JOURNALIST WORDT ZWAQER V/AN BEATRIX Eberhardt Grubitz: verlovingsprimeur doelbewust gemist Margrit Grubitz kent haar man al van kindsbeen af Boekennieuws DE LETDSE COURANT (Van een onzer verslaggevers) LUENEBURG. Een klein rood landhuisje in de Curiostrasse 15 in Lüneburg. Daar woont Eberhardt Grubitz, vierendertig jaar oud en journalist bij het Niedersachsische Zeitungsverlag. Terwijl hij dagelijks in de weer is om voor de zeven dagbladen, die bij het Niedersachsiche Zeitungsverlag zijn aangesloten, nieuws bijeen te garen, is Eberhardt Grubitz, zonder dat hij er ook maar iets van vermoedde, de laatste weken zelf nieuws geworden: hij wordt zwager van prinses Beatrix. Maar Eberhardt Grubitz heeft de primeur van prinses Beatrix' verloving grandioos gemist. Maar doelbewust gemist. Toen hij in de Duitse pers de omstreden foto zag, waarop onze kroon prinses gearmd liep met een toen nog onbekende jongeman, zag hij vanzelfsprekend onmiddellijk, dat het Claus von Amsberg was. Maar terwijl zijn collega's in West-Europa op jacht gingen naar de identiteit van de man-aan-de-zijde-van-de-prinses, zweeg de journalist Eberhardt Grubitz. Én hij zweeg ook later, telkens wanneer er weer vragen opdoken met betrekking tot de prinses en Claus von Amsberg. Hij zit al van zijn twintigste jaar in de journalistiek. Toen hij in 1952 het gymnasiumdiploma had behaald aan 't Jozefinumcollege in Hildesheim, wgrd hij volontair bij de Bonner Rundschau met als standplaats Keulen. Tegelijker tijd ging hij in Bonn economie, rechten en filosofie studeren. Zijn baantje als volontair verwisselde hij al gauw voor dat van „ghost-writer" voor 'n lid van de Bundestag. Dit hield in, dat hij voor deze parlementariër redevoeringen moest schrijven. Maar ook dit hield hij niet lang vol. Hij trad in dienst van de internationale organisatie Pax Ro- mana en werd in Genève gestationeerd. Daar raakte hij bevriend met de Til- burger Tom Kerstiëns, die algemeen secretaris was van de Pax Romana en als Eberhardt Grubitz aan die tijd te rugdenkt, dan herinnert hij zich ook nog eens een lang gesprek te hebben gehad met onze tegenwoordige minis ter-president mr. Cals. In de tijd, dat hij in Zwitserland was, zette Grubitz zijn studie voort aan de universiteiten van Genève en Freiburg, waar hij nog college liep bij de Ne derlandse hoogleraar Romeins recht, prof. Wubbe. Nadat hij zijn studie be kroond had met het doctoraal examen rechten, keerde hij in 1961 terug naar Duitsland en werd redacteur van de Neuer Landesdienst in Hannover. Te gelijkertijd werd hij plaatsvervangend perschef van de CDU. Maar erg honk vast bleef Grubitz ook nu niet. Na nog een jaar als rayonredacteur voor een regionaal blad te hebben gewerkt, kwam hij in 1964 naar Lüneburg. Geen huwelijksreis Als Eberhardt Grubitz het daarover heeft, mengt zijn vrouw Margit, de zus ter van Claus zich in het gesprek. Pre cies de dag voordat haar man in dienst trad van het Niedersachsische Zei tungsverlag zijn ze getrouwd, in Mün- ster. „Het was maar een heel beschei den plechtigheid", vertelt ze. „Er wa ren maar twaalf familieleden aanwe- Eberhardt Grubitz geeft op de zet terij instructies aan een opmaker. zig. Claus was daar wel bij. Op huwe lijksreis konden we niet gaan, omdat Eberhardt al de volgende dag aan het werk moest. Ik trouwens ook, want ik werk al van 1952 af als stenotypiste ter