heer van de „Johannahoeve" Piet Marée de doe- het-zelver werd Van theorie naar praktijk dankzij eeuwenoude boerderij Pompstation voor vulling vrije tijd De nieuwe kath. technische school te Hillegom ZATERDAG 17 JULI 1965 DE LEIDSE COURANT PAGINA 14 De Johannahoeve te Har- melen. Geheel links de vroegere varkens schuur, nu exclusief woonhuis van Piet Marée. Rechts daar van de hooibergingericht tot studio en werkplaats. Daarnaast de zeventiende- eeuwse gevel van de hoeve zelf, nu ingericht als mu seum. UTRECHT Piet Marée, de doe-het-zelver, woont sinds enige tijd in een varkensschuur. Vrienden en bekenden aan wie hij enkele maan den geleden zijn voornemen bekend maakte, hoorden het met opgetrokken wenkbrauwen aan. De wenkbrauwen zijn inmiddels weer neer gelaten nu blijkt, dat vooral onder de zelf werkende handen van de heer Marée en zijn vrouw een verre van onaantrekkelijk optrekje is ontstaan, dat aan varkens noch schuur in de verste verte doet denken. Wie langs de Breudijk in Harmeien zoekt, zal het kunnen vinden dicht 9? achter het Vijverbos, maar men zal dan moeten zoeken naar een deel van een geheel, want het nieuwe woonhuis van Piet Marée is onderdeel van de charmante Johannahoeve, ruim drie eeuwen oud, maar weer als nieuw na een recente restauratie. Een unieke plaats in het rustige polderlandschap, nieuwe speelplaats voor de rusteloze geest van Piet Marée, die er een museum van wil maken, een levend museum overigens met samenkomsten, feestjes en excursies, exposities, concerten en lezingen, zij het alleen voor hen die hij daartoe noden wil. (Van een onzer verslaggevers) Op een van zijn tochten door de pro vincie Utrecht reed Piet Marée langs de boerderij. Hij stopte, keek en raak te er op slag weg van. De hoeve bleek nog te koop te zijn ook, hij aarzelde niet, toog aan het restaureren en nu heeft hij er zijn studio en zijn werk plaats en bedenkt en vervaardigt er zijn ongetelde ideeën en werkstuk ken, die ontelbare doe-het-zelvers ge legenheid zullen geven hun vrije tijd passend door te brengen. Geen ketels De Johannahoeve is aldus voor Piet Maré^ de (voorlopig?) laatste pleis terplaats geworden van een leven, dat geen vrije-tijdsproblemen heeft ge kend. Al heel jong moest hij letterlijk aan de slag op de scheepswerf van zijn vader: ketek bikken, een bezigheid waarvan hij niet onder de indruk kwam. Twaalf jaar oud trok hij naar België, vertoefde enige tijd in een klooster aldaar en verhuisde vervol gens naar Parijs, waar hij op typisch lichtstedelijke manier zijn stokbrood trachtte te verdienen, namelijk met 't verkopen van plankjes van sigarenkist jes, waarop hij de beproefde tafe reeltjes op en langs de Seine had ge schilderd. Toen de eerste wereldoorlog achter de rug was keerde hij naar Ne derland terug, werd loopjongen bij uit geverij G. B. van Goor in uijn geboor testad Gouda en de loopjongen liep zo goed, dat hij zijn loopbaan daar ein digde als directeur. Toen was hij ove rigens al in de weer met het schrij ven van (kinder)boeken en het maken van films. Het einde van de tweede wereldoor log bracht weer een verandering. Hij kocht een groot huis in Haastrecht, maar daar woonde hij niet lang. Uit balorigheid vertrok hij met 'n scheeps lading antiek naar Australië waar hij neerstreek op Tasmanië. Hij had veel materiaal over ontdekkingsreiziger Abel Tasman verzameld, kocht een groot huis in Victoriaanse stijl en richt te het in als Tasmanmuseum. Dat was niet zijn enige Australische activiteit. Hij vulde zijn tijd met het verspreiden van zijn ideeën over de nuttige be steding van de vrije tijd. Op verzoek van de regering organiseerde hij cur sussen, hield causerieën