Huisvrouw balanceert tussen
gezelligheids- en vakvereniging
Bij
de
tijd
Oostenrijkse
klederdracht
is
aangepast
NIEUWE PUNTEN
Een gemakkelijk pakje
DE LEIDSE COURANT
„In deze tijd van specialisatie mogen we onze
huls vrouwenvereniging wel een vakvereniging noe
men", aldus de presidente van het hoofdbestuur,
mevrouw drs. J. Muller-v. d. Wielen, op de alge
mene vergadering te Utrecht. „Onze leden zijn lid
voor de gezelligheid", was de uitspraak van een
afdelingsafgevaardigde, „ze komen op de bijeen
komsten om een gezellige middag of avond te heb
ben".
Wanneer deze twee meningen tegen elkaar worden
afgewogen, slaat de wijzer van de balans duidelijk
door naar de gezelligheid. Maar als we aannemen
dat het scheppen van een gezellige sfeer een vak
is, dan kunnen we de leden van de Nederlandse
Vereniging van Huisvrouwen zien als vaklieden.
Hoe gezellig zij is en hoe kundig
Het gezamenlijk zingen van een veelstemmig ver
enigingslied, toespraakjes met boeketten en corsa
ges. luid aanzwellend stemmengeroes in elke vrije
minuut, lang praten over verenigingszaken en tijd
te kort komen voor de in studie genomen onder
werpen, het is een en al vrouwelijke gezelligheid.
Vriendelijke gezichten boven de afkledende japon
nen en pakjes wijzen op het gezellig thuis, met de
voortreffelijke keuken en de koekjes bij de thee.
De punten 1 en 5 van de doelstelling van de ver
eniging verraden dan ook het gezellig standpunt:
het verlenen van bijstand aan de Nederlandse
vrouw in haar huishoudelijke en gezinstaak; het
bevorderen van saamhorigheidsgevoel en gemeen
schapszin bij haar leden.
Maar de drie punten daar tussen in spreken over
de waardering van het vak, en over de vrouw in
de moderne samenleving voor het geval zij haar
veilige haven verlaat en de wereldzee wil bevaren.
„Meent u niet dat het lidmaatschap van onze ver
eniging ertoe bijdraagt de maatschappelijke en
economische problemen in onze samenleving be
wust te doen worden"? werd gevraagd in een stu
die-onderwerp aan 60 afdelingen in het land. En
kele afdelingen antwoordden kort en bondig
„neen". Dat is dan een slechte noot voor de „vak
beweging".
„Meent u niet dat de mogelijkheid die de vereni
ging u biedt om in contact te komen met huis
vrouwenvakgenoten een verrijking van uw leven
betekent"? werd unaniem met „ja" beantwoord,
een goede noot voor de gezelligheid. En de toege
wijde opmerking dat bijeenkomsten sociale een
zaamheid weten te doorbreken geeft een pluim
aan de vakvereniging.
„Meent u niet dat voor geestelijke en culturele
vorming van de vrouw nog steeds te weinig wordt
uitgetrokken op het huishoudbudget?" Het ant
woord is dat de huisvrouw zich dikwijls geneert
geld voor zichzelf aan te wenden en dat de tijd
voor die ontwikkeling vaak ontbreekt. Een slechte
noot voor de gezelligheid én het vak, want een on
ontwikkelde vrouw wordt ongezellig als ze de ont
wikkeling van haar gezin niet bijhoudt en een vak
vereniging zou daarop moeten hameren (ontwikke
ling is bovendien een der goedkoopste zaken te
genwoordig).
De presidente liet in haar rede de positie van de
gehuwde vrouw de revue passeren: hoe groot haar
gezamenlijk aandeel in de besteding is; hoe de
waardering voor de huisvrouw groeit sinds er min
der huishoudelijke hulp is; hoe de buitenshuis wer
kende huisvrouw een dubbelrol heeft; hoe de vrouw
haar huisfunctie combineert met cultureel leven en
verenigingsleven; hoe de huisvrouw meer en meer
wordt erkend als volwaardig naast de man.