gemeentesecretarie in Lüneburg. Toen ik getrouwd was, ben ik er blijven wer ken. Eerst twee dagen geleden heb ik ontslag genomen, omdat ik over ander halve maand mijn eerste kind ver wacht". Voordat zij naar Lüneburg kwam, waar zij vóór haar huwelijk altijd op kamers heeft gewoond „möbilierte Dame" heet dat hier", zegt mevrouw Grubitz-von Amsberg heeft ze enige jaren de huishouding gedaan op het landhuis Dötzingen in Hitzacker, waar haar moeder nu nog woont. In 1951 volgde ze de hogere handelsschool in Lüneburg. Ze kent haar man, die in Hildesheim is opgegroeid, reeds van zijn kinderjaren af. De moeder van haar man is namelijk haar tante, die evenals haar eigen moeder Von dem Bussche heet. En evenals zij is ook haar man er een van een tweeling. Haar tweelingzuster Barbara die in Gosslad woont, is ook met een journa list getrouwd. Hoe zij het vindt met een journalist getrouwd te zijn? „In het begin kon ik er maar heel moeilijk aan wennen. Zelf moest ik, elke morgen onirhalf ne gen de deur uit om te gaan werken. Mijn man begint pas tegen het middag uur en komt meestalnffet eerdér dan voor 's avonds elf uur thuis. \<Ypr zagen elkaar eigenlijk alleen maar op zater dag en dan zondags nog maar een paar uur, want mijn man moet ook dan «ver ken". Het echtpaar Grubitz bewoont het landhuisje aan de Curiostrasse niet al leen. Zij hebben de tweede verdieping tot hun beschikking, beneden woont een ander gezin, waarmee ze goed overweg kunnen. Hun zitkamer is tegelijkertijd de werkkamer van Eberhardt Grubitz. Er staat een antiek bureau, dat vol ligt met paperassen, tegen twee wan den staan reusachtige boekenkasten met daartussen een grote staande antie ke klok. De journalist Grubitz heeft niet alleen belangstelling voor econo mie, rechten en filosofie, maar ook voor literatuur, geschiedenis en politiek. Zijn boeken getuigen daarvan. Het nazibe wind wijst hij van de hand, omdat het in die tijd geldend recht niet meer ge baseerd was op het natuurrecht. Trou wens niet alleen hij, maar ook zijn va der was reeds fel anti. „Daarom werd hij al in 1933, toen hij Oberkreisinspek- tor en Landrat in Bremervörde was, overgeplaatst in een lagere functie naar Lüneburg. Maar zet dat maar niet in de krant, want zoiets zegt toch elke Duitser om zijn verleden schoon te was sen", aldus Grubitz. Geen televisie Ik zie geen televisietoestel in de ka mer staan. Grubitz zegt geen prijs te stellen op televisie in zijn huis. „Niet alleen omdat de Duitse t.v. slechte programma's brengt, maar ook omdat ik me überhaupt niet door televisie wil laten beïnvloeden". Of hij een auto heeft? Voordat hij me antwoordt, vraagt hij of dit een prestigevraag is. Ik zeg, dat het een neutrale vraag is en dan merkt mevrouw Grubitz-von Amsberg op, dat ze geen auto willen hebben. „Ik zou met een auto bang zijn in het verkeer. Ik vind het veel veiliger per autobus of trein te reizen". Reizen doen ze overigens niet veel. Haar man is gekluisterd aan het redac tie-bureau van het Niedersachsische Zeitungsverlag en zelf zat ze tot voor kort altijd achter de schrijfmachine ter gemeentesecretarie. „Wel reizen we in het weekeinde vaak,naar Hitzacker om er onze familie te bezoeken. Veertien dagen geleden zijn we nog daar ge weest. Claus was er toen ook. Het was vlak voor de verloving, toen iedereen in Nederland en in Duitsland zich af- vroeg waar hij was. Terwijl