Verwachte
kwam niet
BIJNA WERELDKAMPIOEN
„Duel" tussen Slotemaker en
Koster zorgde voor spanning
Mike Hailwood
wereldkampioen
JIM CLARK NA ZANDVOORTUITSLAGEN ZANDVOORT
MAANDAG 19 JULI 1965
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 7
Twee ronden lang leefde er hoop in het japanse
kamp. Twee ronden lang mocht de witte Honda van
Richie Ginther, verrassend snel in de training, het
veld van de Nederlandse Grand Prix aanvoeren. Toen
werd in de Tarzanbocht, voor de ogen van zo'n 55.000
toeschouwers, het vonnis over Honda geveld. In de
derde ronde passeerde de groene BRM van Graham
Hill de bolide van Ginther. Kort daarop ging op de
zelfde plaats ook Jim Clark de Honda voorbij. De
Brabham van Dan Gurney had al evenmin medelijden
met de top-rijder van het Japanse merk. Steeds verder
zakte de witte wagen met de rode zon terug. Halver
wege de race was het verschil met de leiders al een
volle minuut. Na 60 ronden werd de Amerikaan zelfs
„gelapt".
In deze Grote Prijs van Nederland, bij droog maar
winderig en koud weer verreden, werd daarop weer
eens een oude waarheid bewezen. Opnieuw werd aan
getoond dat prognoses, vastgesteld aan de hand van
trainingstijden, vaak opvallend weinig waarde hebben.
Drie-tiende seconde scheidden de snelste vier coureurs
in de training. Graham Hill was met 1.30,7 de snelste
man van het veld. Ginther, Clark en Surtees kwamen
allen tot 1.31,0.
De Engele winnaar Jim Clark met
de Italiaanse filmster Monica Vitti
in de lauweren.
heel onwaarschijnlijk. Na 27 ronden
bereikte hij echter het strijdende
duo. In de Tarzanbocht en de Hunse-
rug toonde Stewart toen zijn kunde.
Elke meter ruimte die zijn rivalen
hem lieten, buitte hij uit. Stalgenoot
Hill, wereldkampioen in 1962, werd
als eerste gepasseerd, in de 32e ronde
was de tweede plaats al in bezit van
de BHM-r\jder. Even scheen een duel
met Clark nog tot de mogelijkheden
te behoren. Stewart mocht twee
maal een halve seconde op zijn
streekgenoot winnen. Daarna maakte
Clark, rijdend met de allure van een
groot kampioen, aan alle onzeker
heid een einde. Hij herstelde schijn
baar zonder moeite het verschil en
liep zelfs verder van zijn rivaal weg.
Pas in de laatste fase van de wed
strijd, toen alleen pech de fameuze
Lotus-rijder van zijn vijfde Grand
Prix-overwinning in 1965 kon afhou
den, kreeg Stewart kans iets in te
lopen.
Chapman van
arrestatie geredP'
Holin Chapman, eigenaar van
de Lotusfabriek, zal ondanks
de overwinning van Jim Clark
met gemengde gevoelens aan
Zandvoort terugdenken. Politie
agenten, die de befaamde Brit,
al seizoenen lang vaste gast
van Zandvoort, niet herkenden,
drongen Chapman enkele mi
nuten voordat de Grand Prix-
renwagens hun race begonnen,
naar achteren. Een strobaal
maakte dat de Engelsman ach
terover viel, zich trachtte los
te rukken en tot schrik van de
organisatoren en vaste bezoe
kers van het circuit, midden
op de baan opnieuw tegen de
grond werd geworpen. Veel
meer dan een bloedende wond
aan zijn arm hield Chapman
niet aan zijn val over. Hij trok
zich terug in de Lotus-pits en
gaf direct toe.dat alles ook wel
enigszins zijn eigen schuld was.
Hij droeg immers geen arm
band en hij kan zich best voor
stellen dat lang niet iedereen
zijn verweerde gelaat met het
verzorgde snorretje kende.
Hij beschouwde 't incidentje
dan ook als afgedaan. De Zand-
voortse politie had echter een
andere mening. Na afloop van
de race kreeg Chapman som
matie onmiddellijk naar het
politiebureau te komen. Wed
strijdleider Van Haaren inter
venieerde en maakte dat de
Brit enkele uren respijt kreeg.