Seksuele voorlichting aan kinderen
Op de vergadering werden resumés over in studie
genomen onderwerpen uitgegeven. Hoe kunnen wij
ouders in positieve zin aan de seksuele voorlichting
van onze kinderen meewerken, werd bestudeerd
door 73 afdelingen. De meerderheid oordeelde dat
de seksuele opvoeding van de opgroeiende genera
tie een probleem is voor de hedendaagse ouders
omdat zij te kort schieten in communicatie en om
dat zij te beschroomd zijn. Dat seksuele opvoeding
geen hoofdstuk apart is maar een deel "an de ge
hele opvoeding wordt door een afdeling vergele
ken op deze manier: men vertelt zijn kind toch
ook niet alleen op gezette tijden dat het eerlijk
moet zijn.
Dat de voorlichting een deel van de opvoeding is,
blijkt voor ieder vast te staan, de vraag is hoe en
wanneer. „Vroeg", luidt de algemene opvatting,
„in leder geval moet 't kind op de hoogte zijn wan
neer het voor studie of werkkring het huis ver
laat"
Het is wat weids uitgedrukt dat dit onderwerp in
studie is genomen; beter lijkt ons „opiniepeiling".
Wat uit de bus is gekomen laat zien dat de huis
vrouwen de snelheid waarmee zich het inzicht van
deskundigen ontwikkelt, niet bijhouden (Een instan
tie als het Westduitse episcopaat bijvoorbeeld
geeft als richtlijn dat ouders het kind vóór het
naar school gaan zoveel mogelijk over het ge
slachtsleven vertellen, opdat onbetamelijke voor
lichting niet meer kan storen. En dat het tussen
9 en 12 jaar dient te worden voorgelicht over de
bestaansreden van de twee geslachten). Ongetwij
feld vindt de huisvrouwenvereniging hier een taak
waarin zij kan gesteund worden door de voortref
felijke publikaties die van wetenschappelijke en
praktisch geschoolde zijde in ons land het licht
zien.
Winkelsluiting
Een ander studie-onderwerp houdt verband met
het boodschappen doen. De meeste huisvrouwen
kunnen een verdergaande winkelsluiting wel aan
vaarden wanneer er ter compensatie een koop
avond wordt ingesteld, ook voor kappers. Maar
groot bezwaar heeft men tegen winkelsluiting van
de levensmiddelenwinkels op twee achtereenvol
gende dagen. Met klem wordt aangedrongen op
meer automaten voor brood, melk, groente, fruit
en de meest elementaire kruidenierswaren.
Algemeen is de wens om op dagen van sluiting
een rouleersysteem in te stellen voor reparatie
aan gas, elektriciteit en waterleiding in geval van
storing, zoals we dit kennen bij apotheken, artsen
en tandartsen.
De jonge huisvrouw
Een opmerking in het rapport over de winkelslui
ting geeft te denken: „De uitslag van dit rapport
had wel eens heel anders kunnen uitvallen als
meer jonge vrouwen met kleine kinderen er aan
hadden kunnen meewerken".
Van de Vereniging van Huisvrouwen zijn betrek
kelijk weinig jonge vrouwen lid, ook weinig ge
huwde werkende vrouwen en dit zijn juist de groe
pen die het meest bij-de-tijd blijven. De 45.000 le
den van de vereniging zijn dus niet representatief
voor dé Nederlandse huisvrouw. Wel voor de ge-
zelligheidsvakbekwame huisvrouw van zekere leef
tijd uit bepaald milieu.
Model uit Mary Quant's Gingergroup,
de elegante linnen hansop met orlon
doorkijk-middenrif
Sweet Summereen après-bain kapsel met lokkenmousseline en opgeschoven
bril van Lintermans bij een make-up van Pierre Robert.
