken.
Het is mogelijk dat de bezoeker door
dit abstract werk en die blokjes niet by*
zonder getroffen wordt, maar ze hebben
hun betekenis in de ontwikkeling naar
een nieuw spel van Constant, die vla zijn
bijzonder fynzinnige en ruimtescheppen
de plastieken leiden zou naar de evo
catie van New-Babylon of Nieuw
Babyion .de plastieken van de stad der
toekomst, die Constant zelf ..utopisch"
noemt, en die even fantastisch als in
telligent bepaald zyn.
Met staal en plastics
I Met staalplaat, staaldraad en plastics
heeft Constant hier de droom van de
wereld der toekomst geschapen in het
tijdperk van de spelende mens. de homo
ludens, dat. volgens hem. voor ons ligt
..New-Babylon is een antl-naturalis-
I tische en anti-functionele stad New-
Babylon is het produkt van een niet-
utilitaire, creatieve technocratie, van een
industrialisatie die op de mens en zijn
werkeiyke behoeften gericht isDe
speelstad New-Babylon negeert de tra
ditionele functies van de stad: de woon
functie wordt er vervangen door epn
hotelaccomodatie voor een trekkende
bevolking, de verkeersfunctie krijgt, er de
betekenis van joy-riding. de arbeid wordt
er door computers geregeld, en recreatie
(belachelijk woord) heeft er geen beteke
nis omdat alles er creatie is".
Constant gaat uit van een sluimerende
creatieve kracht in de massa. Hoe die
kan gewekt worden en of die kan ge
wekt worden is een vraag. Momenteel
ziet het er naar onze mening nog niet zo
gunstig daarvoor uit. Maar dat New-
Babylon een creatie van betekenis is.
staat voor ons vast.
EIVORMIGE CONSTRUCTIE
IN POCKETVORM
Toen The Columbia-Viking Desk Ency
clopedia voor het eerst uitkwam schreef
The New-York Times: .de eerste ency
clopedie in één deel, die dc naam ency
clopedie waard is". Het blad schreef ook:
„dit boek hoort thuis ln Iedere biblio
theek. hoe gToot of hoe klein die mag
zijn". Deze encyclopedie by gewerkt tot
de datum van verschoning ongeveer, is
onlangs als pocket verschenen b\j Dell
Publishing Co. Incl. te New-York.
Het is een heel dikke pocket, in kleine,
maar goed leesbare letters een enkele
landkaart daargelaten gedrukt, in
twee kolommen en 2016 bladzyden dik.
Het bevat 31700 artikelen, waarvan voor
de pocketeditie er 665 geheel nieuw zyn
of nieuw geschreven. Er staan rüet veel.
maar zeer nuttige tekeningen in. grafie
ken en lijsten over de elementen, de
monumenten en de Nobelprijzen.
Alle 31700 artikelen uiteraard beknopt,
soms zeer beknopt, zyn in het licht van
de huidige wetenschap, betrouwbaar. We
hebben verschillende steekproeven ge
nomen, speciaal ook wat Nederland be
treft. en het klopte op een enkele druk
fout na tot op de spelling toe, iets dat in
buitenlandse encyclopedieën niet altyd
het geval is.
Dat komt, omdat deze schrijftafel-
encyclopedie door dezelfde staf van de
Columbia Universiteit werd samenge
steld, die ook de grote Columbia Ency
clopedie samen stelde. Zelfs wie een grote
ecyclopedie bezit, zal aan de pockett
Iets hebben en er dingen in vinden, die
hij in zijn grote encyclopedie wellicht
niet aantreft, speciaal natuuriyk. maar
niet uitsluitend, wat Amerikaanse zaken
en personen betreft. Bovendien wordt
van ieder woord de uitspraak en niet
zelden de afkomst gegeven, wat lang
niet alle encyclopedieën doen. Het is
een pocket apart.
taalfamilies, de Amerikaanse parken en
Salon der Maassteden
naar Amerika?
SCHIEDAM. (ANP) De directeur van
het Gemeentemuseum te Schiedam, de
heer Jan Paalman, onderzoekt de moge
lijkheid om de werken van Nederlandse
schilders welke het volgend Jaar op de
salon der Maassteden geëxposeerd zullen
worden naar Amerika te doen overbren
gen. teneinde daar ln verschillende ste
den in musea tentoon te worden gesteld.
De heer Paalman keerde woensdag uit.
Amerika terug waar hq niet nog een
aantal Nederlandse afgevaardigden het
oongres der Internationa! Council of Mu
seums in Philadelphia en Washington
heeft bijgewoond Hier waren ongeveer
500 afgevaardigden uit 62 landen bijeen
ter bespreking van het werk der musea
ln de wereld.