Meer kan zelfs de scheidende
functionaris voor zijn Engelse
gast niet bereiken. Om half
acht in de avond trok hij met
de eigenaar van de winnende
Lotus-renstal naar het bureau
om gehoord te worden.
STEEDS AAN
DE LEIDING
Het door vele verwachte gevecht
ie echter niet gekomen. In de vijfde
ronde nam Jim Clark, die eerder de
grote prijzen van Zuid-Afrika, België
Frankrijk en Engeland op zijn naam
•had gebracht resoluut de leiding. De
„Flying Scot" stond die niet meer af.
Voor de tienduizenden op de tribunes
redde coming-man Jackie Stewart
echter veel. Met teamgenoot Graham
Hill en de Brabham van Dan Gurney
leverde de Schot, die door velen als
opvolger van Jim Clark wordt gezien,
een langdurig gevecht. Evenals in
Francorchamps bij de Belgische
Grand Prix slaagde Stewart erin een
tweede plaats voor BRM veilig te
stellen. Jim Clark, die een voor
sprong van een achttal seconden vol
doende achtte, kon hij echter geen
moment bedreigen.
THEORIE
Er zal bijna een wonder moeten
gebeuren om Clark zijn wereldtitel,
die hij in 1964 aan de veelvoudige
oud-titelhouder motorrennen John
Surtees moest afstaan, te ontnemen.
Slechts Graham Hill kan de hereboer
uit de Schotse hooglanden onttronen.
Dan moet Hill alle vier resterende
Grand Prix-races winnen en mag
Clark geen tweede plaatsen voor
zich opeisen. Een theorie waar nau
welijks iemand in kan geloven
Zoals gezegd, Jackie Stewart red
de de race voor een goed deel. Acht
ronden lang bezette de tweede man
van BRM een vijfde plaats, een
kwart minuut na de leiders. De Hon
da was de eerste die werd gepas
seerd. Dat Stewart in zijn jeugdige
overmoed zich nog zou kunnen be
moeien met de strijd die Graham
Hill en Gurney enkele honderden
meters achter Clark uitvochten, leek
ALLEEN DE
SPEAKERS.
John Surtees en Ferrari waren
ongetwijfeld de grote verliezers in
deze beslist niet enerverende wed
strijd, waarin alleen de speakers vele
grote mogelijkheden bleven zien. De
wereldkampioen 1964 is dit seizoen
niet erg succesvol. Na een tweede
plaats op nieuwjaarsdag in de grote
prijs van Zuid-Afrika moest de sym
pathieke Londenaar met enkele der
de en vierde plaatsen genoegen
nemen. Als nieuw wapen tegen het
geweld van de snelle Lotus van Jim
Clark had Enzo Ferrari de nieuwe
12 cilinder in de strijd geworpen.
Surtees zelf had in de training 1.31.0
gedraaid, wat beneden het officiële
baanrecord is
De ondanks zijn jeugdige leeftijd
sterk grijzende Brit had er weinig
profijt van. Een zesde plaats scheen
het hoogst-bereikbare voor de vuur
rode bolide. Zelfs dat bleek een il-
lussie. In de tweede helft van de
race kon Surtees geen weerstand bie
den aan de aanvallen die een wat
herleefde Richie Ginther met zijn
Honda uitvoerde, zodat de Italiaan
se fabriek niet verder kwam dan een
zevende plaats op meer dan een
ronde achterstand op de winnaar. En
dan te bedenken dat drie jaar ge
leden, toen Phil Hill de wereldtitel
opeiste, de wagens uit Modena de
gevechten op de circuits steeds vol
komen beheersten en dat vorig jaar
het product van Enzo Ferrari nog in
staat was Surtees aan zijn eerste we
reldkampioenschap op vier* wielen te
helpen
AANTREKKELIJK
Aanzienlijk spannender dan de
Grand Prix waren de nationale toer-
wagenraoes die eraan voorafgingen.