Triomf der
MET
NIEUW
HORLOGE
In het restaurant van het Amster
damse Hiltonhotel wordt u bediend
door meisjes in een onbekende kleder
dracht. Wij vroegen aan zo'n dienster
tje uit welk land dit kostuum afkom
stig was. Het meisje, een Amerikaan
se, antwoordde: uit Wallendem. Wal-
lendem deed ons denken aan 't Zwitser
se Wallis en St.-Gallen en, zo gaat
het met de fantasie, wij zagen duide
lijk Zwitserse trekken in het pakje.
Maar we hadden het mis, de dracht
moest de vereenvoudiging van het Vo-
lendamse kostuum voorstellen. Het
lijkt naar niets. Nationale klederdrach
ten raken bij ons in onbruik. De jeugd
draagt liever het jurkje uit het waren
huis, het kostuum gaat naar een mu
seum.
In Oostenrijk is de klederdracht van
het land zo levend gebleven dat het
op een afstandje telkens wat met de
tijd mee veranderde. Er is dan ook 'n
rococo, een barok en een impire in
vloed geweest; thans vinden wij er
Dirndl van turquoisekleurige katoensatijn met donkerblauw
motiefjes en donkerblauw zijden schortje.
gemakkelijk de hedendaagse mode in
terug. Het gevolg hiervan is dat vrou
wen en mannen van stad en .land nog
steeds hun praktische en bekoorlijke
nationale kledij kunnen dragen.
Het beroemde Heimatwerk, kunstzin
nig handwerk en fraaie textiel, ook
bij toeristen zeer in trek, wordt van
hogerhand gestimuleerd en werkt sti
mulerend.
Ook de heren komen in hun Oosten
rijkse mode uitstekend voor de dag
met omboorde jasjes, kleurige vesten,
loden joppers en jassen, zilveren en
hertshoornen knopen en zelfs, als zij
naar buiten trekken, met de lederho-
vloeiende lijn
Het nieuwe horloge met de vloeiende vier
kante. vorm is Jeugdig en onpretentieus,
als dameshorloge zelfs een tikje zakelijk
De inconsequentie waarmee de mo
de bedekt en onthultis een van haar
grote charmes. De wispelturigheid
waarmee zij dat doet, geeft vaart.
Het blote middenrif dat we al lan
ger kennen in het zwembad, mag nu
(door de mazen van een vissersnet) Zo af en toe wordt er iets
ook gezien worden op straat. De Fran- gecreëerd dat we bij ver-
sen hebben voor dit verschijnsel na
tuurlijk al weer een aardige naam be
dacht, „ceinture filet" zeggen ze, net
werk-ceintuur. Zonnejurkjes, truitjes,
hansoppen, voorzien van zo'n brede sey-costuum, met een lange,
strook netwerk of grove kant, zullen losjes gebonden ceintuur,
deze zomer overal worden gezien.
Tot nu toe heeft een zonnebril altfld
gediend om de ogen te verhullen.
Maar dat is verleden tijd. Wilt u mee
tellen, laat dan vooral de bril niet op makkelijk gedragen, en het
de neus staan, maar schuil hem in de kleedt uitermate slank al.
haren. Zó hoort het en, laat ons eer
lijk zijn, mooie ogen zijn nog altijd
mooier zónder donkere bril.
Die haren worden intussen met méér
versierd dan met een zonnebril. Pa-
rijse kappers brengen verschillende tijd voor ;indt bij.
zomermeuwtjes: de „lokken-mousse- u i
line" is een bandeau van zijde mous- voorbeeld een boek (waar
seline waaraan valse lokken en krul
len zijn bevestigd. Het is dus geen
complete pruik
aanvulling.
De „lok a la miss" is een vals haar- Mir"het~mMst geschikt is
stukje dat beslist een paar tinten lich- dit pakje toch wel v<
ter moet zijn dan het eigen haar. Het zeUtochtjes, fietstochtjes,
wordt zó in het kapsel gestoken dat picknicks en dergelijke
de lichtgekleurde lok voor één oog,
desnoods voor allebei de ogen valt.