het toen in Hitzacker wemelde van de journalis ten, is het Claus toch gelukt ongemerkt Dötzingen binnen te komen. Hoe hem dat gelukt is, vertelt Grubitz liever niet, maar ik mag wel weten, dat het 's nachts is gebeurd en dat Claus tot kort vopr de verloving in hitzacker is gebleven. Of zij de prinses zelf al eens hebben ontmoet? Ze antwoorden ontkennend. Of ze straks op de bruiloft aanwezig zullen zijn? „Daar moet je een uitnodi ging voor krijgen", zegt mevrouw Grubitz-von Amsberg heel diplomatiek eraan toevoegend, dat zij en haar man prinses Beatrix een zeer lieve en intel ligente vrouw vinden. „Claus kon geen betere vrouw krijgen", aldus mevrouw Grubitz. Ze hadden dit overigens niet durven dromen. Zelfs toen ze de foto zagen, waarop Claus hand in hand met de prinses liep, geloofden ze nog niet eehs aan een verloving. „Er loopt wel eens vaker een jongen gearmd met een meisje zonder dat ze trouwen", is het nuchtere commentaar van Claus' zus ter. Dezelfde kerk Nuchter is het tweetal ook in andere zaken. Hoewel ze zelf beiden van adel afkomstig zijn, vinden ze dat hele stan- dengedoe maar een rare zaak. Aan ge lijkheid geloven ze niet, maar wel vin- Het nieuws dat via de telex de krant bereikt, wordt door Grubitz bekeken. den ze, dat de mensen over de gehele wereld gelijke kansen moeten worden geboden. Daarna ontstaat h.i. vanzelf weer ongelijkheid, omdat de een zijn kansen nu eenmaal beter benut dan de ander. In één ding verschillen de heer en mevrouw Grubitz van mening, in hun godsdienstige overtuiging. Zij is evan gelisch evenals haar hele naaste fami lie, maar Eberhardt is katholiek. In 1955 is hij tot het katholicisme toege treden. Of daardoor geen moeilijkheden ontstaan? Ik vraag, of hij zondags naar de katholieke kerk gaat en zijn vrouw naar de evangelische. „We gaan beiden naar dezelfde kerk", zegt Grubitz met een geamuseerde blik. „Welke dat is, de katholieke of de evangelische, dat hangt ervan af. We bekijken tevoren steeds, waar het beste gepreekt zal worden en naar die kerk gaan we zon dags heen". Ze zijn voor hun huwelijk overeengekomen, dat hun kinderen ka tholiek worden opgevoed. Mevrouw Grubitz voelt dit niet als een last. „De Kerken komen steeds dichter bij el kaar, onze kinderen zullen die verdeeld heid niet meer kennen diewij hebben gehad", meent ze. Een laatste vraag, een misschien wat pijnlijke vraag: „Interesseert u zich voor geld?" Ze lachen beiden eens. „Ik interesseer me in zo verre voor geld, dat ik het nodig heb om te leven", is zijn antwoord. „U be grijpt als journalist veel beter dan ie mand anders, dat ik de laatste maan den goud had kunnen verdienen, 'n te levisie, een auto en wat al niet meer. Omdat ik toevallig wist of althans heel gemakkelijk had kunnen weten, wat er allemaal met Claus aan de hand was. Maar al ben ik journalist, ik heb gezwegen. Verslaggevers uit heel West- Europa hebben me de laatste tijd opge beld of'ik dit wist en of ik dat wist. Ik heb ze venvezen naar het hof in uw land. Al ben ik journalist, ik wil pri- vé-zaken privé-zaken laten". Overleg bjj een eetmacMne. DE RASSENSTRIJD IN AME RIKA, door William Brink en Louis Harris Uitgeverij J. H. de Bussy, Amsterdam. DBH nr. 12. De rassenstrijd, zijdelings aan de orde gekomen tijdens het subsidieconflict tussen Nederland en Zuid-Afrika, is in Amerika een probleem van een geheèl andere orde en