Vooral de tweede race, waarin Slo
temaker en Koster als speelden
zij poker elkaar uitdaagden en
steeds later de rempedaal intrapten
als na het lange rechte eind de ver
raderlijke Tarzanbocht opdoemde,
bracht de tribunes tot grote opwin
ding. Dat het groene Coopertje en
de BMW Tisa tot verschillende klas
sen behoorden en eigenlijk niet eens
tegen elkaar streden, deerde nie
mand. Koster eiste te veel van zijn
wagen. Steeds moeilijker werd het
om Slotemaker partij te geven. Hij
zakte terug en moest zelfs de klasse
zege nog aan Henk van Zalinge la
ten.
In de race van de kleinere toerwa-
gens hadden tevoren de Fiat Abarth's
van het Sas-team en de DKW van
Maarten Jonker de toeschouwers in
een goede stemming gebracht. Een
enkele ronde mocht Jonker het veld
aanvoeren, verder beheersten de
Fiatjes van Ed Swart en Jan van
Trainingsrit, tevens startvolgorde:
1. Graham Hül (GB) BRM 1.30.7
(166,420 km/u); 2. Jim Clark (GB)
Lotus, Richie Ginther (VS) Honda,
John Surtees (GB) Ferrari, allen
1.31; 5. Dan Gurney (VS) Brabham
1.31.2;6 5. Jackie Stewart (GB) BRM
1.31.4; 7. Denis Hulme (NZ) Brab
ham 1.31; 8. Mike Spence (GB) Lo
tus 1.32.2; 9. Bruce McLaren (NZ)
Cooper 1.32.6.
Toerwagenraces:
Eerste race (12 ronden; 50,316 km)
klasse tot 850 cc: 1. Marten Jonker
met DKW f 11, 24 min. 29,9 sec.
(gem. 123,222 km/u); 2. Hans Kos
ter met BMW 700 cs; 3. Van Ede met
Saab 93; 4. Gerard van Lennep met
Steyr Daimler Puch. Snelste ronde:
Koster in 2.00.1 (gem. 125,685 km/u).
Klasse 8501000 cc: 1. Ed Swart
met Fiat Abarth 1000 Berlina 24.19,2
(gem. 124,134 km/u); 2. Jan van
Osch met Fiat Abarth 1000 Berlina;
3. Philip Keller met Fiat Abarth 1000
Berlina; 4. Dick van Yperen met Fiat
Abarth 1000. Snelste ronde: Swart in
1.55.4 (gem. 130,804 km/u).
Tweede race (12 ronden, 50,316
km). Klasse 10001300 cc: 1. Rob
Slotemaker met Austin Cooper S, 22
min. 59,8 sec. (gem. 131,282 km/u);
2. Ab Bogert met Morris Cooper S;
3. Klaas Nierop met Morris Cooper
S; 4. Ina van Kooten met Glas 1204
TS. Snelste ronde: Slotemaker in
1.53.6 (gem. 132,876 km/u).
Klasse 13002000 cc: 1. Henk van
Zalinge met Alfa Romeo 1600, 23
min. 26,2 sec.( gem. 129.324 km/u);
2. Hans Koster met BMW 1800 Tisa;
3. Ton Strous met Ford Lotus Cor
tina; 4. Chiotakis met Ford Consul
Cortina GT. Snelste ronde: Koster
in 1.53.2 (gem. 133,346 km/u).
Grote Prijs van Nederland: Na 25
ronden, de coureurs hadden een
derde van het aantal te rijden ron
den afgelegd: 1. Jim Clark (GB) met
Lotus; 2. Dan Gurney (VS) met
Brabham op 5 sec., 3. Graham Hill
(GB) met BRM op 5.2 sec.; 4. Jack
Stewart (GB) met BRM op 5.7 sec.
Halverwege, na 40 ronden: 1. Jim
Clark (GB) met Lotus; 2. Jackie
Stewart (GB) met BRM op 7 sec.; 3.
Dan Gurney (VS) met Brabham op
10 sec.; 4. Graham Hill (GB) met
BRM op 15 sec.
Na 60 ronden, ongeveer driekwart
van de race was de stand: 1. Jim
Clark (GB) met Lotus; 2. Jackie
Stewart (GB) met BRM op 12 sec.;
3. Dan Gurney (VS) met Brabham
op 17 sec.; 4. Grgham Hill (GB) met
BRM op 38 sec. De overige coureurs
hadden één of meer ronden achter
stand.
De officiële uitslag: 1. Jim Clark
(GB) met Lotus, 335.44 km. (80 ron
den) in 2 uur 3 min. 59.1 sec. (gem.