Haarstukjes waar al bij voorbaat bloe
men in zijn verwerkt, zullen het na
tuurlijk uitstekend doen op zomerse met wit en bonbonrose. De
feestjes en bepaald verfrissend is de niet te smalle broekspijpen
aanblik van een kapsel met fruit, met de smalle omslag en de
Een glad rond kapsel zou heel ori- losse ceintuur met de gezel-
gineel verfraaid kunnen worden met lige lange uiteinden geven
een stijve platte strik boven één oor. het geheel een zeer aparte
Op die strik een schijf citroen en he- charme,
lemaal in stijl ook schijfjes citroen (Nadruk verboden)
als lange oorhangers.
schillende gelegenheden
kunnen dragen. Het meisje
op de foto draagt een jer-
Dit pakje wordt, omdat er
gebruik is gemaakt van de
zeer soepele jersey, heel ge-
Je kimt het aanschieten als
je een vrije middag hebt en
eens fijn alle dingen wilt
gaan doen waar je anders
je al lang geleden aan be
gonnen bent) eens heerlijk
wel een royale uitlezen, of een rommelige
kast opruimen.
waar je deze kleding toch
zeker graag voor zult kiezen.
In de jumper domineert
marineblauw, gecombineerd
JOLANDA
Zeer brede, gouden slaven band waar
in het vierkant horloge tussen licht-
aaneengerijde saffieren is gezet
irDe nieuwe mode in horloges heeft
dezelfde kentekenen als de Parijse
mode, het is een jonge levendige,
onpretentieuze stijl", zeggen de
Zioitserse uurwerkmeesters en op
de jaarlijkse grote tentoonstelling
in Bazel lieten ze zien hoe de daad
bij het woord werd gevoegd.
Een drie jaar geleden brachten de
uurwerkontwerpers een lang ver
geten vorm terug in de mode: het
vierkant. Maar die eenvoudige
rechtlijnige vierkanten en recht
hoeken hebben een verandering on
dergaan, het silhouet is vloeiend
geworden, meer afgerond, de scher
pe hoeken zijn verdwenen. De nieu
we vorm leidt tot grotere horloges
en tot een leesbaarder wijzerplaat.
De wijzerplaatopeningen zijn dik-
tvijls ovaal hetgeen de vloeiende
lijn onderstreept.
We zien weer Romeinse cijfers
op de wijzerplaat.
Bij de juweelhorloges worden
steeds meer kleurige stenen,
smaragden, saffieren, robijnen
en zelfs halfedelstenen ver
werkt.
Het email glanst weer in alle
kleuren.
De kal en der opening is bij som
mige ontwerpen niet meer op
de wijzerplaat, maar in het
glas aangebracht.
Groot is de opgang van de gouden
armband in de meest verschillen
de bewerkingen: diamant gesle
pen, geguillocheerd (met ketting
motief), met brede schakels, uit
ruw goud, en nog veel meer. De
gouden band neemt zulk een plaats
in dat het al een even vanzelfspre
kende zaak lijkt als het horloge
zelf
De pols is wel de meest gebruike
lijke plaats voor een horloge, maar
de Zwitserse uurwerkers zijn veel
zijdig en maken ook brochehan
ger-, sleutelring-, kompas- en aan
stekerhorloges terwijl de liefde
voor chdtelaines en zakhorloges
weer uit de oude doos komt kijken.
Denk niet dat die fantasie-artike
len maar prullaria zijn, integen
deel, goud of zilver is het materi
aal.
Jonge mensen richten hun huis in
en wensen een klok. Maar het moet
een tafelmodél zijn, geen hangklok,
lii Bazel stonden er zo'n handjevol
(er waren 25000 uurwerken te zien)
nog steeds ook van antiek modél,
maar vooral veel moderne ont
werpen, waarbij de maker meer
speelruimte heeft dan bij een hor
loge en daar dan ook gebruik van
maakt. Naast het conventioneel
binnenwerk, is er het elektrisch en
het elektronisch. Het kleinste elek
tronisch tafelklokje (zonder één be
wegend onderdeel), heeft de vorm
van een kubus en meet maar 6
centimeter.