grootte. De Ameri kaanse neger, die over het algemeen geen enkele band meer heeft met het „moederland" Afrika is zich, sinds de afschaffing van de slavernij, nu ruim een eeuw geleden, langzamerhand be wust geworden van zijn -mens-zijn néést de blanke, en niet zo zoals voorheen onder de blanke. Deze bewustwor ding heeft vér-strekkende gevolgen voor het gehele maatschappelijke bestel van (Noord-)Amerika, waar het maat schappijbeeld geheel is opgebouw op een grondslag, die geen gelijkheid van zwart en blank heeft gekend. Volledige gelijkheid is er nog lang niet. Nog steeds zijn er conflicten die hier maar al te duidelijk op wijzen. Het dur ven aanpakken van dit probleem is al een staaltje van bijzonder grote moed. Maar minstens even bewonderenswaar dig is de w(jze, waarop dit is geschied. Het Amerikaanse tijdschrift „News week" heeft nu reeds enige jaren gele den enkele van haar redacteuren zich in deze materie laten verdiepen. Het rer sultaat was en dit is een tragische bijzonderheid dat op de dag, waarop president John Kennedy in Dallas werd vermoord: 22 november 1963, eerste exemplaren van de Amerikaanse uitgaven van dit boek van de persen rolden. Het is een lofwaardig initiatief van uitgever J. de Bussy geweest dit boek ook' in Nederland uit te geven. Het is een aangrijpend en ontroerend beeld geworden van de vele meningen, die er ia bei Amerikaanse volk leven. VOOR KLEINE KLEUTERS Het wordt steeds moei- I lijker om de juiste kle- ding voor onze kinde ren uit te zoeken met al die nieuwe stoffen waar we toch eigenlijk allemaal 'n beetje bang voor zijn. Kopen we tegenwoor- I dig een nieuw kleding stuk, dan is het wijs om goed na te gaan van welke soort stof het vervaardigd is, want dan lopen we het risico niet het na één keer wassen weg te kunnen gooien omdat we het verkeerd behandeld hebben. Wel is waar dat al de ze kunststoffen alle maal oersterk zijn. Dat is natuurlijk ook een heel belangrijke factor, want we weten alle maal hoe gauw kinder- kleertjes versleten kun nen zijn vooral als we een paar van die rob bedoezen hebben. Toch wordt er van deze kunststoffen heel leuke en praktische kleding gemaakt waar we na tuurlijk gelijk weg van zijn. De trois-pièces die wij op de eerste foto tonen, is gebreid uit draion HB en de jacquard- motiefjes die er in ver werkt zijn, doen het fantastisch. Het complet is heel gemakkelijk wasbaar, krimp vrjj en vütvrij. Het is echt zo'n kledingstukje waar men zo aan gehecht raakt omdat het natuurlyk ook gedragen kan worden zonder het vestje of met een ander truitje, hetgeen natuurlijk heel leuke mogelijkheden schept. Nu we het over kinderkleding hebben, mogen we ook onze kleine jongens niet vergeten. Het jongetje op de tweede foto kijkt niet voor niets zo blij, want hij draagt een crylor pullover met uni-pantalon. waar hij zich heerlijk vrij in voelt, waar hij net zo hard in kan lopen en rollen als hij wil. Deze pullover is uitgevoerd in rode dessins op een wit front en de pantalon is in rood gehouden. Hopelijk zult u ook slagen uit de duizelingwekkende hoeveelheid mogelijkheden uw keuze té maken, maar daar twyfeten niet ma, waot wat doen we eigeriipk liever dan kleertjes uitzoeken voor onoe Trois-pièees voor 2-5 jMtr i Jee#tjjden van Ben peHover met bijpassende lange broek voor jongens van 2-5 jaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1965 | | pagina 8