voor de ra dio, schreef boeken en publiceerde in tijdschriften. Hij vormde er ook een werkgroep van mensen, die bijzondere interesse voor de doe-het-zelf-beweging toonden en het heeft inderdaad iets van een beweging gekregen, want de werk groep in Australië heeft navolging ge kregen in de gehele wereld. Overal zijn er nu werkgroepen, die contact met elkaar houden, ideeën uitwisselen en deze propageren in het eigen land. Zelfs Arabisch Na twaalf jaren keerde Piet Marée weer naar Nederland terug en ging in Zeist wonen. Hij verzorgde hobbyru brieken, waarbij het hem om het even was of het over tuinieren, knutselen, te kenen, fotograferen of binnenhuisarchi- tectuur ging, hij gaf honderden boeken uit, waarvan er vele verschenen in het Frans, Duits en Engels. Zelfs in 't Ara bisch werden zij vertaald. En deze Piet Mareé nu samen met zijn vrouw, die als Beryl Baronie zeke re bekendheid verkreeg als cabaretière, ondermeer met tournees door Indone sië en diverse Europese landen is thans heer van de Johannahoeve. Ei genhandig heeft het echtpaar met vin dingrijkheid en vlijt de drie eeuwen ou de percelen het eigen devies opgedrukt: doe het toch zelf! Van oude, schijnbaar waardeloze prullen maakte hij ge bruiksvoorwerpen en zelfs sieraden. Als Robinson Crusoe, zo is hij bij de inrich ting van zijn huis te werk gegaan: van wat hij vond componeerde hij het inte rieur van woning, studio en ontvang- ruimte. Een oude balk, vijf eeuwen oud gevonden in een sloot, siert nu de antieke schouw in zijn woonkamer, een oud kruiwagenwiel werd tot hang lamp omgebouwd, een disselboom van een oude koets vormt, als steunpunt voor een plant, tegen het plafond een aardige decoratie. Zijn vrouw en het toeval zorgden voor een nieuwe aan winst. Toen zij op zoek was naar een worm voor een hongerig gewond vo geltje stootte zij, peurend in 'n beerput, op een oud-Hollands tegeltje. Tiental len tegeltjes kwamen vervolgens naar boven, evenals oude potjes en andere antieke voorwerpen, die dankbaar wer- Eindelijk gevonden Geleidelijk aan herleefde in de Jo hannahoeve het verleden. Geleidelijk aan ook begon in het echtpaar het ge voel te leven, dat het nu eindelijk ge vonden had wat het zocht: een bewijs dat men met eenvoudige middelen en 'n beetje zin om het zelf te doen, een wo ning tot een gezellig huis kan maken. Dit bewijs is voor Piet Marée belang rijk. Nu hij de Johannahoeve naar zijn hand heeft geaet, kan hij aantonen dat in de praktijk uitvoerbaar is wat hij zo vele jaren in theorie heeft verkondigd. En dat is hij ook vast van plan te gaan doen. De werkgroep in Australië is al voornemens om een overstapje naar Holland te nemen om leergierig de hoe ve te bezien. Via personeels- en andere verenigingen, bedrijven en organisaties zullen excursies worden georganiseerd naar de hoeve. Gezellig sameowjn Piet Marée wü meer doen. Hij denkt aan exposities door beeldende kunste naars, aan coneerten en aan lezingen. Hij denkt aan ongedwongen samen komsten van bepaalde groepen uit de bevolking, zo maar voor een gezellig samenzijn, waarbij getoond kan wor den hoe men met eenvoudige middelen toch geslaagde feestjes kan organiseren. De Vlaamse televisie heeft al belang stelling voor deze avonden getoond. Een ander idee van Piet Marée is een per manente tentoonstelling, die een beeld geeft van de totstandkoming van het boek, van manuscript tot gebonden exemplaar. Contact zal kunnen worden gelegd tussen auteurs en lezers, via in formele bijeenkomsten tijdens welke de lezers kennis kunnen maken met de schrijvers. Zo dansen er nog vele ideeën rond in het hoofd van Piet Marée, heer van de Johannahoeve, die, al is het nu