162.326 km/u), nieuw record, oud
record Clark 1964: 2.0735.4; 2. Jac
kie Stewart (GB) met BRM 2.04.07.1
(gem. 162.156 km/u); 3. Dan Gurney
(VS) met Brabham 2.04.12.1 (gem.
162.048 km/u); 4. Graham Hül (GB)
met BRM 2.04.44.2 (gem. 161.351
km/u). Op 1 ronde: 5. Dennis Hul
me (NZ) met Brabham; 6. Ritchie
Ginther (VS) met Honda; 7. John
Surtees (GB) met Honda; 8. Mike
Spence (GB) met Lotus; 9. Lorenzo
Bandini (It.) met Ferrari.
Snelste ronde: Jim Clark in 1.30.6
(gem. 166.608 km/u), nieuw record.
Het oude record stond op naam van
Dan Gurney met Brabham in 1964:
1.31.1.
Stand in het wereldkampioen
schap: 1. Jim Clark (GB) 45 pnt; 2.
Graham Hü 1(GB) 26 pnt; 3. Jackie
Stewart (GB) 25 pnt; 4. John Sur
tees (GB) 17 pnt; 5. Bruce McLaren
(NZ) 8 pnt; 6. Mike Spence (GB)
en Lorenzo Brandini (It.) beiden 6
pnt; 8. Dennis Hulme (NZ) en Dan
Gurney (VS), beiden 5 pnt; 10. Jack
Brabham (Austr.) 3 punten.
Met camera
in de hand
De Amsterdammer Jan Ste
vens, een van de bekendste en
populairste fotojournalisten
van Nederland, is gistermiddag
tijdens de internationale auto
racekampioenschappen in
Zandvoort ten gevolge van een
hartverlamming overleden. Hij
was 53 jaar. De fotojournalist,
die vanaf zijn 17e jaar dit vak
heeft beoefend, stierf letterlijk
met het toestel in de hand. Bij
het rennerskwartier zakte hij
plotseling ineen. Een arts poog
de nog door middel van hart
massage zijn levensgeesten te
wekken, maar tevergeefs.
Osch de race. De zege ging, na een
onverwachte aanval van Van Osch,
die even succes opleverde, naar Ed
Swart. Voor de oranje DKW van
Jonker, die als derde over de streep
ging, was er tenminste nog een
klasse-zege.
Winnaar (6) Jim Clark met Lotus is
John Surtees (2) met Ferrari, wereld
kampioen van vorig jaar, een ronde
ingelopen.
MOTORSPORT
De 25-jarige Brit Mike Hailwood
is zondag als eerste motorcoureur ter
wereld voor de vierde achtereenvol
gende maal wereldkamipoen gewor
denHailwood bereikte dit fraaie re
sultaat door in de halve literklasse
beslag te leggen op de overwinning
in de grote prijs van Oost-Duitsland,
die werd gehouden op het 8.6 kilo
meter lange parcours van de Sach-
senring in Hóhenstein Emstthal.
Hij had geen enkele moeite met
zijn Italiaanse „merkgenoot" Giaco-
mo Agostini, eveneens op een MV.
Hailwood boekte daarmee zijn zesde
overwinning in dit seizoen en heeft
het maximale aantal punten van 48.
MV Agusta is nu voor de negende
maal merkenkampioen.
REDMAN GROTE MAN
Hailwood. die zijn geluk enige tijd
geleden ook nog in de autosport be
proefde, maar daarvan vrij snel weer
„bekwam", was op de Sachsenring
oppermachtig. Hij had een halve mi
nuut voorsprong op Agostini. De grote
man was echter niet Hailwood, maar
de Rhodesiër Jim Redman.
Hij won zowel de 250 als de 350 cC.
In de laatste categorie heeft hij nu
in die strijd om de wereldtitels duide
lijk dte leiding, in de kwartldterklasse
heeft hij de kansen na de zege weer
geheél in eigen hand, hoewel kam
pioen Phil Read met 52 punten nog
een voorsprong heeft van 22 punten.
De Brit Frank Perris tenslotte won
de strijd in de 125 cc. Hij bleef met
zijn Suzuki drie Oostduitse MZ-ma-
chines voor.