dan overdrachtelijk, ongetwijfeld vruchtba re grond zal biodon waarop vele voort brengselen „als vanzelf" tot wasdom zullen kunnen komen. en zijn vrouw in een van de aantrekkelijke hoekjes van hun hoeve. De deel van de hoeve is ingericht als ontvangzaal, Eindelijk is het zover. Op 2 juli j.l. kreeg het bestuur bericht dat in oktober a.s. de Rijksgoedkeuring op bestek en tekeningen voor de bouw van de lagere technische school te Hillegom zal worden verleend. De architecten W. Kuitems en F. Sijts- ma kunnen nu overgaan om namens het bestuur van de school tot uitbe steding over te gaan. Dit zal plaats hebben op 27 augustus a.s. in Tres long. De bouw van deze school zal meer dan 400 werkdagen vorderen en als dan alles zonder tegenslagen ver loopt, zal het mogelijk zijn dat sep tember 1967 het nieuwe schooljaar kan aanvangen in de nieuwe school. In dat nieuwe gebouw zal dan plaats zijn voor 550 leerlingen, met de mo gelijkheid dat uitbouw voor een gro ter aantal leerlingen mogelijk is. In de school komen in totaal 160 vertrekken. De ondergrond tot en met de begane grond wordt van be ton gemaakt en onder de gehele praktijkvleugel en de circulatieruim ten komt een kruipruimte om de diverse leidingen gemakkelijk te kun- am la dit uit vier bouw lagen bestaande gebouw komt een lift voor de leraren en gehandicapte leerlingen. Het dak van het hoofd gebouw wordt ongeveer 17 meter hoog. THEORIELOKALEN ZONVRIJ Een nieuwe vinding, uitgedacht door de heer Sijtsma, die vele jaren in de tropen heeft doorgebracht is, de theorielokalen zonvrij te houden, zon der dat daarvoor een kunstmatige zonafwering nodig zal zijn. Aan de zonzijde is namelijk de gang die toe gang geeft tot de theorielokalen ge pland, zodat deze de zonuitstraling allereerst opvangt. De daken zijn gemaakt van gasbeton en daardoor warmte-isolerend. De vloeren krijgen een accoustisch plafond, gevuld met steenwol ter voorkoming van de galm-geluiden. In de leslokalen ko men zwevende dekvloeren om het contact-geluid tegen te gaan. Het gymlokaal heeft de afmetin gen zoals deze in de laatste bepa lingen vanwege het departement zijn vastgesteld en kunnen daardoor ook in gebruik worden gegeven van der den. Bij dit gymlokaal komt een open speelruimte voor beoefening van basket- en volleybalspel. Aan de binnenzijde van het ge bouw, langs een aparte straat die naar het centrale punt van de ge bouwenreeks voert, komen de rij wielstallingen. Langs de gehele zijde van de theorielokalen komt een „pau zeplaats" voor leerlingen tijdens de rustpauzes. Deze plek ziet uit op de Garbialaan. Op het snijpunt Garbialaan en de nieuwbouw in Elsbroek komt een „sculptuur" waarbij het advies zal worden gevolgd van de directeur van de „Lakenhal" te Leiden. In het trappenhuis zal een grote wand schildering worden geschilderd door Nicolaas Wijnberg uit Amsterdam. De energievoorziening geschiedt door een apart Travo-gebouwtje dat te vens het Bejaardencentrum „Bloems- waard", dat naast de nieuwe school staat, van energie zal voorzien. Toen de plannen voor de bouw van de nieuwe school vaststonden is door het genoemde architectenbu reau vastgesteld dat dit Travoge- bouwtje eerst zou worden gesticht en zo werd daarvoor de eerste steen gelegd op dezelfde dag dat de rijks goedkeuring voor de bouw van de school afkwam Nu kan bij de bouw van de nieuwe school ook gebruik worden gemaakt van de energiebron uit het nieuwe Travogebouwtje. Het gebouw komt te rusten op 365 beton nen palen van 14 tot 15 m lengte. Deze maquette is gemaakt door een oud-leerling der school, Nico Berkhout Jzn. te Hillegom.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1965 | | pagina 14